Life After

Together Films

Het heeft nogal wat voeten in de aarde als Elizabeth Bouvia in 1983 in haar rolstoel de rechtszaal in het Californische Riverside wordt binnengereden. De 25-jarige vrouw, die in haar dagelijks leven volledig afhankelijk is van de zorg van anderen, eist het recht op om te mogen sterven – om zichzelf, onder begeleiding, te mogen uithongeren. Deze aangekondigde dood zal haar door de rechter echter niet worden gegund.

In 1997 wordt Bouvia, liggend in bed, nog eens voor het televisieprogramma 60 Minutes geïnterviewd door Mike Wallace. Daarna verdwijnt ze van het toneel. Filmmaker Reid Davenport vraagt zich bij de start van Life After (99 min.) af of het boegbeeld van de right-to-die beweging nog leeft, hoe het haar sindsdien is vergaan en wat haar erfenis is. Hij heeft zelf een ernstige lichamelijke beperking en buigt zich in deze scherpe film over het zelfbeschikkingsrecht dat zij zo nadrukkelijk heeft opgeëist.

Davenport gaat de ongemakkelijke issues niet uit de weg. Want is de keuze voor de dood, die Bouvia wilde maken en die andere mensen met een lichamelijke beperking sindsdien hebben willen maken, werkelijk ingegeven door pijn of een gebrekkige kwaliteit van leven? In hoeverre spelen praktische overwegingen daarbij ook een rol? De Canadese euthanasiewet Medical Assistance In Dying (M.A.I.D.) is bijvoorbeeld inmiddels speciaal voor mensen met een lichamelijke beperking opengesteld.

Zorgt dat niet voor (extra) druk op hen? Michal Kaliszan, een man uit Ontario, ziet in euthanasie bijvoorbeeld ‘een uitweg’. Na de dood van zijn moeder lijkt zijn enige alternatief een in zijn ogen uitzichtloos leven in een instelling. Dan verkiest hij toch de dood, zegt hij stellig, de minste van twee kwaden. Voor Michael Hickson, een man die aan een periode in coma ernstige schade overhield, maken zijn artsen die keuze. Zijn vrouw Melissa is het daar helemaal niet mee eens. Ze hoort ’t echter pas een dag later.

De ontwikkelingen rond Dying With Dignity gaan tegenwoordig snel in Canada, vertellen direct betrokkenen, véél sneller dan in traditionele gidslanden zoals Nederland en België. Daarbij wordt er volgens hen ook gecommuniceerd dat zo’n zachte dood tot lagere zorgkosten kan leiden. Over perverse prikkels gesproken. ‘Je kunt geen menselijk lijden verhelpen door mensen te doden’, vindt professor Catherine Frazee van de universiteit van Toronto, die zelf in een rolstoel zit en zuurstof krijgt toegediend. 

Reid Davenport kamt het hele gebied rond euthanasie voor mensen met een lichamelijke beperking uit, waarbij onvermijdelijk ook de eugenetica en de Amerikaanse voorvechter Jack Kevorkian van het honoreren van doodswensen, de revue passeren. Het resultaat is een emancipatoire film, die opnieuw aanzet tot nadenken over ieders (?) recht om te sterven en die eindigt waar ie begon: bij de vrouw met het, volgens sommige Amerikaanse media, ‘useless body’: Elizabeth Bouvia. Waarom wilde zij nu écht dood?

The Six Billion Dollar Man

Charlotte Street Films

Regisseur Eugene Jarecki hamert ‘t er bij de start van The Six Billion Dollar Man (129 min.) nog even in: vóórdat Julian Assange een hacker, een verkrachter en een spion werd (genoemd), was hij de man die in 2010 met WikiLeaks de beruchte Collateral Murder-video publiceerde. Schokkend beeldmateriaal waarmee ondubbelzinnig werd aangetoond dat Amerikaanse militairen zich in Irak schuldig maakten aan oorlogsmisdaden.

Want daar ligt de oorsprong van al wat Assange daarna overkwam: een beschuldiging van seksueel misbruik in Zweden, een jarenlang verblijf als verstekeling op de Ecuadoriaanse ambassade te Londen en daarna nog een tragische periode van eenzame opsluiting in de Engelse gevangenis Belmarsh. Een rechtsgang – lees: martelgang – die in totaal toch al gauw veertien jaar in beslag heeft genomen.

Dat proces is natuurlijk al op diverse momenten en vanuit verschillende gezichtspunten opgetekend in gewaardeerde documentaires zoals We Steal Secrets: The Story Of WikiLeaks (2013), Ithaka: A Fight To Free Julian Assange (2021) en A Dangerous Boy (2024). Niet eerder werd dit verhaal echter zo compleet, goed gedocumenteerd en meeslepend gepresenteerd als in deze essentiële film van Eugene Jarecki.

Jarecki (The Trials Of Henry Kissinger, The House I Live In en The King) moest zijn film volgens eigen zeggen in Duitsland maken, omdat in het huidige Amerika niemand z’n vingers eraan wilde én wil branden. Niet vreemd: Julian Assange wordt, zéér overtuigend, geportretteerd als het slachtoffer van een buitengewoon geraffineerde Amerikaanse lastercampagne, die in feite neerkomt op ‘een slow-motion publieke executie’.

De documentairemaker kan daarvoor terugvallen op een ware sterrencast, met Edward Snowden, Sigurdur ‘Siggi The Hacker’ Thordarson, Naomi Klein, Yanis Varoufakis en Chelsea Manning. Zelfs Vivienne Westwood en, jawel, Pamela Anderson, die Assange opzochten tijdens zijn ballingschap, sluiten nog even aan. Alleen de man zelf ontbreekt. Hij wordt vertegenwoordigd door zijn vrouw Stella Moris en advocate Jennifer Robinson.

De onkreukbare Robinson, Assanges trouwste metgezel in een episch juridisch gevecht, fungeert tevens als verteller. Zij scheidt, vanuit het perspectief van haar cliënt, het kaf van het koren in een tragische zaak die uiteindelijk uitmondt in koehandel tussen de leiders van Ecuador en de Verenigde Staten, Moreno en Trump. Voor een slordige zes miljard dollar wordt de banneling van de hand gedaan – en in een Britse cel gesmeten.

The Six Billion Dollar Man belicht de zaak in z’n volle omvang. Rond een man die – of je nu sympathie voor hem hebt of niet; alsof dat er eigenlijk toe doet – stelselmatig kapot is gemaakt. Een kwaadaardig geval van ‘kill the messenger’, waarvan iedereen die belang hecht aan het vrije woord ernstige buikpijn zou moeten krijgen. Julian Assange bekent uiteindelijk wel schuld: ‘I plead guilty to journalism’, zegt de Man van Zes Biljoen cynisch.

Stiller & Meara: Nothing Is Lost

Apple TV+

Samen met zijn acterende oudere zus Amy is de Amerikaanse acteur, komiek, regisseur en producent Ben Stiller druk doende met het ontruimen van het appartement van hun ouders, Jerry Stiller en Anne Meara. Zij braken in de jaren zestig, via optredens in het populaire televisieprogramma The Ed Sullivan Show, door als het komische duo Stiller & Meara en waren later ook los van elkaar succesvol. Zij als serieuze actrice, hij als het populaire personage Frank Constanza in de comedy Seinfeld. Meara overleed in 2015, Stiller vijf jaar later. Vrijwel hun hele leven, in totaal ruim zestig jaar, waren ze bij elkaar – al was dat lang niet altijd gemakkelijk.

De egodocu Stiller & Meara: Nothing Is Lost (98 min.) past in de Hollywood-traditie van kinderen die in de voetsporen van hun ouder(s) treden en daar dan een film over maken. Robert De Niro portretteerde senior, Robert Downey Jr. ook. En Law & Order-ster Mariska Hargitay zocht onlangs in een zeer fraaie documentaire naar haar moeder Jayne Mansfield. Net als zijn collega’s maakt Ben Stiller via zijn ouders ook een film over zichzelf, in het bijzonder over de parallellen tussen het huwelijk van zijn ouders en zijn eigen relatie met de actrice Christine Taylor. Die leek in 2017 op de klippen te zijn gelopen, maar werd enkele jaren later toch weer in ere hersteld.

