Babs Gons – Precies Goed

NTR / dinsdag 11 november, om 22.40 uur, op NPO2

Ze begint deze film als Dichter des Vaderlands en gaat er als Dichter der Nederlanden weer uit. In de twee jaar daartussen probeert Babs Gons steeds de juiste woorden te vinden. En daarbij begint die titel te knellen. Want tegenover dat vaderland staat voor biculturele Nederlanders zoals zij vaak hun land van afkomst, het moederland.

Ze legt haar ongemak in de documentaire Babs Gons – Precies Goed (60 min.) voor aan andere ambassadeurs – de nationale fotograaf, theoloog en componist bijvoorbeeld – en samen vinden ze een naam die de lading beter dekt. Het typeert Gons: ze maakt van haar hart geen moordkuil, maar houdt tegelijk ook oog voor anderen.

Voor haar is de dialoog ook een logisch onderdeel van het schrijfproces. Daarom schrijft ze vaak in de wijvorm, vertelt Gons in deze film van Bibi Fadlalla (Raquel van Haver – De Vrouwen Van Mijn LandGeneratie Pa en Sta Op! En Rust). Ook omdat ze zich niet alleen wil voelen in dat schrijven. ‘Ik schrijf gedichten ook om mezelf te troosten.’

Fadlalla gebruikt die poëzie, waarin hiphop, de gospelkerk en spoken word doorklinken, als skelet voor dit portret. Met typografie zet ze kernwoorden aan. ‘Doe het toch maar’, declameert Gons bijvoorbeeld. ‘Ook al lachen ze je kunst uit / Bezuinigen ze je weg / Vinden ze dat je maar normaal moet doen / En dat je een linkse hobby bent’

Dit portret documenteert verder hoe zij zich als vrouw van kleur staande houdt in politiek roerige tijden, terwijl ze zelf kampt met borstkanker. Een zelfbewuste vrouw, die ooit het enige bruine kind was in een witte wereld, zoals is vervat in fraaie familiefilmpjes, en die altijd de Nederlandse dochter bleef van een afwezige Afro-Amerikaanse soldaat.

En steeds weer zoekt en vindt ze woorden. Ook van anderen trouwens. Want als Nederlands ambassadeur van de poëzie koestert Gons tevens de ‘rijkdom om een gedicht bij je te kunnen dragen en dat te allen tijde tevoorschijn te kunnen halen’. Gedichten zijn, in de woorden van haar collega Roger Robinson, ‘empathy machines’.

In Deventer krijgt ze als Dichter der Nederlanden de gelegenheid om de slachtoffers van slavernij en kolonialisme in oost en west eer te betonen op een officieel herdenkingsmonument. Een voorlopige kroon op haar werk als stem van een volk dat lang niet altijd zo hoopvol en genuanceerd klinkt als in de woorden van Babs Gons.

‘Doe het toch maar’, zegt ze tot besluit in deze innemende film, vast ook tegen zichzelf. ‘Klim maar uit bed op die ochtenden dat de vermoeidheid je hoop en je ledematen lamlegt / En ook als je denkt dat niemand zit te wachten op jou en je verhalen / Blijf het maar doen.’

Mads Mikkelsen, Devil In The Flesh

Druk / c: Alamy / NTR

Zit hij met onze kloten te spelen? Als de Deense topacteur Mads Mikkelsen aan het begin van Mads Mikkelsen, Devil In The Flesh (53 min.) de vraag krijgt of hij druk voelde toen hij werd benaderd voor de rol van slechterik in de James Bond-film Casino Royale (2006), heeft hij zijn antwoord direct paraat. ‘Het geheim was dat ik nog nooit een Bond-film had gezien’, zegt hij met een stalen gezicht en een subtiel lachje. ‘Ik wist niet hoe groot het was.’

Mads Mikkelsens wortels liggen in een arbeiderswijk van Kopenhagen. Hij brengt er een groot deel van zijn jeugd op straat door, te midden van wat met een gerust hart probleemjongeren mogen worden genoemd. Tegelijkertijd is hij bezeten van film, met Buster Keaton en Bruce Lee als grote helden. Mikkelsen durft er alleen niet van te dromen om zelf acteur of – ik noem maar een dwarsstraat – danser te worden. Toch zal hij eerst carrière maken als danser, alvorens hij ook de acteur in zichzelf ontdekt.

