Bobby Sands: 66 Days

Fine Point Films & Cyprus Avenue Films

Op 1 maart 1981, dag 1 van de hongerstaking, weegt hij 64 kilo. Zijn lichamelijke toestand wordt in de officiële rapportage omschreven als ‘satisfactory’. 65 Dagen later, op 5 mei 1981, sterft Bobby Sands, een toonaangevende figuur in het illegale Irish Republican Army (IRA) die behandeld wil worden als een politieke gevangene, in de Maze-gevangenis in Long Kesh. Hij heeft al enkele dagen zijn zicht verloren en is buiten bewustzijn geraakt.

Beelden zijn er nauwelijks van ‘s mans eenzame strijd tegen het leven, om de Republikeinse zaak, bevrijding van Noord-Ierland uit het Verenigd Koninkrijk, te dienen. De Britse autoriteiten hoopten zo wellicht – tevergeefs, natuurlijk – Sands’ status als IRA-martelaar in te dammen. Voor Bobby Sands: 66 Days (110 min.) heeft regisseur Brendan J. Byrne dus de cel laten nabouwen van zijn protagonist, die ondanks zijn gevangenschap enkele weken eerder is gekozen als parlementslid. Deze cel fungeert als decor voor de steeds terugkerende rapportages over zijn lichamelijke gesteldheid. En die worden weer vergezeld door persoonlijke geschriften van Sands, ingelezen door Martin McCann.

Dag 15 bijvoorbeeld, als de film bijna een half uur onderweg is. 15 maart 1981: Bobby Sands weegt dan 57,5 kilo, zijn fysieke toestand is desondanks nog steeds ‘satisfactory’. ‘Zo nu en dan voel ik de natuurlijke behoefte om te eten, maar het verlangen naar het einde van de opgave voor mijn kameraden en de bevrijding van mijn volk is zoveel groter’, schrijft de 27-jarige activist uit Rathcoole dan, te midden van verhalen over zijn eenzame strijd van voormalige celmaten en bewaarders in het zogenaamde H-Block van Long Kesh. ‘Ze zullen ons niet criminaliseren, beroven van onze werkelijke identiteit of depolitiseren. Nooit mogen ze onze vrijheidsstrijd delegitimeren!’

Deze film uit 2016, ingekleurd met animaties en een sferische soundtrack, wil echter meer zijn dan een aangrijpend portret van het gezicht van ‘The Troubles’ en plaatst Sands en de bloedige periode waarvan hij een symbool is geworden in hun historische en maatschappelijke context. Byrne neemt daarnaast de tijd om in te zoomen op thema’s als geweldloos verzet, de impact van martelaren en het belang van iconische beelden daarbij. Zo ontstaat een krachtige, gelaagde vertelling over hoe zelfopoffering een machtig wapen kan worden in een gevecht dat anders nauwelijks is te winnen. Er is alleen een man met een ijzeren wil nodig die bereid is om alles te offeren voor zijn ideaal.

‘Sands was een speler in een tragisch drama’, stelt de Ierse historicus Jack Foster. ‘Net als Hamlet probeerde hij de schrijver van zijn eigen verhaal te zijn, maar in werkelijkheid voerden Bobby Sands en de hongerstakers een script uit dat allang was geschreven.’ In 1981 zouden er overigens nóg negen IRA-strijders sterven in Long Kesh. Zij hebben echter nooit de mythische status gekregen van de allereerste: Bobby Sands.

John Lennon: Murder Without A Trial

vanaf 6 december op Apple TV+

Een ‘journey into the mind of a killer’, belooft verteller Kiefer Sutherland bij aanvang van John Lennon: Murder Without A Trial (118 min.), een driedelige docuserie van Nick Holt over de geruchtmakende moord op de voormalige Beatle op 8 december 1980. De serie begint echter met een minutieuze reconstructie van John Lennons laatste uren en de dood die de wereld schokte, waarbij de persoonlijkheid van de verdachte, Mark David Chapman, nauwelijks aan de orde komt.

