Stemmen Van Naoorlogse Generaties 

Documentary Collective / Mokum

Driekwart eeuw nadat Indonesië onafhankelijk werd, is er in diverse Nederlandse documentaires volop aandacht voor Nederlands Indië. Indië Verloren… belicht bijvoorbeeld de (geo)politieke machinaties rond de vrijmaking van de voormalige kolonie, Als Ik Mijn Ogen Sluit vertelt de verhalen van de vrouwen en kinderen in de Jappenkampen en Kleinkinderen Van De Oost laat het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger herleven.

Van dat niveau is deze film zeker niet. In Stemmen Van Naoorlogse Generaties (81 min.) richten schrijfster Simone Berger en fotograaf/filmmaker Armando Ello zich op de psychische en emotionele wonden die de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog heeft geslagen. Angst en stress zijn, veelal onbewust, doorgegeven aan volgende generaties, die getekend worden door een koloniaal verleden en een oorlog waarvan ze zelf nooit deel hebben uitgemaakt.

Kampbewakers maakten het leven van de vader van schrijfster Dido Michielsen bijvoorbeeld onmogelijk met het dagelijkse dreigement dat zij zijn rechterhand zouden afhakken. Volgens haar at hij daardoor zijn hele leven alsof de Duivel hem op z’n hielen zat. Het maakte hem ook ‘een beetje sadistisch’. Als de kleine Dido naar zijn smaak te langzaam at, deed vader alsof hij de politie belde. Zodat zij in de veronderstelling was dat ze elk ogenblik kon worden opgehaald.

Berger en Ello geven verder de auteurs Adriaan van Dis, Marion Bloem, Reggie Baay en Sylvia Pessireron, die stuk voor stuk over hun Indische verleden publiceerden, ruimte voor hun persoonlijke verhaal. Ze laten performances van dichter/muzikant Robin Block, zangeres Esmay Usmany en danseres Cheroney Pelupessy zien. En ze spreken met therapeuten van de Trauma Company en laten een soort explainers over ‘de invloed van angst en stress op lichaam en brein’ zien.

Stuk voor stuk interessante elementen, die echter maar moeilijk een eenheid vormen. En daarbinnen moet dan ook nog ruimte worden gevonden voor het familieverhaal van de makers zelf en een interview met de Arnhemse burgemeester Ahmed Marcouch over het belang van herdenken. Het resultaat is een onevenwichtige film, waarin alle aspecten van dat beladen verleden naar hun plek zoeken.

Generatie Pa

Bind / NTR

Iemand die voor zijn kinderen zorgt, sommen de drie hoofdpersonen van deze film van Bibi Fadlalla aan het begin op. De beschermer van het gezin en een held voor z’n kinderen. Een vader, kortom. Logisch en toch niet vanzelfsprekend. In het leven van veel kinderen ontbreekt zo’n vaderfiguur. De man zelf laat verstek gaan of is er wel, maar blijft emotioneel afwezig.

In Generatie Pa (55 min.) laat Fadlalla drie zwarte vaders uit Rotterdam, recht in de camera kijkend, aan het woord over hun rol als ouder: jongerenwerker en muzikant Jay Janga, muzikant en organisator Ruwhel Emers en theatermaker en spoken word-artiest Mich Simon, alias Young Mich Poetry (Y.M.P.). Zij hebben stuk voor stuk natuurlijk ook herinneringen aan hun eigen vaders: aan die eerste niet geheel legale autorijles op hun zeventiende, de bezoeken aan drugshuizen of het tevergeefse wachten als hij weer niet kwam opdagen om iets met hen te gaan doen.

Ieder heeft zo z’n eigen beelden bij het vaderschap meegekregen – en dus ook hoe ’t niet moet. En nu proberen ze er zelf het beste van te maken: voorlezen, naar de kermis, een spelletje doen, corrigeren of een nieuw huisdier introduceren. Hun vrouwen blijven intussen vrijwel volledig buiten beeld in deze sfeervolle film. Ze omringen zich wel met vrienden en praten dan over van alles en nog wat. Over slechte rolmodellen zoals R. Kelly en Bill Cosby bijvoorbeeld. En, bij de kapper, of je niet eens moet nadenken voordat je wéér een kind verwekt bij een nieuwe vrouw.

Fadlalla omkleedt hun bespiegelingen, activiteiten en gesprekken met fraaie symbolische sequenties die de vaderrol en het vaderschap representeren, pept de boel op met een bloemrijke soundtrack en levert zo een film af die qua thematiek en opzet netjes aansluit bij twee andere recente Nederlandse documentaires over mannen van nu: Zonen Zonder Vaders (Tessa Louise Pope) en Lucky Boy (Roshan Nejal). Want die nieuwe generatie mannen is genoodzaakt om zich te verhouden tot de hedendaagse wereld en hun eigen rol daarbinnen.

Peter En Erik

Memphis / KRO-NCRV

Zit er in Peter En Erik (102 min.) misschien een ‘Twee Identieke Vreemden’ verscholen? Met andere woorden: steekt er in deze film over de Groningse eeneiige tweelingbroers, die na hun geboorte werden gescheiden en vervolgens los van elkaar in een adoptiegezin zijn ondergebracht, net zo’n spannend, schokkend en tragisch nature/nurture-verhaal als in de onweerstaanbare documentairehit Three Identical Strangers (2018) over een Amerikaanse drieling?

De Nederlanders hoorden voor het eerst van elkaars bestaan toen ze zeventien waren, twee jaar eerder dan hun lotgenoten uit de Verenigde Staten. Sindsdien hebben aardappelboer Peter Anema en journalist Erik Hulsegge ontdekt dat hun biologische moeder destijds ongewenst zwanger was geworden van een man die al getrouwd bleek te zijn en ook kinderen had. Daarom heeft ze hen uiteindelijk afgestaan. Hun moeder wilde niet dat de jongens van elkaar werden gescheiden, maar is er onder druk van de betrokken deskundigen en instanties toch mee akkoord gegaan.

Inmiddels zijn Peter en Erik dik in de vijftig en lopen ze nog altijd met wezenlijke vragen over hun verleden rond. Waarom mochten Eriks ouders bijvoorbeeld niet ook Peter adopteren? Zij kregen de andere baby toentertijd per ongeluk onder ogen en wilden ook hem graag opnemen. Daarvan kon echter geen sprake zijn. Samen met onderzoeksjournalist Myrthe Buitenhuis gaan de twee broers in deze tweedelige documentaire van Jesse Bleekemolen op onderzoek uit. Al snel stuiten ze in hun dossier op de omschrijving ‘juridisch gevoelig materiaal’. Welk verhaal gaat daarachter schuil?

En in hoeverre is de situatie van de los van elkaar opgegroeide Nederlandse broers, vooralsnog het enige bekende geval van een doelbewust gescheiden tweeling in ons land, werkelijk te vergelijken met het schokkende verhaal achter de scheiding van de Amerikaanse drieling, die zonder dat ze het zelf wisten onderdeel waren van een wetenschappelijk experiment? Gaandeweg beginnen Peter en Erik in elk geval steeds meer parallellen te zien tijdens hun strooptocht langs archieven, organisaties en deskundigen, op zoek naar een verleden dat zich niet zomaar bij de kladden laat grijpen.

Een pril leven dat begon bij een alleenstaande moeder is via het opvanghuis Toevluchtsoord en de Kinderbescherming in twee héél verschillende gezinnen geëindigd. Zonder elkaar. De vraag is nog altijd: waarom? Deze poldervariant op Three Identical Strangers komt een aardig eind met het beantwoorden daarvan en maakt ondertussen natuurlijk het nodige los bij Peter en Erik – al gaan de broers daar ogenschijnlijk met kenmerkende Groningse nuchterheid mee om.

Photophobia

Movies That Matter

Is het een documentaire die is verrijkt met een fictieve verhaallijn? Of toch een speelfilm, gemaakt in de echte wereld?