En al die tijd zou Mads Mikkelsen dus nooit dat uit duizenden herkenbare 007-gitaarloopje hebben gehoord. Of: ‘shaken not stirred’. Het is nauwelijks voor te stellen. Bij een volleerde acteur weet je echter nooit of hij het achterste van zijn tong laat zien of juist een loopje met de waarheid neemt. Van imposante rollen in kleine Deense arthousefilms groeit Mikkelsen intussen door naar groots opgezette Hollywood-blockbusters, waarin hij vaak de schurkenrollen krijgt toebedeeld.

Toch blijft hij geregeld terugkeren naar z’n land van oorsprong, voor kleinere films zoals Jagten en Druk waarin hij zijn gehele repertoire als acteur kwijt kan. Zoals de verteller van dit enigszins routineuze tv-portret van Jeanne Burel en Florence Ben Saddoun, dat vooral bestaat uit (archief)interviews, backstagebeelden en filmfragmenten, ’t formuleert: ‘In films uit zijn eigen land speelt hij rollen van kwetsbare en gekwelde mannen. Een groot contrast met de masculiene stereotypen van Hollywood.’

Mikkelsen, Mads Mikkelsen, en regisseurs met wie hij werkte, zoals Nicolas Winding Refn (die in 1996 Mikkelsens debuut Pusher en diverse andere films met de Deense acteur maakte), Dogma 95-pionier Anders Thomas Jensen (die Mikkelsen uitdaagde om zichzelf en zijn eigen mannelijkheid te onderzoeken), Jan Kounen (Coco Chanel & Igor Stravinsky) en Arnaud des Pallières (Michael Kohlhaas) geven daarnaast een voorzichtige blik achter de schermen bij een man met duizend gezichten.

Intussen blijft het antwoord op die ene beginvraag in de lucht hangen: is Mads Mikkelsen zo’n beetje de enige filmfreak ter wereld die voor zijn veertigste nooit een James Bond-film heeft gezien? Of heeft de acteur gewoon last van humor, die je door die vele gezichten toch wat moeilijker herkent? Enkele seconden later meldt hij ook doodleuk dat hij geen auditie heeft gedaan voor de rol van slechterik Le Chiffre. ‘Ze waren zo druk met de Bond-meisjes bezig dat ze geen tijd hadden.’

King Of The Apocalypse

SkyShowtime

Zou iemand hebben vermoed toen Stewart Rhodes als dertiger begon te studeren aan de prestigieuze Yale Law School en een scriptie schreef over hoe de Amerikaanse regering de grondwet had uitgehold na 11 september 2001, dat hij zo’n twintig jaar later, na een aanval op diezelfde Amerikaanse democratie, zou worden beschuldigd van ‘opruiende samenzwering’?

Rhodes was al in de dertig en getrouwd toen hij ging studeren. Hij zou in totaal zes kinderen krijgen. En die voedde hij op met de voorspelling dat het einde der tijden aanstaande was. De aangekondigde Dag des Oordeels bleef alleen uit, constateert zijn zoon Dakota Adams droog. Hij fungeert als verteller van deze documentaire van Daniel Vernon, die werd vernoemd naar de bijnaam die Rhodes kreeg van zijn kinderen: King Of The Apocalypse (87 min.). Pappie Wappie – al wordt ie daarmee ook tekort gedaan.

Adams, ondersteund door zijn moeder Tasha en zus Sedona, doet zijn verhaal vanachter een laptop, met een headset waarmee hij in beeld zijn verbindende voice-overs inspreekt. Hij noemt zijn vader consequent ‘Stewart’, waarschijnlijk om afstand tussen hen te scheppen. Vernon lardeert dit persoonlijke relaas met familiefoto’s en -video’s, archiefbeelden en campy filmfragmenten, die de plank soms een beetje misslaan. Waardoor de gekozen vertelvorm ook de kijker van deze film soms op afstand zet.