‘Jerry, ik weet niet waar de act eindigt en het huwelijk begint’, zei Stillers moeder Anne ooit tegen Bens vader, met de scherpe tong die ook schade kon aanrichten. Toen ze een sketch over een ruziënd koppel oefenden, kwam dochter Amy eens binnen. Die legden ze uit: mama en papa zijn nu aan het repeteren. Enkele weken later was ‘t echt prijs. Amy kwam opnieuw binnen en wist ‘t zeker: mama en papa zijn aan het repeteren. Nee, zeiden die: mama en papa hebben ruzie. Hoe ‘t werkelijk zat? Hun kinderen ‘Benji’ en Amy zijn de draad een beetje kwijtgeraakt. Daarom maken we ook deze documentaire, zeggen ze tegen elkaar, zittend in de woonkamer van hun ouders.

De relatie tussen de tegenpolen Jerry Stiller en Anne Meara was in elk geval stormachtig. Hij moest keihard werken om te floreren, bij haar kwam ’t meer van nature. Zij haalde haar neus alleen een beetje op voor comedy. En allebei hadden ze een verleden om te vergeten – of, op de één of andere manier, in hun werk te verwerken. Hun kinderen kregen, ongevraagd, ook een plek in het publieke leven van hun ouders. Zo moesten Amy en Benji begin jaren zeventig bijvoorbeeld een muzikaal optreden geven in The Mike Douglas Show. ‘Relax’, zegt hun moeder, zogenaamd bemoedigend, op de toch wat pijnlijke beelden. ‘Er kijken maar dertig miljoen mensen.’

Met de wijsheid van nu probeert hun zoon hun levens en relatie te vatten. Hij kan daarbij terugvallen op het monnikenwerk van zijn vader, die alles filmde en opnam, bewaarde en documenteerde. Dit verzoenende nepoportret is dus rijk aan kijkjes achter de schermen bij de Stillers. Van twee – nee: vier – levens die tot elkaar waren veroordeeld. ‘Kinderen van acteurs hebben zo hun issues’, zegt Bens dochter Ella Stiller, die net als haar broer Quin zelf ook in Hollywood is beland, niet zonder ironie tegen haar vader. ‘Het fijne van jou is dat je zowel de acterende ouder als het kind van acteurs bent. Dat heb ik niet met mama. Die is alleen acteur.’

Trump’s Power & The Rule Of Law

PBS

Zo ziet het Steve Bannon-adagium ‘flooding the zone with shit’ er in de praktijk uit. Vanaf de eerste dag van zijn tweede ambtstermijn, op 20 januari 2025, regeert Donald Trump per decreet. Hij ondertekent, liefst publiekelijk, méér ‘executive orders’ dan al z’n voorgangers. Zo maakt hij als zo’n beetje de eerste Amerikaanse president in de geschiedenis zijn verkiezingsbeloften waar, zeggen zijn medestanders – en draagt hij, volgens al zijn criticasters, de Amerikaanse democratie ten grave. Steve Bannon is vanzelfsprekend enthousiast in Trump’s Power & The Rule Of Law (82 min.). Trump trapt voor de verandering eens het gaspedaal in, zegt hij, in plaats van de rem. Actie!

Als de president ‘t doet, dan kan ‘t eenvoudigweg niet illegaal zijn, stelt Donald Trump zelf al tijdens z’n eerste termijn, in navolging van zijn Republikeinse voorgangers Richard Nixon, die net als Trump in ernstige juridische problemen verzeild raakte, en George W. Bush, die na de terroristische aanslagen van 11 september 2001 op zoek was naar meer armslag. En dit uitgangspunt wordt in 2024 nog eens bekrachtigd door het Amerikaanse hooggerechtshof, voor een belangrijk deel door Trump zelf benoemd, dat zijn grootste juridische problemen uit de weg ruimt en daarmee ook zijn herverkiezing als president van de Verenigde Staten in dat najaar mede mogelijk maakt.

Niet vreemd dus dat Donald Trump zich onaantastbaar waant bij de start van die tweede ambtsperiode. Hij verleent supporters, die zijn veroordeeld vanwege hun aandeel in de bestorming van het Capitool op 6 januari 2021, algehele amnestie en opent de jacht op iedereen die tegen hem is, was of zou kunnen zijn. Te beginnen met de medewerkers van het ministerie van Justitie, die ‘t ooit hebben gewaagd om strafzaken tegen hem te starten. Geheel terecht, stelt Trumps juridische adviseur Mike Davis in deze docu van Frontline-journalist Michael Kirk, waarin de machtsgreep van Trump 2 in de eerste helft van 2025 wordt gereconstrueerd. Ze hebben ‘t er zelf naar gemaakt.

Het nieuwe ministerie van Justitie, geleid door Trumps vertrouweling Pam Bondi, begint te functioneren als werktuig voor ‘s mans rancune en wraaklust. Daar mogen ze zijn vijandenlijst afwerken: de federale hulporganisatie USAID, eigenzinnige rechtbanken, prominente advocatenkantoren, kritische media, linkse universiteiten en het ministerie van Onderwijs. Trumps dadendrang is zonder precedent, constateren medestanders, journalisten en juristen in deze docu, en wordt niet of nauwelijks gecorrigeerd door de volksvertegenwoordiging en rechterlijke macht. Menigeen houdt z’n hart vast. Een enkeling komt in verzet, waaronder ook enkele oud-advocaten van Trump.

De tussenbalans is vooralsnog duidelijk, stelt Kirk aan het eind van deze grondige ontleding van ‘s mans eerste zes maanden: Donald Trump wint. Bigly.

Unknown Number: The High School Catfish

Netflix

‘U are worthless n mean nothing u never have get a fucking life out of here owen will never look at u again or talk to u u fucked his life up so bad his family fucking hates u for it n he will never in life acknowledge u again get the fuck lost bitch he is fucking done with you’.

Vanaf oktober 2020 ontvangt Lauryn Licari, een dertienjarig meisje uit Beal, Michigan twee jaar lang intimiderende berichten van een onbekend nummer op haar telefoon. Ze heeft geen idee van wie de haatteksten afkomstig zijn. Het is duidelijk iemand die een wig wil drijven tussen Lauryn en haar vriendje Owen. En de persoon in kwestie bevindt zich in de buurt: op school, in de vriendenkring of bij haar basketbalteam. Want in de berichten staan details die alleen mensen uit hun directe omgeving kennen.

Unknown Number: The High School Catfish (95 min.) is de nieuwe productie van Skye Borgman, een documentairemaakster die aan de lopende band nieuwe, publieksvriendelijke films en miniseries aflevert voor Netflix. Van Girl In The PictureI Just Killed My Dad en Sins Of Our Mother tot The Truth About JimAmerican Murder: Laci Peterson en Fit For TV: The Reality Of The Biggest Loser. Stuk voor stuk bizarre ‘stranger than fiction’-verhalen, met veel drama en suspense uitgeserveerd.

Van het cyberpesten van Lauryn en Owen maakt Borgman een geheel bijdetijdse whodunnit. Wie in Beal zit er achter deze digitale stalking? In de eerste helft van Unknown Number introduceert ze, als een moderne variant op Agatha Christie, steeds een nieuwe verdachte, die verantwoordelijk zou kunnen zijn voor de aanhoudende intimidatie van de twee tieners. Totdat de Hercule Poirot van deze nare geschiedenis, sheriff Mike Main, voor de lens van zijn bodycam de dader ter verantwoording roept?

En dan krijgt en neemt die de gelegenheid om de hele affaire nog eens van begin tot eind door te akkeren – inclusief het naspelen van momenten waarop die berichten worden ingetypt – en het motief daarvoor toe te lichten. En dan is het aan de kijker zelf, die ook andere direct betrokkenen op zich in kan laten werken, om te bepalen hoe geloofwaardig dat is. Intussen heeft zich een onvervalst nee!nee!nee!-verhaal gevormd, dat wederom aantoont dat we als mensen echt weinig gekkers kunnen bedenken dan de waarheid.

Basisschool Balder

VRT

Als de camera’s op maandag 2 september 2024 beginnen te draaien, staan directeur Mike en de medewerkers van Basisschool Balder (185 min.) voor een heidens karwei. De Nederlandstalige school in de Brusselse achterstandswijk Sint-Gillis krijgt al jaren slechte beoordelingen van de onderwijsinspectie en zal de leskwaliteit snel moeten verbeteren. Intussen is het verloop onder leerkrachten groot, zijn vervangers nauwelijks te vinden en hebben veel leerlingen een leerachterstand. Dat is niet zo vreemd: voor 98 procent van de kinderen is Nederlands niet hun moedertaal.