Als Rusland in het voorjaar van 2022 Oekraïne is binnengevallen zoekt een deel van de bevolking van de stad Charkiv z’n toevlucht tot het metrostation. Daar ontstaat een soort minimaatschappij van mensen die alles achter hebben moeten laten en geen idee hebben of ze ooit nog kunnen terugkeren naar hun vorige leven. Boven hun nieuwe geïmproviseerde thuis wordt de wereld die ze kennen grondig vernietigd.

In deze ondergrondse omgeving, waartoe de Russische bommen vooralsnog niet kunnen doordringen, laat het Slowaakse filmmakersduo Ivan Ostrochovsky en Pavol Pekarcik de twaalfjarige Niki (Nikita Tyshchenko) het dartele elfjarige meisje Vika (Viktoriia Mats) ontmoeten. Samen ontdekken de twee kinderen in Photophobia (71 min.) de magie van de metrotunnels, een wereld die veelal verstoken blijft van daglicht.

Daglicht, zo wordt metrokinderen ook te verstaan gegeven, staat gelijk aan gevaar. Daarbij moeten ze dus uit de buurt blijven. Terwijl Niki en Vika door het binnenste van het station zwerven, verlaten treinstellen ontdekken en zich laven aan de liederen van een bejaarde troubadour, verzamelen ze de moed om tóch de zon weer op te zoeken. Het is een treffende metafoor voor de hoop, die ook in bange dagen, doet leven.

Ostrochovsky en Pekarcik verbleven voor deze film enkele maanden in de ondergrondse metrostad, waar in het voorjaar van 2022 zo’n 1500 inwoners van Charkiv onderdak hadden gevonden. Daar ontmoetten ze, volgens dit interview, ook Nikita en z’n familie. Omdat vanwege de oorlog onduidelijk was hoeveel tijd ze hadden om te filmen, schreven ze een script rond hem en een meisje aldaar, Viktoriia.

Met super 8-filmpjes, gemaakt in de omgeving van de Poolse stad Krakau, verbeelden de filmmakers bovendien hoe hun protagonist zich het leven buiten het metrostation voorstelt. Zo proberen ze de oorlog, die al talloze malen in beeld is gebracht, met kinderogen te bekijken. Het is wel een geconstrueerd perspectief, bedacht door volwassen filmmakers, dat hoop biedt en ontroert, maar de werkelijkheid soms ook verfraait.

Zo brengt Photophobia een grotere waarheid over het voetlicht, maar staat de film ook op gespannen voet met een onuitgesproken regel van de documentaire: dat wat er zich voltrekt voor de camera écht is en niet geacteerd. Dit past overigens binnen een trend waarbij makers steeds meer hybride vormen opzoeken rondom het genre. En daarbij lijken ze een voor docufreaks enigszins onnatuurlijk uitgangspunt te hebben:

Fiction is stranger than truth.

Quiet On Set: The Dark Side Of Kids TV

HBO Max / Discovery+

Eigenlijk mag het geen verbazing wekken: in elke kinderrijke omgeving melden zich vroeger of later ook lieden met minder nobele motieven. Zo bezien is het niet meer dan logisch dat de kinderzender Nickelodeon rond de eeuwwisseling enkele mannen met een ongezonde voorliefde voor minderjarige jongens en meisjes in dienst blijkt te hebben. Zij krijgen alleen wel erg veel ruimte in een werkomgeving waar grensoverschrijdend gedrag de norm lijkt.

In de vierdelige serie Quiet On Set: The Dark Side Of Kids TV (177 min.) leggen Mary Robertson en Emma Schwartz de verantwoordelijkheid daarvoor bij de showrunner Dan Schneider, die van bijrolletjes als de ‘fat kid’ gaandeweg uitgroeit tot een man die anderen kan maken en breken – en die ook duidelijk geniet van die macht. Daarna zoomen ze in op enkele concrete gevallen van seksueel misbruik. Zo verhaalt MJ, de moeder van de elfjarige Brandi, bijvoorbeeld over de ervaringen van hun dochter met een pedoseksueel teamlid.

Ook de alom geliefde dialoogcoach, die als ‘Pickle Boy’ tevens een terugkerend personage voor zijn rekening neemt, raakt ernstig in opspraak. De man heeft thuis een zelfportret van seriemoordenaar John Wayne Gacy, met wie hij er ook een levendige correspondentie op nahoudt, aan de muur hangen. Hij ontwikkelt al snel een ziekelijke fascinatie voor Drake Bell, één van de hoofdrolspelers van de jeugdsitcom Drake & Josh, die hierover voor het eerst publiekelijk vertelt. Het is een indringend relaas, dat nog altijd doorwerkt in Drakes huidige leven.

Deze miniserie richt zich tenslotte op hoe (on)gezond het überhaupt is om als kind mee te draaien in de keiharde televisiewereld en dan overgeleverd te zijn aan de grillen van volwassenen die hun eigen ideeën hebben over wat kies is en wat niet. Ogenschijnlijk onschuldige scènes met voormalige kindersterren zoals Amanda Bynes, Jamie Lynn Spears en Ariana Grande krijgen, met volwassen ogen bekeken, ineens een erg ongepast karakter. En er zijn natuurlijk ook legio voorbeelden van beroemde kids die op latere leeftijd serieus in de problemen zijn gekomen.

Quiet On Set zet alle Nickelodeon-verhalen netjes op een rijtje. Dat levert weliswaar geen wezenlijk nieuwe inzichten op, maar vormt een aardige aanvulling op waar documentaires zoals An Open Secret en Showbiz Kids enkele jaren geleden al de schijnwerpers op zetten: Hollywood als zo ongeveer de ongezondste plek op aarde om op te groeien.

The Truth Vs. Alex Jones

HBO Max

Er moet toch een speciaal plekje in de hel zijn gereserveerd voor iemand die een gruwelijke ‘school shooting’ misbruikt voor eigen gewin. Nadat een twintigjarige man op vrijdag 14 december 2012 twintig zes- of zevenjarige kinderen en zes van hun begeleiders dood heeft geschoten op de Sandy Hook-basisschool in Newtown, noemt Alex Jones het nauwelijks te bevatten drama binnen twee uur een ‘false flag’-operatie. De schietpartij zou, volgens een volledig uit de lucht gegrepen complottheorie, een voorwendsel zijn om de wapens van gewone Amerikanen af te kunnen pakken.

Als Robbie Parker, de vader van één van de slachtoffertjes, een dag later een persconferentie geeft om iets over zijn dochter Emilie te vertellen, ziet Jones zijn kans schoon in z’n programma Infowars: hij beschuldigt de rouwende vader ervan dat hij in werkelijkheid een acteur is. De hele schietpartij is volgens hem in scène gezet. Vanaf dat moment zijn Emilie’s vader en moeder en de andere Sandy Hook-ouders vogelvrij verklaard. Terwijl internettrollen hen blijven bestoken met laster en bedreigingen, maken ‘verslaggevers’ van Jones ondertussen het plaatsje Newtown zelf onveilig.

Negeren, ontkennen of bestrijden, niets lijkt te helpen. De verhalen over de ‘hoax’ Sandy Hook blijken niet onschadelijk te maken, ook omdat Jones zelf ze maar blijft aanjagen. Andere complotdenkers die in The Truth Vs. Alex Jones (118 min.) aan het woord komen, blijven ook jaren na dato nog altijd volharden in hun eigen waarheden, ten koste van de nabestaanden. Het is niet moeilijk om parallellen te zien met de Nederlandse complotten rond de moord op Marianne Vaatstra, het vermeende netwerk van pedoseksuele satanisten in Bodegraven en de Deventer Moordzaak.