Holt heeft daarbij de beschikking over een indrukwekkende collectie ooggetuigen, die vaak voor het eerst in de openbaarheid treden: een radioproducer (die Lennon op z’n sterfdag interviewde, zijn eerste vraaggesprek in vijf jaar), Lennons producer Jack Douglas (die op de dag zelf zijn allerlaatste studio-opnamen begeleidde en zich nog altijd schuldig voelt dat hij hem alleen thuis heeft afgezet en niet is meegelopen tot aan de deur) en de portier van het Dakota Building waar Lennon woonde met zijn partner Yoko Ono (die buiten een vreemde handtekeningenjager ontwaarde en aansprak).

Verder komen in de eerste aflevering ook een taxichauffeur (die Chapman naar de plaats delict vervoerde), zijn collega (die ooggetuige was van de vijf schoten die werden afgevuurd op Lennon), de conciërge van het gebouw (die de gevierde muzikant in doodsnood opving en naderhand bedekt was met zijn bloed), de eerste politieagenten ter plaatse (die de moordenaar in de boeien sloegen), de verpleegkundigen en arts van de Eerste Hulp van het Roosevelt Hospital (die Lennon probeerden te reanimeren) en de New Yorkse rechercheur (die de verdachte als eerste moest gaan ondervragen).

In deel 2 komt dan de ‘killer’ in beeld, die bij zijn aanhouding een kopie van J.D. Salingers klassieke roman The Catcher In The Rye omhoog hield. ‘Weet je wel wat je hebt aangericht’ vraagt politieagent Tony Palma hem even later. Hij kan zich de respons nog woordelijk herinneren. ‘Ja, ik heb mezelf gedood, want ik ben John Lennon.’ Palma moet zich volgens eigen zeggen bedwingen om hem niet het raam uit te gooien. Later zegt Chapman, in geluidsopnamen van zijn verhoren, dat hij na de moord in Holden Caulfield, de getormenteerde hoofdpersoon van The Catcher In The Rye, zou veranderen.

Is deze man toerekeningsvatbaar? luidt dan de vraag voor de slotaflevering. Openbaar aanklager Kim Hogrefe is overtuigd van wel. Hij weigert nog altijd om diens naam uit te spreken, overtuigd dat het Chapman om de roem te doen was. ‘s Mans verdedigingsteam houdt echter staande dat hij krankzinnig is en niet in staat om berecht te worden. En dan zet deze docuserie eindelijk helemaal in op het nader onderzoeken van wie Mark David Chapman nu eigenlijk is, bijvoorbeeld met zijn ex-vriendin Jessica Blankenship. Zij kan getuigen over ’s mans innerlijke demonen en inzinkingen.

Trefzeker en relatief sober schetst deze miniserie zo een indringend beeld van de achtergronden bij de moord op John Lennon, een wereldwijd icoon dat ten prooi valt aan de wanen van een dolende geest. Lennons wake in het New Yorkse Central Park wordt overigens bijgewoond door een man, die de commotie met bijzondere interesse heeft gevolgd. John Hinckley Jr. heeft ook een exemplaar van The Catcher In The Rye, een ongezonde liefde voor actrice Jodie Foster én snode plannen met de nieuwe Amerikaanse president, die hij enkele maanden later ook ten uitvoer zal brengen.

Descendant

Netflix

Er mag niet over worden gepraat. En toch moet het verhaal levend worden gehouden. Ruim 150 jaar leidt het tragische verhaal van de Clotilda vooral een fluisterend bestaan. Het slavenschip is in april 1860 vanuit Dahomey, het huidige Benin, vertrokken naar Plateau in de zuidelijke Amerikaanse staat Alabama. Aan boord verblijven 110 ‘geïmporteerde Afrikanen’ die zijn besteld door de lokale zakenman Timothy Meaher. Hij vraagt kapitein William Foster om het schip na de aflevering te verbranden en te dumpen in de lokale Mobile River, zodat ze later kunnen doen alsof de Clotilda, het allerlaatste slavenschip dat ooit in de Verenigde Staten is aangemeerd, nooit heeft bestaan.