Vanaf de eerste schooldag staat de druk er dus vol op in deze vierdelige serie, waarin de geplaagde basisschool een heel leerjaar wordt gevolgd. Zeker bij de ervaren juf Tessa, die de problematische zesde klas, waar leerachterstanden en gedragsproblemen hand in hand gaan, vlot moet proberen te trekken. Het is haar al snel zwaar te moede. ‘Ik heb zo hard het gevoel dat ik aan het falen ben’, zegt de juf geëmotioneerd tijdens een uitstapje waarbij ze continu als politieagent moet optreden. ‘Ik zie hen oprecht graag en wil mijn uiterste best doen, maar je krijgt niks terug. Niks!’

Het gedrag van de kinderen, die na dit jaar naar het secundaire onderwijs gaan, is vast niet los te zien van het aantal leerkrachten dat zij in de loop der jaren hebben zien vertrekken. Het idee dat dit aan hen ligt, dat ze hen niet graag zien, lijkt te zijn verinnerlijkt. Sommige ouders maken zich intussen ernstig zorgen over de ontwikkeling van hun kind. Te midden van zulke lastige uitdagingen moet het onderwijs draaiende gehouden worden. ‘Het zakje met oplossingen is leeg tot op de bodem’, constateert adjunct-directeur Sandra onderweg. ‘En er zit een gat in de bodem.’

Basisschool Balder laat het reilen en zeilen binnen de basisschool ogenschijnlijk ongefilterd zien. Zonder de uitdagingen, conflicten en tristesse te verhullen of te verzachten. Tegelijkertijd toont de aangrijpende, knap gecomponeerde documentaireserie ook de enorme toewijding van de Brusselse leerkrachten. Hoe zij zelfs in heel moeilijke omstandigheden momenten creëren waarop een leerling zichzelf en anderen verbaast of er samen lekker lol wordt gemaakt. Dit zorgt meteen voor de lucht, die dit schrijnende verhaal soms ook nodig heeft.

Wanneer het schooljaar naar z’n einde loopt – en ook deze serie z’n afronding krijgt – nadert tevens het moment van de waarheid. Kan Balder alsnog de gevraagde onderwijskwaliteit leveren? Dan is overigens allang duidelijk dat de maatschappelijke opdracht die deze en vergelijkbare scholen krijgen – en die de medewerkers ook aan zichzelf opleggen – binnen de huidige omstandigheden nauwelijks is uit te voeren. Als er geen structurele verbeteringen komen, dreigen zij een generatie af te leveren, die slechts beperkt geëquipeerd is voor de hedendaagse wereld.

Trailer Basisschool Balder

Surviving Ohio State

HBO Max

Het is aardedonker. Hij vraagt de worsteltalenten om hun onderbroek uit te trekken. Ze zijn inmiddels helemaal naakt, als de dokter zijn lampje aanzet. Hij klemt hem tussen zijn lippen en kijkt tussen hun benen. ‘En op dat moment pakte hij je penis vast en bewoog hem alle kanten op’, herinnert Dan Ritchie zich. ‘De hele tijd probeer je om geen erectie te krijgen’, vult Mike Schyck aan. Het is tevens een moment waarop je volgens Will Knight je eigen seksualiteit gaat bevragen. ‘Toen we naar buiten kwamen, maakten we grapjes omdat we niet wisten wat we meemaakten.’

Genitale controle blijkt in de jaren negentig de specialiteit van dokter Richard Strauss, de teamarts van de ‘Buckeyes’, het prestigieuze worstelteam van Ohio State University (OSU). Elk lichamelijk onderzoek, dat in deze pijnlijke film van Eva Orner ter sprake komt, loopt erop uit. En ‘Dr. Fun Boy’ gebruikt nooit handschoenen. OSU’s coach Russ Helickson en zijn assistent Jim Jordan, tegenwoordig Republikeins congreslid, weten ervan – daarover kan geen twijfel bestaan – maar zij gaan het ongemakkelijke gesprek stelselmatig uit de weg. Strauss slaat intussen zijn vleugels uit naar andere sporten.

De ervaringen van deze jonge topsporters zijn nagenoeg gelijk aan de verhalen van Amerikaanse turntalenten over sportarts Larry Nassar, die eerder al hun weg vonden naar de docu’s At The Heart Of Gold: Inside The USA Gymnastics Scandal en Athlete A. Het seksueel misbruik in Surviving Ohio State (109 min.) – dat tevens aansluit bij vergelijkbare Surviving-producties over R. KellyJeffrey Epstein en Michael Jackson – vindt alleen plaats binnen een uitgesproken macho omgeving, met jongens die vaak niet hebben geleerd om over hun gevoelens te praten en bij tegenslag gewoon doorbijten.

En als de vrouwelijke schermcoach Charlotte Remenyik, die dus nooit in de jongenskleedkamer komt en er desondanks van hoort, melding maakt van Strauss’ zeer ongepaste gedrag, valt dit in dode aarde bij de verantwoordelijke schoolbestuurders. Die doen alsof er niets aan de hand is of openen de doofpot, de zogeheten ‘second rape’. ‘Toen ik erachter kwam dat ze het wisten, dat de Ohio State University Day wist dat hij de atleten betastte, stond ik versteld’, zegt ijshockeyer Al Novakowski. ‘Tot op de dag van vandaag denk ik: allemachtig, hebben deze mensen geen kinderen?’

Nadat ze zich zo voor de tweede keer miskend en misbruikt hebben gevoeld, volgt nog een derde ontluisterende ervaring, als initiatiefnemer Michael DiSabato en enkele andere slachtoffers in 2018, ruim twintig jaar dato, besluiten om met hun ervaringen naar buiten te treden: de smalende reacties. Worstelaars, zoals de latere UFC-vechter Mark Coleman, die zich als kleine meisjes laten misbruiken? sneren buitenstaanders ongevraagd. Dat geloof je toch zelf niet! En ook dan blijven sommige Buckeyes  – politiek kopstuk Jim Jordan voorop – consequent ontkennen dat ze er iets vanaf wisten.

Met een veelheid aan bronnen pelt Eva Orner de geruchtmakende zaak zo helemaal af. Ze vindt daarbij ook een mogelijke verklaring voor het feit dat OSU Richard Strauss al die jaren uit de wind heeft gehouden: hij speelde een cruciale rol in een clandestien onderdeel van topsportprogramma. Het is de treurig stemmende slotsom van een ontluisterende exegese van hoe grensoverschrijdend gedrag maar kan blijven voortwoekeren.

The Pilgrimage Of Gilbert And George

Gilbert & George

Twee mensen, één kunstenaar. Al ruim een halve eeuw onafscheidelijk: George Passmore en Gilbert Prousch. Ze zijn hun eigen kunst. Samen dus. Ze ontmoetten elkaar in 1967 tijdens de opleiding beeldhouwen op de Saint Martin’s School Of Art in Londen. Hij, uit het Engelse graafschap Devon. En hij, uit de Italiaanse Dolomieten. Ze vormden subiet een duo. Voor het leven. Met als motto: kunst voor allen.

Getweeën lopen ze in The Pilgrimage Of Gilbert & George (88 min.), statig en liefst volstrekt synchroon, door hun eigen carrière, op weg naar het onvermijdelijke einde. Strak in het pak. Met een uitgestreken gezicht ook. En volstrekt onverstoorbaar. Al hun hele leven willen ze niet tot de gevestigde orde behoren – of erdoor geaccepteerd worden. Bijgestaan door enkele intimi en kenners doen ze in dit dubbelportret van Mike Christie zo hun verhaal. Twee monden, één vertelling.

Over levende standbeelden, ‘eeuwenoude’ houtskooltekeningen, The Dirty Words Pictures, schreeuwerige spandoeken en, jawel, The Naked Shit Pictures. En een kunstenaar met twee hoofden en Iijven, maar slechts één hart. Één idee. Om werk te maken voor een breed publiek, voorbij de linkse kunstelite. ‘We proberen kunst te maken waarmee we de straat op kunnen’, zeggen Gilbert & George. ‘Niet voor de ingewijden, maar voor elke taxichauffeur en elke drugsverslaafde.’