Dakota schetst een scherpslijper die steeds verder radicaliseert, zich ronduit paranoïde begint te gedragen en zo het gezin terroriseert. Totdat het leven in hun huis te Trego, Montana, ondraaglijk is geworden voor de anderen. In 2009 heeft zijn vader intussen Oath Keepers opgericht, een extreemrechtse en gewelddadige anti-overheidsmilitie. En daarmee zal Stewart Rhodes ook een sleutelrol spelen bij de bestorming van het Capitool op 6 januari 2021, die hij mede zou hebben gepland en gecoördineerd.

Verder volgt Daniel Vernon hoe ’t hem in de periode daarna vergaat, als hij vanwege zijn rol in de aanval wordt gearresteerd en berecht. Die kwestie heeft ook een persoonlijke dimensie: Rhodes’ eigen gezinsleden zijn doodsbang voor hem en willen graag dat hij vast blijft zitten. Vernon belicht verder de rol van wapens in het gedachtegoed van ultrapatriottische Amerikanen zoals Rhodes en zoomt in op een paar van zijn geestverwanten, Michael ‘Whip’ Simmons en Mike Dunn van The Boogaloo Bois.

Hoewel King Of The Apocalypse weer uiterst actueel is, nu Donald Trump is begonnen aan zijn tweede ambtstermijn als president en de sleutelfiguren van de bestorming van het Capitool amnestie heeft verleend, wil de documentaire niet echt beklijven. Daarvoor hinkt de film op te veel gedachten. Vernon heeft ook moeite om de juiste toon te vinden en vast te houden en het dramatische verhaal van de Rhodes-familie, dat nu weer een nieuw hoofdstuk krijgt, met gepast drama en urgentie uit te serveren.

The Twister: Caught In The Storm

Netflix

Ze waren begonnen met het volgen van de storm. En toen begon die hen te volgen. Een groot eng monster, dat zich blijkbaar thuis voelde in het gebied dat niet voor niets ‘Tornado Alley’ wordt genoemd. ‘Er klonk gerommel’, herinnert Kaylee zich. ‘Alsof moeder natuur honger had.’ Samen met haar broer Eric en vriend Mac was ze een kijkje gaan nemen bij de tornado die Joplin, Missouri, zou gaan aandoen. De drie tieners moesten rennen voor hun leven.

In The Twister: Caught In The Storm (89 min.) reconstrueert Alexandra Lacey met Mac, Kaylee en andere overlevenden de wervelwind die op 22 mei 2011 ongenadig huishield in het hart van Amerika. Het was alsof de apocalyptische visioenen over het einde der tijden, waarover onheilspredikers al een tijd spraken in ‘de gesp van de biblebelt’, dan toch waren bewaarheid. Joplin werd volledig met de grond gelijk gemaakt. Wat restte was een soort slagveld, waar net de Derde Wereldoorlog leek te zijn uitgevochten.

Met een vloeiende combinatie van echte opnamen van de natuurramp en gedramatiseerde beelden – waarbij zeker niet altijd helder is waar het ene begint en het andere eindigt – wordt de ontwikkeling van de wervelwind opnieuw opgeroepen. Direct betrokkenen – een vanuit Californië ingevlogen aspirant-weerman van dertien, enkele rondrijdende tieners en een middelbare scholier die juist op die dag z’n diploma had gekregen bijvoorbeeld – vertellen hoe ze die ramp ternauwernood hebben overleefd.

The Twister beperkt zich tot de ontwrichtende gebeurtenissen op die ene meidag en de directe gevolgen daarvan – behalve ongelooflijke materiële schade zo’n 160 doden – en laat het grotere verhaal van de ramp links liggen. Daarmee wordt de documentaire een soort real life-variant op de ouderwetse rampenfilm uit de jaren zeventig, waarbij de kijker zich van een veilige afstand kan verlustigen aan uitzinnig natuurgeweld, zonder zich te hoeven bekommeren over de oorzaken en lange termijngevolgen daarvan.

De tornado van Joplin wordt vooral behandeld als een spannend verhaal, een levensveranderende gebeurtenis, met bovendien een wel erg Amerikaans einde. Want alle overlevenden zijn er natuurlijk beter uitgekomen en voelen zich dan verantwoordelijk voor de wederopbouw van de plaatselijke gemeenschap. Zodat al die angst, dat lijden en ook het verlies van 22 mei 2011 – de Dag des Oordeels, zou iemand die ’t achteraf altijd beter weet zeggen – misschien toch nog ergens goed voor zijn geweest.

