Love-22-Love

Periscoop

Toen hij enkele jaren geleden aan deze zeer persoonlijke film begon, had videokunstenaar Jeroen Kooijmans lange, zware jaren achter de rug. Met Love-22-Love (84 min.) wilde hij zich weer concentreren op het licht dat al die tijd op hem was blijven schijnen: zijn geliefde Elspeth Diederix. Kooijmans besloot haar een liefdesbrief te sturen. Die is uiteindelijk heel anders uitgepakt dan ie oorspronkelijk had bedacht.

Zijn film gaat terug naar 1992 als ze allebei op de Rietveld Academie zitten. Hoewel hij zich had voorgenomen om dat nooit te laten gebeuren, begint Kooijmans een relatie met zijn medestudent. Samen zullen ze in de navolgende jaren de halve wereld zien en grote successen boeken. Hij krijgt in 1998 bijvoorbeeld de NPS Cultuur Prijs uitgereikt door Oboema, zij wint enkele jaren later met haar fotografie de prestigieuze Prix de Rome.

In zijn hoofd rommelt ’t dan al enige tijd. Dat is overigens al vanaf het begin duidelijk. Deze egodocu start met een indringende video waarin Jeroen Kooijmans zichzelf filmt als hij in 2002 is opgenomen in het ‘gekkenhuis’. Zulke selfies avant la lettre, waarin hij soms ook tegen de camera spreekt, keren steeds terug in Love-22-Love. Kooijmans laat ermee in zijn hoofd kijken en ordent het bijbehorende leven vervolgens met een persoonlijke voice-over.

Hij maakt z’n gevoelsleven tevens zichtbaar met brieven die zijn pessimistische zelf in die jaren, in het Engels, aan zijn optimistische zelf heeft geschreven. Deze dagboekteksten werken tevens als structurerend element. Als hij spreekt over ‘overthinking’, ‘losing my mind’ of ‘nothing in life makes sense’, reageert zijn alter ego bijvoorbeeld met het advies om het denken over te laten aan de denkers. Tegen zichzelf: ‘I’m actually doing really well.’ 

‘s Mans onbehagen sijpelt natuurlijk ook door in zijn videokunst en homevideo’s, het hart van deze associatieve film. Die beeldenstroom laveert voortdurend tussen artistieke uitspattingen – als jager met geweer achtervolgt hij zijn geliefde, in een Roodkapje-rood jurkje, bijvoorbeeld in het bos – en voor de camera beleefde inzinkingen. Zoals een onvergetelijke naakte dans voor het open raam, terwijl hij de schaar in zijn haren zet.

Dat werk lijkt alomtegenwoordig in zijn leven. Het zorgt voor inspiratie, levert druk op en staat soms ook al het andere in de weg – inclusief de relatie met Elspeth. ‘Ik moet stoppen met kunst’, constateert Jeroen Kooijmans onderweg, in een grillig persoonlijk relaas dat ruim dertig jaar leven samenbalt in nog geen anderhalf uur. ‘Dat is de enige oplossing.’ Een leven als echtgenoot en vader van drie dochters wacht. Maar het bloed kruipt toch…

Zou hij zijn demonen, de depressies en psychoses, misschien kunnen verfilmen? En is dat dan verstandig? Wat zou Zij ervan vinden? Moet ze er überhaupt van weten? De vragen stellen…

Zorgdragers

NTR

Het is een pijnlijke constatering. Niet alleen voor henzelf. Als hulpverleners van mensen met psychische nood lijkt het voor hen taboe om hun eigen kwetsbaarheid te erkennen. En wanneer ze daartoe toch worden gedwongen, doordat ze zelf ook kwetsbaar blijken te zijn, kampen ze met schaamte en blijft dit moeilijk bespreekbaar. Je wilt nu eenmaal niet bij de omvallers horen, zegt één van de psychologen en psychiaters in Zorgdragers (24 min.). Mensen die in de zorg werken, constateert een ander, zorgen graag voor een ander, maar blijven zelf liever buiten beeld.

Documentairemaakster Juliette Dominicus zag het bij haar zus Marcia, die net als diverse andere leden van hun familie psycholoog werd. Dominicus legt haar zus op de divan en volgt haar tevens naar een creatieve groepstherapie, waar enkele zorgverleners hun eigen mentale kwetsbaarheid onder ogen zien en delen. Zij hebben ook ervaren hoe de buitenwereld, niet alleen professionals, in zulke situaties kan reageren. ‘Je kan beter keelkanker hebben dan een depressie’, zegt één van de deelnemers. Dan is tenminste duidelijk dat je er zelf niets aan kunt doen.

In een veilige omgeving maken Marcia Dominicus en enkele vakgenoten nu het masker na dat ze als professional (moeten) dragen, kijken eens goed in de spiegel en oefenen in de buitenlucht empathische of juist oordelende reacties en ervaren vervolgens het effect daarvan. Zo slechten zij, niet alleen voor zichzelf, in deze sensitieve korte film de barrière tussen zorgprofessional en patiënt en dragen ze meteen bij aan het bespreekbaar maken van de psychische uitdagingen die menigeen op z’n pad treft. Omdat iedereen wel eens hulp nodig heeft.

Zelfs de hulpverlener zelf.

Starsuckers

S2S

Dik vijftien jaar geleden was Starsuckers (101 min.) bedoeld als een waarschuwing: een wereld die volledig is gefocust op beroemdheid en celebrities richt zichzelf ten gronde, te beginnen met de kinderen.

De Britse documentairemaker Chris Atkins, later overigens nog in opspraak geraakt, introduceert bijvoorbeeld het wannabe-kindsterretje Ryan, een Amerikaans joch van zes dat door zijn ouders wordt uitgedost als een soort mini-LL Cool J en vervolgens echt overal aan de man wordt gebracht. Hij moet wereldberoemd worden – en zij met hem, en liefst ook nog rijk. Het is bijna onmogelijk om geen kidfluencer en familievloggers in het gezinnetje te zien.

Zoals met hedendaagse ogen ook de nodige influencers zijn te ontwaren in Starsuckers – ook al bestond die term in 2009 nog niet of nauwelijks. De New Yorker Wesley Autrey redde ooit bijvoorbeeld een man van een rijdende trein, door bovenop hem te gaan liggen. Op die manier kon de trein over hen heen rijden. Zo’n tweeduizend interviews later vraagt Autrey zich af of hij zich misschien kandidaat moet stellen voor een publiek ambt. Aan populariteit geen gebrek.

Bagagemedewerker John Smeaton zou in 2007 op het vliegveld van Glasgow enkele terroristen een halt toe hebben geroepen. Rond deze volksheld ontstaat vervolgens een ongelofelijke mediahype. Totdat enkele collega’s, die er ook bij zijn geweest en in de publiciteit helemaal genegeerd worden, zich tegen hem keren. ‘Smeato’ reageert laconiek: there is no bad publicity. En doorrr… in een film die net zo vaak open deuren intrapt als onverwachte kleine luikjes opent.

Carol Craig van het Centre for Confidence & Well-being pleit daarin voor een verbod op reclame voor kinderen onder de twaalf en begrenzing van het aantal commercials voor tieners. Een jaar of vijftien later weten we: kansloze strijd. We worden nu ook online overvoerd met gesponsorde inhoud en sluikreclame. Die zijn bewezen slecht voor ons. Psychiater Phillip Graham veronderstelt zelfs een link tussen het aldus gepropageerde materialisme en de toename van mentale problemen. 

Jongeren krijgen in de media, in 2009 net zo goed als nu, een beeld voorgespiegeld dat je er pas toe doet als je geld, status en roem hebt. Daarom melden non-bekendheden zich bij de New York Reality School (zodat ze de aandacht weten te trekken), solliciteren ze als Personal Assistant van een beroemdheid (waarbij ze tot nagenoeg alles bereid lijken) of laten zich verleiden tot een Kiss & Tell-verhaal in de media (nadat ze eerst de koffer in zijn gedoken met een nietsvermoedende celebrity).

