Dear Ms.: A Revolution In Print

HBO Max

Ze overwegen talloze namen voor het tijdschrift. Sojourner. Lilith. Bimbo. Bitch. Sister. De keuze valt uiteindelijk op Ms., een mix van mevrouw en juffrouw. Onder die vlag wordt het tijdschrift, dat is bedoeld als een platform voor de Amerikaanse vrouwenbeweging, in januari 1972 uitgebracht. De eerste reacties zijn direct enthousiast: Harry Reasoner, de presentator van ABC News en een zelfverklaarde ‘chauvinist pig’, geeft het blad in zijn televisiecommentaar bijvoorbeeld hooguit vijf nummers. Binnen een half jaar moet hij echter het boetekleed aantrekken en zich publiekelijk verontschuldigen.

Ms. wordt een doorslaand succes. Het vrouwentijdschrift past perfect in de tweede feministische golf en publiceert over thema’s die vrouwen raken, zoals kinderopvang, huiselijk geweld of seksuele intimidatie op het werk. Onder de kop ‘We have had abortions’ steken 53 bekende Amerikaanse vrouwen bovendien hun nek uit en maken bekend dat zij ooit een zwangerschap hebben laten afbreken. Onder hen zijn singer-songwriter Judy Collins, tennisser Billie Jean King, schrijver Susan Sontag én feministisch kopstuk Gloria Steinem, één van de initiatiefnemers van Ms. Zij riskeren zowel schade en schande als een veroordeling, want abortus is volstrekt illegaal.

Dear Ms.: A Revolution In Print (110 min.) verhaalt in drie bedrijven, geregisseerd door verschillende makers, over het baanbrekende vrouwenblad. In deel 1, A Magazine For All Women, belicht Salima Koroma de opkomst van Ms., met een vrijwel volledig wit colofon. Onder invloed van de zwarte concurrent Essence begint het tijdschrift een inclusievere koers te varen. Shirley Chisholm, de eerste zwarte en vrouwelijke presidentskandidaat, wordt de eerste zwarte vrouw op Ms.’s cover. En met eerst Alice Walker, auteur van bestseller The Color Purple, en later Michele Wallace en Marcia Ann Gillespie haalt het tijdschrift ook krachtige Afro-Amerikaanse stemmen binnen.

Alice Gu richt in A Portable Friend, het tweede deel van deze documentaire die als één geheel wordt gepresenteerd, het vizier op mannen. De spreekbuis van de ‘women’s liberation movement’ krijgt niet alleen stapels post van enthousiaste vrouwen, maar ook ontelbare boze brieven van mannen, die hun vrouw niet meer de baas kunnen, bang zijn voor welig tierende homoseksualiteit en/of een algeheel verlies aan vrijheid vrezen. Tegelijkertijd zijn er mannelijke feministen zoals de bekende acteur Alan Alda (*M*A*S*H), die zich verenigen in mannenbevrijdingsgroepen, om zich te kunnen bevrijden van ‘het stereotiepe beeld van mannelijkheid. Kritiek gegarandeerd.

In het slotdeel tenslotte, No Comment, zoomt Cecilia Aldarondo in op de soms lastige verhouding van de vrouwenbeweging tot seksualiteit en pornografie. De organisatie Women Against Pornography komt in de jaren tachtig lijnrecht tegenover de Feminist Anti-Censorship Taskforce te staan en dreigt intussen ook de zogeheten ‘moral majority’ van televisiedominee Jerry Fallwell en christelijk rechts in de kaart te spelen. De felle discussie wordt uitgevochten in Ms.-magazine en vormt tevens het sluitstuk van deze interessante, vrouw(enbeweging)vriendelijke film over het tijdschrift, dat decennia als betrouwbare barometer voor het feministische gemoed fungeert.

Disco: Soundtrack Of A Revolution

PBS/BBC

ABBA, Donna Summer, Village People, The Bee Gees en John Travolta in een wit pak op de dansvloer. Zomaar wat associaties rond het fenomeen ‘disco’ bij de start van deze driedelige docuserie van Louise Lockwood en Shianne Brown. En meteen een constatering erbij: disco is terug. Van nooit weg geweest. Ook al staat volgens sommige haters nog altijd als een paal boven water: disco sucks.

Disco: Soundtrack Of A Revolution (153 min.) gaat terug naar het New York van de jaren zeventig. Na de zogenaamde Stonewall-rellen van 1969 ontstaat in de huiskamer van David Mancuso een nieuwe, inclusieve scene, waarbinnen ook gekleurde Amerikanen, feministische vrouwen en de LHBTIQ+-gemeenschap hun plek vinden. Tijdens deze feesten in ‘The Loft’ wordt de basis gelegd voor een muziekstroming die in het navolgende decennium de hele wereld zal veroveren: D.I.S.C.O.