Dat is echter buiten Kamau Sadiki van het Slave Wrecks Project gerekend. Met een multidisciplinair team wil hij het wrak in 2018 gaan opsporen en zo tastbaar bewijs vinden voor het beladen verleden van de zwarte gemeenschap van Plateau, alias Africatown, dat inmiddels volledig van karakter is veranderd. De familie Meaher woont er echter nog altijd. Met hun onderneming Chippewa Lakes verhuren de erfgenamen van Timothy bovendien grond aan allerlei ernstig vervuilende bedrijven die kanker en andere ziektes zouden hebben veroorzaakt. In het bijzonder bij – om de cirkel rond te maken – de afstammelingen van de Clotilda.

Daarmee lijken alle pionnen op het bord te staan voor een verhitte strijd in Descendant (110 min.). Regisseur Margaret Brown wil echter niet zomaar ‘the blame game’ spelen. De vondst van het schip brengt vooral lastige, maar noodzakelijke gesprekken op gang, die genuanceerd worden afgewikkeld. Mag er van de Clotilda bijvoorbeeld een toeristische attractie worden gemaakt? En zo ja, voor wie zijn dan de revenuen? Hebben de nazaten van het slavenschip recht op herstelbetalingen? Leidt dat automatisch, ruim anderhalve eeuw na dato, tot zoiets als gerechtigheid? En moeten Timothy Meahers erven daar dan een rol in spelen? Hun huidige welstand stoelt immers voor een belangrijk deel op wat hun voorvader ooit verdiende aan de geïmporteerde Afrikanen.

Deze delicate documentaire is doorsneden met voorgelezen fragmenten uit het boek Barracoon waarin de zwarte schrijfster Zora Neale Hurston in 1931 het leven optekende van Cudjo Lewis, de laatste overlevende van de Clotilda. Het heeft maar liefst tot 2017 geduurd voordat Barracoon daadwerkelijk is gepubliceerd. Het boek en schip brengen in Descendant nu een conversatie op gang over het gezamenlijke verleden en de rol die Afro-Amerikanen hebben gespeeld en krijgen toebedeeld in de Amerikaanse historie. En dat geeft weer een basis voor het samen verder leven, met oog voor ieders rol en positie. Want helen en verzoenen kan niet zonder kennen en erkennen.

Running With The Devil: The Wild World Of John McAfee

Netflix

‘Is McAfee een succesvolle ondernemer die gek is geworden en zijn buurman vermoordde?’ vraagt de hoofdpersoon van Running With The Devil: The Wild World Of John McAfee (106 min.) zich hoogstpersoonlijk af in het vet aangezette intro van deze documentaire. ‘Of is hij de mogelijke redder van Amerika?’ Bij beelden van de populaire talkshow van Larry King, waarin hij zichzelf vervolgens presenteert als presidentskandidaat, gooit John McAfee er nog maar eens een smakelijke oneliner in. ‘Ik wil niemand alcohol, drugs, geweld of krankzinnigheid aanpraten’, zegt hij onderkoeld, als een onvervalste Hollywood-held. ‘Maar bij mij heeft het gewerkt.’

En daarmee is het spel op de wagen voor deze slicke schelmendocu waarin, wederom volgens de Brits-Amerikaanse antivirussoftware-pionier zelf, ‘James Bond meets Scarface, with a little Indiana Jones’. Documentairemaker Charlie Russell is duidelijk in zijn nopjes met zijn larger than life-hoofdpersoon en serveert diens doldwaze lotgevallen uit met de bravoure van een willekeurige blockbuster. Daarmee is hij overigens zeker niet de eerste. In 2017 verscheen bijvoorbeeld het al even smeuïge Gringo: The Dangerous Life Of John McAfee. Toen was de man alleen nog in leven. In 2021 viel definitief het doek voor de voorstelling van de toen 75-jarige durfal.