De gevolgen van Jones’ leugens zijn soms nauwelijks te bevatten. Iemand schrijft bijvoorbeeld een brief aan de ouders van Daniel Barden dat hij zojuist over zijn graf heeft staan plassen. Een ander waarschuwt hen dat hij Daniels graf gaat openen, om te bewijzen dat er helemaal geen lijk in ligt. Met zulke voorbeelden laat filmmaker Dan Reed (Leaving Neverland) zien dat de leugenachtige wereld en het achterliggende verdienmodel van Alex Jones echt geen ondergrens kent. Daarna sluit hij aan bij de rechtszaak die enkele Sandy Hook-ouders tegen de lekker binnenlopende ‘bullshitter’ aanspannen.

Wat het doel daarvan is? vraagt Reed aan één van de betrokken ouders. ‘De totale destructie van Alex Jones’, antwoordt Nicole Hockley, de moeder van de zesjarige Dylan. Vooralsnog probeert de verdachte de rechtszaal echter nog te gebruiken voor zijn eigen theaterstukjes, compleet met infomercials. Tussendoor blijft hij ook in zijn eigen show leugens, laster en samenzweringstheorieën verspreiden. Als hij daar onder ede over wordt bevraagd, levert dat ongenadig vuurwerk op – en de constatering dat Jones ook dan, meineed of niet, rustig een loopje met de waarheid blijft nemen.

Tegenover hem staan ouders die door de hel zijn gegaan en daar jarenlang steeds opnieuw naar moeten terugkeren als Jones weer kwaadaardige onzin over hen of hun vermoorde kinderen de wereld in heeft geslingerd. In de rechtbank botst hun menselijkheid en waardigheid op het cynisme van een man die letterlijk over lijken gaat en ’t dan ook nog bestaat om af en toe een pathetisch kuchje te laten horen – in een opzichtige poging om zelf medelijden op te wekken. Dat kan en mag niemand koud laten. Jones belichaamt de schaduwzijde van het recht op vrijheid van meningsuiting.

The Truth Vs. Alex Jones is daarmee een essentiële film van en over deze tijd. Over hoe kwetsbaar de waarheid is – bijna een kwart van de Amerikanen denkt nog altijd dat Sandy Hook een hoax is. Over het aanwakkeren van angst, woede en complotten als verdienmodel. En over de hardste schreeuwers daarachter, voor wie er écht geen ‘bad publicity’ bestaat – alleen maar aandacht en de daarmee verbonden inkomsten. Voor hen is er waarschijnlijk inderdaad dat ene speciale plekje gereserveerd – al blijft Alex Jones vooralsnog gewoon zijn eigen, bijzonder lucratieve, informatieoorlogen uitvechten.

Alex’s War (2022) is een portret van Alex Jones, waarin Amerika’s meest beruchte complotdenker wordt gevolgd in de aanloop naar de bestorming van het Capitool op 6 januari 2021 en intussen zijn levensverhaal wordt verteld. Filmmaker Alex Lee Moyer laat de beelden daarbij voor zich spreken en plaatst geen kritische kanttekeningen.

Saving Africa’s Witch Children

Channel 4

‘Die twee daar hebben hun oma vermoord’, zegt de Nigeriaanse profeet Cecilia Udoeyo terwijl ze twee jongens aanwijst. ‘Dat hebben ze ook al bekend.’ De jongens doen er het zwijgen toe. De vijfjarige Mary, waarvan de moeder is overleden en vader al een jaar in het buitenland verblijft, wordt intussen door haar directe omgeving beschouwd als de belichaming van Satan. In de levensgrote ogen van het kleine meisje vechten angst en verdriet om voorrang.

Mary en de jongens behoren tot de naar schatting 15.000 behekste kinderen in de Akwa Ibom-regio in de Nigerdelta. Als de gemeenschap is getroffen door onheil of wordt geconfronteerd met een onverwacht sterfgeval, krijgen kinderen zoals zij daarvan – ogenschijnlijk volstrekt willekeurig – de schuld. Daarna worden ze verlaten, gruwelijk gemarteld en/of vermoord, door lieden die een geheel eigen en zeer brute mengvorm van het christendom, voodoo en bijgeloof aanhangen.

De zelfverklaarde bisschop Sunday Ulup-Aya doet bijvoorbeeld aan duiveluitdrijving en verdient daar goud geld mee. In de horrordocu Saving Africa’s Witch Children (48 min.), waarmee Joost van der Valk en Mags Gavan in 2008 een Emmy Award wonnen, demonstreert de man een ritueel waarmee hij een doodsbang jongetje zogenaamd zuivert van kwalijke invloeden. Volgens eigen zeggen heeft de geestelijke, die eerder overkomt als een kwaadaardige tovenaar, ook al 110 kinderen gedood.

De opleving van heksenjacht wordt toegeschreven aan de invloedrijke evangeliste Helen Ukpabio van de Liberty Gospel Church. Zij maakte een film, genaamd End Of The Wicked, waarin kinderen worden verleid door de Duivel, mensenvlees eten en daarna dood en verderf zaaien in hun families. In een stiekem opgenomen interview werpt ze tegenover de filmmakers echter elke verantwoordelijkheid ver van zich. J.K. Rowling hoeft zich toch ook niet te verontschuldigen voor Harry Potter?

De Britse hulpverlener Gary Foxcroft voert met zijn organisatie Stepping Stones Nigeria al jaren actie tegen dit soort barbaarse praktijken. Hij weet Sam Itauma, een Nigeriaanse man die een opvangplek biedt aan zo’n 150 verstoten kinderen, aan zijn zijde. Samen proberen zij aandacht te vragen voor het redeloze geweld tegen volstrekt weerloze kinderen. Die worden met zuur overgoten, bewerkt met machetes of zomaar in brand gestoken. Hun verwondingen tarten elk voorstellingsvermogen.

De schokkende beelden zorgen dan ook voor heel wat consternatie. In 2009 maken Van der Valk en Gavan in Return To Africa’s Witch Children (48 min.), een beetje een herhalingsoefening, de balans op: hebben zij de situatie ten goede kunnen keren met hun film? Hoe gaat het met Gary, Sam en enkele slachtoffers die ze in hun documentaire hebben geportretteerd? En heeft de Nigeriaanse overheid inmiddels korte metten gemaakt met deze diabolische jacht op onschuldige kinderen?

Volgens dit bericht en deze artikelen is heksenjacht in elk geval nog altijd een actueel thema in Afrika.

West Of Memphis

Sony Pictures Classics / Netflix

Al snel gaat het verhaal met de feiten op de loop. Die zijn ook zo gruwelijk dat het niet vreemd is dat ze een kleine schokgolf te weeg brengen: op 6 mei 1993 worden in een greppel nabij West Memphis in Arkansas de levenloze lichamen van drie achtjarige jongetjes aangetroffen. Vastgebonden, misbruikt. Al snel worden er drie plaatselijke tieners gearresteerd. Metalfans, ideale doelwitten voor de dan welig tierende Satanic Panic. De kwetsbaarste van de drie, een zwakbegaafde zeventienjarige jongen genaamd Jessie Misskelley Jr., legt al snel een bekentenis af en beschuldigt meteen ook de andere twee: de rustige tiener Jason Baldwin en een dwarse jongeling die met enige goede wil een diabolische persoonlijkheid is toe te dichten, Damien Echols.

En dan strijkt er een cameraploeg neer in Arkansas, die van het gruwelijke misdrijf in het Amerikaanse zuiden een zaak maakt die internationaal tot de verbeelding spreekt. Met de documentaires Paradise Lost: The Child Murders At Robin Hood Hills (1996), opvolger Paradise Lost 2: Revelations (2000) en sluitstuk Paradise Lost 3: Purgatory (2011) leveren Joe Berlinger en Bruce Sinofsky een onvervalste true crime-klassieker in drie bedrijven af: de Paradise Lost-trilogie. Hun conclusie is dat de drie jonge mannen, die inmiddels al jaren in een cel zitten, niet verantwoordelijk kunnen zijn voor de gewelddadige dood van de kleine Stevie Branch, Michael Moore en Christopher Byers.