Aflevering 1 schetst met wegbereiders, ‘early adopters’ en kenners hoe de ondergrondse danscultuur volwassen wordt. Daarbij wordt disco ook nadrukkelijk in z’n maatschappelijke context geplaatst, als onderdeel van de tweede feministische golf, Black Power en de homo-emancipatie. In het tweede deel, over de hoogtijdagen van het even geliefde als verguisde genre, komen de (sub)toppers aan het woord: Thelma Houston, George McCrae, Anita Ward en één van de discodiva’s, Candi Staton.

Bijzondere aandacht is er dan voor de New Yorkse club Studio 54, dé plek voor seks, drugs & disco. Waar zien en gezien worden het parool is. Tenminste volgens één van de oprichters van de ‘place to be’, Carmen D’Alessio. Andy Warhol zou volgens haar bijvoorbeeld nog naar de opening van envelop gaan, bang dat hij anders iets zou missen. Het succes van disco barst daarna helemaal uit z’n voegen met de film Saturday Night Fever, waarmee John Travolta en The Bee Gees wereldsterren worden.

En dan begint het genre volgens de echte trendsetters, waarop deze gedegen miniserie zich vooral concentreert, z’n ziel kwijt te raken. Illustratief is het verhaal van Village People, een groep die allerlei homostereotypen presenteert aan een groot publiek. Een paard van Troje zogezegd, maar discopuristen moeten er niks van hebben. ‘Je had baggermuziek van baggerplatenmaatschappijen die voor het snelle geld gingen’, zegt Ana Matronic van Scissor Sisters in de slotaflevering.

De markt raakt oververzadigd. Intussen bereikt de weerzin tegen disco een nieuw hoogtepunt. Op 12 juli 1979 wordt er in het sportstadion Comiskey Park, waar het plaatselijke honkbalteam The Chicago White Sox ‘t opneemt tegen The Detroit Tigers, een heuse ‘Disco Demolition’ georganiseerd door de radiodeejay Steve Dahl. Gekleed in een militair uniform brengt hij discoplaten tot ontploffing. Een ludieke actie of toch een moderne variant de boekverbrandingen? De meningen verschillen.

Het mediaspektakel luidt in elk geval het begin van het einde in voor de lijfmuziek van de Amerikaanse LHBTIQ+-gemeenschap, die in dezelfde tijd ook wordt overvallen en gestigmatiseerd door de AIDS-epidemie. En die tragische crisis vormt tevens het ‘point of no return’ van deze gesmeerd lopende productie, die zeker in het nostalgiecircuit gretig aftrek zal vonden. Want daarna neemt disco vanuit datzelfde Chicago ongenadig wraak, onder een nieuwe noemer: house.

Stormy

Peacock

‘It was awful but I didn’t say no’, zegt Stormy Daniels nu over de gebeurtenis, waarmee ze ook buiten de porno-industrie wereldberoemd is geworden. In 2006 ontmoet de 27-jarige Stormy (110 min.) bij een golftoernooi in Lake Tahoe de ruim dertig jaar oudere ondernemer en realityster Donald Trump. In zijn hotelkamer wil hij, vertelt ze in deze documentaire van Sarah Gibson, plotseling seks met haar. En zij laat het gebeuren.

In die tijd is Trump al getrouwd met zijn huidige, derde echtgenote Melania. Als hij zich negen jaar later kandidaat stelt voor het Amerikaanse presidentschap vormt het verhaal van zijn affaire met Stormy – echte naam: Stephanie Clifford – dus een bedreiging voor zijn politieke ambities. Daarom laat de Republikeinse presidentskandidaat zijn rechterhand Michael Cohen haar, nét voor de verkiezingen van 2016, 130.000 dollar betalen. Hij koopt daarmee, denkt ie, haar stilzwijgen.

In januari 2018, wanneer Donald Trump alweer een jaar president van de Verenigde Staten is, lekt de dubieuze deal echter uit. Stormy wordt subiet het mikpunt van Trumps omvangrijke trollenleger. Dat ze haar uitmaken voor hoer of slet kan ze best hebben, zegt Clifford daarover opvallend nuchter. Ze moeten het alleen niet wagen om haar een leugenaar te noemen. Als Michael Cohen de zaak dan ook nog lijkt te gaan behandelen in een boek, is de maat vol.

Daniels huurt een advocaat in, de publiciteitsgeile Michael Avenatti, die haar moet bevrijden van de geheimhoudingsverklaring die ze heeft getekend. Als ze op 25 maart 2018 besluit om haar verhaal te doen in het televisieprogramma 60 Minutes, sluit ook journalist Denver Nicks aan. Hij begint achter de schermen opnames te maken bij de zaak die dan allang verder reikt dan dat ene slippertje: heeft Trump misschien campagnefinancieringswetten overtreden?.

