Rico: Dream Big

Prime Video

Zien we het ongenaakbare vechtsporticoon, de goedlachse Bekende Nederlander en de Hollywood-actieheld in spe ook écht kwetsbaar in deze vierdelige docuserie? Rico: Dream Big (118 min.) probeert in elk geval het complete verhaal te vertellen van Rico Verhoeven.

Allereerst natuurlijk van de vechter Rico Verhoeven, sinds 2013 wereldkampioen kickboksen. Hoe hij samen met zijn vaste begeleidingsteam (hier vertegenwoordigd door onder anderen hoofdtrainer Dennis Krauweel, mental coach Alviar Lima, krachttrainer John van Dijk en manager Karim Erja) alles op alles zet om ook de volgende opponent omver te hoeken of beuken. Vanaf drie maanden voor het gevecht is alles daarop gericht. In de laatste week kruipt het team samen in één huis, het ‘fighter house’, om het alles of niets-gevecht – dat door regisseur Danny Stolker wordt voorgesteld als een schaakwedstrijd, een enigszins versleten metafoor – alvast tot in detail te imagineren.

Dan is er de man Rico Verhoeven: de alleenstaande vader die net zijn relatie heeft zien stuklopen, de entrepreneur die altijd weer nieuwe uitdagingen zoekt (een modelijn of restaurant bijvoorbeeld) en de kerel die geniet van alle aandacht en die er, niet eens stiekem, van droomt om in de voetsporen te treden van zijn jeugdhelden Jean-Claude Van Damme en Bruce Lee. In een geinige scène neuriet Rico op weg naar de filmset van Herrie In Huize Gerri, waarin hij een klein rolletje heeft bemachtigd, niet voor niets het deuntje van de ultieme boksfilm Rocky. Is hij zich bewust van de camera? Feit is dat hij gedurende de serie consequent de boodschap afgeeft dat Hollywood zijn nieuwe podium moet worden.

Tot slot is er het jongetje Rico Verhoeven, kind van een gebroken gezin. Met een moeder die, vanwege verslavingsproblematiek niet voor hem kon zorgen. En een vader met een eigen sportschool, die zijn zoon richting een vechtsportcarrière drilde en die, toen deze loopbaan eenmaal echt op gang kwam, zelf ten prooi viel aan Alzheimer. Dat deel van Rico’s leven wordt opgetekend met moeder Jacqueline Deurloo, oma Annie Verhoeven, zus Nadia Tsouli, oud-gymleraar Rob van Amsterdam en zijn jeugdvrienden John Hasny en Patrick van der Linden. Die jonge jaren zijn in elk geval een ideale voedingsbodem gebleken voor de persoon die hij is geworden: een man die nooit tevreden is – of kan zijn.

Of Danny Stolker met al die verhaallagen ook is doorgedrongen tot de échte Rico Verhoeven? Hij lijkt toch vooral het verhaal te vertellen dat Team Rico van diens leven heeft gemaakt, waarbij een filmcarrière nu de logische volgende stap zou moeten zijn voor de vechtersbaas. Deze miniserie eindigt wat dat betreft ook in stijl: niet met een daverend gevecht, maar met een reflectie op wat hij voor de vechtsport, en het imago daarvan, heeft betekend. In de voorgaande twee uur is de persoon Rico nét vaak genoeg achter het personage Rico vandaan gekropen om de kritische kijker bij de les te houden.

Dick Johnson Is Dead

Netflix

Dick Johnson gaat dood. Net als zijn echtgenote Catie Jo. Sterker: die is al dood. Een heup gebroken en daarna verder in het slop geraakt. Alzheimer ook. Dick wordt op straat verpletterd door een computer die uit het raam valt. Of hij dondert met een genadeloze klap van de trap. Of hij wordt op straat door een werkeman per ongeluk voor zijn kop geslagen met een stuk hout. Of…

‘Het is net Groundhog Day’, zegt hij zelf. Zijn dochter filmt Dick Johnson op weg naar de dood. Ze oefent dat einde alvast met hem, als het ware. Zodat zij, Kirsten Johnson, aan het idee kan wennen, waarschijnlijk. En dus wordt dit in wezen kleine verhaal, van een man die stilaan afscheid moet nemen van het bestaan, op een glorieuze wijze aangekleed met fatale ongelukken en ravissante sequenties, waarin Dicks idee van de hemel (of wat zijn dochter zich daarbij voorstelt) wordt verbeeld.