Intussen is er een typische true crime-dynamiek op gang gekomen, die tegenwoordig vanzelfsprekend lijkt in dit soort geruchtmakende zaken. Echols, Baldwin en Misskelley krijgen bekendheid als The West Memphis Three. Amateurdetectives (waaronder Lorri Davis, die een relatie krijgt met hoofdverdachte Damien Echols) bijten zich vast in de zaak, bekendheden (Eddie Vedder, Henry Rollins en Natalie Maines) beginnen zich ermee te bemoeien en er komt een serieuze stroom boeken op gang. Overal steken intussen ‘Free The West Memphis Three’-initiatieven de kop op. De documentaire West Of Memphis (147 min.), geproduceerd door Lord Of The Rings-regisseur Peter Jackson en zijn vrouw Fran Walsh uit Nieuw-Zeeland (!), past in die ontwikkeling.

De patente documentaire van Amy Berg, die een jaar na het laatste Paradise Lost-deel wordt uitgebracht, is de weerslag van al die verschillende inspanningen, loopt de zaak nog eens zorgvuldig door en richt zich dan op een nieuwe verdachte. Nadat in het tweede deel van de trilogie van Berlinger en Sinofsky het onvergetelijke larger than life-personage John Mark Byers, de stiefvader van één van de slachtoffertjes, nadrukkelijk naar voren is geschoven als de mogelijke moordenaar – een suggestie die later overigens ook weer is ontkracht – zetten de zelfbenoemde speurders Berg en co. nadrukkelijk in op een andere stiefvader: Terry Hobbs. Na afloop zullen veel kijkers waarschijnlijk niet begrijpen waarom de man, die een relatie heeft gehad met de moeder van Stevie Branch, niet allang achter slot en grendel zit.

Typisch true crime, zou je kunnen zeggen. Het genre bestaat bij de gratie van zulke verontwaardiging. Sinds de film in 2012 is uitgebracht lijkt er alleen geen wezenlijke vooruitgang te zijn geboekt. The West Memphis Three hebben weliswaar een Pyrrusoverwinning geboekt – door een Alford Plea te accepteren, waarbij je formeel verklaart dat je schuldig bent en ondertussen staande houdt dat je onschuldig bent – en verkeren sinds 2011 op vrije voeten. Over wie op 5 mei 1993 die drie onschuldige jongetjes heeft vermoord, is echter nog altijd geen definitief uitsluitsel – al heeft Terry Hobbs, die in 2019 zijn memoires Boxful Of Nightmares uitbracht, voor menigeen nog steeds de schijn tegen.

Budding Humans

Oslo Pix

Ze lijken onafscheidelijk. Haakon en Balder, vrienden voor het leven. De Noorse jongetjes zijn pas twee jaar oud en ontdekken samen de wereld, elkaar en zichzelf. En regisseur Gunhild Westhagen Magnor slaat hen in de observerende documentaire Budding Humans (originele titel: Store Små Mennesker, 70 min.) een volledig jaar gade in een veilige omgeving, het kinderdagverblijf Sætreskogen. Balder is haar zoon, Haakon diens nét iets oudere vriendje.

Soms lijken de twee blonde jochies voorbestemd voor een leven lang vriendschap, een andere keer kunnen ze elkaars bloed wel drinken. Ze rennen gebroederlijk in het rond, spelen met autootjes en stampen in plassen, maar maken ook ruzie, doen de ander pijn en schelden elkaar uit. En hoe klein ze ook zijn, ze beschikken echt al over een eigen persoonlijkheid. Haakon is de wildebras van de twee, Balder lijkt nét wat bedachtzamer.

Westhagen Magnor volgt de twee peuters gedurende vier seizoenen. Ouders komen er verder nauwelijks aan te pas. Hun begeleiders op het kinderdagverblijf spelen wel een prominente rol. Zij moeten regelmatig inspringen om te troosten, bemiddelen of corrigeren. Intussen proberen ze de kinderen ook elementaire levenslessen bij te brengen over hoe ze met anderen moeten omgaan. Dat begint bij empathie.

Op prille leeftijd wordt immers al voor een belangrijk deel bepaald hoe deze kinderen later als volwassenen in het leven zullen staan. Leren ze om voor zichzelf op te komen en toch rekening te houden met de ander? Kunnen ze na een conflict de strijdbijl weer begraven? Via de opmerkelijk hechte band tussen haar zoontje en Haakon toont de filmmaakster op intieme wijze hoe die ontwikkeling op gang komt.

‘We zijn vrienden’, constateert Haakon bijna tot besluit, terwijl ze samen een puzzel maken. ‘Ja’, beaamt Balder. ‘Dat stukje moet daar.’ Zo proberen ze met zijn tweeën de verschillende puzzelstukjes op hun plek te krijgen. En naderhand zijn ze er hartstikke trots op dat het is gelukt. ‘Zie je?’, zegt Balder. ‘We hebben ‘t voor elkaar gekregen.’ Waarna Haakon de puzzel omdraait en zegt: ‘Zullen we hem nog een keer maken?’

A New Kind Of Wilderness

Cinema Delicatessen

De dood is onverbiddelijk. Als Maria Gros Vatne, de vrouw van Nik Payne, in 2019 op 41-jarige leeftijd overlijdt, wordt hij gedwongen om ook het leven dat zij samen hebben geleid op te geven. Het Brits-Noorse stel is met Ronja, haar dochter uit een eerdere relatie, en hun drie gezamenlijke kinderen Freja, Falk en Ulv ‘off the grid’ gaan leven in een Noors bos.

Daar leven ze een klein leven, aan de uiterwaarden van de maatschappij. Ze houden er dieren, verbouwen hun eigen groenten en geven hun kinderen thuisonderwijs. En Maria documenteert dat idyllische bestaan via haar eigen blog en Instagram-account. Het leven lacht hen opzichtig toe. Totdat de dood rücksichtslos ingrijpt. Maria krijgt kanker.

Als zij na een slopend ziekbed sterft, valt ook haar inkomen als fotograaf weg en zijn Nik en de kinderen genoodzaakt om hun heil elders te zoeken. Ze moeten zich voorbereiden op A New Kind Of Wilderness (84 min.). ‘Hoi, ik ben Nik’, begroet de kersverse weduwnaar mensen die hun boerderij komen bezichtigen. ‘Degene die moet verkopen.’

En met dat vertrek wordt Nik ook gedwongen om de keuzes die hij ooit met Maria maakte voor hun gezin te heroverwegen. Wil hij de kids nog steeds zelf scholen? Kan hij dat als Brit überhaupt in het Noors? En wat heeft hij zonder Maria sowieso in Scandinavië te zoeken? Ronja is dan al vertrokken. Snel na het overlijden van haar moeder gaat zij bij haar vader wonen.

Ieder voor zich zullen de verschillende gezinsleden hun leven opnieuw moeten vormgeven. Samen of los van elkaar – en zonder de vrouw die zo bepalend was in hun leven en nu een gevoel van rouw heeft achtergelaten. Silje Evensmo Jacobsen observeert dit delicate proces. Daarbij is ze niet zozeer gericht op de grote emoties als wel op hoe het leven wordt vervolgd.

De verschillende individuen hebben daarin elk hun eigen rol en zoeken, in onderlinge verbondenheid en zonder hun verdriet te verloochenen, wat de toekomst hen kan brengen. Het resultaat is een hele mooie en ingetogen film, die zich afspeelt binnen een weldadig decor en sereen de verschillende fasen van afsluiten, bewaren en doorgaan aftast.

Evensmo Jacobson laat Maria in deze documentaire met hen meeleven, via de foto’s en video’s die ze van hen en hun wereld heeft gemaakt en de gedachten die ze daarbij heeft uitgesproken. Met haar in hun achterhoofd worden ze weer vertrouwd met de wildernis die het leven was geworden.