Nicks kan van binnenuit de emotionele achtbaan vastleggen waarin zijn hoofdpersoon in de navolgende periode terechtkomt. Daar zit de meerwaarde van deze film, die de achterkant van een in de pers breed uitgemeten politieke affaire kan laten zien: hoe Stephanie Clifford, haar echtgenoot Glen en hun dochtertje zich staande proberen te houden terwijl Stormy Daniels en plein public de strijd aanbindt met de president en zijn handlangers.

Trumps advocatenteam stelt in de navolgende jaren alles in het werk stelt om haar kapot te procederen. Clifford dreigt alles te verliezen wat ze heeft: haar huwelijk, haar inkomen én haar bewegingsvrijheid. Want de lieden die haar in 2018 nog vanaf een anoniem account uitscholden, uiten tegenwoordig rustig op eigen titel onverholen dreigementen. Aan het eind van deze boeiende film oogt ze dan ook verbitterd, moegestreden en bang.

Het beschadigde meisje uit een white trash-milieu, de ongenaakbare stripper en pornoster, de vrouw die zich dapper teweer stelt tegen de ‘grab ‘em by the pussy’-president, de onderneemster die tijdens dat proces ook gewoon de tering naar de nering zet met de striptour Make America Horny Again en het boek Full Disclosure en de moeder die koste wat het kost haar kind wil beschermen maakt tegenwoordig een ronduit geslagen indruk.

Terwijl haar Nemesis middenin zijn derde presidentscampagne zit en druk doende is om al z’n juridische problemen voor zich uit te schuiven, vreest zij bankroet en de gevangenis. De behoefte om haar kant van het verhaal over het voetlicht te brengen, zodat de wereld weet wat er zich tijdens en vooral na dat schmutzige bezoek aan Trumps hotelkamer heeft afgespeeld, lijkt stilaan te zijn gedoofd. Sommige gevechten mag/kun je nu eenmaal niet winnen.

De zwijggeldaffaire komt waarschijnlijk in het voorjaar van 2024 alsnog voor de rechter. Stormy Daniels lijkt dan te mogen getuigen.

De Stad Was Van Ons: Radicaal Feminisme In De Jaren ‘70

De seksuele revolutie van de jaren zestig had volgens hen vooral mannen geholpen. Voor Nederlandse vrouwen was er nog een wereld te winnen. En de hoofdpersonen van de historische documentaire De Stad Was Van Ons: Radicaal Feminisme In De Jaren ‘70 (70 min.) van Netty van Hoorn stonden begin jaren zeventig te trappelen van ongeduld om daarmee een begin te maken. Een halve eeuw later blikken deze strijdbare vrouwen terug op een formatieve periode in hun leven. Toen ons land, Amsterdam in het bijzonder, in rep en roer was door provocerende acties van ‘het zwakke geslacht’.

Het waren de jaren van actiegroep Dolle Mina, het platform Wij Vrouwen Eisen, de alternatieve vrouwenkrant Paarse September, Blijf van m’n lijf-huizen, het lesbische blad Diva en vrouwenfonds Mama Cash. Op alle mogelijke manieren probeerden feministen de maatschappelijke status quo te doorbreken. ‘Man + baan = karrière’, stond er bijvoorbeeld te lezen op een schotschrift genaamd Elementaire Sociologie. ‘Vrouw + baan = kassière’. De leuzen van die tijd, achtergelaten in de stad, spreken eveneens boekdelen: Zij komt. De heksen zijn terug. En: liever lesbies. Net als de initiatieven die uit dat sentiment voortvloeiden: vrouwenpraatgroepen, vrouwenhuizen, vrouwenfilmcollectieven, vrouwenboekwinkels en, natuurlijk, vrouwenliefde.

Feminisme schiet niet op als hetero zijn de norm blijft, constateert Maaike Meijer in deze gedegen film, waarin alleen vrouwen aan het woord komen. Heteroseksualiteit had volgens haar weinig met seks te maken. ‘Het is gewoon een systeem om macht te distribueren.’ Lesbisch worden of zijn was in die tijd dus niets minder dan een politieke daad. En dat was dan weer koren op de molen van tegenstanders, die ‘lesbo’s’ konden afdoen als mannenhaters. Mieke van Kasbergen moet lachen als Van Hoorn vraagt hoe haar ouders reageerden op haar mededeling dat ze lesbisch was. ‘Mijn moeder stopte met het nemen van belangrijke medicijnen, die zag het leven niet meer zitten. En mijn vader sprak de historische woorden: ik had je liever naar het kerkhof gedragen.’

