De Platoschool

BNNVARA

‘De schedelinhoud van John geleek wel eener ballon toen hij leuk op de trappen wat keet stond te trappen’! leest Thecla Gijsbertsen voor uit het boekje Hoofdmeesterlijke Straflimericks. ‘Nou schrijven, John. Zonder pardon.’ Het versje roept herinneringen op aan haar jaren op De Platoschool te Amsterdam. Wanneer je als kind stout was geweest, dichtte een leerkracht enkele regels over je. Die moest je vervolgens honderd keer overschrijven.

‘Wij zouden uitgroeien tot bijzondere mensen met een hoog bewustzijnsniveau’, omschrijft Yara Hannema het idee achter de basisschool. ‘Althans, volgens het ideaal. Want na enige tijd ging er iets goed mis.’ In 1996 kwam De Platoschool (55 min.), dertien jaar eerder opgericht door leden van de School Voor Filosofie, ernstig in opspraak toen de jeugd- en zedenpolitie onderzoek ging doen naar mishandeling van leerlingen door leerkrachten. ‘Nu ik zelf moeder ben geworden wil ik weten wat er is gebeurd met de idealen van mijn jeugd’, zegt Hannema in deze boeiende persoonlijke film, waarmee ze vat hoopt te krijgen op een verleden, waarin ze zich lang niet altijd ‘het uitverkoren kind’ voelde.

Daarvoor gaat ze in gesprek met haar eigen ouders. Na een reis naar India zochten zij voor hun kinderen een school die aansloot bij hun spirituele en filosofische gedachtegoed. Op De Platoschool stonden echter ook, zonder dat zij het echt doorhadden, orde en tucht hoog in het vaandel. Kinderen moesten bovendien allerlei extra vakken doen. ‘Daar hebben jullie nooit spijt van gehad volgens mij’, zegt Paul van Oyen, oprichter van de School Voor Filosofie. De kwaliteit van onderwijs was hoog, beaamt Hannema, maar tegen welke prijs? ‘Ik heb niet de indruk dat de leerlingen van De Platoschool rondlopen als grote mislukkelingen’, kaatst Van Oyen de bal direct terug. ‘Integendeel!’

De oud-leerlingen die de filmmaakster spreekt zijn alleen aanzienlijk minder enthousiast. Sommige ervaringen op De Platoschool dragen ze tientallen jaren later nog altijd met zich mee. Ook enkele voormalige leerkrachten zijn zelfkritisch. Annie van de Belt vindt bij nader inzien dat er toch wel erg veel aandacht was voor: je moet leren luisteren. Één van haar collega’s heeft zich later zelfs opgeworpen als klokkenluider. Met al die verschillende stemmen roept Yara Hannema nu een wereld op, waarin oosterse levensfilosofie en klassieke opvoedingsideeën een ongemakkelijk verbond sloten, waarbij gewone leerlingen zoals zij, letterlijk dan wel figuurlijk, allerlei butsen en deuken opliepen.

Être Et Avoir

Jojo & Georges Lopez / Contact Film

Aan het begin van de 21e eeuw maakten twee films furore in de Nederlandse filmhuizen, die ongetwijfeld ons beeld van Frankrijk danig hebben beïnvloed. Eerst was er in 2001 Jean-Pierre Jeunets verbluffende speelfilm Le Fabuleux Destin d’Amelie Poulain, een speelse, kleurrijke en sprookjesachtige ode aan de romantische versie die je van het land kunt hebben.

Een jaar later volgde de al even hartveroverende documentaire Être Et Avoir (100 min.), Nicolas Philiberts verstilde portret van het Franse platteland. Aan de hand van één onderwijzer en zijn dertien kinderen, in leeftijd uiteenlopend van vier tot en met twaalf jaar, brengt hij het dorpse leven in Saint-Etienne-sur-Usson, een gemeenschap met nauwelijks tweehonderd zielen in de Auvergne, tot leven. 

Terwijl in het openingsshot van deze observerende film enkele boeren in hartje winter hun koeien in een wei proberen te krijgen, kruipen binnen enkele schildpadden door een leeg klaslokaal. Op de vloer ligt een verweesde globe. Het zijn de twee werelden waartussen de plattelandskinderen zich bewegen. Even later begint de school weer en worden ze één voor één opgehaald door een soort buurtbus.