Boom Des Leugens

Doxy

Kun je ’t zien? Als er wordt gelogen. Aan iemands gezicht? In het bijzonder de ogen, gevangen in extreme close-ups? Wat verraden die beelden dan? De waarheid?

In de korte film Boom Des Leugens (26 min.) spreekt Raluca Lupaşcu met een aantal mensen die (wel eens) liegen. Over dat ze geld hebben gestolen. Over wie de vader is van hun kind. Over vreemdgaan. Over dat ze niet lang meer te leven hebben. Over hun geaardheid. Over dat ze geslagen worden. Of gewoon om aardig te worden gevonden.

Lupascu gebruikt een boom als metafoor voor die leugens. Hoe die zich alle kanten op vertakt, met z’n bladeren het zicht op de waarheid beneemt en waarvan de wortels diep in de grond reiken, in het binnenste van de mens. De camera zwerft over de takken van die boom, als een slang die zijn prooi beloert, stiekem besluipt en de adem beneemt.

Ze begeleidt deze poëtische beelden, ook van de gezichten van de ‘leugenaars’, met een fluisterstem, die het mysterieuze karakter van al die grove onwaarheden, verdraaide feiten of leugentjes om bestwil benadrukt. En het ongemak, de gêne en schuldgevoelens die ermee gepaard kunnen gaan – en die deze intieme docu met de wereld deelt.

Is liegen iets anders dan niet de waarheid vertellen? Hoe zit ’t dan met zwijgen? En kun je ook de waarheid liegen?

Under The Surface

Storyhouse

Onder water voelt Anne Verelst zich volledig veilig. In de wereld boven het water staat de Vlaamse dertiger alleen permanent in de overlevingsstand, toont haar neef Guido in de delicate documentaire Under The Surface (77 min.). Ze heeft beperkt zicht en kan zich soms ook maar ternauwernood staande houden in het gewone sociale verkeer.

Anne had een lastige start. Ze werd op 13 april 1989 geboren na slechts zes en een halve maand zwangerschap. Zij woog 800 gram en mocht pas na drie maanden de kraamafdeling verlaten. Al snel merkte haar moeder Marianne dat Anne anders was. Ze zat volgens haar ‘onder d’r eigen stolpke’. Autisme, luidde de officiële diagnose.

Achter die lastige start ging weer een ander pijnlijk verhaal schuil: over Anne’s oma, die na enkele miskramen het medicijn Distilbène kreeg voorgeschreven. Zodat ze gezonde kinderen zou krijgen. Aan de mogelijke bijwerkingen daarvan besteedde destijds niemand aandacht. Haar dochter Marianne, Anne’s moeder, werd zo een DES-dochter.

Pas later werd duidelijk wat de gevolgen van dit kunstmatige vrouwelijke hormoon, dat wereldwijd zo’n tien miljoen slachtoffers zou hebben gemaakt, konden zijn. Belgische DES-vrouwen vragen nog altijd om erkenning. Hun strijd blijft enigszins een Fremdkörper in deze film, die toch vooral een portret van een moeder en dochter wordt.

In ‘mermaiden’, een soort combinatie van freediven en cosplay, heeft Anne zichzelf gevonden. Zij kan ruim drie minuten, op eigen adem, onder water verblijven. ‘De Ariel van de Kempen’, kopte de Gazet van Antwerpen al eens. En met haar oogverblindende staart oogt Anne inderdaad als een zeemeermin uit een sprookjesachtige wereld.

Met prachtige onderwateropnamen maakt haar neef Guido het goddelijke gevoel dat zich dan meester van haar maakt zichtbaar. In het water voelt Anne zich duidelijk volledig veilig en geborgen – net als in de baarmoeder, ben je onwillekeurig geneigd om te denken. Of, zoals ze ‘t zelf uitdrukt: ‘Het water accepteert mij zoals ik ben.’