In zulke bijna onwerkelijke herinneringen, gecombineerd met fraai archiefmateriaal van een welhaast vergeten Nederland, zit de kracht van De Stad Was Van Ons, waarin het gevecht rond elementaire onderwerpen, zoals bijvoorbeeld abortus, huiselijk geweld en LHBTIQ+-rechten, ook gepaard ging met issues die met de wijsheid van nu vooral symboolpolitiek lijken. Enkele vrouwen hebben zich bijvoorbeeld beijverd voor ‘krukrecht’, het recht om in een café aan de bar te mogen zitten. In het Nederland van een halve eeuw geleden was dat blijkbaar nog niet vanzelfsprekend.

Lockerbie

SkyShowtime

Door een tragische speling van het lot wordt Jim Swire op 21 december 1988 ook voor de rest van de wereld de vader van Flora Swire. Zijn dochter is ze natuurlijk al 23 jaar. Maar nadat Flora op die fatale woensdag in Londen aan boord is gegaan van een Boeing 747, op weg naar New York om Kerst met haar vriendje te gaan vieren, raken ze ook publiekelijk voor altijd met elkaar verbonden.

Want vlucht Pan Am 103 stort neer bij het Schotse plaatsje Lockerbie (200 min.) en Jim Swire zal zich daarna ontwikkelen tot hét gezicht van de nabestaanden, een door en door fatsoenlijke man die samen met zijn vrouw Jane onvermoeibaar blijft proberen om de waarheid boven tafel te krijgen. Wie is er verantwoordelijk voor de dood van zijn oudste dochter en 269 andere passagiers en plaatselijke bewoners?

Gedwongen door de omstandigheden heeft de Britse arts zich zo bij helden tegen wil en dank zoals Paul MarchalOdd Petter Magnussen en Bauke Vaatstra gevoegd. Wanhopige vaders van dochters, die in raadselachtige omstandigheden zijn omgebracht. Zij willen de onderste steen boven krijgen. Swire mag, kan en wil dus ook niet ontbreken in deze fascinerende serie van John Dower.

Hoewel ‘Lockerbie’ alweer ruim 35 jaar geleden plaatsvond, is zijn taak nog altijd niet afgerond. Wat er precies is gebeurd blijft gehuld in nevelen. Te veel verschillende partijen lijken daarbij belang te hebben. ‘Natuurlijk was het een obsessie’, zegt Swire, die altijd zijn menselijkheid heeft behouden. ‘Ik was gewend om obsessies bij mijn patiënten te behandelen en ik wist hoe het hun levens kon verwoesten.’

Deze vierdelige serie maakt tevens duidelijk hoe selectief ons geheugen werkt. Want Lockerbie herinnert menigeen zich misschien nog wel. Maar geldt dat ook voor Iran Air Vlucht 655? Op 3 juli 1988 heeft een Amerikaanse torpedojager het Iraanse lijntoestel in de Straat van Hormuz neergeschoten, met 290 onschuldige slachtoffers tot gevolg. Kennen we de Jim Swires van die doldrieste aanval?

En zou de aanslag op Pan Am 103 misschien een vergeldingsactie voor de Amerikaanse luchtdoelraket in De Perzische Golf zijn? Of zat de Libische leider Gaddafi achter de vliegtuigbom? Hij was even daarvoor nog aangevallen door de VS. Feit is dat de Amerikaanse autoriteiten waren gewezen op het gevaar van een terroristische actie. Zat de Boeing 747, nét voor Kerstmis, daarom maar halfvol?

Met allerlei direct betrokkenen reconstrueert John Dower de zoektocht naar de daders en hun opdrachtgevers. Daarmee belandt Lockerbie in de schimmige wereld van inlichtingendiensten, waarin de waarheid een rekkelijk begrip blijkt. Ook de rechtszaak tegen twee Libische verdachten in Kamp Zeist, een ’Scottish court in The Netherlands’, brengt uiteindelijk geen klaarheid in de zaak.

Dower laat de verschillende visies op wie die bom heeft geplaatst stevig op elkaar botsen. Nabestaanden zoals Swire worden heen en weer geslingerd tussen al die versies van de waarheid. Zelfs als ze zeker denken te weten wie er verantwoordelijk is, kan er vanachter de officiële theorie zomaar een andere lezing tevoorschijn komen. En voor je ’t weet word je beschouwd als een complotdenker.