En waar Atkins in het cynisch getoonzette Starsuckers, waarin ook de Britse (tabloid)journalistiek en het liefdadigheidsfestival Live Aid een flinke veeg uit de pan krijgen, nog een Litouwse politieke partij met louter beroemdheden laat zien als een soort waarschuwing, weten we inmiddels dat die collectief in de wind is geslagen. Roem, platvloersheid en narcisme hebben sindsdien alleen maar meer ruimte gekregen en zuigen ons langzaam maar zeker helemaal leeg. Tot de bodem is bereikt.

Als De Zee

Interakt / EO

Een jaar eerder ging de 25-jarige Kim Smits naar de zee om erin te verdrinken. In de immersieve korte documentaire Als De Zee (25 min.) van Sophie van Bree keert ze terug naar het water, voor een surftherapie met andere jongeren met psychische problemen.

Tussendoor was er een crisisopname, waarvan Kim nu nog moet loskomen. Ze zoekt dwangmatig naar houvast. Grip op haar bestaan, op zichzelf. Haar handen tasten voortdurend haar directe omgeving af. Een kastdeurtje, een kassabon, een fles water. Op zoek naar zekerheid, de controle die nooit helemaal komt.

Kim kan zich geen leven voorstellen zonder een monstertje in haar hoofd. Er mag op zich best iemand in haar hoofd wonen, denkt ze hardop, zolang die lieve dingen tegen haar zegt. Intussen blijft de camera heel dicht bij de jonge vrouw in de buurt en vangt haar permanente onrust en de pogingen om die te bezweren.

Ze moet vertrouwen krijgen in zichzelf, zegt Kims begeleider. Dat voelt alleen alsof ze aan haar lot wordt overgelaten. In de zee, zo laten Van Bree en haar cameraman Rogier Timmermans treffend zien, wordt Kim gedwongen om zich over te geven. De golven beuken soms tegen haar aan, maar voeren haar evengoed mee.

Subtiel toont Als De Zee, ingekaderd met telefoongesprekken van Kim met haar ouders, hoe de kwetsbare jonge vrouw stukje bij beetje iets van haar zelfvertrouwen hervindt. Tegelijkertijd is zij ook bang dat het goed zal gaan. Want dan verliest ze haar rol als patiënt. ‘Wat blijft er dan over?’

Milou’s Strijd Gaat Door

familiefoto / NTR

‘Ik ben Milou’, zegt de hoofdpersoon bij de start van deze indringende film. ‘Je hoort mijn stem, maar ik leef niet meer. Omdat ik het belangrijk vind dat mijn verhaal verteld wordt, is mijn stem met kunstmatige intelligentie nagemaakt. Daarvoor zijn oude geluidsopnamen van mij gebruikt.’

Alles wat ze nu met de kijker deelt heeft Milou overigens ooit zelf gezegd of geschreven, vertelt haar AI-alter ego. De bijbehorende foto’s komen uit het familiealbum. En de tekeningen en social media-filmpjes heeft ze, in de jaren voordat in 2023 euthanasie aan haar werd verleend, zelf gemaakt. ‘Alleen deze introductie niet’, voegt ‘Milou’ daar nog aan toe. ‘Die is geschreven door Bart, de regisseur.’

En die neemt de vertelling vervolgens meteen bij de hand met zijn eigen voice-over: ‘Maar hoe kan het dat Milou, een meisje van zeventien, zodanig psychisch lijdt dat ze euthanasie krijgt?’ Waarna de titel van deze documentaire in beeld verschijnt, Milou’s Strijd Gaat Door (103 min.), en de zoektocht naar het antwoord op die vraag kan beginnen. Als er al een eenduidig antwoord bestaat…

Milou was het nichtje van producent Rob Hüsken, de beste vriend van documentairemaker Bart Hölscher. Samen hebben zij nu, tegemoet komend aan de laatste wens van Milou, een film gemaakt, waarin de lijdensweg van de tiener uit Bavel nog eens pijnlijk gedetailleerd wordt gereconstrueerd met Milou’s ouders Mireille en Louis, haar vriendinnen Lisa en Nyssa en enkele behandelaars.

Daarmee wordt in de eerste helft van deze documentaire het fundament gelegd voor het tweede deel van de film, waarin de openbare discussie aan de orde komt die na Milou’s zelfverkozen ‘humane dood’ losbarstte. Is het wel gewenst dat minderjarigen die ogenschijnlijk ondraaglijk en uitzichtloos psychisch lijden in aanmerking komen voor euthanasie? De meningen van behandelaars lopen daarover uiteen.

Kinder- en jeugdpsychiater Menno Oosterhoff, die Milou’s wens om humaan te kunnen sterven honoreerde, noemt dat besluit ‘één van de moeilijkste beslissingen’ uit zijn leven. Naderhand voelde hij zich bovendien gecriminaliseerd door collega’s, en in hun kielzog ook politici, die de zorgvuldigheid daarvan in twijfel trokken. En hij maakte zich kwaad over de ‘parent blaming’ die er ook uit sprak.

Hölscher neemt de tijd om deze pijnlijke discussie, waarbij Oosterhoffs opponenten alleen via archiefbeelden aan bod komen, te behandelen. Het persoonlijke verhaal van Milou dreigt dan wat op de achtergrond te raken – al maakt hulpverlener Halil nog wel een speciale Blue Tree voor haar en bezoeken Milou’s ouders samen met lotgenoten het beeld Stille Strijd, dat aandacht vraagt voor psychisch lijden bij jongeren.

Op zulke kwetsbare momenten wordt nog eens duidelijk dat het leed dat zij met hun kind moeten dragen eigenlijk te groot is om onderdeel te worden gemaakt van een maatschappelijk debat – hoe legitiem dat verder ook is. Voor de ouders van Milou telt uiteindelijk slechts één ding: dat hun kind niet langer hoeft te lijden en niet aan haar lot wordt overgelaten terwijl ze aanstuurt op een waardig einde.

Moeders Springen Niet Van Flats

VARA

Elena Lindemans maakt het in de openingsscène van deze zeer persoonlijke film meteen heel concreet. Tastbaar. Misschien ook wel voor zichzelf, om er enigszins vat op te kunnen krijgen. Feitelijkheden. De drie Muntflats in Heerenveen. Vijftien verdiepingen hoog. Maandag 25 februari 2002. 16.02 uur, om precies te zijn. Toen en daar eindigde het leven van haar moeder. ‘Ik wist wat ze ging doen en ik heb haar niet tegengehouden.’

Lindemans is nooit terug naar die plek geweest. Ze durfde er vanaf de snelweg zelfs niet naar te kijken. Voor Moeders Springen Niet Van Flats (56 min.) uit 2014 besluit ze om er tóch naartoe te gaan. ‘Ik heb vragen aan iedereen die met de dood van mijn moeder te maken kreeg en ik ben niet meer bang voor de antwoorden.’ Bestemming bereikt, meldt haar navigatiesysteem even later, als ze ter plaatse arriveert. Bestemming bereikt.

En dan wacht de confrontatie met die drie imposante flatgebouwen en het lot van de vrouw die al zo lang leed. Ondraaglijk en uitzichtloos, vindt Lindemans. Ze gaat erover in gesprek met haar zus Birgitta en Ed Gloudemans, de vriend van haar moeder. Samen waren ze er getuige van hoe zij al een tijd zocht naar een zachte dood. En toen euthanasie haar niet bleek gegeven – wérd gegeven – zocht ze een andere uitweg.

Elena gaat tevens op bezoek bij flatbewoners die haar moeder op die laatste dagen zagen komen – niet voor het eerst overigens – en zagen springen. Een onderbuurman maakte naderhand hoogstpersoonlijk schoon. Ook zij werden getekend door die fatale val – bepaald niet de enige in de voorgaande jaren. Een vrouw herinnert zich bijvoorbeeld nog goed hoe ze slechts ternauwernood één van deze desolate mensen kon ontwijken.

En dan zijn er nog de behandelaars, waarmee Elena Lindemans tijdens deze aangrijpende zoektocht in gesprek wil. Zij zagen behandelperspectief bij haar moeder – of durfden ’t simpelweg niet aan. Geen schande, wel uitermate pijnlijk voor alle direct betrokkenen, die ene volstrekt wanhopige vrouw in het bijzonder. Scherp, maar respectvol bevraagt haar dochter hen nu over hun keuzes en beroepsopvatting.

