Slachtofferhulp

BNNVARA

‘Weet je wat slachtoffers helpt?’ staat er op een wand in het kantoor van Slachtofferhulp Nederland. ‘Oordeel uit, aandacht aan.’ Die houding wordt in de praktijk gebracht door veertig speciaal daarvoor opgeleide casemanagers. Zij ondersteunen slachtoffers en nabestaanden van een ongeval of misdrijf.

In de vierdelige serie Slachtofferhulp (187 min.) brengt Elena Lindemans dit delicate, belangrijke en soms onmenselijk zware werk in beeld via zes casemanagers en de mensen die zij begeleiden. In situaties waarin de emoties zeer hoog oplopen en hun cliënten soms helemaal de weg kwijt dreigen te raken, proberen zij orde in de chaos te scheppen. Ze kunnen het verschil maken, is de stellige overtuiging van Gré’, één van deze professionele hulpverleners. Maar niet in elke situatie.

Hoe begeleid je bijvoorbeeld een gezin, waarvan de 24-jarige zoon zomaar in hun eigen huis is doodgestoken? Als blijkt dat zijn dode lichaam niet goed is geprepareerd? Als de voorlopige hechtenis van één van de twee vermoedelijke daders vanwege ziekte tijdelijk wordt onderbroken en hij de benen neemt? Of als de advocaat van de verdachten tijdens de rechtszaak de kosten van het schoonmaken van de woning, het wegschilderen van het bloed van hun eigen kind, in twijfel trekt.

Al die tijd staat Sandra aan de zijde van de familie Struijs – al is het ook haar soms zwaar te moede. Zulk werk kun je alleen doen als je zelf in balans bent, laat Lindemans, die eerder de series In de TBS en Een Goede Dood maakte, met een mix van observerende scènes en interviews met de casemanagers zien. Anders wordt de last, ook voor een beroepskracht, te zwaar om te dragen en lukt het niet om cliënten langs onderzoekdossiers, fotoschouwen en slachtofferverklaringen te loodsen.

Als cliënt Claudia in de rechtszaal bijvoorbeeld moet aanhoren hoe haar ex opnieuw de verantwoordelijkheid voor de dood van hun zoontje Livio, slechts 55 dagen oud, probeert af te schuiven en diens advocate later zowaar haar onder vuur begint te nemen, dreigen de stoppen door te slaan bij de Brabantse vrouw. Woedend beent ze naar buiten. En Chantal van Slachtofferhulp probeert haar buiten beeld, mooi gevangen met behulp van een zendermicrofoontje, weer tot bedaren te brengen.

Als hulpverleners mogen zij zich niet laten meeslepen door emoties, stelt haar collega Femke, die zelf twee zeer delicate familiekwesties begeleidt. Ze moeten het proces bewaken. Haar collega Peter staat bijvoorbeeld een ouderpaar bij, dat serieuze twijfels heeft bij de zelfdoding van hun dochter. Heeft de politie haar toxische relatie wel goed onderzocht? Hij verbaast zich daarbij over de veerkracht van mensen, maar weet ook: zolang je niet weet waar je mee verder moet, kun je niet verder.

Via de wisselwerking tussen de casemanagers en hun cliënten, het appcontact dat zij daarover hebben en enkele persoonlijke scènes, waarin de mens achter de hulpverlener even is te zien, toont Elena Lindemans alle facetten van Slachtofferhulp. Het is werk dat ertoe doet, met cliënten die veel vragen – en soms ook keihard eisen. Veel langer dan zeven jaar moet je het eigenlijk niet doen, maar sommige medewerkers kunnen en willen langer door. Omdat hun werk er écht toe doet.

‘Jij hebt echt honderd procent naast mij gestaan’, slaat één van de cliënten de spijker op z’n kop tegen haar begeleider. ‘En dat maakte – want je vertrouwt op dat moment niemand meer – dat ik toch dacht: kijk, er zijn nog wel goede mensen.’

I’m Your Venus

Netflix

De drie Amerikaanse broers Pellagatti zijn in het verkeerde verhaal beland. Joe, John en Louie zouden vast helemaal op hun plek zijn geweest in een film over politiemannen, brandweerlieden of – voor mijn part – Sopranos-achtige ‘wisemen’ uit New Jersey. Door een schokkende gebeurtenis in hun familieverleden zijn de drie no nonsense-mannen van Italiaanse en Puerto Ricaanse afkomst echter in een transtragedie beland: hun zus Venus werd in december 1988 vermoord. En de dader is nooit gepakt.