Als de voormalig psychiater begint te kampen met vergeetachtigheid (‘Ik val uit elkaar’) besluit hij bovendien om zijn huis in Washington te verlaten en bij haar in te trekken in New York. ‘We lijken wel gek’, zegt Kirsten. ‘Maar het probleem is dat ik anders niet bij je in de buurt ben’, meent haar vader. ‘Zo is het’, beaamt zij. ‘Ik ruil dit huis zo in om bij jou te zijn’, zegt Dick met de liefste glimlach van de wereld. ‘Geen twijfel over mogelijk. Daar hoef ik niet over na te denken.’ Kirsten klinkt ontroerd: ‘Dat gevoel heb ik ook.’

‘Soms hebben mensen het gevoel dat het op een bepaald ogenblik niet meer hoeft’, snijdt zij, een kwartier verderop in de film, als hij al lang en breed bij haar inwoont en zienderogen achteruit gaat, een lastig thema aan. ‘Daarvoor hou ik te veel van het leven’, stelt Dick. Kirsten houdt echter aan: ‘Dus je wilt wel blijven leven tot het punt waarop mam was, toen ze niet meer kon communiceren?’ Hij haalt zijn beste glimlach weer voor de dag. ‘Ik denk het wel. Maar je mag me ook euthanaseren. Overleg het eerst even met me.’

Met een lichte toets koersen vader en dochter in deze bijzonder grappige, buitengewoon vertederende en zeldzaam aangrijpende documentaire zo af op een ronduit briljante slotscène. Waarbij op voorhand natuurlijk al vaststond dat deze film maar op één manier kan eindigen: Dick Johnson Is Dead (90 min.).

América

VPRO

‘Je bent heel lief’, zegt América tegen haar kleinzoon Diego, nadat ze hem een kus op zijn voorhoofd heeft gegeven.

‘Nee, jij’, reageert hij.

Intussen heeft ze de camera van Erick Stoll en Chase Whiteside ontdekt, die het tafereel van dichtbij gade slaat. ‘Wat doet hij?’

De jongen lacht: ‘Hij filmt.’

‘Filmt hij alles wat we doen?’

‘En wat we zeggen.’

‘Waarom?’ wil de oudere vrouw weten.

‘Omdat je een ster bent.’

Daar is ze het mee eens. Bijna dan. ‘Een vallende ster.’

Nog niet zo lang geleden is de hoogbejaarde Mexicaanse vrouw América Capdevielle Levas inderdaad gevallen. Uit bed. Buren hoorden haar kermen van de pijn en belden de politie. ‘Ze leek aan haar lot overgelaten’, constateert kleinzoon Diego. Zijn vader Luis, die de oude vrouw onder zijn hoede had, werd vervolgens beschuldigd van verwaarlozing en in de cel gegooid.

Sindsdien verzorgen Diego en zijn broers Rodrigo en Bruno hun grootmoeder. Zelf heeft zij dat nog niet altijd in de gaten. ‘Deze foto is van twintig jaar geleden’, zegt Diego bijvoorbeeld tegen haar als ze samen op de bank zitten. ‘Zo lang?’ reageert de oude vrouw. Ja, beaamt haar kleinzoon. ‘We zijn al twintig jaar vrienden.’

‘Dan is je oma al heel oud nu.’

‘Hoe oud ben jij?’

‘Ik?’ vraagt ze verbaasd.

‘Jij bent mijn oma.’

‘Ik dacht…’, reageert América (73 min.) licht verward.

Diego stelt haar gerust: ‘Dat ben jij.’

Liefdevol begeleiden de drie broers Alvarez Serrano hun oma zo door haar laatste levensfase. Tussen het douchen, ontlasten en naar bed brengen door vinden ze bovendien tijd voor hun gezamenlijke passie, acrobatiek. Als een medewerker van het bureau voor senioren een controle uitvoert, ziet die dat het eigenlijk hartstikke goed gaat.