Jim Swire geeft grif toe dat hij met zijn strijd het verdriet op afstand probeerde te houden. Dat is er echter nog steeds. Als de inmiddels hoogbejaarde Brit vertelt hoe hij zijn dochter identificeerde via een pigmentvlekje op haar teen, oogt hij als een gebroken man. Bijna de helft van zijn leven brengt Swire nu door met de wetenschap dat Flora er niet meer is. Dat zij altijd in Lockerbie is gebleven.

Net als de andere nabestaanden in deze aangrijpende miniserie, die ook de lotsverbondenheid toont tussen nabestaanden en inwoners van Lockerbie, is hij met, door en voor haar een bekendheid geworden. En dat houdt voorlopig ook niet op. Zolang er essentiële vragen openstaan, blijft de immense tragedie, omgeven met raadsels, dwaalsporen en leugens, onverminderd intrigeren.

Zo werd onlangs bekend dat de befaamde acteur Colin Firth Jim Swire gaat vertolken in een nieuwe dramaserie over Lockerbie.

Blind Vertrouwen

Omroep Max

Een visuele beperking hoeft geen beperking te betekenen voor je ambities. Die boodschap ligt er duimendik bovenop in Blind Vertrouwen (60 min.). De tv-docu, naar een idee van Tjarda Struik, werd uit ruim 3500 inzendingen gekozen als winnaar van het initiatief ‘Jouw idee op TV’. Dat er werk aan de winkel is als het gaat om de emancipatie van blinden en slechtzienden is overigens ook duidelijk: naar schatting heeft slechts zo’n dertig procent van hen betaald werk.

Struik is zelf ook één van de drie hoofdpersonen van deze film van Ary Schouwenaar, Floor Collin, Dolf Gerbers en Roy Ferwerda. Als ‘blindfluencer’ is ze met meer dan 200.000 volgers inmiddels een bekend gezicht op de sociale media. ‘Hoi, ik ben Tjarda en ik ben bijna blind’, de zin waarmee ze filmpjes begint, is zelfs een begrip te worden. Struik is ambitieus en gaat bijvoorbeeld te rade bij de bekende influencer Nienke Plas. Want ze wil nóg meer volgers. ‘Zodat veel mensen zien, letterlijk zien, dat als je niet ziet er nog heel veel deuren openstaan in het leven.’ En ooit, liever vandaag dan morgen, wil Arda Struik burgemeester worden.

Veertiger Ronald Boef, die blind werd geboren, is zowaar golfprofessional. Hij moet daarbij puur op zijn gehoor of gevoel afgaan, want Ronald heeft zelf dus nog nooit een golfbal, -club of -baan gezien. Met zijn beschermende vader Rein als caddie en golfcoach Adrian Morley aan zijn zijde wil hij het wereldkampioenschap voor blinden en slechtzienden in Zuid-Afrika op zijn naam schrijven. Om Ronalds sportcarrière te faciliteren, is alleen wel veel geld nodig. En dus zetten zijn ouders, die hun leven volledig in het teken lijken te zetten van hun enige kind, zich in voor een fundraiser.

Annemarie Nodelijk tenslotte heeft tijdens haar modeopleiding een hersentumor gekregen. Sindsdien is  ze slechtziend. Dit weerhoudt ook haar er niet van om het hoogste na te streven. In haar geval: een show waarbij ze haar werk als tassenontwerpster aan de wereld kan tonen. ‘Verliezers hebben een excuus en winnaars hebben een plan’, zegt ‘Annie’ daarover. ‘Dus volg je plan en ga er gewoon voor!’ En precies die attitude spreekt ook uit Blind Vertrouwen, waarin misschien niet altijd alles volgens plan verloopt – wel bijna, overigens – maar waaruit een onmiskenbaar ‘waar een wil is…’-gevoel spreekt.

En voor Tjarda Struik, initiatiefnemer en hoofdpersoon van deze niet al te diepgravende docu, zit er aan het eind zowaar nog een aardige surprise in het vat. Om het centrale punt, van haar eigen idee op TV, nog eens extra goed in de verf te zetten.

The Disappearance Of Shere Hite

IDFA

Het hielp ongetwijfeld dat ze er, als voormalig fotomodel, uitzag als een mysterieuze nimf uit een andere wereld. Shere Hite leek dan ook de ideale persoon om de boodschap van haar eigen onderzoek naar vrouwelijke seksualiteit, The Hite Report (1976), uit te dragen. En Hite werd inderdaad al snel een graag geziene gast bij de Amerikaanse televisie, waar ze onverbloemd over het belang van masturbatie, de clitoris en het vrouwelijk orgasme kon vertellen.

