
‘Wat, in godsnaam, is dát?’ De Amerikaanse zanger en gitarist Ben Harper kan zich in de documentaire Cure For Pain: The Mark Sandman Story (86 min.) uit 2011 nog zo voor de geest halen wat hij dacht toen hij Morphine voor het eerst hoorde. Ruim 25 jaar na de dood van frontman Mark Sandman is de sound van het trio uit Boston, Massachussets, nog altijd uit duizenden herkenbaar. En dat heeft alles van doen met de totaal uitgeklede bezetting van de band: een tweesnarige basgitaar, drums en die alomtegenwoordige baritonsaxofoon. En dan Sandmans lijzige stem eroverheen. Een onvervalste ‘king of cool’, aldus collega-zanger Dicky Barrett van The Mighty Mighty Bosstones.
‘Low rock’, dubde de enigmatische zanger/bassist Mark Sandman (1952-1999) hun muziek ooit. ‘Ik bedoel: neukrock.’ Donkere, sexy songs, met flinke scheuten jazz, poëzie en film noir erin. Deze documentaire van Robert Bralver en David Ferino vertelt het verhaal achter die muziek. Ze ontsluiten Morphine, de groep waarvan Sandman in de jaren negentig, samen met zijn ‘surrogaatbroers’, drummer Billy Conway (drums) en Dana Colley (saxofoon), een absolute cultband maakte. Totdat een hartaanval tijdens een festivaloptreden in het Italiaanse Palestrina, op 3 juli 1999, hem op 46-jarige leeftijd fataal werd en die groep definitief naar de popgeschiedenisboeken verwees.
Ondanks de aanwezigheid van vakbroeders zoals Josh Homme (Queens Of The Stone Age), Les Claypool (Primus), Mike Watt (The Minutemen) en Chris Ballew (The Presidents Of The United States Of America) is Cure For Pain echter geen film over platencontracten, studio-opnames en topconcerten. Morphines carrière fungeert vooral als decor voor Mark Sandmans levensverhaal. Beter: Sandmans familieverhaal. Nadat zijn gezin was getroffen door een enorm drama, besloot hij, de artistiek aangelegde oudste zoon, om uit te vliegen en iets bijzonders van z’n leven te maken. En het tragische daarvan is dat zijn ouders pas na z’n dood ontdekten dat dit ook behoorlijk was gelukt.
Enkele jaren later heeft Sandmans moeder Guitelle nog geprobeerd om die familiegeschiedenis op papier te krijgen. Citaten uit haar boek Four Minus Three: A Mother’s Story (2006) dienen tevens als onderlegger voor dit postume portret van haar zoon Mark, die zich nooit helemaal in de kaarten liet kijken, soms een enorme klootzak kon zijn en intussen floreerde in zijn eigen kleine hoekje van de alternatieve muziekwereld.


