Moeders Springen Niet Van Flats wordt zo een indringend pleidooi voor een humane dood voor mensen die ondraaglijk en uitzichtloos lijden, een thema dat Elena Lindemans tien jaar later met de docuserie Een Goede Dood (2024) nog eens verder zou exploreren. Want het einde dat haar moeder uiteindelijk moest kiezen, gun je geen mens.

An Eternity Of You And Me

MCO Film

Zo vanzelfsprekend als de kippen in hun tuin eieren leggen, zo moeizaam verlopen de pogingen van de Belgische filmmaakster Sanne This en haar Deense echtgenoot Albert Davidsen om zwanger te worden. Het leek zo vanzelfsprekend dat ze samen een kind zouden krijgen. Totdat dit helemaal niet zo vanzelfsprekend blijkt.

Hun pogingen om nageslacht te verwekken beginnen luchtig – en worden in deze persoonlijke film dan nog begeleid door vrolijke muziekjes – maar raken meer en meer beladen als een spontane zwangerschap uitblijft en het stel in de medische molen terecht komt. In verwachting raken – in de ideale wereld het resultaat van een enkel spontaan moment – verwordt dan tot een taai proces, waarin Sanne en Albert voortdurend heen en weer worden geslingerd tussen hoop en wanhoop.

This heeft dit zelf vastgelegd. Van binnenuit dus. Dat geeft An Eternity Of You And Me (79 min.) een zeer intiem karakter – al moet ’t ook lastig zijn geweest om voor kwetsbare momenten een camera klaar te zetten en alvast op ‘record’ te drukken. Als er weer een zwangerschapstest moet worden gedaan bijvoorbeeld, waarvan de uitslag natuurlijk ongewis is. Tussendoor gaan ze af en toe op bezoek bij een bevriend koppel, dat inmiddels wel kinderen heeft. Dat is gaandeweg vast een bezoeking geworden.

Deze documentaire speelt zich voor een belangrijk deel in en om hun woning te Kopenhagen af, met uitstapjes naar allerlei vruchtbaarheidsartsen en klinieken. Terwijl ze klussen aan hun huis, de kippen proberen te beschermen tegen een vos en plannen maken voor een boomhut in de tuin, fantaseren ze samen over hoe ’t leven eruit gaat zien als… Ja, als. Maar wat nu als er niets gebeurt – en tegelijk ongelooflijk veel? Een kinderwens die (nog) niet wordt vervuld kan zelfs de sterkste persoon of relatie breken.

Sanne This en Albert Davidsen lijken elkaar in elk geval stevig vast te houden. Dat is tenminste het beeld dat zij ervan schetst in deze film. Ze doen ’t echt samen: hopen, slikken en huilen – en dan weer, verrassend snel ogenschijnlijk, opkrabbelen en doorgaan. An Eternity Of You And Me, in de loop van ruim drie jaar gefilmd, wordt zo een optimistische vertelling, die tegelijkertijd héél privé en universeel voelt.

The Trouble With Mr Doodle

Acme Films

Als het aan Sam Cox ligt, is de hele wereld niet meer dan een canvas voor zijn ‘doodles’, de lijntekeningen die de meeste mensen vooral maken om hun gedachten te verzetten. Als kind wilde de jonge Brit al obsessief tekenen, liefst vijftien uur per dag. Gedachteloos de stift ter hand nemen en dan letterlijk elk papier vullen waar je de hand op kunt leggen. Zo blijft de echte wereld ook op afstand. En dat is wel zo prettig, want Sam is nu niet direct een sociale jongen.

Hij ontwikkelt een alter ego: Mr Doodle, een slapstickachtige figuur met een doodlepak aan, die alles voltekent wat hij op zijn pad treft en die via foto’s en filmpjes op social media al snel een populair personage en een gewaardeerde kunstenaar wordt. Sams grote doom is een volledig wit geschilderd huis, dat hij vervolgens, van binnen en van buiten, he-le-maal kan voltekenen met zijn kenmerkende naïeve figuurtjes, voorwerpen en vormen. Tegen die tijd hebben zijn enthousiast ontvangen ‘droedels’ alleen al een behoorlijk ongezond trekje gekregen.

The Trouble With Mr Doodle (88 min.) is een aangrijpend portret van een jonge getalenteerde tekenaar die stilaan volledig doordraait. Totdat Sam Cox zichzelf dood verklaart en daadwerkelijk verder wil als Mr Doodle, een tragische figuur die z’n levensdagen slijt in het nachtmerrieachtige Doodleland. ‘Ik dacht dat ik bevriend was geraakt met Banksy en heel close was met Kanye West’, vertelt hij daarover. ‘Donald Trump vroeg me om te doodelen op de muur tussen de Verenigde Staten en Mexico. Wij gingen samen de hele wereld doodelen!’

Deze film van Jamie D’Cruz, Ed Perkins en Alex Nott maakt alvast een ferme start met die wereld en is volkomen volgedoodeld. Zodat het intimiderende karakter van dat tekenen in Sams leven bijna fysiek voelbaar wordt. De documentaire begon ooit bij het witte huis – wat een project om te documenteren! – maar ontwikkelde zich gaandeweg tot een portret van de wankele man daarachter. De doodles spatten daarin zowat van het scherm af en overweldigen elke plek waarin ze terecht zijn gekomen. Cox zit gevangen in zijn eigen kunst en het manisch vervaardigen daarvan.

The Trouble With Mr Doodle maakt zichtbaar hoe dun en fragiel de lijn kan worden tussen genie en gekte. Het kunstenaarschap wordt voor Sam Cox, zonder dat hij daar zelf vat op krijgt of ’t zelfs maar door heeft, een juk om onder te bezwijken. Sams mentale staat baart natuurlijk ook zijn ouders Andrea en Neill en Oekraïense vriendin Alena ernstige zorgen. Maar hoe red je iemand van zijn zelfverkozen levensmissie?

A Want In Her

Inland Films

Moeder en dochter hebben een stilzwijgende afspraak: als Nuala dronken is, laat Myrid haar links liggen. Toch kan ze ‘t niet laten om naar haar moeder te kijken als ze haar dronken op een bankje in Belfast ziet zitten, met een fles wijn binnen handbereik. Ze besluit Nuala zelfs even te filmen – en voelt zich daar later dan weer schuldig over.

Filmen doet de jonge Ierse kunstenares Myrid Carten al van jongs af aan. Samen met mensen uit haar directe omgeving zet ze van alles in scène. Haar moeder, ooit sociaal werker in Donegal, blijkt een geliefd subject. Een vrouw die worstelt met een bipolaire stoornis en zo nu en dan helemaal van de radar verdwijnt. Soms denkt ze dat ze Bobby Sands is. Ook haar broer Danny heeft psychische problemen. Als het hen te veel wordt, grijpen ze al gauw naar de fles – al bezweert hij dat ie die nu toch al een hele tijd heeft afgezworen.

In de egodocu A Want In Her (80 min.) richt Carten, inmiddels woonachtig in Londen, haar zoekende camera op haar eigen familie. Op haar moeder die periodes van zelfmedicatie afwisselt met sobere episodes, waarin ze haar leven probeert te beteren. Op Danny, die zo nu en dan onaangekondigd in een verrotte stacaravan bij hun ouderlijk huis overnacht. En op hun broer Kevin, Myrids oom, die de menselijke ravage regelmatig moet opruimen en dat eigenlijk spuugzat is. Hij wordt stelselmatig overvraagd.

Met een grillige combinatie van homevideo’s, direct cinema-scènes en beelden van video-installaties exploreert Myrid Carten de wissel die psychische- en verslavingsproblematiek trekken op mensen in de directe omgeving. Dit leidt ook tot confrontaties met haar moeder Nuala, die Myrid verwijt dat ze haar een schuldgevoel aanpraat. Zij stelt op haar beurt dat Nuala zwelgt in zelfmedelijden en elke vorm van verantwoordelijkheid probeert te ontlopen. Zo dreigt ze haar verwanten met zich mee te trekken door de modder.

Dat is geen nieuwe thematiek, die in A Want In Her bovendien met de nodige omwegen wordt uitgewerkt – al stuurt Carten, met behulp van de bezwerende muziek van Lankum en Fontaines DC, uiteindelijk aan op een krachtige climax.