Venus Xtravaganza (1965-1988) was een transvrouw, die door haar participatie aan de klassieke documentaire Paris Is Burning (1990), een bruisend portret van de New Yorkse ballroom-scene, een ijkpunt in de Amerikaanse transhistorie werd. Óók omdat het dus slecht met haar afliep. Dat gebeurde in die tijd overigens wel vaker: transvrouwen bewogen zich noodgedwongen aan de rafelranden van de samenleving en hielden zichzelf vaak in leven met sekswerk. En dat lukte soms alleen met drugsgebruik.

De drie broers van Venus – de naam die ze bij haar geboorte als jongen heeft gekregen, haar zogeheten ‘deadname’, wordt in deze film van Kimberly Reed nooit genoemd – gaan ruim dertig jaar na dato alsnog op onderzoek uit. Niet alleen naar hoe, waar en door wie ze stierf, maar ook naar wie zij eigenlijk was. In dat kader zoeken ze in I’m Your Venus (84 min.) ook nadrukkelijk contract met vertegenwoordigers van haar andere familie, het House Of Xtravaganza, waar tegenwoordig ‘mother’ Gisele de scepter zwaait.

Joe, John en Louie Pellagatti hebben bijvoorbeeld een ontmoeting met José Disla Xtravaganza, die Venus destijds heeft gekend. Dit gesprek begint buitengewoon stroef. José weet dat hun zus zich niet geliefd voelde door haar familie en legt dat nu op hun bord. ‘Hoe kan ik iets begrijpen waar ik niets over weet?’, reageert Louis, vanuit zijn tenen, maar zeker niet zonder respect. ‘Maar ik begrijp haar pijn omdat ze van ons en haar familie hield. En hoe ze zich gevoeld moet hebben. En dat doet mij ook pijn.’

Dat is ook het aardige van deze film: hier komen daadwerkelijk twee werelden samen, waarbij het verleden niet zomaar wordt gladgestreken. Het vormt tegelijkertijd ook geen onoverkomelijke beletsel richting de toekomst. ‘Ik heb veel dingen gedaan die haar kapot maakten’, bekent oudste broer John bijvoorbeeld tegenover een vriendin van zijn zus, Helen. Als Venus op zijn zoon Mikey oppaste, kreeg ze van John een duidelijke boodschap mee: ‘Als je met hem naar buiten gaat, kleed je dan niet als een vrouw.’

En nu werken ze samen, zulke traditionele mannen en leden van het huis Xtravaganza, aan de nalatenschap van hun gezamenlijke familielid. Kan Venus wellicht een postume naamsverandering krijgen? Dat is nog nooit eerder gebeurd, maar zou haar recht doen. En kan er dan ook gewoon ‘Venus’ op haar grafsteen en overlijdensakte worden gezet? Tegelijk is er nog altijd dat vastgelopen moordonderzoek. Wat heeft dit opgeleverd? En kan dit – en daarover lopen de meningen van de Pellagattis uiteen – worden vervolgd?

Hoewel I’m Your Venus, zeker tegen het eind, soms wel erg Amerikaans wordt, raakt de film ook aan iets heel wezenlijks: hoe het vreemde weer eigen kan worden – ook al was ’t dat feitelijk altijd al. En dat raakt.

Jamal

Videoland

De ene na de andere dreun heeft hij in de voorgaande jaren moeten incasseren. In het najaar van 2020 lijkt Jamal ben Saddik eindelijk klaar voor een titelgevecht met zijn grote rivaal Rico Verhoeven. En dan krijgt de Belgische kickbokser ineens ernstige rugpijn. Bovendien wacht hem een halfjaarlijkse controle in het ziekenhuis om te kijken hoe ‘t staat met de schildklierkanker die hem al tweemaal eerder heeft overvallen.

Daarmee is het leed echter nog niet geleden voor Jamal (120 min.) in deze driedelige serie van Duco Coops, die als maker echt met z’n neus in de boter valt. Ben Saddik heeft al sinds december 2018 niet meer gevochten en moet daarom op een andere manier aan z’n brood zien te komen. De zaak waar de vechter uit de beruchte Antwerpse wijk Borgerhout mobiele telefoons verkoopt, bezorgt hem alleen ook weer de nodige problemen. Totdat de Marokkaanse Belg nauwelijks meer een uitweg ziet.