En deze joyeuze film, waarin het symbiotische tweemanschap alle ruimte krijgt én neemt, zet vol de schijnwerper op die directe, kleurrijke en soms ook provocatieve kunst, waarin thema’s als straatcultuur, de AIDS-crisis en religie hun plek hebben gevonden. ‘Veel mensen vragen ons of de werken over onze sterfelijkheid gaan’, zeggen de twee tachtigers, die al bijna zestig jaar met één stem spreken, bepaald niet zonder zelfspot. ‘We vinden het echter nog te vroeg om daar werk over te maken.’

En ook dat lijkt dan weer een sprekend voorbeeld van twee zielen, één gedachte. Als het inmiddels niet gewoon om één ziel gaat….

Sally

National Geographic

Als de eerste vrouwelijke astronaut van de Verenigde Staten groeit Sally Ride (1951-2012) in de jaren tachtig uit tot één van de bekendste gezichten van haar land. Ze geldt als een rolmodel, een vrouw die erin is geslaagd om een plek te verwerven in een ongekend mannenbastion, de NASA. In de praktijk wordt ook zij echter nog altijd regelmatig geconfronteerd met vooroordelen over vrouwen die de ruimte in willen – astronauten huilen toch niet? – en loopt ze zelf ook met een geheim rond. Ride verbergt een wezenlijk deel van haar leven: ze valt op vrouwen.

Bij één van haar eigen voorbeelden, toptennisser Billie Jean King, heeft ze gezien wat er kan gebeuren als je publiekelijk wordt geout. Sally (103 min.) kiest dus de vlucht naar voren: ze trouwt met medeastronaut Steve Hawley. Tegelijk besluit ze om zich niets aan te trekken van de vooroordelen en bekrompen sfeer binnen de NASA – waarmee ook zwarte astronauten, getuige de recente documentaire The Space Race, jarenlang hebben moeten dealen. Sally Ride laat zich niet uit het veld slaan en blijkt helemaal in haar element binnen de ruimtevaartorganisatie.

Behalve tijdens de verplichte persmomenten. Kan een ruimtereis later gevolgen hebben voor een mogelijke zwangerschap? vragen journalisten dan. Of: hoe hebt u tijdens de crewtrainingen gereageerd op stressvolle situaties? Huilt u dan bijvoorbeeld? Sally lacht eens ongemakkelijk. ‘Waarom vraagt niemand dat aan Rick?’ wendt ze zich gegeneerd tot de collega naast haar. En dan zijn er nog de praktische vragen vanuit de NASA zelf. Heeft ze bijvoorbeeld behoefte aan een make-up set in de ruimte? Hoeveel tampons moeten er eigenlijk mee op een vlucht van een week?

Behalve zulk ongemak belicht deze ferme film van Cristina Costantini ook de spanning en extase van het astronautenbestaan, vervat in de gebruikelijke zinnenprikkelende beelden vanuit de ruimte. Sally Ride wordt tegen die tijd allang beschouwd als ‘one of the guys’. Wanneer ze terugkeren op aarde, is zij echter het enige crewlid dat een ongetwijfeld goedbedoelde bos bloemen krijgt aangeboden van de NASA. En wanneer ze die teruggeeft, springen de media daar natuurlijk weer bovenop. Want voor de buitenwacht blijft zij altijd Sally Ride, de eerste astronaute.

De vrouw die zo gesloten was als een oester en liever niet over haar gevoelens sprak, ook niet met de mensen om haar heen, wordt in dit postume portret liefdevol opgetekend door haar moeder Joyce en zus Bear Ride, voormalig echtgenoot Steve Hawley, ex-vriendin Molly Tyson en haar NASA-collega’s Kathy Sullivan, Anna Fisher, John Fabian en Mike Mullane, volgens eigen zeggen destijds een onvervalste ‘male sexist pig’. En ook Tam O’Shaugnessy, die 27 jaar in stilte haar levenspartner was, voelt zich tegenwoordig vrij om te vertellen over haar grote liefde.

Gezamenlijk vangen zij een vrouw die weliswaar door het glazen plafond van de aarde brak, maar liever niet al te zeer in de belangstelling stond. Ook omdat dan wel eens ontdekt zou kunnen worden wie zij werkelijk was.

Het Grote Offensief

September Film

Met een stoutmoedig en meedogenloos plan hoopt de Canadese bevelhebber Guy Simonds in het najaar van 1944 de patstelling in de laatste fase van de Tweede Wereldoorlog te doorbreken. Hij geeft het bevel om het Zeeuwse eiland Walcheren te laten overstromen, om zo kustbatterijen van de Duitsers uit te schakelen. Naderhand meldt de Britse pers triomfantelijk dat het eiland is gezonken en het nazi-garnizoen aldaar weggespoeld. Het blijkt een enorme misvatting. De strijd is nog lang niet gestreden en zal in de komende maanden nog flink oplaaien.

In Het Grote Offensief (98 min.) belicht het team achter de speelfilm De Slag Om De Schelde en de bekroonde dramaserie De Joodse Raad, de strijd rond de Zeeuwse eilanden. Die moet eerst in het voordeel van de geallieerde troepen worden beslist, voordat zij kunnen doorstoten naar Berlijn, om Hitlers naziregime definitief te breken. De overwinningsroes die de legertop na de doorbraak in Normandië en de bevrijding van de stad Antwerpen even in z’n greep kreeg, is dan alweer geweken. En ook de bevrijdingskoorts in het bezette Nederland heeft plaats moeten maken voor realisme.

Regisseur Victor D. Ponten verlaat zich bij het reconstrueren van deze geschiedenis op een hybride van docu en drama. Hij laat authentiek archiefmateriaal van de oorlog en fraaie visualisaties van het front, met digitale kaarten en maquettes, samenvloeien met gedramatiseerde scènes, zowel van gewone soldaten aan het front als van de militaire beslissers die op zoek zijn naar een winnende strategie. Een sleutelrol is er voor verteller Gijs Scholten van Aschat, die alle ontwikkelingen vaardig inkadert en van context voorziet en de verschillende verhaalelementen en -lagen met elkaar verbindt.

De opmars van de geallieerden wordt intussen ernstig belemmerd door onenigheid en wedijver binnen de legertop, tussen de relatief onervaren Amerikaanse opperbevelhebber Dwight Eisenhower (Michael Krass) en de eigengereide Britse veldmaarschalk Bernard Montgomery (Martijn Oversteegen). Deze strubbelingen zorgen zelfs weer voor hoop in Berlijn, waar een vertrouwd tierende Adolf Hitler (Mike Reus) het uiterste van zijn generaals en hun manschappen blijft eisen. Misschien, heel misschien, kan een in wezen al verloren oorlog toch nog in Duits voordeel worden beslist. 

Via deze historische figuren en de keuzes die zij onderweg maken concentreert Ponten zich in Het Grote Offensief zo op het macroverhaal van dit onderbelichte stuk Tweede Wereldoorlog – de weerslag daarvan op gewone Zeeuwen komt bijvoorbeeld nauwelijks aan de orde – dat is omgevormd tot een aantrekkelijk vormgegeven geschiedenisles.

What They Found In Bergen-Belsen

EO

Ze zeiden er volgens de Britse sergeant Bill Lawrie geen woord over tegen elkaar toen ze eenmaal in hun bed lagen. De medewerkers van de Army Film and Photographic Unit waren die dag in het concentratiekamp Bergen-Belsen geconfronteerd met het ergste wat de mens kan aanrichten en overkomen.

‘Het waren geen mensen meer, maar wat er nog over was van mensen’, vertelde Lawrie later over die dag in april 1945 aan filmconservator Kay Gladstone, die medewerkers van de eenheid interviewde voor het Imperial War Museum in Londen. ‘Lege hulzen’, zoekt hij naar de juiste woorden. ‘Helemaal dood. Er was complete hopeloosheid. Wanhoop. Alsof het einde was gekomen en niemand daar nog iets aan kon doen. En ik denk dat niemand van ons zich realiseerde wat er met ons gebeurde.’

‘Er waren wachttorens in het kamp’, herinnert Lawries collega Mike Lewis, die zelf van Joodse afkomst was, zich de volgende dag. ‘Ik klom erin, om beelden te maken. Het was een andere planeet, een andere aarde, een hel. Hoewel ik al verschrikkelijke dingen had gezien tijdens de oorlog, kon ik me niet voorstellen dat mensen elkaar zo konden behandelen.’ Intussen zijn de beelden te zien die Lawrie, Lewis en hun collega’s destijds maakten van What They Found In Bergen-Belsen (37 min.).