Six Schizophrenic Brothers

Firecracker

In de eerste vijftien jaar na de Tweede Wereldoorlog kregen Don en Mimi Galvin maar liefst tien zoons. Begin jaren zestig werd het Amerikaanse gezin op de valreep ook nog verrijkt met twee meisjes: Margaret en Mary. En die laatste, de jongste dus van in totaal twaalf kinderen, fungeert nu als verteller voor het tragische verhaal van haar familie. Mary Galvin wordt daarbij in de rug gesteund door enkele broers: nummer drie (John), zes (Richard) en acht (Mark). Samen verhalen ze over hun Six Schizophrenic Brothers (168 min.).

Deze vierdelige serie van Lee Phillips is gebaseerd op het indringende boek Hidden Valley Road: Inside The Mind Of An American Family (2020) van Robert Kolker. Over een gezin met een onmogelijk kruis om te dragen. Als na oudste zoon Donald ook nummer twee (Jim) en vier (Brian) als jongvolwassene ernstig gestoord gedrag beginnen te vertonen, wordt duidelijk dat er een genetische kwetsbaarheid zit in de familie Galvin. Uiteindelijk zullen zes zoons ten prooi vallen aan schizofrenie. Ze krijgen last van hallucinaties, horen stemmen en verliezen zich in onwerkelijke angsten.

In de jaren zeventig escaleert de situatie volledig bij het gezin dat z’n intrek heeft genomen in een huis aan Hidden Valley Road in Colorado Springs. De ene na de andere zoon ontspoort, soms onder invloed van het gebruik van softdrugs. Don, docent op de luchtmachtacademie, en zijn zorgzame vrouw Mimi kunnen hun zoons al snel niet meer de baas. Ze worden steeds gewelddadiger, een gevaar voor zichzelf en hun directe omgeving. Totdat het komt tot enkele huiveringwekkende incidenten, die een spoor van verwarring, pijn en verdriet door de Galvin-familie trekken.

Er valt best het nodige aan te merken op Six Schizophrenic Brothers. De miniserie wordt bijvoorbeeld enigszins ontsierd door opzichtige true crime-clichés (cliffhangers, duistere reconstructiebeelden en een onheilspellende soundtrack) en platte horror-esthetiek (gebroken spiegels en brandende foto’s bijvoorbeeld). Ook het idee om de zieke broers Don (één), Matthew (negen) en Peter (tien) te interviewen in een soort duistere parkeergarage, waarmee ze in wezen worden gelijkgeschakeld aan de eerste de beste creep uit een trashy crimedocu, getuigt bepaald niet van goede smaak.

Phillips kijkt in eerste instantie ook nauwelijks over de persoonlijke verhalen van de broers heen. Geen aandacht dus voor de mogelijke (erfelijke) oorzaak van de Galvin-problematiek.  De filmmaker concentreert zich liever op de drama’s en excessen; van mishandeling en seksueel misbruik tot zelfdoding en moord. Methodisch werkt hij die individuele verhalen vervolgens uit tot een familieportret, dat zo schrijnend is dat het toch niemand koud zal laten. En uiteindelijk plaatst hij alle gebeurtenissen weer in hun context, waarbij tevens het grotere verhaal, schizofrenie, in beeld komt.

Hoe tragisch ook, de familie Galvin is een zeer geschikt onderzoeksobject om de wetenschappelijke kennis over deze verpletterende aandoening verder uit te diepen. En dat houdt natuurlijk ook niet op bij de kinderen die Don en Mimi tussen 1945 en 1965 op de wereld hebben gezet. Hoe vergaat ’t bijvoorbeeld hun nageslacht? Deze serie, die ondanks al z’n gebreken tóch een indringende kijkervaring wordt, eindigt dan ook bij Mary Galvins kinderen: wat betekent ‘t voor hen, en hun geestesgesteldheid, om Zes Schizofrene Ooms te hebben?

Mary Galvin was bij nader inzien, getuige dit interview, toch niet zo tevreden over de insteek, toon en de vormgeving van de serie.

Simone Biles: Rising

Netflix

Het is zogezegd niet de vraag óf ze goud zou gaan winnen, maar hoe vaak en op welke onderdelen. En dan gaat ‘t helemaal mis met Simone Biles op de Olympische Spelen van Tokio, die vanwege COVID-19 zijn uitgesteld naar 2021. Na een verprutste oefening op het paard haakt de Amerikaanse topturnster, in 2016 nog goed voor vier gouden medailles bij de Spelen van Rio de Janeiro, gedesillusioneerd af en doet nog maar aan enkele onderdelen mee. Einde carrière, zo lijkt ‘t, voor de GOAT van haar sport, de Greatest Of All Time.

Maar zie daar: na een periode waarin Biles heeft gewerkt aan haar mentale gezondheid is de inmiddels 27-jarige Afro-Amerikaanse atlete terug voor de Olympische Spelen van Parijs. En dan kan een documentaire, over een vrouw die haar demonen glorieus heeft overwonnen, natuurlijk niet uitblijven. De eerste twee van in totaal vier afleveringen van de miniserie Simone Biles: Rising (94 min.) worden nu uitgebracht, de twee andere ná de Spelen. Daarin is dan te zien of ze van haar voetstuk valt – of gewoon van een balk of paard – of toch weer één of meerdere gouden medailles krijgt omgehangen, het gedroomde Hollywood-einde.

Deze miniserie van Katie Walsh start bij de ‘twisties’, de momenten waarop haar lichaam en geest niet meer optimaal met elkaar communiceren, die Simone Biles serieus parten beginnen te spelen bij de Olympische Spelen van Tokio. Eigenlijk is het een klein wonder dat ze ‘t überhaupt zo lang recht heeft gehouden. Biles behoort immers tot de slachtoffers van sportarts Larry Nassar, die talloze jonge turnsters heeft misbruikt. Dit schandaal heeft eerder al zijn weg gevonden naar de documentaires At The Heart Of Gold: Inside The USA Gymnastics Scandal en Athlete A en wordt in dit persoonlijke portret van Simone Biles slechts beperkt aangeroerd.

Na Tokio is het moeilijk voor haar om de draad weer op te pakken. Als de turnvedette zich in het openbaar begeeft, heeft ze het gevoel dat iedereen haar aankijkt. Alsof er ‘loser’ of ‘quitter’ op haar voorhoofd staat geschreven. Samen met haar nieuwe echtgenoot Jonathan Owens, een bekende American footballer uit de NFL, en haar grootouders Ron en Nellie, bij wie ze is opgegroeid, maakt ze zich op voor een comeback. Walsh plaatst die terugkeer aan de top in het kader van Biles’ levensverhaal, de mores binnen de turnwereld en de druk die er permanent staat op toppers, op zwarte turnsters in het bijzonder.

Zo ontstaat een aardig kijkje achter de schermen bij een topsporter die zich uit geslagen positie terugknokt en nu weer, gepokt en gemazeld, ouderwets voor de winst hoopt te kunnen gaan. Het zelfvertrouwen is in elk geval terug. ‘Momenteel ben ik zelf nog steeds m’n grootste tegenstander.’

Na de Olympische Spelen van Parijs zijn er nog enkele nieuwe delen van Simone Biles Rising verschenen op Netflix.

Dalton’s Dream

Lorine Plagnol

Hij had de meest geliefde ster van Jamaica moeten worden. Een plattelandsjongen die thuis was mishandeld, flink werd gepest op school, psychische problemen kreeg, experimenteerde met drugs en uiteindelijk zelfs dakloos raakte, won in 2018 de Britse versie van de tv-talentenjacht The X Factor. Topverhaal! Dalton Harris had slechts één kwetsbaarheid: hij zou wel eens een ‘battie boy’ kunnen zijn.

En veel Jamaicanen moeten nog altijd helemaal niets van homo’s hebben. Sterker: seks tussen mannen is al 150 jaar illegaal op de voormalige Britse kolonie. Dalton hult zich daarom het liefst in nevelen over zijn seksualiteit. Dat weerhoudt allerlei Jamaicanen – streep door: Jamaicaanse mannen – er overigens niet van om hem, zonder enige terughoudendheid, op een vulgaire en zeer agressieve manier aan te vallen op social media. Tot concrete bedreigingen aan toe.