Bassie & Adriaan – Een Schat Aan Herinneringen

AVROTROS

Adriaan is acrobaat. En Bassie zit vol kattenkwaad. Tenminste, zo zitten ze in het collectieve geheugen van (eeuwige) kinderen opgeslagen: Bassie & Adriaan.

De Vlaardingse broers Bas en Aad van Toor, beiden inmiddels dik in de tachtig, begonnen echter allebei als acrobaat. Onder de naam The Crocksons traden ze van 1955 tot 1980 op als duo. En op dat acrobatenwerk zijn ze misschien nog wel het meest trots, stelt Aad. Ze hadden echt internationaal succes. ‘Wat de gein is: je komt op als de grote onbekende’, vult zijn oudere broer aan. ‘En na vijf minuten hebben die mensen door dat je wat presteert… Jóh, zie je dat? Dat is natuurlijk fantastisch!’

In Bassie & Adriaan – Een Schat Aan Herinneringen (45 min.) gaan de twee er eens lekker voor zitten om herinneringen op te halen. Want toen ze te oud werden voor het acrobatenleven, vonden de gebroeders Van Toor zichzelf opnieuw uit als komisch duo. Hele generaties Nederlanders zijn opgegroeid met B&A en door hen verzonnen creaties zoals De Plaaggeest (een schurk waarvan kinderen echt wakker lagen), De Baron, Robin de robot, Vlugge Japie en de boeven B2 en B100.

De verhalen van Bas en Aad zijn natuurlijk gelardeerd met hoogtepunten uit hun oeuvre en worden aangevuld door oud-medewerkers zoals acteur Hans Beijer (B100) en archivaris Martijn Passchier. De bekende Bassie & Adriaan-liefhebbers Paul de Leeuw, Gert Verhulst, Danny Verbiest en Mart Hoogkamer dragen eveneens hun steentje bij aan deze ongegeneerde lofzang op de kindervrienden, waarbij de ruzies tussen de twee, breed uitgemeten in de roddelpers, maar achterwege zijn gelaten.

Want wat er ook gebeurt in het Bassie & Adriaan-universum, altijd blijven lachen….

De Verliefde Camera

c: Ed van der Elsken

Na een lange close-up van een vrouw die is begonnen aan haar bevalling, verlegt de camera zijn aandacht even naar de man naast haar bed. Hij kijkt geconcentreerd toe. Via de lens van De Verliefde Camera (38 min.), welteverstaan. Het is de befaamde Nederlandse fotograaf en filmmaker Ed van der Elsken (1925-1990). En hij blijkt niet de vader van de baby die aanstonds wordt geboren.

Van der Elsken is bezig met een fotoserie over de mens, vertelt hij na de openingsscène van deze collageachtige productie uit 1971, die werd bekroond met de Staatsprijs voor de Filmkunst. Van de geboorte tot de dood dus. Veel naakte lichamen en zo nu dan zowaar ook wat ‘aangeklede mensen’. Terwijl de camera zijn publiek de wereld van dik een halve eeuw geleden voorschotelt, blijft de fotograaf zelf, ogenschijnlijk à l’improviste, commentaar geven.

Als hij zijn kast met dia’s opentrekt, ‘vijfduizend fotootjes van verre reizen’, komt Ed van der Elsken als verteller pas echt op stoom. Over reizen naar Madagaskar, Japan, Rusland, Nepal en Cuba, waar hij als vriend van het regime flink in de watten werd gelegd. Ga dan als ‘linkse sympathisant’ maar eens objectief en kritisch verslag doen. Hij liet zich tijdens zulke trips vaak begeleiden door andere coryfeeën van de lage landen, zoals Harry Mulisch, Nico Scheepmaker en Hugo Claus.

Hij ontmoette er ook internationale kopstukken zoals de Cambodjaanse staatsman Sihanouk, verbaasde zich over het ‘emotionele type’ Soekarno en maakte familiefoto’s van prins ‘Juan Carlos huttemetut’ (maar werd de volgende dag toch gewoon aangehouden). En in Kenia moest Van der Elsken, nadat hij had bijgedragen aan het redden van een zwaargewonde man, volgens een plaatselijk gebruik (en eigen zeggen) ‘de maagdelijke dochter van die kerel ontvangen in mijn hotel’.

Op de bijbehorende foto’s is te zien hoe hij, strak in zijn eigen camera turend, op bed een poedelnaakte zwarte vrouw in zijn armen houdt. It’s all in a day’s work for photography man, zullen we maar zeggen. Verder is de Nederlandse beelddenker in/met De Verliefde Camera aan het werk te zien in zijn eigen studio, bij een voetbalwedstrijd en tijdens een ritje met het hele gezin in een jeep door de omgeving van Edam, waarbij ook de kinderen even aan het stuur mogen.

Er straalt onmiskenbaar onbeschaamdheid en ook een aanstekelijk soort levenslust uit zijn verhalen en werk, in deze klassieke korte film die een perfecte introductie vormt voor het fenomeen Ed van der Elsken, zowel de man als de kunstenaar, en de tijd waarvan hij een onverzadigbare chroniqueur was.

Great Photo, Lovely Life

HBO Max

Als Amanda Mustards oma overlijdt, besluit de jonge fotojournaliste, die al een tijd in het buitenland woont, om terug te keren naar Harrisburg, Pennsylvania en eindelijk eens dat familieverhaal te gaan onderzoeken waarover al decennia zorgvuldig wordt gezwegen. Amanda’s grootvader, de chiropractor William Flickinger, zou zich in de jaren zeventig aan minderjarige meisjes hebben vergrepen.

‘Het was zo vreemd…’ begint deze opa Bill aan het begin van Great Photo, Lovely Life (107 min.), terwijl hij omzichtig zoekt naar de juiste woorden. ‘Maar het leek alsof sommige van die kleine meisjes zich gewoon aanboden. Dat klinkt misschien stom, maar ze wilden dingen leren, ze waren experimenteel… Voor mij was die verleiding te groot. En ik viel ervoor.’

En natuurlijk kon de pater familias ook bij zijn eigen vlees en bloed z’n handen niet thuishouden, blijkt al snel in deze pijnlijk persoonlijke film die Amanda maakte met Rachel Beth Anderson. Hoe kun je je verzoenen met zo’n man? Lukt dat überhaupt? En zijn vrouw Salesta, Amanda’s oma, moet er al die tijd van hebben geweten. Zij is haar echtgenoot echter tot aan het graf blijven verdedigen.

Ook hun dochter en Amanda’s moeder Debi, die op haar achttiende al in een slecht huwelijk was gevlucht, wist waartoe haar vader in staat was. En tóch vertrouwde ze haar eigen dochter, Amanda’s zus Angie, toe aan de zorgen van opa en oma toen haar relatie was stuk gelopen en ze met de handen in het haar zat. Van ellende begon Angie op een gegeven moment letterlijk haar haren uit te trekken.

Nee, het is geen fraai beeld dat Amanda Mustard van haar eigen verwanten schetst. Een christelijke familie, dat wel. Dus vergiffenis van alle zonden – nou ja, bijna dan – is het uitgangspunt. Terwijl ze haar grootvader rekenschap probeert te laten afleggen, blijft ze hem dus liefdevol benaderen. Of hij wel eens zijn excuses heeft aangeboden? wil Amanda weten. Hij: ‘Dat is er niet van gekomen.’

Dat wordt dus haar eigen missie: ze besluit brieven rond te sturen naar mogelijke slachtoffers van haar opa. Om excuses te maken en namens hem boete te doen. Zo stuit ze op Bonnie Dillard. Zij was vier jaar oud toen ze de chiropractor Bill Flickinger leerde kennen… Enfin, de rest laat zich raden. Uiteindelijk besluit Amanda haar grootvader een door Bonnie ingesproken boodschap te bezorgen.