Als cameramensen moesten ze emotionele afstand proberen te bewaren, vertellen ze als die oorlog allang tot de geschiedenis behoort. Anders was het werk ondraaglijk. En het hielp dat ze zich achter een zoeker konden verbergen. Om vast te leggen wat er zich daar, in dat hellehol van nazi-Duitsland, had voltrokken. Bewijsmateriaal. Zwart-witte 35mm-beelden, zonder geluid. Met commentaar erbij van hen, de makers. Over dat ze elke dag, na de opnames, moesten worden ontluisd bijvoorbeeld.

En dan verstommen ook Lewis en Lawrie en mogen de gruwelijke beelden van Bergen-Belsen even voor zichzelf spreken. In doodse stilte. Hun boodschap, door samensteller Sam Mendes vervat in een sober document zonder enige franje, is tachtig jaar later nog altijd met geen mogelijkheid te negeren.

King Of The Apocalypse

SkyShowtime

Zou iemand hebben vermoed toen Stewart Rhodes als dertiger begon te studeren aan de prestigieuze Yale Law School en een scriptie schreef over hoe de Amerikaanse regering de grondwet had uitgehold na 11 september 2001, dat hij zo’n twintig jaar later, na een aanval op diezelfde Amerikaanse democratie, zou worden beschuldigd van ‘opruiende samenzwering’?

Rhodes was al in de dertig en getrouwd toen hij ging studeren. Hij zou in totaal zes kinderen krijgen. En die voedde hij op met de voorspelling dat het einde der tijden aanstaande was. De aangekondigde Dag des Oordeels bleef alleen uit, constateert zijn zoon Dakota Adams droog. Hij fungeert als verteller van deze documentaire van Daniel Vernon, die werd vernoemd naar de bijnaam die Rhodes kreeg van zijn kinderen: King Of The Apocalypse (87 min.). Pappie Wappie – al wordt ie daarmee ook tekort gedaan.

Adams, ondersteund door zijn moeder Tasha en zus Sedona, doet zijn verhaal vanachter een laptop, met een headset waarmee hij in beeld zijn verbindende voice-overs inspreekt. Hij noemt zijn vader consequent ‘Stewart’, waarschijnlijk om afstand tussen hen te scheppen. Vernon lardeert dit persoonlijke relaas met familiefoto’s en -video’s, archiefbeelden en campy filmfragmenten, die de plank soms een beetje misslaan. Waardoor de gekozen vertelvorm ook de kijker van deze film soms op afstand zet.

Dakota schetst een scherpslijper die steeds verder radicaliseert, zich ronduit paranoïde begint te gedragen en zo het gezin terroriseert. Totdat het leven in hun huis te Trego, Montana, ondraaglijk is geworden voor de anderen. In 2009 heeft zijn vader intussen Oath Keepers opgericht, een extreemrechtse en gewelddadige anti-overheidsmilitie. En daarmee zal Stewart Rhodes ook een sleutelrol spelen bij de bestorming van het Capitool op 6 januari 2021, die hij mede zou hebben gepland en gecoördineerd.

Verder volgt Daniel Vernon hoe ’t hem in de periode daarna vergaat, als hij vanwege zijn rol in de aanval wordt gearresteerd en berecht. Die kwestie heeft ook een persoonlijke dimensie: Rhodes’ eigen gezinsleden zijn doodsbang voor hem en willen graag dat hij vast blijft zitten. Vernon belicht verder de rol van wapens in het gedachtegoed van ultrapatriottische Amerikanen zoals Rhodes en zoomt in op een paar van zijn geestverwanten, Michael ‘Whip’ Simmons en Mike Dunn van The Boogaloo Bois.

Hoewel King Of The Apocalypse weer uiterst actueel is, nu Donald Trump is begonnen aan zijn tweede ambtstermijn als president en de sleutelfiguren van de bestorming van het Capitool amnestie heeft verleend, wil de documentaire niet echt beklijven. Daarvoor hinkt de film op te veel gedachten. Vernon heeft ook moeite om de juiste toon te vinden en vast te houden en het dramatische verhaal van de Rhodes-familie, dat nu weer een nieuw hoofdstuk krijgt, met gepast drama en urgentie uit te serveren.

We Beat The Dream Team

HBO

Grant Hill, de directeur het Amerikaanse basketbalteam, heeft één sterk verhaal: hij heeft ooit ‘het beste team uit de geschiedenis van teamsporten’ verslagen.

Dat zit zo: in 1992 besluit de Amerikaanse basketbalfederatie NBA, na een smadelijke nederlaag bij de Olympische Spelen van 1988, om geen amateurteam, met louter talenten, meer te sturen. Voor het eerst wordt er een team met professionals samengesteld. Dit ‘Dream Team’ bevat enkele van de grootste namen uit de basketbalhistorie: Magic Johnson, Larry Bird en – de speler die wordt beschouwd als de Greatest Of All Time (GOAT) van zijn sport – Michael Jordan.

Om de grote sterren te preppen voor de onvermijdelijke gouden medaille bij de Olympische Spelen van Barcelona doet de NBA wel weer een beroep op een team met aanstormende talenten, zoals Penny Hardaway, Chris Webber én Grant Hill. En dit ‘Select Team’, dat dus bestaat uit jonge spelers die bij eerdere edities wellicht zelf naar de Spelen zouden zijn gestuurd, heeft tijdens een oefenwedstrijd dus afgerekend met de allergrootste basketbalsterren van hun tijd.

Ofwel: We Beat The Dream Team (79 min.). En daarvan blijken zelfs beelden te bestaan: Chuck Daly, de coach van de gedroomde helden, liet het trainingspartijtje filmen, zodat ze er nog wat van konden leren. Naderhand zorgde hij er overigens wel voor dat de uitslag snel van het scorebord werd verwijderd – en dat daarvan geen foto’s waren genomen. Anders zouden USA Today en  The New York Times er de volgende ochtend vast mee hebben geopend, beweert assistent-coach PJ Carlesimo.

Met coaches en spelers van beide teams veegt regisseur Michael Tolajian (die ook al betrokken was bij de epische Jordan-serie The Last Dance) de spinnenwebben uit dit vergeten uithoekje van de Dream Team-historie. Dat is in 2012 overigens ook al eens ter sprake gekomen in de documentaire The Dream Team. Daarin beweert Mike Krzyzewski, een andere assistent-coach, dat Daly zijn supersterren opzettelijk heeft laten verliezen. Als de noodzakelijke ‘wake-up call’ op weg naar Olympisch Goud.

En dat is dan weer tegen het zere been van Grant Hill en zijn voormalige teamgenoten, waarvan een deel later ook furore zou maken in de NBA. Zij worden daarmee beroofd van hun meest tot de verbeelding sprekende wapenfeit. Tolajian serveert de verschillende lezingen van wat er is gebeurd uit met enkele geanimeerde sequenties en een hopelijk ludiek bedoelde soundtrack, die het hele terrein tussen de themamuziek van Rocky en Beethovens Ode An Die Freude bestrijkt.

En zo wordt weer een kleine alinea toegevoegd aan het heldenverhaal dat inmiddels. op alle mogelijke manieren, is gewijd aan The Dream Team.

Minted

PBS

Zijn NFT’s simpelweg een hype, die inmiddels alweer is overgewaaid? Of hebben ze een blijvende impact op de kunstwereld?

Toen Mike Winkelmann, alias Beeple, in 2007 dagelijks tekeningen begon te maken op zijn computer, had hij in elk geval nooit kunnen vermoeden dat die ooit zouden worden erkend als serieuze kunst – en dat hij daarmee bij het befaamde veilinghuis Christie’s zou belanden. Beeple’s digitale kunstwerk Everydays: The First 5000 Days – een Non-Fungible Token (NFT), met een unieke digitale handtekening – wordt in 2021 verkocht. Tot zijn eigen verbazing verwisselt de collage van eigenaar voor maar liefst 69 miljoen dollar. Tegenwoordig heeft Winkelmann z‘n eigen studio, waarmee hij probeert te doen wat elke toonaangevende kunstenaar volgens hem ooit deed: het vernieuwen van de kunst zoals we die kennen.