Gaandeweg slaat de idyllische sfeer in huis een beetje om. Op de achtergrond is er nog altijd de strafzaak tegen de vader van de jongens, die nu al maandenlang in de cel zit. En hoe zit het met hun eigen levens en ambities? Hoe verhouden die zich tot hun onverwachte zorgtaak? Zo krijgt deze kleine, mooie, menselijke film een venijnig kartelrandje, waardoor ie nog eens extra goed binnenkomt.

Vergeten

Henny en Ruud Foppen

‘Er is iets in mijn hoofd dat niet goed is’, zegt de oudere Amsterdammer Ruud Foppen tijdens het ontbijt. ‘En ik laat er ook niets aan doen, aan dat hoofd. Ik kijk wel uit!’ Zijn vrouw Henny is de wanhoop inmiddels nabij: ‘Ze moeten er zo twee opnemen, in plaats van één.’ Haar echtgenoot is thuis eigenlijk niet meer te handhaven, maar je kan zo’n man toch ook niet zomaar het huis uitzetten?

Uiteindelijk wordt opname voor meneer Foppen toch onvermijdelijk. In het verpleeghuis gaat hij zienderogen achteruit. Totdat hij zijn vrouw nauwelijks meer herkent en bovendien waar zij bij is begint aan te pappen met een mevrouw die hij in het tehuis heeft leren kennen. ‘Hou je nog van me, lieverd?’ vraagt Henny tevergeefs. Afscheid nemen doet zo wel heel erg veel pijn. ‘Maar ja, die man kan er ook niks aan doen.’

Het echtpaar Foppen wordt vier jaar lang gevolgd in de klassieke dementiedocumentaire Vergeten (116 min.), waarvoor regisseur Ireen van Ditshuyzen in 1995 een Zilveren Nipkowschijf ontving. Net als de andere hoofdpersonen maken Ruud en Henny Foppen deel uit van het zogenaamde Amstel Project, een onderzoek onder 4000 Nederlandse bejaarden. Neuroloog Cees Jonker en zijn collega’s hopen via hen te kunnen ontdekken wie Alzheimer krijgt en wie niet.

Nick Hobbelman wil z’n steentje bijdragen aan dat onderzoek naar ‘vergeetachtigheid’. Hoewel zelfs het bedienen van de nieuwe televisie zo langzamerhand een onoverkomelijk probleem begint te worden, krijgt de nette heer het woord dementie nog altijd niet over de lippen. Chris Schülein was volgens zijn vrouw Riek altijd het middelpunt van de belangstelling. ‘En nu staat-ie overal naast’, zegt ze. ‘En dat weet-ie zelf zo goed. Dat is zo verdrietig.’

Corrie Sproet, de laatste hoofdpersoon van deze indrukwekkende film over een ziekte die ons allen kan treffen, zit nog in de ontkenningsfase. Ze krijgt geheugentraining in het ‘Douwes Dekkershuis’. Ook haar partner, de goedmoedige Henk Glasius, zal in de navolgende jaren voor godsonmogelijke keuzes komen te staan, met een vrouw die weigert te accepteren dat ze niet meer is wie is en die zeker niet wil horen dat ze thuis eigenlijk niet meer is te handhaven.

Van Ditshuyzen legt het proces dat patiënt en partner, samen en los van elkaar, moeten doormaken van heel dichtbij en toch respectvol vast. Doordat ze hen jarenlang volgt, kan de filmmaakster bovendien echt de ontwikkeling van dementie, een aandoening die uiteindelijk het gehele leven ontwricht, in beeld brengen. Daarmee heeft ze een wezenlijke bijdrage geleverd aan het (h)erkennen van een ziekte waarmee we allemaal op de één of andere manier te maken krijgen.

Vergeten is hier te bekijken.

Mother

EO

Geen overwintering op de Costa Brava voor de bejaarde vrouw Elisabeth Röhner. ‘Mammie’ is permanent op vakantie in Thailand. Althans, dat vertelt de verzorgende Pomm haar. Elisabeth is één van de veertien Europese Alzheimer-patiënten, die 24-uurszorg ontvangen in het zorgcentrum Baan Kamlangchai te Chiang Mai. Drie lokale vrouwen staan permanent tot hun beschikking. Dat betekent voor de alleenstaande moeder Pomm bijvoorbeeld dat ze haar eigen kinderen nauwelijks ziet. Het verdriet daarover kan ze delen met ‘Mammie’. Die is het immers toch weer snel vergeten.