Guido Verelst vangt zijn nicht daarnaast, ook via vlogs die zij zelf maakt, op haar meest kwetsbare momenten. Als alles haar even te veel wordt. Tegelijkertijd laat hij haar op haar meest ontspannen zien: als ze samen met vader Jef in de auto luidkeels meezingt met Queens Bohemian Rhapsody of op de tandem zit met haar vriend Johnny.

Want in de drie jaar dat Anne Verelst is gefilmd voor dit portret is ook de liefde in haar leven gekomen. Het lijkt voor een voorzichtige ontspanning te zorgen in haar bestaan, niet in het minst bij Annes zorgelijke moeder. Die worstelt met de vragen die elke ouder met een kwetsbaar kind zich stelt: hoe moet ’t straks verder, als ik er niet meer ben?

Afgaande op Under The Surface, een fraaie en sensibele film over een jonge vrouw die haar weg zoekt en uiteindelijk ook wel lijkt te vinden, kan Marianne Annes toekomst met enig vertrouwen tegemoet zien. Want Johnny lijkt toch wel verdacht veel op, inderdaad, prins Erik. En samen leefden zij… – al is het leven natuurlijk geen sprookje.

Riefenstahl

Beta Cinema

Ze kan zichzelf er niet toe brengen om ‘t te zeggen. Was uw innige samenwerking met Adolf Hitler uw grootste fout? wil de interviewer, aan het begin van het postume portret Riefenstahl (115 min.), weten van de dame op leeftijd tegenover hem. Leni Riefenstahl (1902-2003) kijkt eens ongemakkelijk naar de vragensteller en doet er verder het zwijgen toe. De begenadigde cineaste zou dik een halve eeuw kritische vragen over haar werk voor de nationaalsocialisten moeten beantwoorden en legde daarbij soms een naïviteit aan de dag die totaal ongeloofwaardig was.

Ze hoorde volgens eigen zeggen begin 1932 voor het eerst van ‘Der Führer’, de demonische redenaar die Duitsland de Tweede Wereldoorlog en het morele niets in zou inloodsen. Letterlijk: toen hij in Berlijn sprak over ‘mijn landgenoten’ liepen de rillingen haar over het lijf. Afgaande op de foto’s uit haar nalatenschap in deze gezaghebbende documentaire van Andres Veiel moet Leni Riefenstahl toen een bekoorlijke vrouw zijn geweest. Ze viel alleen voor de verkeerde man – en zijn verderfelijke ideologie – en werd via hem een zeer effectief werktuig van de Duivel.

‘Het is vrijwel onmogelijk om te zeggen: Ich habe es nicht gewusst’, zegt ze geagiteerd in een talkshow uit 1976. ‘Want niemand gelooft je.’ Ze oogstte er zowaar ook veel lof mee. Brieven met steunbetuigingen – en van overtuigde nazi’s – bleven binnenstromen en kregen een plek in haar zorgvuldig bijgehouden persoonlijke archief, dat het fundament vormt voor deze documentaire die zowel haar filmografie doorloopt – van haar gevierde film Das Blaue Licht tot de dubieuze propagandafilms Triumph Des Willens en Olympia – als een psychologisch portret van de gewraakte vrouw wil zijn.

Daarbij komt ze vooral zelf aan het woord, via archiefbeelden van de vele interviews die ze tijdens haar lange leven heeft gegeven – en een enkele keer ook via de aanvaringen die ze tijdens of na die gesprekken met anderen had. Veiel heeft de verleiding weerstaan om daarbij allerlei deskundigen op te voeren, die een poging moeten doen om die briljante, ijdele en immorele vrouw te helpen begrijpen en in haar tijd en omgeving te plaatsen. De context en duiding zitten in het intrigerende beeldmateriaal zelf of komen van een verteller, die alle elementen uit Riefenstahls levenswandel verbindt. 

Als zij beweert dat ze niets van de vernietigingskampen wist – en sowieso niet de kans krijgt om eerlijk over die tijd te praten, omdat ze dan meteen wordt weggezet als nazi – introduceert hij b-roll beelden van de vijftig Sinti en Roma-vrouwen en kinderen uit een interneringskamp die de filmmaakster als figurant gebruikte bij opnamen in 1940 voor haar laatste nazifilm Tiefland, die pas na de oorlog werd afgerond en uitgebracht. Later stelde Leni Riefenstahl dat ze allemaal nog in leven waren. Officiële documenten vertellen een heel ander verhaal: stuk voor stuk afgevoerd naar Auschwitz.