En dus kan nu de balans worden opgemaakt van een leven dat John McAfee over hoge toppen en door diepe dalen sleurde. Russell is alleen duidelijk niet van plan om een doorwrocht portret te maken, waarin alle bokkensprongen van zijn subject op hun plek worden gezet binnen een geloofwaardig narratief. Hij concentreert zich liever op McAfee’s vlucht uit Belize in 2012, nadat hij daar verdachte werd in een moordzaak. De rouwdouwer nam de wijk naar Guatemala, gevolgd door een cameraploeg. En VICE-verslaggever Rocco Castoro en cameraman Robert King delen nu natuurlijk maar al te graag hun verhaal en claimen zo meteen hun eigen ‘fifteen minutes of fame’.

McAfee’s veelbewogen bestaan wordt daarmee gereduceerd tot het mediaspektakel dat hij er in de laatste jaren willens en wetens van heeft gemaakt. De man daarachter laat zich evenwel nauwelijks zien, ook niet in interviews met zijn toenmalige, ternauwernood meerderjarige, vriendin Samantha Venegas en latere liefde, de voormalige prostituee Janice Dyson. Zoals ook zijn ghostwriter Alex Cody Foster, die waarschijnlijk ook een graantje wil meepikken, vooral sterke verhalen toevoegt, die hij van de ‘bullshitter’ zelf te horen heeft gekregen. Over hoe die de halve wereld heeft gehackt en uit de weg dreigt te worden geruimd door het Sinaloa-drugskartel.

Pas in het laatste deel van de film krijgt McAfee’s eindeloze stroom van zelf veroorzaakte ellende, broodje aap-verhalen en doorgesnoven paranoia iets meer context en duiding. Als er echt wezenlijke dingen uit zijn verleden boven tafel dreigen te komen, dient zich echter meteen een spraakmakende theorie aan. Die is voor een buitenstaander met geen mogelijkheid op waarde te schatten, maar haalt de focus wel weer weg van wat McAfee nu werkelijk heeft gemaakt tot wie hij is. Running With The Devil blijft daardoor steken op het niveau van een lekker trashy realityshow, waarbij de opperfreak tot het bittere eind bereid blijft om alles te doen waarmee hij de aandacht kan vasthouden.

Jodie Foster – Hollywood Survivor

AVROTROS

‘Ik heb altijd in het vak gezeten’, zegt actrice Jodie Foster. ‘Ik kan me m’n leven voor ik ging acteren niet herinneren.’ Als kindsterretje speelde ze in series als Bonanza, Kung Fu en Napoleon And Samantha. En toen moest ze gaan puberen, altijd een gevaarlijke periode voor een jonge actrice in Hollywood. Kon ze de overstap maken naar een volwassen carrière?

Jodie Foster had daarbij bovendien te kampen met Taxi Driver, een bioscoophit waarin ze al op zeer jonge leeftijd een prostituee speelde. Een film ook die ene John Hinckley op haar spoor zette. Hij ontwikkelde een obsessie voor de jonge Jodie, schreef haar talloze brieven en bewees haar vervolgens zijn liefde door in 1981 een (mislukte) aanslag te plegen op de Amerikaanse president Reagan.

Hoe kun je als jonge vrouw, die haar carrière toch al even op pauze had gezet ten faveure van een studie aan de prestigieuze universiteit Yale, dan nog verder? Deze tv-docu van Camille Juza heet echter niet voor niets Jodie Foster – Hollywood Survivor (54 min.). De actrice bleek uiteindelijk een onvervalste Hollywood-heldin. Binnen enkele jaren goed voor twee Oscars bovendien: voor The Accused en The Silence Of The Lambs.

Die tweede film was behalve een kassucces echter ook omstreden. Werden LGBT’ers daarin niet erg negatief voorgesteld? En was dat niet juist pijnlijk omdat Jodie zelf… nou ja, over haar werd gezegd dat ze… weleens lesbisch zou kunnen zijn? Daar sprak ze alleen nooit over. Volgens filmcriticus B. Ruby Rich knoopte Foster al jong een heel eenvoudige les in haar oren voor castings. ‘Als die mannen denken dat je niet met ze neukt, nemen ze je niet.’