In die eenvoudige anekdote zit de dubbelheid van deze fijne documentaire verpakt. Liefdevol legt de Thaise verzorgende de oudere vrouw in de watten, met een rust, aandacht en oprechte betrokkenheid die haar veel te drukke westerse collega’s nauwelijks meer is vergund. Tegelijkertijd zorgt diezelfde baan ervoor dat Pomms kinderen grotendeels zonder haar opgroeien, ettelijke uren reizen verderop bij haar eigen moeder. Een Mother (82 min.) van professie, die in haar eigen leven dus niet in de gelegenheid is om diezelfde ouderrol naar behoren in te vullen.

Intussen maken de echtgenoot en kinderen van de Zwitserse vrouw Maya Gloor, die al op jonge leeftijd is gaan dementeren, zich op om met hun moeder naar Thailand te vertrekken. Regisseur Kristof Bilsen observeert hoe het gezin Maya begeleidt naar een plek waar er uitstekend voor haar zal worden gezorgd. Een plek aan de andere kant van de wereld, dat wel. Als het afscheid nadert, tijdens het kerstfeest van Baan Kamlangchai, heeft Maya geen idee wat er staat te gebeuren. Ze blijft ogenschijnlijk onaangedaan achter.

Bilsen slaat dat pijnlijke proces van dichtbij gade, zonder er nadrukkelijk over te oordelen. Zijn film zet wel aan tot denken. Over de verhoudingen tussen mensen, tussen arm en rijk. ‘Elke dag, wanneer ik patiënten met deze aandoening zie, denk ik bij mezelf: ze hebben toch geluk’, zegt Pomme bijvoorbeeld, als ze even aan het shoppen is met Maya. Haar patiënten hebben geld genoeg om voor deze persoonlijke zorgverlening te betalen. ‘En dan denk ik: wat ga ik doen als ik ooit zo word?’

Wei

KRO-NCRV

Uiteindelijk vergeet je dat je vergeet. Tot die tijd is het aftakelingsproces ook voor jou onontkoombaar. Je kunt niet meer wat je kon. Je weet niet meer wat je wist. Je bent niet meer wie je was. En daar word je soms pislink van. Dementie, de term kan met geen mogelijkheid vatten wat die verderfelijke ziekte met een mens doet. Totdat de totale ontluistering een feit is.

Met draaiende camera documenteert Ruud Lenssen ruim twee jaar lang hoe zijn ‘pap’ Jac steeds minder op z’n vader gaat lijken. En hoe zijn moeder Ria, die zich kranig weert binnen penibele omstandigheden, daar volgens eigen zeggen ‘vitterig’ van wordt. Het echtpaar beheert een hectare natuurgrond met kippen, een moestuin en pony’s, maar hoe lang kunnen ze dat nog volhouden? In Wei (71 min.) komt het afscheid zienderogen dichterbij.

‘Weet je waar we heen gaan, pap?’ vraagt zoon Ruud als ze onderweg zijn naar nieuwe dagbesteding voor zijn vader. ‘Niet precies’, antwoordt deze. ‘Ik denk daar waar er veel zitten, zoals ik.’ Het is een trieste constatering. Van een man die, ergens, beseft waarnaar hij op weg is. En het begon ooit zo vrolijk en levenslustig, getuige de fraaie beelden van vroeger waarmee zijn zoon deze observerende film doorsnijdt. En Jacs muziek die de documentaire kleur geeft.

Ruud spaart zijn vader niet. Ook als boosheid de overhand neemt en Jac steeds moeilijker te hanteren wordt, blijft hij filmen. Dit resulteert in een buitengewoon intiem portret van een leven in verval. Over een man en zijn verwanten die steeds verder in de hoek worden gedreven. Totdat pijnlijke keuzes onvermijdelijk zijn geworden. Waarna Wei afstevent op een bijzonder ontroerende slotscène, waarin vader en zoon nog eenmaal helemaal samen komen.