In de kantlijn van haar beruchte werk voor het nazi-regime behandelt Veiel tevens Riefenstahls privéleven en relatie met mannen. Haar vermeende romance met Hitler, de avances van diens propagandaminister Joseph Goebbels (die haar met alle geweld, desnoods letterlijk, de zijne wilde maken, volgens Riefenstahls memoires) en haar levenslange contact met nazi-architect Albert Speer bijvoorbeeld, maar ook haar fascinatie voor zwarte mannen van de Nuba-stam in Soedan en de relatie die ze vanaf 1967 had met de veertig jaar jongere cinematograaf Horst Kettner (1942-2016).

Met al die verschillende elementen fabriceert Andres Veiel een intrigerende karakterschets van een gecompliceerde vrouw en kunstenares, die een heel leven lang niet meer los kwam van (en ook bleef teren op) haar reputatie als Hitlers sterregisseur.

Hitler: A Life In Pictures

BBC / HBO Max

‘Hij is de architect van één van de grootste rampen ooit’, stelt historicus Keith Lowe bij aanvang van elke aflevering van Hitler: A Life In Pictures (176 min.). ‘De meest gefotografeerde leider van het begin van de twintigste eeuw’, vult verteller David Harewood aan. ‘Hij oefende z’n poses urenlang voor de spiegel’, beweert professor Maiken Umbach zelfs. ‘Elke foto was een optreden.’

Aan de hand van zeldzame en gedigitaliseerde beelden belicht deze vierdelige serie van Jonathan Mayo de opkomst en ondergang van Adolf Hitler, een leider die heel zorgvuldig zijn eigen imago heeft geconstrueerd en ondertussen delen van zijn ware identiteit aan het oog probeerde te onttrekken. ‘Hitler schiep een ongekend beeld van politieke roem dat daarvoor nog niet bestond’, stelt historicus Guy Walters. ‘De manipulatie van de media, de presentatie van zichzelf, is te vergelijken met wat film- en popsterren tegenwoordig doen.’

Kijkend naar de propagandafoto’s die Hitlers persoonlijke fotograaf Heinrich Hoffmann van zijn leider maakte bij de Anschluss van Oostenrijk in 1938, ziet professor Nicholas O’Shaugnessy bijvoorbeeld dat hij consequent wordt geportretteerd als ‘de Messias van een seculiere religie’. De fotograaf voedt volgens hem de Führercultus. ‘Hoffmann creëert, zoals zo vaak, een symbolisch beeld. Hitler is het stille middelpunt van een draaikolk van opperste extase, waarin het volk bevangen raakt door een soort opperste euforie.’

Hoffmann, die zich dan ook al bedient van Photoshop-trucs avant la lettre, is daarmee een cruciale figuur in de beeldvorming rond de Führer. Ook filmmaakster Leni Riefenstahl, verantwoordelijk voor de nazi-propagandafilm Triumpf des Willens, en cameraman Walter Frentz spelen een essentiële rol in de constructie van Adolf Hitlers imago als leider, volksheld en krijgsheer, stellen diverse historici, beelddeskundigen en psychologen (waarbij Mayo, via B-roll beelden, tevens de setting laat zien, waarbinnen zij zijn geïnterviewd).

Tegenover zijn publieke profiel, eerder al onderzocht in de Nederlandse serie Hitler En De Macht Van Het Beeld (2022), staat de privépersoon Adolf Hitler. Die is te zien in de homemovies van zijn vriendin Eva Braun. Zij filmde ook regelmatig bij de Berghof, Hitlers huis op de Obersalzberg in de Beierse Alpen. De beelden, waarop haar man ontspannen verpoost met nazi-kopstukken zoals Joseph Goebbels, Heinrich Himmler, Martin Bormann, Reinhard Heydrich en Albert Speer, waren lang spoorloos, maar doken uiteindelijk weer op.