En het begon ooit zo aandoenlijk en klein. Met behulp van een floppy disk en personal computer kan Kevin McCoy in Minted (80 min.) nog steeds de originele digitale kunstwerken laten zien die hij in de jaren negentig maakte. Samen met zijn partner Jennifer stond hij destijds voor een enorme uitdaging: hoe maak je unieke werken, die niet eindeloos kunnen worden gekopieerd? De Blockchain-techniek bood uiteindelijk uitkomst. Daardoor konden NFT’s ook het levenslicht zien – al was daar in eerste instantie nog altijd geen droog brood mee te verdienen. Cars (2014), het digitale kunstwerk van Jennifer en Kevin McCoy dat geldt als de allereerste verkochte Non-Fungible Token, bracht bijvoorbeeld slechts twintig dollar op.

Sindsdien is er veel veranderd: NFT’s groeiden uit tot een hype, zowel in de kunstwereld als daarbuiten, en werden daarna onderdeel van een zogenaamde ‘crypto clash’. Nicholas Bruckman verwerkt die ontwikkeling op een toegankelijke manier in deze vlotte, interessante en speels vormgegeven film. Hij doet dat aan de hand van enkele hoofdpersonen. Fotograaf Justin Aversano begon de foto’s van zijn tweelingenproject Twin Flames enkele jaren geleden bijvoorbeeld als NFT te verkopen, kan zichzelf daardoor nu onderhouden en hoeft dus geen commerciële klussen meer aan te nemen. En de Cubaanse kunstenares Kina Matahari, die in eigen land te maken krijgt met censuur, heeft er ook creatieve vrijheid in gevonden.

Verder hebben NFT’s ook hun eigen kwetsbaarheden. Want wie zorgt ervoor dat anderen jouw werk niet als NFT gaan verkopen, zoals de Nederlandse kunstenares Loish gebeurde? Wie treedt er op als je wordt gehackt? Wat te denken van celebrities, zoals Paris Hilton met haar ‘Bored Apes’ bij de talkshow Jimmy Fallon, die een verdienmodel creëren met NFT’s, waarvan de artistieke waarde mag worden betwijfeld? En hoe wordt de markt beïnvloed, of zelfs verziekt, door allerlei lieden die snel rijk denken te kunnen worden met de handel in NFT’s? Wanneer het mis gaat en de markt crasht, is één ding in elk geval duidelijk: niet alleen gewone investeerders gaan het schip in, kunstenaars zoals Justin Aversano en Kina Matahari kunnen zomaar hun (enige) inkomstenbron verliezen.

Elizabeth Taylor – Rebel Superstar

Passion Pictures / Videoland

Elizabeth Taylors moeder was enthousiast over haar huwelijk met Conrad Hilton. Daarmee werd haar dochter toch maar mooi onderdeel van de Hilton-dynastie. MGM, de filmmaatschappij waar Taylor als tienerster onder contract stond, was al even blij: dit droomhuwelijk was perfecte reclame voor haar nieuwe film Father Of The Bride (1950). Ze kreeg meteen de trouwjurk uit die film cadeau, zodat ze er ook op haar eigen huwelijk, natuurlijk eveneens georganiseerd door MGM, de show mee kon stelen.

Voor de achttienjarige Elizabeth Taylor – publiekelijk neergezet als een sekssymbool, maar in werkelijkheid zo groen als gras – was het huwelijk vooral een vlucht. In de armen van een gewelddadige man. Die al snel zou worden opgevolgd door zijn tegenpool, Michael Wilding. Die op zijn beurt weer plaats moest maken voor Mike Todd. En hij, de man die écht ideaal voor haar was, organiseerde een bruiloft voor Taylor, met een kolossale taart en 18.000 van hun allerbeste vrienden, die meer Hollywood was dan Hollywood. Feit en fictie waren toen allang onlosmakelijk met elkaar verbonden geraakt in Liz Taylors publiek geleefde leven, met de schandaalpers als één van de grote winnaars. Door haar entree als Cleopatra in Rome werd ‘paparazzi’ een alom bekende term.

Zoals haar eigen leven permanent de contouren aannam van een groots en meeslepend drama, zo weerspiegelden haar films, laat regisseur James House treffend zien in de driedelige serie Elizabeth Taylor – Rebel Superstar (132 min.), ook regelmatig gebeurtenissen uit haar privéleven. Als de Britse actrice haar verdriet probeerde te vergeten in de armen van een bevriende (en soms ook getrouwde) collega, werd dat gegeven vaak direct geëxploiteerd via een film waarin ze een relatie kreeg met diezelfde collega. Taylor speelde het spel van de showbusiness ook uitstekend mee, vertelt haar persoonlijke fotograaf Gianni Bozzacchi, die bijvoorbeeld haar hartstochtelijke relatie met Richard Burton, resulterend in twee huwelijken, mocht vereeuwigen. ‘Als je geen show geeft, is er ook geen business.’

Voor beroemdheid moet je een pact met de duivel sluiten, constateert Taylors zoon Chris Wilding lijdzaam. ‘Het is ’t echt niet waard.’ Samen met haar kleindochter Naomi Wilding, schoondochter Aileen Getty en stiefzoon Todd Fisher (die thuis overigens een soort expositie blijkt te hebben ingericht voor zijn eigen moeder, Singin’ In The Rain-actrice Debbie Reynolds, en zijn zus, Star Wars-icoon Carrie Fisher) geeft hij een persoonlijke touch aan dit portret van zijn moeder. Verder komen in deze gesmeerd lopende miniserie – die in grote lijnen hetzelfde verhaal vertelt als Elizabeth Taylor: The Lost Tapes (2024), al ligt de nadruk hier minder op haar toxische relatie met Burton – ook haar biografe Kate Andersen Brower en de collega’s George Hamilton, Joan Collins en Sharon Stone aan het woord.

Een opvallende rol is er tevens voor ‘executive producer’ Kim Kardashian. ‘Roem is een tweesnijdend zwaard’, stelt zij, vast niet alleen over Elizabeth Taylor. ‘Maar ik zie haar gewoon niet als een zielig vrouwtje. Sommige mensen kunnen het en anderen niet.’ En Elizabeth kón het, zonder enige twijfel. Dankzij/ondanks al die relaties, roddels, verslavingen, fatshaming en onophoudelijke aandacht die ze daarbij op haar pad vond.

American Manhunt: O.J. Simpson

Netflix

Op voorhand lijkt American Manhunt: O.J. Simpson (300 min.) een volstrekt overbodige productie. Er is namelijk al een gezaghebbende documentaireserie over de dubbele moord op Nicole Brown, de vrouw van de voormalige American footballer, en haar vriend Ron Goldman op 12 juni 1994: Ezra Edelmans epische vijfdelige reeks O.J.: Made In America, waarin de schokkende misdaad op een imposante manier in z’n historische en maatschappelijke context wordt geplaatst. Met O.J. Simpson, een Afro-Amerikaan die zich vrijwel alleen met witte landgenoten leek op te houden, als een wel heel ongemakkelijk symbool voor Zwart Amerika. De serie werd in 2017 geheel terecht gekozen tot winnaar van de Oscar voor beste documentaire.

En nu is er dus een true crime-productie van Floyd Russ. Waar Edelman uitzoomt, zoomt Russ juist in: op het misdrijf zelf: gemiste sporen, bewijs en getuigen. Op O.J.’s spectaculaire vlucht in een witte Ford Bronco, live uitgezonden op televisie. En op de rechtszaak, eveneens een mediaspektakel zonder weerga. Met uitstekende bronnen, zoals de lekker cynische moorddetective Tom Lange en zijn omstreden collega Mark Fuhrman, die een cruciale rol zal gaan spelen in de verdedigingsstrategie van Simpsons juridische Dream Team. Fuhrman wordt door hen geportretteerd als een door en door racistische rechercheur, die O.J. er willens en wetens bij heeft gelapt. Voor dat eerste is bewijsmateriaal te over, dat tweede lijkt toch wel hoogst twijfelachtig.