Uit Elkaar

Janie (l) en Henk (r) / &Bromet

‘Maar ze is niet lastig, hoor!’ zegt Henk over zijn vrouw Janie, die even verderop een hapje zit te eten. ‘Is ze niet lastig?’ stelt Frans Bromet één van zijn kenmerkende herhaalvragen. ‘Nee hoor.’ Janie heeft intussen de camera ontdekt. Ze kijkt recht in Bromets lens. ‘Ze is gewoon lief nog’, zegt Henk na een ogenblik stilte. ‘Is ze nog lief, ja?’ Henk: ‘Ja, ze geeft me nog een schouderklopje als we gaan wandelen…’ Bromet: ‘Dus jullie huwelijk is nog steeds wel een echt huwelijk?’ ‘Ja hoor, in mijn ogen wel. Ik zou haar niet graag willen missen.’

In het tweeluik Uit Elkaar (100 min.) gaat de nestor onder de Nederlandse camerajournalisten/documentairemakers in gesprek met zes oudere echtparen en hun kinderen, die een weg proberen te vinden door het doolhof dat de ziekte Alzheimer rond hen heeft aangelegd. Het is een typische Bromet-film, gemaakt door Frans en zijn dochter Silvia, waarin de interviews leidend zijn en de cameravoering dienend. Zo vangen ze kleine gesprekjes en scènetjes die samen een veel groter verhaal vertellen. De aankleding is eenvoudig: wat foto’s en enkele riedeltjes stemmige muziek.

Dat is genoeg. Als geen ander weet Bromet toch weer de vinger op de zere plek te leggen. En ondanks dat hij zelf inmiddels ook een gevorderde leeftijd heeft bereikt, is hij zijn gevoel voor waar het op maatschappelijk vlak wringt nooit kwijtgeraakt. In dit geval: kunnen de dementerende en zijn/haar partner, die tegenwoordig als mantelzorger door het leven gaat, ook in de toekomst samen blijven wonen? Vroeger konden echtgenoten meeverhuizen naar het verzorgings- of verpleegtehuis. Tegenwoordig is dat niet meer mogelijk.

Het centrale dilemma, koste wat het kost samen thuis blijven of toch apart gaan wonen, wordt hier door de Bromets pregnant uitgeserveerd. Uit Elkaar is natuurlijk slechts een momentopname. De televisiefilm ontbeert bijvoorbeeld de longitudinale aanpak van de klassieke dementiefilm Vergeten van Ireen van Ditshuyzen, die echt over een langere periode (1991-1994) de onmogelijke dilemma’s van mensen in de herfst en winter van hun leven blootlegde. Deze Bromet-productie voegt daaraan echter wel een actueel element toe, dat iets wezenlijks zegt over de wereld waarin we met z’n allen leven.

Jetske’s Race – Op Weg Naar De Alzheimerpil?

KRO-NCRV

’Alsof er met een enorme guillotine dertig jaar van mijn leven werd afgehakt.’ Zo ervoer de 38-jarige Jetske van der Schaar de mededeling van haar arts dat ze het gen voor erfelijke Alzheimer heeft. Net als haar moeder, oom, opa en diverse andere familieleden. Het lijkt een soort doodvonnis. Jetske zal op jonge leeftijd, waarschijnlijk als ze begin vijftig is, gaan dementeren. Het is ook verpletterend nieuws voor haar broer en zus, die de DNA-test nog niet hebben gedaan.

Nadat ze samen met hoogleraar neurologie Philip Scheltens te gast is geweest in de talkshow Pauw ontwikkelt Jetske zich tot een soort poster girl voor mensen die op jonge leeftijd dementie (gaan) krijgen. In Jetske’s Race – Op Weg Naar De Alzheimerpil? (45 min.) wordt haar persoonlijke relaas verbonden met de pogingen van Scheltens en vakgenoten om een omvangrijk wetenschappelijk onderzoek op te zetten, op zoek naar een medicijn dat (de kwaliteit van) het leven van Jetske en haar lotgenoten kan verlengen.

Deze televisiedocumentaire van regisseur Gisèla Mallant en Frénk van der Linden toont hoe beleidsmakers daarbij steeds weer nieuwe drempels opwerpen. Om eventuele risico’s voor arts en patiënt op voorhand uit te sluiten, zeggen Scheltens en andere pleitbezorgers. Voor Jetske is het getalm van de bureaucraten, die zelf overigens niet aan het woord komen, volstrekt onverteerbaar. Terwijl al die commissies – en uiteindelijk ook minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Hugo de Jonge – zich over hun plannen buigen, treft die ziekte in haar lijf alle voorbereidingen voor z’n lafhartige aanval.