
Het Draaksteken in het Limburgse dorp Beesel. Typisch een onderwerp voor documentairemaker Hans Heijnen, zou je zeggen. Geluif In ’t Goeje (93 min.), de film over ‘het grootste openlucht-theaterspektakel van Nederland’ dat elke zeven jaar wordt opgevoerd in het plaatselijke kasteel Nieuwenbroek, is evenwel een productie van Suzanne Raes (Dicht Bij Vermeer, De Dijk – Hou Me Vast en Where Dragons Live). Heijnen heeft twee jaar geleden overigens een vergelijkbare docu gemaakt over een Limburgse openluchtvoorstelling, De Passiespelen: Het Kruis Van Tegelen.
Raes start haar film twee jaar voor de uitvoering van het Draaksteken in 2023. Frans Pollux heeft een script geschreven, waarin ’t ditmaal de koning zelf is die de draak heeft gecreëerd – als een metafoor voor de verleidingskracht van de macht. Diverse dorpelingen hopen kans te maken op een hoofdrol en studeren thuis hun tekst in. Tijdens audities bepaalt het driemanschap Theo Geraets, Huub Geerlings en Frank Rous, dat gezamenlijk de regie voert over de groots opgezette voorstelling, vervolgens wie voor welke rol in aanmerking komt in deze epische strijd tussen goed en kwaad.
Dit is een delicate taak, met de nodige gevoeligheden. Kan prinses Aja bijvoorbeeld ook eens gespeeld worden door een wat oudere actrice? vraagt Victorine Mégard zich af. Of kiezen ze toch weer gewoon voor het mooiste meisje van het stel? Verder heeft René Beurskens eigenlijk een stoere rol voor zichzelf in gedachten. De regisseurs vinden alleen niet dat hij die in zich heeft. Beurskens is volgens hen meer geschikt voor een ‘komische noot’. Met alle respect voor René, constateert Geerlings over zijn dorpsgenoot. Hij heeft nu eenmaal de trekjes van hoe hij geaard is.
Elders in het dorp wordt er gebouwd aan een draak. In totaal zijn zo’n achthonderd vrijwilligers betrokken bij de theatervoorstelling, op een gemeenschap van in totaal 2500 zielen die verder al een tijdje te kampen heeft met krimp. Ontmoetingsplekken zoals de buurtwinkel, pinautomaat en trouwzaal zijn inmiddels verdwenen en de plaatselijke bakker is nog maar drie dagen per week open. Een activiteit zoals het Draaksteken zorgt voor sociale cohesie. Iedereen waakt er dan wel voor dat de verhoudingen goed blijven. Want, zoals één van de acteurs opmerkt, ze moeten straks samen verder.
Terwijl het gewone leven in Beesel ook gewoon doorgaat – een huwelijk, sterfgeval en zwangerschap bijvoorbeeld – krijgt die voorstelling steeds meer vorm en schildert Raes en passant het dorp dat daarmee elke zeven jaar boven zichzelf uitstijgt. Via een uitgelezen verzameling personages, die een inkijkje geven in hun dagelijks leven en in dialect hun verhaal doen, toont ze een gemeenschap, waarin mensen nog echt samen proberen te leven – al gaat dat ook in Beesel niet altijd van harte of vanzelf. De draak geeft hen nochtans de kans om, zelf en met anderen, eens goed in de spiegel te kijken.
Geluif In ’t Goeje ziet er ondertussen fraai uit, wordt zeer vaardig verteld en is vermoedelijk ook nét iets scherper dan Hans Heijnen ‘t zou hebben aangepakt. Nét iets minder van binnenuit verteld, nét iets meer met de blik van een buitenstaander. Nét iets minder chauvinisme en nostalgie ook en nét iets meer oog voor de bekrompenheid en het ongemak. Zónder overigens dat dit, op de hobbelige weg naar een slechte generale en hopelijk een ‘goeje’ finale, op een ongemakkelijke manier de overhand krijgt of het Draaksteken zelf in de weg gaat zitten.


