Zeker zo interessant is de achterkant van het naziregime zelf, die in deze boeiende miniserie naar voren komt in opgediepte foto’s en filmpjes. Zoals een uitstapje van de SS’ers van het vernietigingskamp Auschwitz en hun echtgenoten. In de natuur bij de zogenaamde Solahütte houden zij een ontspannen wedstrijdje bosbessen eten. ‘Het is opzichtige, agressieve pret, in weerwil van alles’, stelt Maiken Umbach. ’Dit is geen onschuldig vermaak. Ze zitten letterlijk in de schaduw van de grootste genocide ooit.’

Tegenover het beeldenbombardement van de nazi’s konden hun slachtoffers slechts hun eigen menselijkheid plaatsen. De Joodse fotograaf Henryk Ross besloot bijvoorbeeld om het gewone leven in het getto van de Poolse stad Lódz vast te leggen. Behalve de verschrikkingen van de oorlog liet hij tevens een verliefd stelletje, een kinderfeestje en een moeder die haar kind kunst zien. Ook deze foto’s hebben de tand des tijds doorstaan en definiëren nu het tijdperk van Adolf Hitler, dat onuitwisbare beelden heeft nagelaten.

Raël: La Prophète Des Extraterrestres

Netflix

Met het starten van een sekte verzeker je jezelf ook min of meer van een hoofdrol in documentaire(serie)s. De gemiddelde sekteleider oogt doorgaans ook als een personage: de persoon – nee: man – die een eigen geloofsgemeenschap bestiert doet dat meestal niet vanuit een rijtjeshuis, van waaruit hij dan ‘s ochtends in pak en stropdas naar kantoor afreist en aan het einde van de werkdag netjes bij vrouw en kinderen aanschuift voor een voedzame maaltijd, gevolgd door een gezapig avondje voor de televisie.

Nee, zo’n ver boven gewone stervelingen verheven figuur meldt zich met een goddelijke glimlach, bizar kapsel, opvallend gewaad, luxe privéverblijven, een heuse harem en – in het geval van de Franse profeet Raël – tevens een directe lijn met buitenaardse wezens, de zogenaamde Elohim. En die, beste mensen, hebben ons dus allemaal geschapen. Om hen daarvoor te bedanken wil Raël, de artiestennaam van voormalig autocoureur, journalist en zanger Claude Vorilhon, zelfs een ‘ambassade’ bouwen, waar zij dan in hun vliegende schotels kunnen worden ontvangen. Nadine Gary, Raëliaan sinds 1981, wil dan zelfs ook wel geslachtsgemeenschap hebben met zo’n Eloha. ‘Ik kan me niets krachtigers voorstellen’, zegt ze met een stralende glimlach.

Binnen de beweging wordt sowieso de vrije liefde gepredikt. Vooral door en voor Raël zelf. In een idyllisch landgoed dat niet voor niets Eden wordt genoemd lopen zijn volgelingen veelal bloot rond en verpozen zich dan met elkaar. Via een spiegel laat hij hen ook naar zichzelf kijken. Naar hun naakte lichaam, hun eigen anus in het bijzonder. De Franse Messias – niet Jezus zelf, maar zijn broer – wil er ondertussen ook voor zorgen dat al zijn volgelingen straks het eeuwige leven krijgen. Althans, dat doet zijn eigen wetenschapster Brigitte Boisselier, die in deze vlot gesneden miniserie, overtuigd en ook kwetsbaar, tevens acte de présence geeft. Want zij kan dus klonen en zou met hun bedrijf Clonaid in een laboratorium daadwerkelijk – hoax alert! – een baby hebben gecreëerd: Eva.

En wie stapt daar, ruim twintig jaar later, in de laatste aflevering van Raël: La Prophète Des Extraterrestres (Engelse titel: Raël: The Alien Prophet, 180 min.) het beeld in? Juist: (niet) de jonge vrouw, die als bij Goddelijke beschikking, van Raël dus, is vernoemd naar het allereerste exemplaar van haar soort. Verder laten de documentairemakers Antoine Baldassari en Manuel Guillon nu eens niet een hele stoet gefrustreerde oud-sekteleden aan het woord. Ze geven in eerste instantie alle ruimte aan Raëls blijmoedige volgelingen, die het weldadige archiefmateriaal voorzien van een veelal positivistische boodschap. Gaandeweg sluipt er, via de bijdragen van wetshandhavers, journalisten en critici, alleen toch argwaan binnen in het paradijs: is hun almachtige leider dan toch een charlatan?