Bij de deur worden ze opgewacht door Georges Lopez, die hen in de rest van het schooljaar geduldig, bedaard en toch vastberaden bij de hand zal nemen. Een vaderlijke meester, die Julien en Olivier hun ruzie laat bijleggen en ze ondertussen laat zien hoezeer ze elkaar kunnen kwetsen, het guitige vierjarige joch Jojo tot volle bloei brengt en zich ontfermt over de kwetsbare Nathalie, die in haar eigen wereld lijkt te leven.

Philibert legt de gebeurtenissen in de klas sec en rustig vast, doorsnijdt ze met scènes van de kinderen thuis en voegt verder alleen zo nu en dan wat muziek toe. Zo ontstaat een kalme, vertederende en zeer succesvolle film over een beschutte kindertijd in ruraal Frankrijk, die en passant het belang van goed onderwijs – en een kundige, betrokken leerkracht – nog maar eens onderstreept. 

Être Et Avoir kreeg overigens nog een vervelend staartje via een rechtszaak tussen Georges Lopez en de makers van de film. Zij zouden hem en de kinderen hebben voorgespiegeld dat het een kleine educatieve documentaire ging worden. Volgens Lopez waren zij als hoofdpersonen er niet van op de hoogte dat ze overal in de bioscoop te zien zouden zijn – en dat die film enkele miljoenen zou opbrengen.

Manifesto

IDFA

Manifesto begint ogenschijnlijk luchtig, met de ochtendrituelen van een nieuwe Russische generatie. Via YouTube-filmpjes en TikToks laten ze de wereld meekijken met hoe zij aan een nieuwe dag beginnen. Zo onschuldig als deze found footage-film begint, zo naargeestig zal ie eindigen, met het voortvluchtige vijftienjarige stel Denis Muravyov  en Katya Vlasova dat, als de politie arriveert om hen in te rekenen, overweegt om er dan maar zelf een einde aan te maken.

Tussendoor heeft regisseur Angie Vinchito – en dat is ongetwijfeld een schuilnaam – een huiveringwekkend beeld geschetst van de wereld waarin Russische jongeren opgroeien. Zeker op school heerst een klimaat van tucht en intimidatie, tonen ze zelf feilloos aan met stiekem gemaakte filmpjes. Leerkrachten schreeuwen, kleineren en delen zo nodig zelfs een klap uit. Intussen wordt een ‘traditioneel’ gedachtegoed uitgedragen. ‘Een vrouw moet klaar zijn voor seks als haar echtgenoot daar zin in heeft’, zegt een oudere docente bijvoorbeeld. ‘Niet, beste dames, als wij het willen, maar als onze mannen ’t willen.’

Gaandeweg wordt Manifesto (69 min.) steeds grimmiger. Bij sommige evacuaties, waarbij het alarm de naargeestige soundtrack verzorgt, hebben scholieren geen idee of het een oefening betreft of, gewoon, echt is. Niet veel later kan daarover geen misverstand bestaan: een schutter trekt moordend door het schoolgebouw. Hij blijkt niet de enige: op het politiebureau licht menige (potentiële) dader van een ‘school shooting’, vaak vergezeld van zijn ouders, rustig de motieven voor zijn daad toe.

Ook politiek is nooit ver weg. Een meisje met uitgelopen mascara vertelt huilend hoe een docent haar, vanwege onwelgevallige politieke ideeën, wil gaan rapporteren bij de autoriteiten. Andere tieners vertellen hoe ze zijn gearresteerd na deelname aan een bijeenkomst voor oppositieleider Aleksej Navalny, die zelf ook alweer enige tijd achter slot en grendel zit, of offreren deemoedig hun excuses aan de autocratische Tsjetsjeense leider Ramzan Kadyrov, die ze blijkbaar hebben gegriefd.

Met een zorgvuldig geconstrueerd labyrint van ik-beelden bouwt ‘Vinchito’ zo een onrustbarend narratief over een natie die nieuwe generaties verminkt het leven instuurt. Met als verpersoonlijking daarvan de middelbare scholieren Denis en Katia, die bekendheid verwerven als een live streamende variant op Bonnie en Clyde en de film, in afwachting van een Quick Reaction Force van de Russische overheid, een leverstoot van een einde bezorgen.