Zodat ze allebei kunnen helen. Tenminste, daarmee rechtvaardigt Amanda het tafereel tegenover opa Bill en zichzelf. De camera legt het meedogenloos vast: een broze oude man wordt geconfronteerd met hoe hij het leven van een ander – en velen met haar – heeft verwoest. Naderhand wil Amanda hem desondanks een knuffel geven. Bill verbaast zich er enigszins over: ‘Als je dat nog wil…’

In deze film wordt het tragische leven van de man, die nog altijd moeiteloos godsvruchtige woorden uit zijn mond laat rollen, verder gedocumenteerd met familiefilmpjes, die op de muren worden geprojecteerd en foto’s van kinderen, waarop de vermoedelijke slachtoffertjes met een stip over hun hoofd onherkenbaar zijn gemaakt. Want een man die op kinderen jaagt, vindt ze werkelijk overal.

Behalve dat hij zich ook heeft vergrepen aan zijn gezinsleden, heeft hij hen tevens medeplichtig gemaakt. Zij hielden hun mond, keken de andere kant op of raakten verwijderd van elkaar en krijgen de brokstukken nu nauwelijks meer aan elkaar gelijmd. Door hem, zo toont deze krachtige film, zijn ze een disfunctionele familie geworden, die ook zonder hem nog heel wat heeft uit te vechten.

Utopie Van Sofie

Max

Ze gaan klieren of trekken zich juist terug, vertelt Sofie. En ze mogen dan hoogbegaafd zijn – over een IQ beschikken van minimaal 130 – dat betekent nog niet dat ze op school ook automatisch de beste scores of rapporten halen. Sterker: de kans dat deze leerlingen gaan onderpresteren is aanzienlijk. En als ze niet opletten, kunnen ze volgens haar zelfs klachten zoals depressie of anorexia ontwikkelen.

Alle reden om een speciale klas voor hoogbegaafden te starten, vindt Sofie van de Waart, waar kinderen die later professor, architect, dokter of ‘wetenschapper in de ruimte’ willen worden zich thuis, gewaardeerd en uitgedaagd voelen. In de observerende film Utopie Van Sofie (60 min.) volgt Paul Sin Nam Rigter de gedreven leerkracht en de kinderen van het project Explora in Breda.

Olivier is volgens zijn ouders bijvoorbeeld ‘te lief voor de wereld’, het Somalische meisje Ashwaaq heeft thuis geleerd om zich héél bescheiden op te stellen en Madelief oogt volgens haar moeder soms als een ‘nutty professor’. Tegelijk lijken de ouders van Anil in eerste instantie niet te vatten hoe slim hun zoon is. Ze hadden zelf ook al aan ‘MAVO of VWO’ gedacht, zeggen ze tijdens een oudergesprek.

Terwijl Rigter meekijkt hoe ‘t deze hoogbegaafde kinderen vergaat, ook thuis, komt de specialist in hoogbegaafdheid zelf ook steeds nadrukkelijker in beeld. Sofie blijkt ervaringsdeskundige en heeft bovendien een ‘hele ernstige vorm’ van ADHD – al weet ze dat volgens eigen zeggen pas sinds haar vijfendertigste. ‘Er werd over mij altijd gezegd: ze kan ‘t wel, maar ze wil ‘t niet.’

Zulke gevoelens spelen nog steeds op. Als het bijvoorbeeld niet lukt om met haar telefoon verbinding te maken met een hotspot, komt een collega helpen. ‘Jij hebt heel veel andere kwaliteiten’, zegt die luchtig als ze het probleem heeft verholpen. Sofie reageert direct: ‘Weet je wat neurodiversiteit is?’ Ze legt uit: je moet mensen met ADHD of autisme niet afschrijven, maar gebruiken op hun positieve punten.

Intussen wordt de juf zelf, die tijdens een zitinterview uitgebreid de gelegenheid krijgt om haar onderwijsvisie toe te lichten, steeds meer onderwerp van gesprek binnen de schoolorganisatie. Terwijl de kinderen hun wasknijper steeds hoger plaatsen op de ‘emotiemeter’ – en zo aangeven dat ze zich prettig voelen bij Explora – krijgt hun lerares in deze observerende film juist met kritiek te maken.

Trefzeker vangt Paul Sin Nam Rigter de toenemende spanning, die vooral van doen lijkt te hebben met de persoon Sofie van de Waart. Niet zozeer met haar missie. Al roept die z’n eigen vragen op: is zo’n aparte klas bijvoorbeeld geschikt voor elk hoogbegaafd kind en zitten er mogelijk ook nadelen aan het bij elkaar plaatsen van dit type kinderen? Daarop richt de documentaire zich verder niet.

Afgaande op deze film varen de kinderen van Explora in elk geval wel bij de Utopie Van Sofie.

El Eco

Bantam Film

Toño mag zijn bord op tafel laten staan, zegt zijn vader, die in de stad werkt en daardoor doorgaans weinig thuis is. Afruimen is vrouwenwerk, vindt hij. Zijn vrouw zorgt dus voor het huishouden. Of ze nu wil of niet. Toño’s oudere zus Monse, de hoofdpersoon van El Eco (Engelse titel: The Echo, 102 min.), droomt intussen van een ander leven, buiten dit afgelegen dorp in het Noorden van Mexico. Ze is er opgegroeid en sinds kort, als vanzelfsprekend, ook belast met de zorg voor haar erg broze oma.

Het dagelijks leven in het Mexicaanse dorp El Eco speelt zich grotendeels buiten af, tegen een imposant decor van groene heuvels en dramatische luchten, en wordt gekenmerkt door hard werken. Schapen scheren, hout sprokkelen, mais oogsten en lammetjes halen. De levens van mens en dier zijn er op een vanzelfsprekende manier met elkaar vervlochten. Het is een ogenschijnlijk idyllische wereld, die door regisseur Tatiana Huezo en haar cameraman Ernesto Pardo ook heel fraai is vereeuwigd.

Kalm observeren zij het leven op het Mexicaanse platteland, waar iedereen zijn eigen rol heeft – en ook moet spelen. Bij Monse knelt dat. Met haar paard wil de tiener zich bijvoorbeeld meten met de mannen in het dorp. Haar moeder, zelf op jonge leeftijd getrouwd en gestopt met werken, wil daar niets van weten. En dat noopt het meisje, in haar eigen coming of age-drama, om eindelijk de stoute schoenen aan te trekken. Dit is het dramatische hoogtepunt van een film waarin vaak nagenoeg niets lijkt te gebeuren.

Schijn bedriegt. In de interactie tussen de kinderen onderling, het contact met hun ouders en hoe zij zich verhouden tot al wat leeft in hun omgeving vertellen kleine details grote verhalen over hoe de levens van de kinderen en de generaties die hen voorgingen op elkaar (moeten) lijken. Huezo versterkt dit idee nog met een subtiel dwingende soundtrack en enkele fraaie liederen. Zo bouwt ze een verstilde vertelling, waarin iedereen, die daarvoor de rust in zichzelf kan vinden, volledig kan verdrinken.

Zo Dood Als Een Pier

Human

Over honderd jaar zijn jullie allemaal dood. En ik ook. Dat besef, van de onvermijdelijke eindigheid van het leven, is voor kinderen, zo mogelijk, nog moeilijker te bevatten, dan voor ons, door de wol geverfde volwassenen.

Sara Kolster verloor als kind haar driejarige zusje Anna en werd zo al jong met de neus op de feiten gedrukt: ooit zijn we allemaal, juist, Zo Dood Als Een Pier (60 min.). Dit thema heeft ze eerder al eens aangeraakt in de bekroonde radiodocumentaire Toen Ik 5 Was (2017) en de prachtige jeugddocu Wolkenzusje (2020), over het Limburgse meisje Kess dat zich afvraagt of en hoe ze haar overleden zusje Bo moet meenemen naar de middelbare school.