De filmmakers Kim Longinotto en Franky Murray Brown doorsnijden de pogingen van hun protagonist om Dalton’s Dream (90 min.) te verwezenlijken permanent met zulke expliciete haatfilmpjes. Alsof dat nog niet genoeg is, belandt Dalton Harris tevens in een publiek gevecht met zijn eigen moeder, die hij eigenlijk al jaren mijdt. ‘Ik ben geen vijand van mijn zoon’, zegt zij in een openbaar vlog, waarin ze zijn beweringen in interviews met klem tegenspreekt en olie op het vuur gooit.

Hoewel hij een deel van die stress kwijt kan in heel persoonlijke songteksten – de Nederlandse vertaling daarvan verschijnt steeds in beeld – moet de zanger alle zeilen bij zetten om zijn carrière op koers te houden. Hij kampt regelmatig met faalangst en depressies. Dat Dalton zijn heil juist heeft gezocht in de entertainmentindustrie helpt natuurlijk ook niet. Voor een beginnende artiest is die veelgeroemde X-factor nu eenmaal geen garantie voor een duurzame loopbaan.

Daar – in de opgeklopte heisa rond een nieuwe artiest, die ook zomaar weer kan worden afgedankt als het succes (te lang) uitblijft – zit echter niet de meerwaarde van deze film. Dat verhaal is al veel vaker verteld en soms ook overtuigender. De kracht van Dalton’s Dream zit in de combinatie met Dalton’s Nightmare, het persoonlijke relaas van een kwetsbare adolescent die en plein public, puur door wie hij is, een afzichtelijke stroom haat over zich krijgt uitgestort.

Ook zulke homofobie is al eerder in beeld gebracht, maar die went (gelukkig) nooit en blijft onverminderd schokkend.

One South: Portrait Of A Psych Unit

HBO Max

‘Sara, waarom ben je zo lelijk?’ zegt de negentienjarige Sara regelmatig tegen zichzelf. ‘Sara, waarom ben je zo dik? Sara, waarom kan je niet lopen?’ Die vragen zeggen iets over de gemoedstoestand van het Amerikaanse meisje dat in behandeling is in The Behavioral Health Pavilion van het Northwell Zucker Hillside Hospital in Queens, New York. Vreemd zijn die gevoelens overigens niet. Sara heeft in haar jonge leven nogal wat te verstouwen gekregen. Als kind liep ze een infectie met het griepvirus H1N1 op, moest ze een hart- en niertransplantatie ondergaan en werd één van haar benen geamputeerd. Sindsdien kampt ze ook met PTSS en depressies.

Meisjes zoals Sara kunnen terecht op de speciale gesloten afdeling One South, waar jongvolwassenen, studenten in het bijzonder, worden behandeld. Daar proberen ze de patiënten op korte termijn te stabiliseren, zodat ze daarna, met een behandelingsplan voor de lange termijn, weer de samenleving in kunnen. Een verblijf duurt gemiddeld zeven tot tien dagen, maar wordt vanwege omstandigheden soms verlengd. In de tweedelige documentaire One South: Portrait Of A Psych Unit (155 min.) volgen Alexandra Shiva en Lindsey Megrue de dagelijkse gang van zaken op de psychiatrische afdeling, in een land waar naar verluidt één op de tien Amerikaanse jongeren een ernstige mentale stoornis heeft.

Zoals verpleegkundestudent Courtney. Zij voelt zich al enige tijd hopeloos. Als ze aan haar vriend vertelt dat ze een vuurwapen in huis heeft, slaat die alarm. Psychiater Jason Yan brengt Courtney nu in contact met dialectische gedragstherapie (DGT). In een treffende scène laat hij haar hardop herhalen wat ze steeds tegen zichzelf zegt: ‘piece of shit’. De pijnlijke zelfkwalificatie wordt daarmee voor even van zijn destructieve karakter ontdaan. Een andere patiënt, ‘Jane’, is na een overdosis opgenomen. Zij wilde volgens eigen zeggen haar ouders een schuldgevoel bezorgen omdat die haar pijn hebben gedaan. ‘Jane’ weigert echter om de ernst van haar situatie in te zien. Al snel schrijft ze zelfs een zogenaamde 72-hour letter, een officieel ontslagverzoek.

Na afloop van een gesprek waarin ze maar geen vat krijgt op ‘Jane’, voelt haar behandelaar, psycholoog Rachel Reich, zich gefrustreerd en machteloos. Ze refereert daarbij aan een angst van veel zorgverleners: dat één van hun patiënten zelfmoord pleegt. Het werk vraagt duidelijk veel van de begeleiders, laat deze observerende film treffend zien. Menigeen ontwikkelt op termijn een burnout. Het blijft voor hen ook lastig om patiënten al heel snel los te laten. Zijn die er écht klaar voor om weer de wereld in te gaan of doen ze zich beter voor om maar weg te kunnen? Het zijn duivelse dilemma’s, waarbij zelfs de meest ervaren hulpverlener op voorhand geen absolute zekerheid voelt over de juistheid van de keuzes die ze maken.

Ook de omgeving moet soms voorbereid worden op de terugkeer van een getroebleerde geliefde, illustreert een online-groepsgesprek van Sara en haar ouders dat Rachel Reich in goede banen probeert te leiden. Hun zorgen en frustraties, hoe begrijpelijk ook, bemoeilijken het herstel van het meisje. Via momentopnames uit de levens van jonge getormenteerde Amerikaanse adolescenten brengt One South zo genuanceerd en zonder franje alle aspecten en complicaties van een spoedopname op een psychiatrische afdeling in beeld. Hoe een jong leven daar even op pauze wordt gezet, zodat het daarna hopelijk weer met een fris gemoed op gang kan komen.

Federer: Twelve Final Days

Prime Video

Het voelt alsof er een grote wedstrijd op het programma staat, vertelt Roger Federer. De Zwitserse tennislegende staat op het punt om officieel het einde van zijn carrière bekend te maken. ‘Dit zijn het type zenuwen dat ik ga missen, maar waarvan ik ook blij ben dat ik ze kwijt ben nu ik met pensioen ga.’

Bijna 25 jaren aan de mondiale top naderen nu hun einde. Op 41-jarige leeftijd hebben aanhoudende knieproblemen Federer dan toch genoopt om te stoppen. Deze film van Asif Kapadia en Joe Sabia documenteert de allerlaatste dagen van zijn loopbaan en de aanloop naar zijn finale match op 23 september 2022 bij de Laver Cup in Londen. Hij treedt dan namens Europa aan in het dubbelspel, met zijn dierbare vriend en eeuwige rivaal Rafael Nadal aan z‘n zijde.

Nadal en de andere grote tegenstanders uit zijn carrière, Novak Djokovic en Andy Roddick, spelen tevens een belangrijke bijrol in Federer: Twelve Final Days (85 min.), een film die vooral lijkt te zijn bedoeld als eerbetoon aan de sportgigant. Verder zijn Federers ouders en gezin natuurlijk van de partij, belt z’n grootste fan, Vogue-hoofdredactrice Anna Wintour, nog even in en komt ook het grote voorbeeld van de jonge Roger, Bjorn Borg, een praatje maken.

Het zijn taferelen die zijn belang als tennisser onderstrepen en het gewicht van zijn aanstaande afscheid benadrukken. Het zijn alleen niet per definitie ook de bouwstenen voor een grootse en meeslepende film, die ’s mans lange en succesvolle loopbaan recht doen – ook omdat Kapadia en Sabia het aantal flashbacks naar het verleden beperkt houden. Deze documentaire is duidelijk niet bedoeld als alomvattende biografie of carrière-overzicht.

Federer: Twelve Final Days is uiteindelijk precies wat de titel belooft. En dat is wat weinig om anderhalf uur te blijven boeien. Want hoewel de film afstevent op een emotionele climax, waarbij geen van de betrokkenen ’t droog houdt, zijn er onderweg toch te vaak scènes die trekken of waarin de spanning wegvalt. Deze prachtige sportman en bijzondere gelegenheid hadden eigenlijk een enerverendere film verdiend.