Verder bevat deze vierdelige serie bijdragen van onder anderen Ron Goldmans zus Kim, O.J.’s huisgenoot Kato Kaelin, zijn agent Mike Gilbert, O.J.’s en Nicoles vriend Ron Shipp, assistent-aanklager Christopher Darden, DNA-expert Bill Thompson, Simpson-advocaat Carl Douglas, juridisch expert Jeffrey Toobin, jurylid Yolanda Crawford en talkshowhost Geraldo Rivera en andere journalisten die de zaak destijds volgden. Met hen kan Russ zowel diep in de zaak duiken als er van enige afstand naar kijken. En het helpt ongetwijfeld dat de toenmalige verdachte een klein jaar geleden overleed. O.J. Simpsons belangen hoeven niet meer te worden beschermd – hooguit zijn imago. Daar was door latere strapatsen alleen toch al niet meer zoveel van over.

En zo wordt American Manhunt – een titel waaronder in 2023 ook The Boston Marathan Bombing van Floyd Russ werd uitgebracht door Netflix en die later dit voorjaar nog een vervolg over Osama bin Laden lijkt te krijgen – zowaar een heel interessante ontleding van een zaak die in de afgelopen dertig jaar natuurlijk al van voor tot achter is belicht. Niet in het minst door het Amerikaanse karakter van de zaak. Want zelfs een gruwelijke dubbele moord wordt, getuige bijvoorbeeld een DNA-kraswedstrijd en de enige echte O.J.-crimewatch, schaamteloos commercieel uitgevent. Óók door de hoofdverdachte zelf, die er rond de geruchtmakende rechtszaak blijkbaar geen been in zag om geboortekaartjes te verkopen met zijn handtekening erop.

Het tekent de man die, ondanks zijn succesvolle sportcarrière en jarenlange status als nationale knuffelbeer, toch vooral zal worden herinnerd vanwege de moord op zijn ex-vrouw Nicole en Ron Goldman. Of hij die nu heeft gepleegd – en daarvoor zijn toch wel héél sterke aanwijzingen – of niet.

Meiden Van De Keileweg. 25 Jaar Later

Lieke / c: Ivar Schutte / Powned

Met zijn camera bivakkeert hij voortdurend in de schemerzone van het bestaan. Als Roy Dames niet is te vinden in Willems Kantine, rondhangt met zijn Foute Vrienden of de strijd aangaat met randfiguren zoals Emile RatelbandFrank Masmeijer of Rob Scholte, dan filmt hij wel met de vrouwen die ooit hun brood verdienden op de inmiddels gesloten tippelzone in Rotterdam.

Dat resulteerde in 2000 in de rauwe docuserie Meiden Van De Keileweg, met een ongefilterde kijk in de levens van verslaafde vrouwen die hun lichaam verkochten ‘voor een snuif, een base of een shot’. Een kwart eeuw later pakt Dames de draad weer op in Meiden Van De Keileweg. 25 Jaar Later (144 min.), om te kijken hoe ‘t nu met de vrouwen gaat, hoe zij destijds in de straatprostitutie zijn beland en hoe het dagelijks leven daar – in dat hellehol van junks, pooiers en hoerenlopers – nu eigenlijk was.

Lieke zorgde in de oorspronkelijke serie voor enkele onvergetelijke scènes (die sommige mensen nochtans graag zouden vergeten) en is opnieuw van de partij. Ze lijkt clean en woont in een gewoon rijtjeshuis, ergens in Oost-Brabant. Tegelijkertijd heeft ze heel wat te stellen met haar veel jongere vriend Mike. Terwijl Lieke Dames een inkijkje in haar ziel en verleden geeft, vechten de twee vechten als kat en hond. Roy Dames filmt dan gewoon door, ook als de ruzies volledig ontsporen, niet alleen fysiek.

Het leven van Sonja lijkt inmiddels in rustiger vaarwater te zijn gekomen. De vrouw die 25 jaar geleden oogde als een menselijk wrak – graatmager, verwilderde blik in de ogen en nauwelijks een tand in haar mond – zit er tegenwoordig netjes bij, in een opgeruimde woning. Als BDSM-meesteres lijkt ze bovendien verzekerd van een stabiel inkomen. Toch kijkt Sonja met een zekere romantiek terug op de Keileweg, waar ’t volgens haar, op z’n heel eigen manier, ook wel gezellig was. De vrouwen probeerden er te zijn voor elkaar.

Huismoeder Wendy, ook allang afgekickt, heeft soortgelijke gevoelens. De onderlinge kameraadschap op de Keileweg was volgens de immigrante uit de Dominicaanse Republiek, die overigens niet in de oorspronkelijke reeks zat, werkelijk onbetaalbaar. Op de tippelzone voelde ze zich thuis. En dat is minder vreemd dan ‘t lijkt. Als Wendy uitweidt over haar jeugd, waarin geweld en misbruik bijna vanzelfsprekend waren, is het bijna de vraag waar ze anders terecht had moeten komen dan op een soort Keileweg.

Christel tenslotte leeft in geleende tijd. Ze is ernstig ziek. En de man die haar uit het wereldje haalde, een voormalige klant, is inmiddels ook al enkele jaren dood. Door zijn overlijden moest ze tevens hun huis verlaten. Daar heeft ze nog altijd geen vrede mee. In de rug gedekt door een draaiende camera gaat Christel verhaal halen bij zijn familie. En Roy Dames sluit ook aan als ze zich alsnog probeert te verzoenen met haar vader. Die wil daar niets van weten. Hij heeft al lang en breed afscheid genomen van zijn dochter.

Zo bevat deze vierdelige update met de vrouwen van de Keileweg opnieuw een aaneenschakeling van schrijnende verhalen. Over een traumatisch verleden, vervat in nog altijd schokkende beelden, dat vaak al lang vóór die tippelzone begon en waaraan nauwelijks valt te ontsnappen. En een heden dat niet altijd héél veel beter is dan die periode op straat. De aanwezigheid van een camera – van Dames en/of zijn rechterhand Sven Jacobs – helpt ook niet: conflicten lijken eerder en heftiger te escaleren. 

Daarmee krijgt ook deze wat fragmentarische miniserie soms een ranzige realityfeel en een trieste ondertoon – hoewel de meiden er, ondanks alle beschadigingen die ze hebben opgelopen, wel degelijk het beste van proberen te maken.

Avicii – I’m Tim

Netflix

Met Avicii: True Stories (2017) leek eerlijk gezegd het hele verhaal wel verteld. Een jaar na de release van deze achter de schermen-docu van Levan Tsikurshvili maakte de hoofdpersoon een einde aan zijn leven en kreeg die film het karakter van de reconstructie van een tragisch ongeluk: hoe een immens succesvolle deejay en producer al op 28-jarige leeftijd bezwijkt onder het gewicht van zijn eigen beroemdheid.

Zeven jaar na zijn dood is er niettemin Avicii – I’m Tim (97 min.), een tamelijk traditionele popdocu van Henrik Burman over Avicii. Ofwel: Tim Bergling (1989-2018), een introverte en kwetsbare Zweedse jongen, met een bijzonder talent voor het schrijven van onweerstaanbare melodieën. Hij vertelt in deze film zijn eigen verhaal, via audiofragmenten uit één van zijn laatste interviews, en wordt daarbij ondersteund door zijn ouders, vrienden en collega’s.

Die film begint bij het begin. Bijna dan: bij de echo waarbij zijn ouders Klas en Anki horen dat ze een jongetje krijgen. Dit ventje, vervolgens vervat in talloze jeugdfilmpjes, openbaart zich op de basisschool in Stockholm als een pestkop en wordt later een nerdy tiener die te veel gamet. Totdat hij zijn gevoel voor melodie ontdekt, begint samen te werken met Filip ‘Philgood’ Åkesson en een manager krijgt, Arash ‘Ash’ Pournouri, die hem in de vaart der volkeren zal opstuwen.

Met besmettelijke singles zoals Bromance en Levels bereikt Avicii pijlsnel de top van de Electronic Dance Music (EDM). Daar wordt ie al even snel gierend gek. Tim kampt met onzekerheid, angsten en depressieve gedachten, drinkt zich binnen de kortste keren een alvleesklierontsteking en raakt later verslaafd aan pijnstillers. Hij moet daardoor meerdere malen noodgedwongen een flinke pauze inlassen. Geen ramp: de jongeling heeft sowieso een bloedhekel gekregen aan touren.