Ben Saddik wil weer terug de ring in, met een nieuwe trainer bovendien: Mike Passenier, de man die ook Badr Hari groot heeft gemaakt. Samen hebben ze eigenlijk te weinig tijd om hem volledig te prepareren voor een gevecht. Coops stapt met hen in de tunnel die Jamal desondanks een heroïsche overwinning moet bezorgen. Eerst wordt hij in Mike’s Gym in Oostzaan zowel fysiek als mentaal klaargestoomd, daarna volgt in het Arnhemse Gelredome de krachtproef met een imposante opponent.

Dit tweegevecht, de apotheose van de tweede aflevering, krijgt bijna Rocky-achtige allure, waarbij de outsider zowaar de gedoodverfde favoriet lijkt te kunnen vloeren. Duco Coops vangt zowel de dramatische aanloop naar het gevecht, inclusief de ‘stare down’, verbeten peptalks en de tergend lange laatste minuten voordat ze eindelijk de ring in mogen, als de adrenaline van de navolgende kamp, waarbij de twee elkaar beurtelings het licht uit de ogen lijken te gaan slaan en trappen.

Als er te langen leste dan toch een overwinnaar is uitgeroepen, wordt de hoofdpersoon in deze geladen miniserie weer teruggeworpen op zichzelf. Alle anderen, zowel zijn begeleiders als tegenstanders, zijn niet meer dan passanten. Uiteindelijk lijkt Jamal Ben Saddik toch vooral tegen zichzelf te vechten – en de beelden die hij bij anderen, inclusief politie en justitie, oproept over zichzelf. Een eenzamere strijd bestaat er niet.

You Were My First Boyfriend

HBO Max

‘Is dit een eerbetoon of een traumaoefening?’ vraagt de Amerikaanse veertiger Cecilia Aldarondo aan haar zus Laura, terwijl ze samen de videoclip Crucify van Tori Amos, een toonaangevende artiest uit hun tienerjaren, proberen na te spelen. ‘Maar jij bent prachtig’, reageert Laura. Cecilia is niet overtuigd: ‘Ik ben het verkeerde soort mooi.’ Ze probeert haar tranen weg te poetsen. ‘Wat maakt het uit dat je een andere maat hebt?’ probeert haar zus. Cecilia laat zich echter niet van de wijs brengen. ‘Ze noemden me niet voor niets dik.’ Even later liggen de twee alweer in een deuk om al die ‘dunne, saaie mensen’. Cecilia: ‘Als je zo dun bent, waar blijft je ziel dan?’

Eenmaal uitgelachen beginnen de zussen alsnog aan een minutieuze reconstructie van de clip van Tori Amos, die voor hen destijds gold als de belichaming van krachtige vrouwelijkheid. In de egodocu You Were My First Boyfriend (93 min.) roept Cecilia Aldarondo nog meer onuitwisbare herinneringen aan haar tijd als onhandige puber in Winter Park, Florida op. Ze ontmoet bijvoorbeeld de jongen, een kalende man inmiddels, op wie ze jarenlang heimelijk verliefd was, bezoekt een schoolreünie en reconstrueert, terwijl de persoon in kwestie meekijkt, een scène waarin de populaire meisjes van haar school een gezet klasgenootje pesten en zij zelf niet ingrijpt.

Met acteurs en mensen uit haar directe omgeving reconstrueert ze enkele ijkpunten van haar jeugd. De ene keer proest Cecilia ’t dan uit van het lachen, een andere keer is ze tot tranen toe geroerd. Want die tienerjaren waren voor haar, een onzekere puber met wortels in Puerto Rico, bepaald geen onverdeeld genoegen. Ze wilde populair zijn, maar dat lukte maar niet. En van de vriendin die ze wél had – de nerdy Caroline, die nog een sleutelrol zal spelen in deze film – nam ze uiteindelijk afstand. Van het kijken naar Monty Python, praten in filmquotes en naspelen van scènes uit Wayne’s World word je immers ook niet per se een High Class-type.

‘Waarom bewaar ik de dingen die me pijn doen?’ vraagt Cecilia zich nu af. Waarom koester ik niet gewoon de dingen waarop ik trots ben of die me blij maken? Deze particuliere film, die toch ook wel weer herkenbaar is voor iedereen die een onzekere tiener is geweest (en wie was dat niet?), is haar poging om in het reine te komen met de trauma’s van haar jeugdjaren en die een nieuwe plek te geven in het leven dat ze nu leidt als volwassen vrouw. De vorm die ze daarvoor kiest is best origineel, maar wat die nu precies oplevert? Kun je bijvoorbeeld werkelijk een vriendschap leren begrijpen door samen met een actrice enkele herinneringen na te spelen?