S10 – Dat Het Goed Blijft Gaan Met Mij

EO

Rond het Eurovisie Songfestival van 2022 in Turijn, komt het verhaal tot een climax. De Nederlandse deelneemster S10 lijkt daar hoge ogen te gaan gooien met het gevoelige lied De Diepte. En haar persoonlijke verhaal, waar de verzamelde entertainmentjournalisten maar geen genoeg van krijgen, sluit daar perfect bij aan. Als tiener kampte zangeres Stien den Hollander met ernstige mentale problemen. Op haar eenentwintigste heeft ze die overwonnen en is ze uitgegroeid tot een gelouterde jonge vrouw, die zich nu ieders hart in gaat zingen. Alleen, dat is precies wat het is: een verhaal.

Een afgeronde vertelling, met een kop en een staart. Over een uitdaging die is aangegaan en overwonnen. In de trant van: Stien was ziek en nu is ze beter. ‘En ze leefde nog lang en gelukkig’, zegt haar manager en steun en toeverlaat Froukje Bouma erachteraan. De werkelijkheid is alleen veel minder eendimensionaal dan het verhaal dat ervan wordt gemaakt. Als dat Songfestival erop zit – deze documentaire van Linda Hakeboom en Rolf Hartogensis is dan een kleine twintig minuten onderweg – stapt de jonge zangeres uit Hoorn dus weer in de mallemolen van haar gewone bestaan.

Terwijl ze in televisieprogramma’s blijft beweren dat het ‘heel goed’ gaat, kampt ze ‘gewoon’ met de twijfels die nu eenmaal bij haar leven horen. S10 – Dat Het Goed Blijft Gaan Met Mij (69 min.) documenteert dit proces en maakt er, zo je wilt, ook weer een verhaal van. Geen Disney-productie weliswaar, maar een geladen en gestileerd portret. Waarin S10 op weg gaat naar een uitverkocht concert in de AFAS Live te Amsterdam en Hakeboom, die eerder een vergelijkbare documentaire maakte over Jett Rebel, ondertussen met Stien in haar getormenteerde verleden duikt.

In dat kader is zij als meisje te zien in een aflevering van het jeugdprogramma Taarten van Abel (2015), bezoekt ze beladen plekken uit haar jaren als ontwortelde tiener en ontmoet ze jeugdwerker Ewald Brouwer, die haar vroeger thuis bezocht. Het is een donkere ‘trip down memory lane’, die Stien duidelijk kruim kost en die ze zo nu en dan ook onderbreekt, om even op adem te komen. Intussen wordt haar getroebleerde jeugd weliswaar niet tot in detail opgelepeld, maar valt wel degelijk op te maken welk type wonden, butsen en schrammen zij probeert te helen met haar muziek.

Haar persoonlijke, breekbare en geladen werk biedt Stien geen ultieme verlossing, maar lijkt voor haar wel degelijk te fungeren als een proeftuin of uitlaadklep. Voor een jonge vrouw, die nog altijd zomaar in een afgrond lijkt te kunnen tuimelen, maar de wil en moed heeft om er, steeds weer, uit te klimmen. En dat lijkt voor de verandering – in de entertainmentbusiness wordt zo’n verhaal nu eenmaal vaak met de wereld gedeeld om een nieuw product of evenement te ondersteunen – nu eens niet te leiden naar een nieuw album of groot concert. Al staat S10 deze zomer natuurlijk wel op Pinkpop.

Een Goede Dood

BNNVARA

Bij ondraaglijk en uitzichtloos psychisch lijden behoort euthanasie in principe tot de mogelijkheden in Nederland. De praktijk blijft echter weerbarstig, toont Een Goede Dood (200 min.). Via enkele concrete casussen brengt de vierdelige serie van Elena Lindemans de (on)mogelijkheden in beeld. Van de meer dan duizend verzoeken per jaar worden er uiteindelijk slechts ruim honderd gehonoreerd. Meer dan de helft daarvan wordt uitgevoerd door het Expertisecentrum Euthanasie, dat kampt met steeds complexere vragen en aanzienlijke wachttijden.

Lindemans voelt een persoonlijke betrokkenheid bij het onderwerp euthanasie: haar eigen moeder vroeg 23 jaar geleden om zo’n goede dood. Tevergeefs, met tragische gevolgen. Dochter Elena maakte er in 2014 een indringende persoonlijke film over: Moeders Springen Niet Van Flats. Tien jaar later blijkt zelfdoding, helaas, nog altijd een uitweg voor mensen die geestelijk lijden en vastlopen in het reguliere euthanasieproces, laat deze miniserie op aangrijpende wijze zien. Tegelijkertijd zijn er ook patiënten die wel een waardig einde wordt vergund.

‘Ik kan me niet herinneren dat ik wél wilde leven’, stelt de 26-jarige Marte bijvoorbeeld. Na een lange persoonlijke strijd leeft zij nu samen met haar ouders en zus Nanne toe naar het moment waarop ze het leven mag verlaten. Lindemans volgt hoe Marte en de haren zich voorbereiden op dat moment. Ze ruimen bijvoorbeeld spullen op, bezoeken een natuurbegraafplaats en overleggen in het ziekenhuis over orgaandonatie. Het lijkt een vredig proces. ‘Ik hoef niet meer’, verzucht de jonge vrouw als haar laatste dag bijna is aangebroken. ‘Ik mag eindelijk gewoon… gaan.’

Niet elke weg naar het einde kan zo ogenschijnlijk ontspannen worden afgewandeld. De oudere vrouw Wil worstelt bijvoorbeeld met haar ‘diepe doodswens’. ‘Het lukt me niet om mijn lijden over het voetlicht te krijgen’, zegt ze tegen een medewerker van het Expertisecentrum Euthanasie. ‘Daar word ik zo vreselijk moe van.’ Ook Marij, die kampt met dementie, dreigt vast te lopen in het euthanasietraject. Ze zei altijd stellig dat ze niet meer wilde leven als ze niet meer thuis kon wonen. Het lukt haar alleen nauwelijks meer om die wens onder woorden te brengen.

Het knappe van Een Goede Dood is dat de serie via enkele casussen eigenlijk alle dilemma’s rond euthanasie bij psychisch lijden en de mensen die daarbij zijn betrokken in beeld brengt. Zo wil Marij’s zoon Cyriel bijvoorbeeld voorkomen dat ze verpietert in een verpleeghuis, ziet wijkverpleegkundige Franciene dat de oudere vrouw snel achteruit gaat, vraagt casemanager dementie Carol zich af hoe lang ze haar doodswens nog kan verwoorden en moet huisarts Ester in zulke lastige omstandigheden inschatten of euthanasie wenselijk en mogelijk is.

Tussen verzoek en daad staan soms ook gewoon praktische bezwaren. ‘Het is zo dat ik volgende week helaas vakantie heb’, zegt de specialist ouderengeneeskunde bijvoorbeeld tegen een inmiddels bedlegerige hoogbejaarde vrouw waarmee ze zojuist de verschillende mogelijkheden heeft besproken. ‘Dus we moeten het na mijn vakantie dan doen. Goed?’ Het is alleen de vraag of haar patiënt die deadline nog haalt. Het is een exemplarisch voorbeeld: ieders bedoelingen zijn (meer dan) goed, maar het daadwerkelijk en tijdig uitvoeren van euthanasie blijft een uitdaging.

Psychiater Kit Vanmechelen, die door Lindemans wordt gevolgd terwijl ze met enkele patiënten het proces van ‘een goede dood’ doorloopt, ziet het met lede ogen aan. Het Expertisecentrum Euthanasie had ooit als oogmerk om artsen en psychiaters vertrouwd te maken met euthanasie en daarmee zichzelf overbodig te maken. Die missie is mislukt, stelt zij in een interview met de Volkskrant. Het heldenwerk dat hulpverleners zoals zij verrichten blijft volgens haar de verantwoordelijkheid van een selecte groep gespecialiseerde deskundigen. Volgens het Expertisecentrum Euthanasie is het aantal psychiaters, dat onder begeleiding van een consulent van het expertisecentrum een euthanasie verleende, afgelopen jaar juist bijna verdubbeld.

Het verrichten van de ‘goede daad’ blijft intussen een heel ingrijpende handeling en gebeurtenis, inclusief de spanning vooraf en ontlading naderhand. Subtiel en integer brengt Elena Lindemans al deze aspecten van euthanasie bij geestelijk lijden in beeld, waarbij ze op de valreep ook nog een psychiater introduceert die voor het eerst Een Goede Dood wil verlenen aan haar eigen patiënt. Het is zowel een ontzaglijk als – vreemd genoeg – hoopvol einde.