Jodie Foster laat zich nog altijd niet uit over zulke persoonlijke kwesties. Ook niet in dit onderhoudende portret, dat door louter secundaire bronnen wordt bevolkt. Geen echte intimi. Wel veel filmfragmenten, B-roll beelden en oude interviews met Foster. En een verteller die van haar leven een gesmeerd lopend verhaal maakt. Geen typisch Hollywood-verhaal misschien, maar wel een verhaal dat zich alleen daar, in Tinseltown, had kunnen afspelen.

My Octopus Teacher

Netflix

Mens en paard. Mens en hond. Enne… mens en octopus. Terwijl hij de weg naar zichzelf probeert terug te vinden, na een fikse burnout, begint de Zuid-Afrikaanse filmer Craig Foster dagelijks te duiken in de Atlantische Oceaan bij Kaap De Goede Hoop. Hij ‘ontmoet’ zo in het kelpwoud een vrouwelijke octopus, waarmee hij geleidelijk een soort lat-relatie opbouwt.

Dat gaat gepaard met zinnenprikkelende beelden van het leven onder de waterspiegel, die op hun beurt worden begeleid door Fosters tamelijk zijige voice-overs. Nadat zijn veelarmige bloedbroeder is verwond door een pyjamahaai, constateert hij bijvoorbeeld met een opmerkelijk gevoel voor zingeving: ‘Het is geweldig om te zien dat er een klein perfect miniatuurarmpje terug groeit. Het gaf me een vreemd soort vertrouwen dat ze dit ongelooflijke probleem kan overwinnen. En het voelde of ik mijn problemen aan het overwinnen was. Op een vreemde manier spiegelden onze levens elkaar.’

My Octopus Teacher (85 min.), juist. Over de lotsverbondenheid tussen mens en (week)dier. Met een inktvis, die bovendien zomaar uit de losse polsen elementaire levenslessen deelt. Dat gekunstelde zweeflaagje kan deze film van Pippa Ehrlich en James Reed eerlijk gezegd wel missen. De gebeurtenissen in het ‘onderwaterbos’, waar eten en gegeten worden aan de orde van de dag zijn, blijken enerverend genoeg. De verwikkelingen rond – flauwe woordgrap-waarschuwing! – Octopussy zijn ook adembenemend mooi vastgelegd en worden met behulp van dik aangezette muziek ook nog eens uitgebouwd tot een soort onderwater-variant op Jaws.

En dan, op een onbewaakt ogenblik, lijkt Foster aan de kant te zijn gezet. ‘Zij’ heeft het met een ander mannetje aangelegd. Octopus en octopus blijkt uiteindelijk toch de beste combinatie. Waarna het mensbeest wordt gedwongen om, verkwikt en gelouterd, zijn eigen leven weer op te pakken.

Foster

HBO

Op de avond voordat haar dochter werd geboren, gebruikte Raeanne cocaïne. Dat komt haar duur te staan: baby Kris’Lyn wordt uit huis geplaatst. Samen met vader Chris moet moeder voor de rechter verschijnen. Het kind, waarvan het de vraag is of het iets heeft opgelopen door Raeannes drugsgebruik, mag bij Chris verblijven. Hij komt alleen wel onder curatele te staan. En zijn vriendin moet afkicken en krijgt een beperkte bezoekregeling.

Terwijl de prille ouders proberen op te krabbelen, ondersteund en gecontroleerd door jeugdzorg, vertellen ze in deze documentaire hun eigen levensverhaal. Dat blijkt uiteindelijk een logische aanloop naar het punt in hun leven waarop ze nu in aanvaring zijn gekomen met de wet of een beroep moeten doen op hulpverlening. En dat geldt eigenlijk voor alle hoofdpersonen van Foster (113 min.), een poignante film van Deborah Oppenheimer en Mark Jonathan Harris over het reilen en zeilen bij de jeugdzorg van Los Angeles.