Nu volgt een vierdelige serie waarin kinderen van de 7e Montessori-school in Amsterdam vertellen over van wie ze zoal afscheid hebben moeten nemen. Van de juffen Tineke en Pleun om te beginnen – en nu is er ook nog een andere juf ongeneeslijk ziek. Van oma ook. En van enkele huisdieren. En net als in Wolkenzusje vloeien fly on the wall-documentairescènes en zwierige animaties, die de belevingswereld van de schoolkinderen verbeelden, daarbij op een wonderschone manier samen.

De kinderen krijgen hun eigen plek in de schooltuin toegewezen en worden gevolgd tijdens één complete cyclus, van het zaaien tot het oogsten. Van leven naar dood naar weer leven. ‘Je wordt geboren uit niks en je gaat weer terug naar de aarde uiteindelijk’, legt hun vlotte meester Thijs uit. ‘En dan eten beestjes en plantjes je op en je komt terug in de aarde en wordt weer deel van de natuur.’ En daar wordt ieder van ons, stelt hij samen met zijn gehoor vast, ‘wormenpoep’.

Want, nee, in het leven kun je niet, zoals in een willekeurige game, weer ‘rejoinen’ als je dood bent geweest, constateren de vriendjes Mo en Anthony. Kolster vangt zulke terloopse gesprekjes tussen de kinderen terwijl ze druk bezig zijn met, lekker vlot gemonteerde, andere dingen. Ze laat hen daarnaast ook nadenken over de dood: wat dat eigenlijk is, hoe je dood kunt gaan en wat er daarna met je gebeurt. Hoe ziet de hemel er bijvoorbeeld uit en kun je die hier, gewoon op aarde, alvast maken?

Sara Kolster vervat al die bespiegelingen in ronduit joyeuze beeldtaal. Haar aanpak kenmerkt zich sowieso door lichtvoetigheid. Met humor en, jawel, levenslust gaat ze samen met de kinderen de dood te lijf. Want het leven mag dan niet kunnen bestaan zonder de dood, zonder Moeder Natuur heeft die dekselse Magere Hein ook geen emplooi. Zo legt Zo Dood Als Een Pier voor jong en oud zowel de onverbiddelijkheid van de natuur als het troostrijke karakter ervan bloot.

Want over honderd jaar… juist. Ja, jij ook.

Savior Complex

HBO Max

Of ze Renee een moordenaar vindt? wil documentairemaker Jackie Jesko aan het einde van de eerste aflevering van Savior Complex (176. min.) weten van Jackie Kramlich. ‘Nee’, begint de Amerikaanse verpleegkundige ferm aan haar antwoord. Daarna valt ze even stil. ‘Oké…’ Ze denkt nog eens terug aan haar periode als vrijwilliger bij Serving His Children en schraapt haar keel. ‘Ik zou niet… oh God, dat is me een vraag…’

Die vraag hangt niettemin vanaf de start van deze driedelige docuserie boven de markt. Renee Bach is dan al ‘Angel Of Death’ genoemd. Schuldig aan de dood van ‘honderden’ Afrikaanse kinderen, op wie ze medische experimenten zou hebben uitgevoerd. Renee is in 2007 nochtans met de beste bedoelingen afgereisd naar Oeganda. De christelijke tiener uit de Amerikaanse staat Virginia, die nog nooit in het buitenland is geweest, wordt ‘geroepen door God’ om vrijwilligerswerk te gaan doen.

Al snel heeft Renee haar eigen non-profit organisatie, Serving His Children. Ze houdt als Mission-Girl bovendien een blog bij, met dramatische impressies uit het leven van een hulpverlener in Afrika en foto’s van zielige kinderen erbij, Daarmee trekt ze veel aandacht en geld. ‘Sometimes when I’m in the shadow of the valley of death’, schrijft ze bijvoorbeeld. ‘I DO fear.’ Waarna de donaties weer loskomen. Alleen is in Oeganda zelf niet iedereen even enthousiast over haar werk.

Het is weer het witte reddersseizoen, sneert de zogenaamde White Savior Starter Kit bijvoorbeeld. ‘Make sure you’re prepared to pretend you know how to address complex problems abroad!’ Sinds we de ‘mzungu’, de witte mens, hebben leren kennen, stelt een activiste scherp, zijn we alles kwijtgeraakt.’ Westerse missionarissen zijn zo bezien niet meer dan een voorzetting van het kolonialisme. Ook omdat die ‘do gooders’ zich voortdurend beroepen op de Heer en diens wil.

‘Soms heb ik het gevoel dat God me vertelt wat ik moet doen’, zegt Renee Bach ook letterlijk als ze wordt aangesproken op haar werkwijze. Want ze is helemaal niet opgeleid om medicijnen te verstrekken, een infuus te plaatsen of een intensive care-afdeling in te richten. En is basale kennis over het ‘Refeeding syndroom’ ook niet noodzakelijk als ze ondervoede kinderen wil behandelen? Renee’s reactie is even simpel als doeltreffend: laat me met rust, ik ben bezig om kinderlevens te redden.

Via de casus van Renee Bach, een thuisgeschoolde jonge vrouw die zich het werk van een volwaardige arts toe-eigent, betreedt Jackie Jesko zo het mijnenveld van de ‘white saviors’, waarbij goede intenties zomaar kunnen uitgroeien tot een Godcomplex en ook ouderwets kolonialisme nooit ver weg lijkt. Terwijl hun directe omgeving de redders graag te vriend houdt – zij zorgen immers voor geld en banen – slijpen ideologische tegenstanders zoals No White Saviors ongegeneerd hun messen.

Voor hen is Renee Bach een schoolvoorbeeld van ‘white privilege’ en bovendien een ideale mogelijkheid om geld en support te verzamelen. Goede bedoelingen, kwade opzet, idealen en opportunisme beginnen intussen helemaal door elkaar te lopen. Ze veroorzaken een heuse cultuuroorlog en maken van Savior Complex een even pijnlijke als genuanceerde exploratie van private ontwikkelingshulp, de zegeningen daarvan en de weerstand die daarmee ook wordt opgeroepen.

Zijwaarts De Klas In

NTR

Ze waren café-eigenaar, planner in een ziekenhuis, jurist, tekenjuf of data-analist. En nu overwegen ze om alsnog voor de klas te gaan staan. Want de nood is hoog: Nederland heeft een serieus lerarentekort, dat zich steeds meer doet gelden. Er zijn op dit moment zo’n 10.000 vacatures in het basisonderwijs. Alleen is niet iedereen geschikt als zij-instromer. De geïnteresseerden worden daarom direct op hun mogelijke geschiktheid beoordeeld door enkele oude rotten in het vak.

In tegenstelling tot een paar andere kandidaten is de alleenstaande moeder Kim tijdens deze ‘crash course’ geschikt bevonden voor een werkervaringstraject van drie maanden. In die periode wordt ze gecoacht door een ervaren leerkracht en komt er regelmatig een begeleider kijken. Daarna volgt een geschiktheidsonderzoek, waarbij twee externe assessoren gaan bepalen of Kim, die nog niet zo lang geleden onverwacht haar echtgenoot verloor, daadwerkelijk door mag als zij-instromer.

Michel, de andere hoofdpersoon van de boeiende documentaire Zijwaarts De Klas In (58 min.), is al enkele jaren bezig met zijn opleiding. Toch is ook hij nog druk doende om de fijne kneepjes van het vak onder de knie te krijgen. Michel loopt tegen de vijftig, is vader van drie kinderen en heeft twee horecazaken in Amsterdam, maar wil graag iets terugdoen voor de samenleving en nu eindelijk eens zijn grote droom verwezenlijken: voor de klas. En dat blijkt toch moeilijker dan gedacht.