Een ander geluid over euthanasie bij psychisch lijden klonk onlangs overigens in dit interview met een jonge man die zijn euthanasietraject stop zette.

Deze bespreking is na publicatie nog bewerkt.

Justice, USA

HBO Max

Wie in de Verenigde Staten eenmaal in de mallemolen van justitie terecht is gekomen, moet heel veel moeite doen om er nog uit te kunnen stappen. ‘Uit landelijke cijfers blijkt: hoe meer een kind in contact komt met het strafsysteem’, stelt jeugdrechter Sheila Calloway in Justice, USA (307 min.). ‘Hoe groter de kans dat hij erin blijft.’ Deze zesdelige serie probeert het complete speelveld in beeld te brengen, via een zogenaamde 360 graden-kijk op het justitiële systeem van Nashville, Tennessee, waar elke dag zo’n 1500 tot 1700 mensen vastzitten. Marshall Goldberg en Randy Ferrell volgen een jaar lang enkele zaken, portretteren de betrokken mensen en brengen zo zowel de knelpunten in beeld als de momenten waarop de rechtsgang juist wel goed lijkt te werken.

Ze introduceren bijvoorbeeld Teresa Waters, een Afro-Amerikaanse vrouw die haar overspelige – althans dat is haar lezing van het verhaal – vriend John heeft bedreigd met een wapen. Zij zegt dat het zelfverdediging was, hij houdt staande dat hem weinig te verwijten valt. John heeft heel wat te verliezen: na een detentie van ruim elf jaar zit hij nog in zijn proeftijd. Als hem nu iets ten laste wordt gelegd, kan hij zomaar weer voor een hele tijd achter de tralies verdwijnen. De twee (ex-)geliefden zullen elkaar de navolgende periode afwisselend aantrekken en afstoten, ook voor de rechter. Intussen is ook Jerome, de voormalige echtgenoot van Teresa, nog in het spel. Hij heeft weliswaar een contactverbod, maar maakt haar het leven nog altijd zuur.

Via deze en andere casussen laat Justice, USA zien dat een detentie slechts zelden op zichzelf staat. De zaak van het zeventienjarige meisje Diamond Lewis maakt dat pijnlijk duidelijk. Zij zit al bijna twee jaar vast, vanwege een beroving die is uitgemond in moord. Diamond wordt als volwassene berecht en gaat akkoord met een schikking van 25 jaar gevangenisstraf. Zo ongeveer tegelijkertijd wordt haar vijftienjarige broertje Shubbie doodgeschoten. Haar vader Latherio Fizer en oudere broer Kethario zitten intussen ook vast. En in de vrouwengevangenis wordt Diamond opgevangen door Jessica Herman, een alleenstaande moeder met drie zoons die al bijna twee jaar in een cel zit. Zij heeft eerder dan weer een tijdje samengezeten met Diamonds moeder.

Bij de kapper komt het in de jeugdgevangenis intussen tot een confrontatie tussen de zeventienjarige Caleb Williams, lid van de plaatselijke 23-bende, en zijn leeftijdsgenoot Tristan, die al ruim een jaar vastzit voor een dubbele moord. En daarbij is dan weer een vriend van Caleb overleden. Ook Tristan lijkt belast door het verleden. Zijn oma was verslaafd, zijn vader overleed toen hij zes maanden oud was en zijn (tiener)moeder zat zes jaar in de gevangenis. Zij heeft zich daarna gerehabiliteerd en is verpleegkundige geworden. Het is de vraag of haar zoon dezelfde kans krijgt. Als Tristan niet kan aantonen dat hij op die fatale dag uit zelfverdediging handelde, kan hij zomaar veertig jaar krijgen. Intussen probeert hij vanuit de cel toch maar zijn middelbare schooldiploma te halen.

Zulke verhalen beginnen al snel vertrouwd te voelen. Vrijwel iedere gedetineerde heeft z’n eigen problematiek: een gewelddadig verleden, verslaving óf psychische problemen. Van dat laatste is Zachary Brill een tragisch voorbeeld. Hij speelde als honkballer voor de Texas Rangers, maar ontwikkelde een schizoaffectieve stoornis. Als zijn broer overlijdt aan een heroïneoverdosis, draait Zachary helemaal door. Zijn moeder moet haar eigen pensioenpot nu als onderpand gebruiken om de borgsom te kunnen ophoesten, waarmee haar zoon weer kan vrijkomen en werken aan zijn herstel. Inmiddels is er voor aangehouden inwoners van Nashville met mentale problemen zoals Zachary een Behavioral Care Center geopend, waar stabilisatie en behandeling voorop staan.

De slotaflevering van deze stevige serie – die gaandeweg wat in herhaling vervalt, maar dat is op zichzelf ook wel weer treffend – concentreert zich op zulke alternatieven voor gevangenisstraf. Een herstelgesprek bijvoorbeeld tussen de familie van een dertienjarige jongen die een auto-ongeluk veroorzaakte en de nabestaanden van de man die daarbij overleed. Want zelfs in een typisch Law & Order-land zoals de Verenigde Staten beginnen ze zich te realiseren, in de woorden van Ruby Joyner van het Davidson County Sheriff’s Office, dat alleen repressie niet volstaat. Want: beschadigde mensen beschadigen mensen.

Sur L’Adamant

Cherry Pickers

In een boot in hartje Parijs is Dagcentrum Adamant gevestigd, het decor voor de nieuwe film van Nicolas Philibert, de Franse documentairemaker die in 2002 met Être Et Avoir, een hartveroverend portret van een plattelandsschool, een absolute voltreffer afleverde. Deze boot op de Seine, onderdeel van de afdeling psychiatrie van het Saint Maurice-ziekenhuis, blijkt eveneens een geschikte locatie voor een kalme, observerende film, boordevol liefde voor de mens en zijn kwetsbaarheden. Philibert beziet de bezoekers van die boot met geduld en compassie, geeft hen de gelegenheid om hun verhaal te doen en luistert mee tijdens de gesprekjes die ze hebben met elkaar of een begeleider. Bijna ongemerkt ontstaat zo een teder portret van een veilige wereld, waar iedereen zichzelf mag zijn.

‘Geesteszieken hebben vaak geen familie of hebben er een slechte band mee’, zegt François bijvoorbeeld, terwijl hij een sigaretje staat te roken op het dek van de Adamant. ‘Ik wil niet generaliseren, maar dat is zo.’ Is dat bij jou ook zo? wil zijn gesprekspartner Guillaume weten. ‘Ja’, beaamt François, een man van middelbare leeftijd met een opvallend slecht gebit. ‘Ik wilde op mijn krachtige vader lijken, maar ging op m’n bek. Hij was de regisseur Gérard Gozlan.’ Op een gegeven moment heeft François, die vanaf zijn achttiende psychische problemen heeft, ‘t maar gewoon uitgesproken: ‘Pa, ik weet dat ik de mislukking van jouw leven ben. Hij zei: hou op. Straks maak je je moeder weer aan het huilen.’

François is één van de terugkerende personages in Sur L’Adamant (105 min.). In de openingsscène heeft hij al indruk gemaakt met een hartverscheurende versie van het lied La Bombe Humaine van de groep Téléphone. ‘Het kon hem niet rotten dat ik ziek was. Hij wilde dat ik gelukkig was’, vervolgt hij het gesprek met Guillaume over zijn vader. ‘Was je ziek toen je dat zei?’ vraagt die. ‘Ik bén ziek’, corrigeert François, terwijl hij zo nu en dan zenuwachtig aan zijn peuk trekt en het verleden aan hem voorbij lijkt te trekken. ‘Nog steeds. Alleen dankzij zware medicatie flip ik niet en kan ik met je praten, Guillaume. Anders zou ik denken dat ik Jezus was, omgeven door vogeltjes in de hemel.’