Voor haar onderzoek had Shere Hite (1942-2020) zo’n drieduizend Amerikaanse vrouwen een uitgebreide vragenlijst laten invullen. Het boek dat daaruit voortkwam, de opvolger en tegenhanger van de vermaarde Kinsey Reports (1948 en 1953), werd een ongelooflijke bestseller en behoort nog altijd tot de bestverkochte Amerikaanse boeken aller tijden. Toch is de schrijfster ervan allang in de vergetelheid geraakt.

Deze oogstrelende documentaire van Nicole Newnham poogt The Disappearance Of Shere Hite (118 min.) weer ongedaan te maken met exen, intimi, medestanders en deskundigen. Daarbij komt het goed van pas dat de hoofdpersoon zo mediageniek was. Newnham heeft behalve over Hite’s persoonlijke nalatenschap ook de beschikking gekregen over talloze treffende fragmenten uit reportages, interviews en talkshows met haar protagonist.

En daarin werd ze bepaald niet altijd met fluwelen handschoenen aangepakt. Zeker mannen, bang dat ze zouden worden beschouwd als overbodig of irrelevant, wilden haar nog wel eens frontaal attaqueren. Hite was gevoelig voor die kritiek, in het bijzonder wanneer haar geloofwaardigheid als wetenschapper ter discussie werd gesteld. Als ze op slinkse wijze zwart werd gemaakt bijvoorbeeld, met een verwijzing naar die naaktreportage in Playboy.

In het optekenen van dat messcherpe maatschappelijke klimaat, waarin vooruitstrevende vrouwelijke wetenschappers en de vertegenwoordigers van de tweede feministische golf recht tegenover traditionele machomannen en religieus rechts kwamen te staan, is deze nét iets te lijvige film op zijn sterkst. De persoon Shere Hite blijft intussen – ondanks intieme persoonlijke geschriften, die zijn ingelezen door de actrice Dakota Johnson – een enigma.

Tegelijkertijd blijft ze daardoor waarschijnlijk ook tot de verbeelding spreken. Als een ongrijpbaar fenomeen uit vervlogen tijden, waarin de mannelijke hegemonie en de fixatie op de masculiene seksualiteitsbeleving eens serieus werden bevraagd.

Right To Fight

SkyShowtime

Vrouwen zijn er niet voor gebouwd. Het zijn onderdanige wezens. Die laat je dus niet boksen. Ze kunnen sowieso geen klappen op de borst krijgen, stelt de bekendste vechter ter wereld, Muhammad Ali. Vrouwen denken dat ze dezelfde dingen kunnen als mannen, constateert Ali’s grote rivaal Joe Frazier misprijzend. Nee, de Amerikaanse bokswereld zit begin jaren zeventig bepaald niet te wachten op vrouwelijke vechters. Er bestaat alleen zoiets als ‘apartment boxing’, vertelt boksjournalist Mike Silver. Flatboksen. Videobanden van boksende vrouwen, liefst topless.

Dat is echter buiten geëmancipeerde vrouwen zoals Cathy ‘Cat’ Davis, Lady Tyger en Killer Diane gerekend. Zij willen koste wat het kost de ring in. De officiële bokscommissie wil alleen geen vergunningen afgeven aan vrouwen. Ze zullen hun Right To Fight (89 min.) dus moeten opeisen. Het is een aansprekend verhaal, dat volgens bokshistorica en oud-vechter Sue ‘Tiger Lilly’ Fox desondanks nooit de officiële geschiedschrijving van de sport heeft bereikt. Want die wordt nu eenmaal vooral opgetekend door mannen, die vast weinig van het feminisme moe(s)ten hebben.

Het gaat er stevig aan toe, in de beginjaren van het vrouwenboksen. In de sportschool waar Pat ‘Liberation’ Pineda traint breekt bijvoorbeeld brand uit, toevallig op de plek waar haar spullen liggen. Pat heeft echter iets te bewijzen – vooral naar zichzelf – en laat zich dus door niets of niemand van de wijs brengen. Vanwege alle bedreigingen heeft ze wel een politie-escorte nodig voor haar tweekamp met Kim Maybee. Pat Pineda heeft ondertussen ook iets te verbergen, vertelt ze in deze doeltreffende docu van Georgina Camnalleri. Iets wat een mannelijke bokser nooit zal overkomen.

De vrouwelijke atleten krijgen verder gedurig te maken met seksisme. Ze moeten zich de mannen soms letterlijk van het lijf houden. Als ‘sexy’ vrouwen, die vreemd genoeg toch vaak voor manwijf of lesbienne worden versleten, zijn ze volgens officials ook slecht voor het imago van de sport (waarbij mannen elkaar dus tot moes proberen te slaan). En als de bobo’s dan toch overstag moeten, gedwongen door de rechter, tonen ze een ander kwalijk trekje: good ol’ racisme. Want als er dan toch zo nodig vrouwelijke boksers moeten komen, dan liefst wel witte vrouwelijke boksers.