In de studio is hij wél in zijn element. Daar hervindt Tim zichzelf ook, als hij de pure EDM loslaat en samen gaat werken met ‘muzikanten’. Zo durft hij zichzelf nog altijd niet te noemen. Zijn enige instrument is z’n laptop. Via fraaie studioscènes met Audra Mae (Addicted To You), Sandro Cavazza (Without You) en Incubus-gitarist Mike Einziger en de inderhaast opgetrommelde singer-songwriter Aloe Blacc (Wake Me Up) laat Henrik Burman zien hoe zijn protagonist zichzelf vindt als muzikant.

En die heeft het vermogen om anderen daarin mee te nemen. ‘Dit is zonder enige twijfel het bekendste nummer waaraan ik heb meegewerkt, vertelt Dan Tyminski bijvoorbeeld. Hij liet zich door zijn dochter overhalen om Avicii’s song Hey Brother in te zingen. ‘Ik weet nog dat ik m’n zoon van school ophaalde. Iemand zei: hee, meneer Tyminski. En toen zong een ander kind: hey brother. Drie andere kinderen begonnen mee te zingen.’ Niet veel later is er een spontaan koor ontstaan op het schoolplein.

Dat die nieuwe koers een succes zal worden, staat op voorhand echter niet vast, laat dit gedegen portret zien. Zijn debuut met vocalisten en een live-band in 2013 op het Ultra Dance Festival in Miami lijkt uit te lopen op een fiasco. Danceliefhebbers onthalen hen met boegeroep. Tim is er kapot van, maar Ash ziet zoals altijd mogelijkheden: hij bundelt de ergste Twitter-reacties en publiceert die met een link naar dat nieuwe album: luister zelf waardoor al die commotie is ontstaan. Kat in het bakkie.

Uiteindelijk ziet Avicii zich echter toch genoodzaakt om de regie terug te pakken: hij zegt z’n verplichtingen af, hoopt zichzelf te hervinden tijdens een reis rond de wereld en begint te mediteren. Met een nieuwe band maakt hij zich in 2018 bovendien op voor een muzikale doorstart, op zíjn voorwaarden. Van een tripje tussendoor naar Oman zal hij echter nooit terugkeren. Deze film heeft het antwoord op wat er daar met hem is gebeurd ook niet en doet ook geen echte poging om dat te ontdekken.

Avicii – I’m Tim concentreert zich liever op wat Tim Bergling, behalve een verslagen omgeving, heeft achtergelaten: een muzikaal erfgoed waarmee de wereld nog wel even vooruit kan, getuige ook het door Netflix meegeleverde concert Avicii – My Last Show, dat hij in 2016 gaf op Ibiza.

Trump: The Criminal Conspiracy Case

BBC

Ze hebben tegenwoordig allemaal hun eigen ‘mugshot’: de omstreden advocate Sidney Powell, grondwetsdeskundige John Eastman, voormalig burgemeester van New York Rudy Giuliani en – natuurlijk – oud-president Donald Trump. In totaal stelt openbaar aanklager Fani Willis van Fulton County in de zaak van The State of Georgia vs. Donald J. Trump et. al negentien Amerikanen in staat van beschuldiging vanwege het opzetten van een criminele samenzwering na de tumultueuze presidentsverkiezingen van 2020.

De Britse documentaire Trump: The Criminal Conspiracy Case (89 min.) reconstrueert deze gevoelige kwestie met Willis, de verdachten John Eastman en Trevian Kutti, de conservatieve advocate Ashleigh Merchant, de verkiezingsofficials Brad Raffensperger en Gabriel Sterling van Georgia, de parlementsleden Beach en Jordan van die staat, Eric Coomer van de stemmachineleverancier Dominion, rechter Robert McBurney, de sheriff die Trumps politiefoto maakte en een jurylid (dat anoniem wil blijven).

Illustratief is het verhaal van Ruby Freeman, een vrijwilliger die er door Team Trump van wordt beschuldigd dat ze tijdens het tellen van de stemmen op de verkiezingsdag zou hebben gesjoemeld. Nadat haar naam in de openbaarheid is gebracht, wordt ze in haar woonplaats Atlanta ineens achtervolgd door een witte auto, met een man die erin die zich tegenover de politie identificeert als ‘pastor’ Stephen Lee. Deze schimmige figuur staat ook regelmatig te posten bij Freeman voor de deur.

Als de vogel Lee is gevlogen, ontvangt zij bezoek aan huis van ‘crisismanager’ Trevian Kutti, die vanuit Chicago is ingevlogen. Die dwingt uiteindelijk een ontmoeting op het politiebureau af, waar ze Freeman een advocaat probeert aan te smeren. Kutti zal uiteindelijk aangeklaagd worden voor pogingen om een valse getuigenverklaring te verkrijgen. ‘Ik ben mijn naam, reputatie en gevoel van veiligheid kwijt’, blikt Freeman geëmotioneerd terug tijdens haar officiële verklaring in de rechtbank.

Zo laat deze onrustbarende film toch nét weer een andere kant zien van de donkere periode tussen de presidentsverkiezingen van dinsdag 3 november 2020 en de bestorming van het Capitool op 6 januari 2021. Het geweld op die dag komt ook slechts zijdelings aan de orde. De focus ligt veel meer bij de machinaties achter de schermen, om Trumps vicepresident Mike Pence ertoe te bewegen om nepdelegaties voor het electoral college te valideren, zodat zijn baas alsnog kan worden herkozen.

Het laatste deel van de documentaire besteedt filmmaakster Marian Mohamed tenslotte aan de rechtszaak tegen de negentien verdachten, een proces dat gepaard gaat met de gebruikelijke laster, bedreigingen én vertragingstechnieken. Zodat het vonnis over de verkiezingen van 2024 kan worden getild en één van hen straks misschien alle problemen weer kan wegwerken als hij opnieuw wordt gekozen tot president.

Jamal

Videoland

De ene na de andere dreun heeft hij in de voorgaande jaren moeten incasseren. In het najaar van 2020 lijkt Jamal ben Saddik eindelijk klaar voor een titelgevecht met zijn grote rivaal Rico Verhoeven. En dan krijgt de Belgische kickbokser ineens ernstige rugpijn. Bovendien wacht hem een halfjaarlijkse controle in het ziekenhuis om te kijken hoe ‘t staat met de schildklierkanker die hem al tweemaal eerder heeft overvallen.

Daarmee is het leed echter nog niet geleden voor Jamal (120 min.) in deze driedelige serie van Duco Coops, die als maker echt met z’n neus in de boter valt. Ben Saddik heeft al sinds december 2018 niet meer gevochten en moet daarom op een andere manier aan z’n brood zien te komen. De zaak waar de vechter uit de beruchte Antwerpse wijk Borgerhout mobiele telefoons verkoopt, bezorgt hem alleen ook weer de nodige problemen. Totdat de Marokkaanse Belg nauwelijks meer een uitweg ziet.

Ben Saddik wil weer terug de ring in, met een nieuwe trainer bovendien: Mike Passenier, de man die ook Badr Hari groot heeft gemaakt. Samen hebben ze eigenlijk te weinig tijd om hem volledig te prepareren voor een gevecht. Coops stapt met hen in de tunnel die Jamal desondanks een heroïsche overwinning moet bezorgen. Eerst wordt hij in Mike’s Gym in Oostzaan zowel fysiek als mentaal klaargestoomd, daarna volgt in het Arnhemse Gelredome de krachtproef met een imposante opponent.

Dit tweegevecht, de apotheose van de tweede aflevering, krijgt bijna Rocky-achtige allure, waarbij de outsider zowaar de gedoodverfde favoriet lijkt te kunnen vloeren. Duco Coops vangt zowel de dramatische aanloop naar het gevecht, inclusief de ‘stare down’, verbeten peptalks en de tergend lange laatste minuten voordat ze eindelijk de ring in mogen, als de adrenaline van de navolgende kamp, waarbij de twee elkaar beurtelings het licht uit de ogen lijken te gaan slaan en trappen.

Als er te langen leste dan toch een overwinnaar is uitgeroepen, wordt de hoofdpersoon in deze geladen miniserie weer teruggeworpen op zichzelf. Alle anderen, zowel zijn begeleiders als tegenstanders, zijn niet meer dan passanten. Uiteindelijk lijkt Jamal Ben Saddik toch vooral tegen zichzelf te vechten – en de beelden die hij bij anderen, inclusief politie en justitie, oproept over zichzelf. Een eenzamere strijd bestaat er niet.