Uit ‘s mans woorden en houding spreekt berusting: dit is wie hij nu eenmaal is. Elke bezoeker van het dagcentrum heeft met zulke thema’s te dealen. Ondanks allerlei pogingen om te veranderen, zijn ze nog steeds wie ze zijn. Of ze zijn niet meer – en worden ook nooit meer –  degene die ze ooit waren. Met schilderen, fotografie, musiceren, schrijven of gewoon een spelletje krijgen de bezoekers van de Adamant de gelegenheid om zich op hun eigen wijze uit te drukken. ‘In een wereld waarin men geacht wordt aan de norm te voldoen en afwijkend gedrag onderdrukt wordt’, stelt Nicolas Philibert daarover aan het eind van zijn liefdevolle film, ‘zijn er nog plekken waar de poëtische kant van mens en taal mag bestaan.’

Zo’n plek, betoogt hij, zou er voor iedereen moeten zijn.

In 2024 bracht Nicolas Philibert maar liefst twee vervolgen uit op Sur L’Adamant. Averroès & Rosa Parks, nog niet gezien, lijkt een volwaardige opvolger. La Machine A Écrire Et Autres Sources De Tracas heeft echter weinig om het lijf. Daarin bezoekt de Franse filmmaker, in het spoor van enkele klusjesmannen van de instelling, bekende personages van de eerste film. Het wordt uiteindelijk niet meer dan een verzameling lange deleted scenes, die weinig toevoegen aan Sur L’Adamant.

Heart Of Invictus

Netflix

Niet de beste atleten worden geselecteerd voor de Invictus Games in Den Haag, een groots opgezet sportevenement voor gewonde oorlogsveteranen, maar wie er zelf het meeste behoefte aan heeft. Stuk voor stuk hebben de deelnemers, in totaal ruim vijfhonderd sporters uit zeventien landen, psychische en/of lichamelijke klachten overgehouden aan hun tijd in het leger en kunnen ze maar moeilijk aarden in de ‘burgermaatschappij’.

Terwijl de atleten zich in de vijfdelige serie Heart Of Invictus (261 min.) voorbereiden op de Games, die door het Coronavirus pas in het voorjaar van 2022 kunnen plaatsvinden, dreigt er oorlog in Oekraïne. Boogschutter Yuliia ‘Taira’ Paievska, een stoere militaire paramedicus, ziet haar deelname in gevaar komen. Net als haar teamgenoten moet zij de belangen van haar land afwegen tegen haar eigen welzijn. Die keuze is echter snel gemaakt, met dramatische gevolgen.

Regisseur Orlando von Einsiedel (The White HelmetsVirunga & Convergence: Courage In A Crisis) verweeft het tragische relaas van de Oekraïense boogschutter met persoonlijke portretten van sporters uit Groot-Brittannië, Denemarken, Canada, Zuid-Korea en de Verenigde Staten. Het gaat om gebroken mensen die, via deelname aan het jaarlijkse toernooi, weer heel willen worden. Dit gaat onvermijdelijk gepaard met de crises, doorbraken en zeges die ook een docuserie nodig heeft.

De promo voor de Invictus Games ligt er intussen nét iets te dik bovenop. De verschillende wedstrijdonderdelen krijgen, zeker in de tweede helft van de serie, wel erg veel ruimte. Net als de activiteiten van initiatiefnemer Prins Harry. Hij diende een korte periode als militair in Afghanistan en kwam daarvan beschadigd terug. Heart Of Invictus lijkt vooral een verlengstuk van de persoonlijke missie die daaruit voortkwam: deze Games.

Dit laat onverlet dat de worsteling van fragiele mensen die hun beperkingen achter zich proberen te laten – of in elk geval hanteerbaar willen maken – ook hier weer voor aangrijpende taferelen zorgt. De sociaal ongemakkelijke Brit bijvoorbeeld, die als rugby-aanvoerder ineens boven zichzelf uitstijgt. Of een Canadese veteraan die eindelijk durft te bekennen dat hij nog altijd stevig drinkt. En de stoere Deense soldaat die naar zijn kinderen weer een liefdevolle vader kan zijn.

Via de Invictus Games, althans dat wil deze serie ons doen geloven, hebben ze de stap richting zichzelf en de toekomst definitief kunnen zetten.

Kim vs. Kanye – The Divorce

HBO Max

Hij mag dan de bekendste rapper ter wereld zijn. Als Kanye West via zijn relatie met Kim Kardashian tot het realitycircus Keeping Up With The Kardashians gaat behoren, heeft hij geen idee wat hem overkomt. Kanye wordt onderdeel van een familie, die zichzelf als een merk is gaan beschouwen en dat koste wat het kost wil beschermen. In eerste instantie lijken moeder en opperkloek Kris en haar verwanten maar wat blij met de extra allure die haar nieuwe schoonzoon inbrengt. Van een E-ster wordt haar dochter Kim ineens een A-ster, zegt één van de sprekers in het tweeluik Kim vs. Kanye – The Divorce (99 min.) vilein. Als de rapper echter steeds nadrukkelijker verward gedrag begint te vertonen en bovendien wordt gediagnosticeerd met een bipolaire stoornis, nemen de Kardashians afstand van hem. In februari 2021 vraagt influencer Kim echtscheiding aan. Het zal haar derde worden. Één probleem: Ye wil helemaal niet scheiden.

Op de inmiddels beproefde ‘he said-she said’-manier, waarmee bijvoorbeeld ook de breuk tussen Johnny Depp en Amber Heard al (meermaals) onder handen is genomen, wordt in deze tv-docu van Marcus English de relatie tussen Kim en Kanye en de implosie daarvan tegen het licht gehouden. Eerst vanuit Kanye’s perspectief, daarna krijgt Kamp Kim alle ruimte. Waarbij één plus één drie moet worden. Al komen de hoofdrolspelers zelf natuurlijk niet aan het woord. De honneurs worden waargenomen door allerlei in- en outsiders en andere lieden die profijt van kunnen trekken van al het rumoer. De echtscheidingsadvocaten bijvoorbeeld. Zij moeten een gang naar de rechter voorkomen, maar willen de huid van hun cliënten vanzelfsprekend ook héél duur verkopen. ‘Ik vertel ze van tevoren dat dit hun grootste deal ooit kan zijn’, vertelt de New Yorkse pitbull Robert Cohen, die namens Kanye zijn ex het vel over haar oren moet trekken. Kims imago is honderden miljoenen dollars waard, zegt één van haar pleitbezorgers.

Écht aan de binnenkant van de tumultueuze verhouding tussen Kim en Kanye – achternamen overbodig – komen zulke sprekers natuurlijk niet, maar ze plaatsen de affaire, met behulp van smakelijke archiefbeelden, wel overtuigend binnen hun context. Zo vertelt Kardashians mediastrateeg Sheeraz Hasan bijvoorbeeld over hoe het ‘powerkoppel’ oorspronkelijk elkaars merk versterkte. Hassan was er al bij toen de jonge Kim nog strategisch in restaurants moest worden geplaatst, zodat ze daar zou worden opgemerkt door paparazzi. En hij is er nog steeds als het brein van haar derde echtgenoot in steeds donkerdere oorden belandt, zowel achter de schermen als en plein public, en Het Merk Kim moet worden beschermd tegen deze ‘emotionele terrorist’. Ye, eerder treffend van binnenuit geportretteerd in de intieme serie Jeen-Yuhs: A Kanye Trilogy wil op zijn beurt niet dat zijn eigen kinderen de volgende generatie ‘Kardashians’ vormen en ontspoort volledig bij zijn pogingen om dat te voorkomen.

Met vaste hand schetst English, met de middelen die hem ter beschikking staan, zowel een ontluisterend beeld van de publiek geconsumeerde relatie als van het parasitaire systeem eromheen dat zich daaraan al sinds jaar en dag voedt. ‘Ik kan me geen carrière voorstellen zonder Kim’, bekent Dax Holt van de podcast Hollywood Raw bijvoorbeeld. ‘Omdat de Kardashians als geheel, ook al klinkt dat misschien vreemd, de Koninklijke familie van de VS zijn.’ Entertainmentjournalisten zoals hij en andere ‘deskundigen’ zien er geen been in om, puur op basis van publieke uitingen, een ferm oordeel te vellen over de betrokkenen en markeren en versterken zo meteen hun eigen ‘brand’. Zo bezien is het nog maar de vraag of deze vuile (social media-)oorlog inderdaad alleen verliezers en geen winnaars kent.