De roomblanke ‘Cat’ Davis, binnengehaald als The Great White Hope, krijgt dus de prijsgevechten toebedeeld die haar zwarte opponent Marian ‘Lady Tyger Trimiar worden onthouden. En Cats manager Sal Algieri blijkt ook nog wat slinkse trucs achter de hand te hebben. Kordaat diept de eerste generatie vrouwelijke boksers, die in het geladen eind van Ready To Fight nog eens samenkomt om ervaringen uit te wisselen, een onvermoede kant op van de tweede feministische golf waarbinnen ook zij, vooral buiten de boksring, flink strijd hebben moeten leveren.

Being Mary Tyler Moore

HBO

Met een hedendaagse bril bekeken oogt ze als een gedateerde verpersoonlijking van ‘the all American Girl’: knap, keurig en met een tandpastaglimlach. In de succesvolle sitcom The Dick van Dyke Show (1961-1966) bleef Mary Tyler Moore bovendien netjes in de schaduw van het centrale personage Dick van Dyke. Ze was zijn gedienstige, best wel grappige echtgenote, zo’n vrouw waaraan niemand in het Amerika van na de Tweede Wereldoorlog zich een buil kon vallen.

Nadat het doek viel voor het populaire televisieprogramma – waarin Moore overigens en passant had aangetoond dat vrouwen méér konden zijn dan alleen ‘mooi’, tóch humor konden hebben en zelfs een broek mochten dragen – zou ze zich na een flinke crisis begin jaren zeventig heruitvinden voor haar eigen comedy, The Mary Tyler Moore Show. Als gescheiden vrouw (!). In een serie bovendien die, voor het eerst, ook voor een belangrijk deel werd geschreven door vrouwen.

De gedegen documentaire Being Mary Tyler Moore (120 min.) belicht hoe het Amerikaanse burgervrouwtje – in werkelijkheid al voor de tweede keer gehuwd, ze zou in totaal driemaal trouwen – dan verzeild raakt in de tweede feministische golf en die in zekere zin ook toegankelijk maakt voor ‘mainstream America’. Dan valt de hoofdpersoon van deze film van James Adolphus voor even helemaal samen met de wereld en het tijdsgewricht waarvan ze deel uitmaakt.

Verder belicht dit postume portret Moore’s persoonlijke leven (drie huwelijken dus en een destructieve gewoonte, die ze gemeen had met haar moeder) en carrière (na haar eigen show volgden nog een carrière op Broadway, een gelauwerde rol in het filmdrama Ordinary People en het woordvoerderschap van een diabetesvereniging). Ze werd bovendien een voorbeeld voor comédiennes zoals Rosie O’Donnell, Julia Louis-Dreyfus en Reese Witherspoon, die haar hier eer bewijzen.

Samen met familieleden, intimi en directe collega’s als Dick van Dyke, regisseur/comedian Rob Reiner (de zoon van Dick van Dyke Show-bedenker Carl Reiner), acteur Ed Asner en schrijver Treva Silverman halen zij de vrouw achter de kamerbrede glimlach vandaan. Dat is bepaald geen sinecure. Want hoewel Mary Tyler Moore een leven in de spotlights leidde, hield ze haar kaarten het liefst stevig tegen haar borst. Een gereserveerde vrouw die kon (laten) lachen als de beste.

De Bellers

Remko Liebregts / KRO-NCRV

Een speciaal team onderhoudt het contact met de familie van de patiënten. Vanwege de strenge Corona-maatregelen, tijdens de eerste golf in het voorjaar van 2020, moeten ze dat telefonisch doen. Vrijwel dagelijks informeren De Bellers (75 min.) verwanten over hoe het gaat met hun vader, moeder of broer, die is opgenomen op de Intensive Care-afdeling van Amsterdam UMC.

Het zijn intensieve gesprekken. De familieleden aan de andere kant van de lijn, die vaak al een hele tijd zijn afgesneden van hun geliefde, snakken naar goed nieuws. Soms kunnen de artsen van het speciale support team hen inderdaad hoop geven, andere keren moeten ze die hoop juist de bodem inslaan. De bijbehorende emoties zijn regelmatig van hun gezicht af te lezen als ze de familie empathisch en toch professioneel proberen te informeren.

Die telefoongesprekken vormen het hart van deze observerende documentaire van Meral Uslu, Maria Mok, Paul Cohen en Martijn van Haalen, die verder nog enkele indringende scènes vanuit het ziekenhuis zelf bevat. De gesprekken geven enerzijds inzicht in wat er ook op menselijk vlak van ziekenhuisartsen wordt gevraagd en laten tegelijkertijd zien hoe zij dat deel van hun werk tijdens de pandemie echt met één arm op de rug gebonden moeten doen.