Simonka de Jong (PilotenmaskerA Family Quartet en Stil Water) kijkt in deze observerende film mee hoe de twee ’t er vanaf brengen. Orde houden. Contact maken. En oog hebben voor alle kinderen in de klas. Zijwaarts toont de aspirant-leraren zowel op sterke als kwetsbare momenten, luistert mee als ze feedback krijgen en is erbij wanneer de beoordeling volgt. Waarbij er met name voor Kim heel veel vanaf hangt: moet ze terug naar haar oude baan of kan ze toch verder in het onderwijs?

Hoewel Zijwaarts misschien nog wel een derde hoofdpersoon had kunnen gebruiken, om het thema verder te verdiepen en te verbreden, geven de twee protagonisten een heel aardig beeld van waar de in totaal duizend zij-instromers, die jaarlijks vanuit een andere baan of positie willen starten in het onderwijs, voor komen te staan. En ze laten zien hoe uitdagend, gecompliceerd en belangrijk dat werk is. En – als het goed gaat, tenminste – hoe leuk en bevredigend.

Als De Nacht Maar Niet Valt

Cinema Delicatessen

‘Heb je meer dan eens aanvallen gehad, waarbij je je plotseling angstig voelde?

‘Heb je ooit de indruk gehad dat iemand of een kracht buiten jezelf ervoor zorgde dat je je gedroeg zoals je dat normaal niet doet?’

‘Verloor je toen ook wel eens de controle over jezelf?’

De vragen die enkele Noorse kinderen krijgen voorgelegd  over hun depressies en angsten stapelen zich op, de antwoorden ook. De keuze lijkt simpel: nooit – soms – vaak – heel vaak. En de implicaties daarvan zijn dat uiteindelijk ook: wel of geen psychische stoornis. Ooit, in de toekomst. Of: nooit. Vooralsnog worstelen ze ‘gewoon’ met zichzelf en het leven. Zoals tieners nu eenmaal doen.

‘If only monsters would go to bed early’, declameert de Vlaamse actrice Viviane De Muynck streng. ‘If only night wouldn’t fall.’ Zij fungeert in Als De Nacht Maar Niet Valt (82 min.) als ‘inner voice’, geschreven door Saskia de Jong. Deze essayistische film van documentairemaker Marc Schmidt is de weerslag van een zoektocht naar waar het voorkomen van psychische problemen eindigt en overcontrole begint.

‘Do you like being treated before falling ill?‘ vraagt De Muynck bij droneshots van Lake Nona, een ogenschijnlijk perfecte nieuwbouwwijk in Orlando, Florida. Never – rarely – sometimes – often. Tijdens het Lake Nona Life Project kunnen ‘citizen scientists’ participeren in een gezondheidsproject dat is gesitueerd in het echte leven. Met de nieuwste technische snufjes pogen deelnemers supergezond te blijven.

‘We willen ervoor zorgen dat je gelukkig bent’, zegt hoofd innovatie Juan Santos. ‘Daarom proberen we elke vorm van weerstand te verwijderen.’ Marc Schmidt heeft er duidelijk zijn vraagtekens bij. Hij portretteert het leven in de ‘masterplan community’ als steriel en levenloos. Een geplastificeerd bestaan, continu gadeslagen door camera’s, met allerhande apps en vanachter beeldschermen.

‘Waanzin is menselijk’, constateert de Nederlander Maarten Nijssen tegelijkertijd. Hij is op de terugweg van een ernstige psychose en wordt tijdens het re-integratietraject aan een indringend onderzoek onderworpen. Het leidt tot een wat ongemakkelijke conclusie: het gewone leven is eigenlijk maar saai. Tijdens zijn paranoïde wanen voelde Nijssen zich misschien wel meer zichzelf dan nu.

Zo bevraagt Schmidt de ‘dataficering van de geestelijke gezondheidszorg’, die wordt neergelegd in computermodellen, mental health-apps en eindeloze questionnaires. Komt met al dat onderzoek, de mogelijkheid om jezelf door te laten meten en vervolgens te verbeteren, ook de druk om psychisch gezond – en dus gelukkig – te zijn? En wat raken we kwijt met deze surveillance en ’meten = weten’-attitude?

‘Perhaps we’re off on a detour’, stelt inner voice Viviane De Muynck nog maar eens in deze bespiegelende film, waarin Marc Schmidt zijn vragen niet alleen stelt, maar ook vervat in krachtige beeldtaal en een unheimisch geluidsdecor. ‘Perhaps the body isn’t a code, but an ode to the senses.’

Scouts Honor: The Secret Files Of The Boy Scouts Of America

Netflix

Natuurlijk, het gaat om andere mensen, herinneringen en voorbeelden, maar uiteindelijk komt het toch neer op hetzelfde thema, vergelijkbaar verdriet en een identieke doofpot. De documentaire Scouts Honor: The Secret Files Of The Boy Scouts Of America (95 min.) van Brian Knappenberger vertelt in wezen precies hetzelfde verhaal als Irene Taylors Leave No Trace, een geladen docu die onlangs werd uitgebracht via de streamer Disney+. En zoals ‘t een rechtgeaarde Amerikaanse productie betaamt, ligt de hele kwestie al in de eerste minuten op tafel. Zodat iedereen weet wat ie kan verwachten – en vooral doorkijkt.

Dat maakt het enorme aantal meldingen van seksueel geweld bij de Amerikaanse scouting overigens niet minder stuitend. In de jaren twintig en dertig werd er in de media al bericht over de zogenaamde ‘red flag list’ van de scouting en seksueel misbruik van kwetsbare jongetjes. Jeugdactiviteiten trekken nu eenmaal lieden met een ongezonde interesse in kinderen aan, stelt journalist Patrick Boyle, die de hand wist te leggen op de zogenaamde ‘perversion files’. Hij schreef ook een boek over de schokkende kwestie, die de officiële scoutingsorganisatie maar al te graag onder de pet hield.

‘Wil je de waarheid of wat me was opgedragen om te zeggen?’ vraagt oud-politieman Michael Johnson, die in 2010 hoofd jeugdbescherming van de Boy Scouts werd, aan het begin van deze film. Knappenberger is duidelijk: hij wil beide versies horen. En dus gaat de beerput helemaal open. Over seksfeesten, kinderporno en suïcide. Bij een organisatie, die er nog niet zo lang geleden ronduit homofobe ideeën op nahield. En over het toedekken van het misbruik, de wrange dwarsverbanden met de kerk en het ontmoedigen van slachtoffers om aangifte te doen.

Melden betekent toch naar de politie gaan? vraagt Brian Knappenberger voor de zekerheid aan Steve McGowan, juridisch adviseur van de Boy Scouts of America. ‘Voor een scout betekent het dat je naar een volwassene gaat’, antwoordt die. ‘Een ouder, een leider.’ En zo is het spoor dus jarenlang doodgelopen. Inmiddels staat de teller op 82.000 meldingen van seksueel misbruik. 82.000 ervaringsverhalen van voormalige scouts, die jarenlang verborgen zijn gebleven achter de verdedigingslinie die de scoutingorganisatie in zulke gevallen optrekt.

Zoals het indringende relaas van Mark Eaton. Hij werd op tienjarige leeftijd gemolesteerd door een begeleider, die vanwege incidenten bij andere scoutingafdelingen al op de lijst van ‘Ongeschikte Vrijwilligers’ was geplaatst. Daarna ging de man echter gewoon elders in de weer met scouts. ‘Ik wil een deel van het stigma wegnemen rond jongens die slachtoffer zijn’, vertelt Eaton over zijn beweegredenen om zich nu uit te spreken. ‘Er rust nog steeds een erg groot taboe op jongens die het slachtoffer zijn geweest van seksueel misbruik door een man.’

Die schaamte laten Eaton en zijn lotgenoten hier collectief achter zich. Voor de tweede keer, in relatief korte tijd. Tegelijkertijd zit er natuurlijk geen limiet aan het aankaarten van onrecht. Het is nooit genoeg. Totdat het, voorlopig althans, de wereld uit is geholpen.