Één op de acht kinderen in de Verenigde Staten komt in contact met jeugdzorg vanwege verwaarlozing of mishandeling. 400.000 Amerikaanse kinderen en jongeren verblijven in de opvang. Deze documentaire zoekt enkele van hen op in die vermaledijde hoek waar steeds weer de klappen vallen. De achttienjarige tiener Mary bijvoorbeeld, een mooi meisje waarvan je in eerste instantie zou kunnen denken dat ze alles goed voor elkaar heeft. Mary werd echter geboren als drugsbaby en verbleef al op talloze opvangplekken. ‘Waarom gaven al die families me op?’ vraagt ze zich nu af.

Of de zestienjarige Dasani, die regelmatig voor de jeugdrechter moet verschijnen vanwege problemen die hij veroorzaakt in het opvanghuis waar hij op dit moment verblijft. Terwijl de Afro-Amerikaanse jongen wordt gestimuleerd en gedwongen om zijn leven te beteren, is er nog altijd dat ene onverwerkte familietrauma. Zou erover rappen helpen? En lukt het hem uiteindelijk om zichzelf op de rit te krijgen en tegelijkertijd dat achterstallige onderhoud weg te werken?

Oppenheimer en Harris spreken en portretteren niet alleen de kids zelf, maar ook de advocaten, hulpverleners, belangenbehartigers, deskundigen en reclasseringsmedewerkers om hen heen. Mensen met het hart veelal op de goede plek, zoals de voormalige Mom USA Earcylene Beavers, die al tientallen jaren zogenaamde probleemkinderen opvangt, en de betrokken jeugdzorgmedewerker Jessica Chandler. Zij werkt tegenwoordig bij de instantie waarop ze ooit zelf als verwezen tiener was aangewezen.

Foster is een optimistische film en wil dat ook duidelijk zijn. Dat laat onverlet dat het (net als in ons eigen land overigens, getuige bijvoorbeeld de veelbesproken documentaire Alicia) gaat om bijzonder weerbarstige problematiek, die bovendien een duidelijke relatie heeft met al even hardnekkige maatschappelijke kwesties als armoede, gebroken gezinnen en onleefbare wijken. Gezamenlijk staan de jongeren en hun entourage daarom voor een enorme opdracht: hoe houd je in zo’n leefomgeving, soms tegen beter weten in, zoiets elementair menselijks als hoop levend?

The Clinton Affair

A&E

Via het verleden kun je het heden begrijpen. Zo maakte de Oscar-winnende documentaireserie O.J.:Made In America enkele jaren geleden de historische context van de Black Lives Matter-beweging inzichtelijk. De zesdelige serie The Clinton Affair (300 min.), over de buitenechtelijke relatie die de Amerikaanse president Clinton halverwege de jaren negentig had met een Witte Huis-stagiaire, schildert al even overtuigend de voorgeschiedenis van het Trumpisme, #metoo en Russiagate.

Het is een klassieke scène geworden. Bill Clinton kijkt recht in de camera. ‘I did not have sexual relations with that woman’, klinkt het ferm. Hij neemt een korte pauze, alsof hij moeite moet doen om zich haar naam te herinneren, en dropt dan de naam die voor eeuwig aan hem verbonden zal blijven: ‘Miss Lewinsky’. Hij vervolgt: ‘I never told anybody to lie. Not a single time. Never! These allegations are false. And I need to go back to work for the American people.’

We weten allemaal hoe het verder zal lopen: Clinton moet toegeven dat hij er een geheel eigen definitie van een seksuele relatie op nahoudt en dat hij wel degelijk een verhouding heeft gehad met ‘that woman’. Het feit dat hij daarover heeft gelogen, en de suggestie dat hij ook Lewinsky zou hebben aangezet om te liegen, leidt tot een afzettingsprocedure. Van een impeachment van de populaire Democratische president zal het echter nooit komen.