Een slinkse fraudeur, machtswellusteling, aandachtzoeker en seksmaniak, met een voorliefde voor veel te jonge meisjes? Dat beeld begint zich uiteindelijk toch af te tekenen – en blijkt Raël toch weer gewoon een variant op het archetypische personage van de sekteleider. De man zelf, inmiddels een goeiig ogende grijsaard met een strohoed, heeft enkele jaren geleden al eens uitgebreid zijn verhaal gedaan in de documentaire The Prophet And The Space Aliens (2020) en komt in deze smakelijke vierdelige serie pas tegen het slot daadwerkelijk aan bod. En dan blijkt hij – inderdaad géén man voor pak ‘m beet een veertigurige werkweek, enkele kleinkinderen en een favoriete voetbalclub – nog altijd zéér rolvast. Al zet hij zijn eigen verhaal tegelijkertijd nog eens goed op zijn kop.

The Velvet Queen

Periscoop Film

De pijn verbijten, de tijd vergeten en nooit twijfelen of je krijgt wat je verlangt. Dat is kortweg, in de woorden van de Franse romanschrijver en rasavonturier Sylvain Tesson, de attitude van zijn reisgenoot in The Velvet Queen (originele titel Les Panthère Des Neiges, 92 min.). Natuurfotograaf Vincent Munier heeft Tesson meegenomen naar het Tibetaanse hoogland. In dat adembenemende decor, op duizenden meters hoogte en in ijzige kou, hopen ze samen een sneeuwluipaard te betrappen.

Tijdens hun wekenlange voettocht praat de fotograaf zijn metgezel fluisterend bij over de dieren die ze ontwaren: antilopen, blauwschapen, yaks, Tibetaanse vossen of blauwe beren. Samen verbazen ze zich over deze majestueuze wereld, waarin de mens niet meer is dan een voetboot. De heilige graal, zo’n ongrijpbaar luipaard, blijft vooralsnog echter buiten (camera)bereik. ‘Waar is mijn kameraad naar op zoek?’ vraagt Tesson, die als verteller fungeert, zich ondertussen af. ‘Rondsnuffelend tussen de rotsen met zijn verrekijker.’ Munier zegt dat hij vooral de schoonheid van de natuur wil vieren. Hij is er niet op uit om de onvolkomenheden daarvan bloot te leggen.

Die houding, vervat in een ontzag voor al wat leeft of geleefd heeft, geeft hun queeste – en daarmee ook deze film – een groots en filosofisch karakter. Waarbij de twee mannen steeds die ene zin in hun achterhoofd houden: Big Brother is watching you. Misschien zien wij het dier dat we zoeken niet, maar dat ziet ons wel degelijk. Illustratief daarvoor is de intrigerende foto van een valk die de Franse fotograaf tijdens een eerdere reis naar Tibet heeft gemaakt. Is dat werkelijk een sneeuwluipaard dat hem vanachter die rotspartij gadeslaat? Of is het toch een zinsbegoocheling?

Munier en Tesson gebruiken alles wat ze hebben om het mythische dier alsnog te vangen. Ze plaatsen bijvoorbeeld op strategische plekken kleine, gecamoufleerde cameraatjes, in de hoop zo een glimp van een sneeuwluipaard te kunnen opvangen. Dat streven naar een ogenschijnlijk vrijwel onbereikbaar doel drijft deze magnifieke documentaire van Marie Amiguet, waarin de vergezichten van Tesson en Munier, het weldadige decor en de prachtige soundtrack van Warren Ellis, gemaakt in samenwerking met Nick Cave, op een glorieuze manier versmelten. Via deze ontzagwekkende wereld laat The Velvet Queen de mens zien zoals hij werkelijk is: een nietig wezen, dat ongegeneerd begeesterd en ontroerd kan, mag én moet raken door al wat hem omgeeft.