Tijdens sommige telefoontjes, met familieleden die niet of nauwelijks Nederlands spreken, worden ze gedwongen om nóg een extra omweg, via een tolk, te nemen. ‘Goeiedag, meneer’, begint dokter Remko Liebregts bijvoorbeeld zo’n gesprek. ‘We hebben elkaar dit weekend gesproken. Toen ging het nog niet zo goed met uw broer, maar de situatie lijkt nu wat gunstiger te zijn.’

Nadat de arts heeft uitgelegd dat de patiënt minder ondersteuning nodig heeft van beademingsapparatuur, neemt de Imam en geestelijk verzorger van het ziekenhuis het over. ‘Met Allah’s hulp is zijn toestand verbeterd’, geeft Mohammed Ben Ayad een vrije vertaling van Liebregts’ boodschap aan het familielid aan de andere kant van de lijn. ‘Moge Allah jullie kracht geven, zodat jullie sterk blijven. En dat Hij jullie gebeden mag accepteren en dat Hij jullie beloont.’ De man reageert geëmotioneerd. ‘God zij dank’, klinkt het. ‘God zij geprezen.’

Het Coronavirus blijkt echter een grillige vijand. De patiënt die nu uit de gevarenzone lijkt te zijn, kan morgen weer in kritieke toestand geraken. De medici kunnen soms niet meer dan volgen en proberen de verwanten daarin mee te nemen. Dat verzacht beslist de pijn – al kan die lang niet altijd worden weggenomen.

Tiger

HBO/Ziggo

Hij was zegge en schrijve acht maanden oud toen vader Earl hem kennis liet maken met golf. Een kleine anderhalf jaar later waren ze samen te gast in de tv-show van Bob Hope, waar de peuter zijn beste slagen mocht laten zien. Tiger Woods was voorbestemd om een grootheid op de golfbaan te worden, zeker in de ogen van zijn ouders Earl en Kultida. Zij hadden een heus masterplan voor hun kind: hij moest de eerste zwarte topgolfer worden.

En zo geschiedde. Tiger (192 min.) werd een legende in zijn sport. Een merk ook, van zo’n honderd miljoen dollar per jaar. En een ideale schoonzoon. Totdat de zeepbel vakkundig werd doorgeprikt. Volgens deze meeslepende biografie kwam de ommekeer na het overlijden van zijn vader, die in Tiger een soort kruising tussen Mahatma Gandhi en Nelson Mandela zag, en de brave huisvader een ongezonde voorliefde ontwikkelde voor wilde avonturen in Sin City, Las Vegas. Seks als pijnbestrijding, aldus zijn biograaf Armen Keteyian. Dat ene adagio – what happens in Vegas, stays in Vegas – zou alleen niet opgaan voor Tiger Woods. Zijn wilde escapades haalden hem uiteindelijk aan alle kanten in.

In het eerste deel van dit tweeluik schetsen de filmmakers Matthew Heineman en Matthew Hamachek met pakkend beeldmateriaal van de ene na de andere golftriomf en interviews met z’n vrienden, kleuterjuf, eerste vriendin, concurrenten, marketeers en vaste caddie de opmars van de Amerikaanse ‘golfrobot’. In deel 2 tekenen ze vervolgens met biografen, sportjournalisten en z’n bekendste maîtresse Rachel Uchitel diens dubbelleven en ondergang op. Waarna er op de valreep, zoals in een echte Hollywood-evergreen, toch nog een wederopstanding volgt.

Dit is nu eenmaal een klassiek verhaal over een held, die eerst zonder voorbehoud op het schild wordt gehesen en er daarna en plein publique vanaf sodemietert – of vanaf wordt geduwd. Gadegeslagen door talkshowgasten met ferme meningen, comedians met gemakkelijke grappen en bobo’s die niet weten hoe snel ze afstand van hem, de zwarte jongen in de witte wereld, moeten nemen. In dat opzicht is Tiger tevens een nauwelijks verhulde aanklacht tegen de celebritycultuur, die de protagonist bijna de kop heeft gekost. Opgevreten door zijn eigen populariteit.

En deze tweedelige docu is tenslotte ook nog het aangrijpende relaas van een jongetje dat roofbouw op zijn lijf en persoonlijkheid pleegt om de droom van zijn ouders, vader Earl in het bijzonder, te verwezenlijken. Want Nike mocht voor hem dan de slogan ‘winning takes care of everything’ hebben bedacht, Tiger Woods werd er te langen leste op hardhandige wijze mee geconfronteerd dat zo’n uitgangspunt alleen verliezers kon opleveren.