Deze fascinerende serie van Blair Foster reconstrueert de seksuele en politieke affaire nauwgezet met enkele belangrijke spelers, zoals openbaar aanklager Ken Starr, Paula Jones (die Clinton eerder al beschuldigde van aanranding), de conservatieve literaire agent Lucianne Goldberg (die belastende telefoongesprekken van Lewinsky in de openbaarheid bracht) en – de grootste troef – Monica Lewinsky zelf. Een vrouw van halverwege veertig inmiddels, die openhartig en (zelf)kritisch terugkijkt op de kwestie die altijd aan haar zal blijven kleven.

In de aftiteling van The Clinton Affair schitteren twee namen vanzelfsprekend door afwezigheid: Bill en Hillary Clinton. Zij hebben niets te winnen bij het opnieuw oprakelen van een oud schandaal, dat volgens Hillary eerst en vooral ‘a vast right-wing conspiracy’ was. ‘Het probleem met het onderzoeken van de Clintons is dat ze zich gedragen alsof ze schuldig zijn’, stelt Solomon Wisenberg, een lid van Ken Starrs team dat het echtpaar destijds onder de loep nam. ‘Of ze nu schuldig zijn of niet.’

Ook Monica Lewinsky’s diabolische vertrouwelinge Linda Tripp ontbreekt helaas in de serie. Zij is het die Goldberg het geheim influistert van Lewinsky’s jurk, waarop een spermavlek van Clinton zou zitten. De literaire agent waarschuwt haar nog: ‘Je moet bereid zijn om haar te verliezen als vriendin.’ Tripp: ‘Dat besluit heb ik al genomen.’ Goldberg adviseert haar vervolgens om haar telefoontjes met Lewinsky op te nemen en speelt het verhaal daarna door aan een journalist van The Washington Post.

De opgenomen en uitgeschreven telefoongesprekken tussen Linda Tripp en Lucianne Goldberg getuigen van een enorm cynisme. Voor het beschadigen van ‘The Big Creep’ is alles geoorloofd, inclusief het misbruiken van het vertrouwen van Tripps naïeve vriendin Lewinsky, die vervolgens wordt blootgesteld aan slutshaming avant la lettre. Zij is de onbetwiste protagonist van deze serie. Dit is in essentie haar verhaal (en dat van haar ouders, die ook aan het woord komen), dat werd opgetekend tijdens twintig uur interview.

The Clinton Affair bevat bovendien een schat aan bijzonder archiefmateriaal, bijvoorbeeld van een bezoekje van Monica en haar vader en stiefmoeder aan Clinton in het Witte Huis, inclusief het maken van de verplichte groepsfoto. Of beelden van een jonge versie van Trump-medewerker Kellyanne Conway, die als opiniemaker van Fox News de regering Clinton ervan beschuldigt dat ze alles ontkent en criticasters belastert. Ook dat oogt onwerkelijk. Het is immers Conway die bijna twintig jaar later hoogstpersoonlijk de term ‘alternative facts’ zal munten.

Deze zesdelige televisiedocu is duidelijk meer dan een naargeestige trip nostalgia. De parallellen met het tijdperk Trump zijn talrijk. De ‘unfortunate encounters’ die Clinton zou hebben gehad met meerdere vrouwen doen bijvoorbeeld denken aan allerlei #metoo-kwesties, waaronder die rond de huidige president. Die wacht op zijn beurt misschien eveneens een impeachmentprocedure als het Russiagate-onderzoek tot dwingende conclusies leidt. En wie zou één van de ‘elves’ zijn geweest, die Hillary’s rechtse samenzwering in stilte juridisch heeft gefaciliteerd? Juist: een man die onlangs het middelpunt was van een gigantisch politiek moddergevecht.

De laag bij de grondse manier waarop de strijd tussen de Democratische president en zijn Republikeinse opponenten wordt uitgevochten en geëxploiteerd lijkt tegenwoordig bovendien gemeengoed te zijn in de (Amerikaanse) politiek. Op een verwrongen manier herhaalt dus ook deze geschiedenis zich.