In deze verlate teencomedy, aangekleed met signatuursongs van Pearl Jam en Buffalo Tom, natuurlijk wel. Aan het eind van de zoektocht ligt, zoals het hoort bij een Amerikaanse film, een wijze levensles te wachten. En Cecilia Aldarondo neemt die natuurlijk gretig in ontvangst. Waarna ze in de slotscène nog een hommage brengt aan twee van haar favoriete films, Big en Postcards From The Edge.

Rico: Dream Big

Prime Video

Zien we het ongenaakbare vechtsporticoon, de goedlachse Bekende Nederlander en de Hollywood-actieheld in spe ook écht kwetsbaar in deze vierdelige docuserie? Rico: Dream Big (118 min.) probeert in elk geval het complete verhaal te vertellen van Rico Verhoeven.

Allereerst natuurlijk van de vechter Rico Verhoeven, sinds 2013 wereldkampioen kickboksen. Hoe hij samen met zijn vaste begeleidingsteam (hier vertegenwoordigd door onder anderen hoofdtrainer Dennis Krauweel, mental coach Alviar Lima, krachttrainer John van Dijk en manager Karim Erja) alles op alles zet om ook de volgende opponent omver te hoeken of beuken. Vanaf drie maanden voor het gevecht is alles daarop gericht. In de laatste week kruipt het team samen in één huis, het ‘fighter house’, om het alles of niets-gevecht – dat door regisseur Danny Stolker wordt voorgesteld als een schaakwedstrijd, een enigszins versleten metafoor – alvast tot in detail te imagineren.

Dan is er de man Rico Verhoeven: de alleenstaande vader die net zijn relatie heeft zien stuklopen, de entrepreneur die altijd weer nieuwe uitdagingen zoekt (een modelijn of restaurant bijvoorbeeld) en de kerel die geniet van alle aandacht en die er, niet eens stiekem, van droomt om in de voetsporen te treden van zijn jeugdhelden Jean-Claude Van Damme en Bruce Lee. In een geinige scène neuriet Rico op weg naar de filmset van Herrie In Huize Gerri, waarin hij een klein rolletje heeft bemachtigd, niet voor niets het deuntje van de ultieme boksfilm Rocky. Is hij zich bewust van de camera? Feit is dat hij gedurende de serie consequent de boodschap afgeeft dat Hollywood zijn nieuwe podium moet worden.

Tot slot is er het jongetje Rico Verhoeven, kind van een gebroken gezin. Met een moeder die, vanwege verslavingsproblematiek niet voor hem kon zorgen. En een vader met een eigen sportschool, die zijn zoon richting een vechtsportcarrière drilde en die, toen deze loopbaan eenmaal echt op gang kwam, zelf ten prooi viel aan Alzheimer. Dat deel van Rico’s leven wordt opgetekend met moeder Jacqueline Deurloo, oma Annie Verhoeven, zus Nadia Tsouli, oud-gymleraar Rob van Amsterdam en zijn jeugdvrienden John Hasny en Patrick van der Linden. Die jonge jaren zijn in elk geval een ideale voedingsbodem gebleken voor de persoon die hij is geworden: een man die nooit tevreden is – of kan zijn.

Of Danny Stolker met al die verhaallagen ook is doorgedrongen tot de échte Rico Verhoeven? Hij lijkt toch vooral het verhaal te vertellen dat Team Rico van diens leven heeft gemaakt, waarbij een filmcarrière nu de logische volgende stap zou moeten zijn voor de vechtersbaas. Deze miniserie eindigt wat dat betreft ook in stijl: niet met een daverend gevecht, maar met een reflectie op wat hij voor de vechtsport, en het imago daarvan, heeft betekend. In de voorgaande twee uur is de persoon Rico nét vaak genoeg achter het personage Rico vandaan gekropen om de kritische kijker bij de les te houden.

Fear City: New York Vs. The Mafia

Netflix

Bonanno, Colombo, Gambino, Genovese en Luchese. De namen spreken nog altijd tot de verbeelding. Ooit maakten deze vijf illustere maffiafamilies de dienst uit in New York. Ze waanden zich onaantastbaar. Tótdat de FBI begin jaren tachtig besloot om ‘the mob’ echt met wortel en tak uit te roeien – of op z’n minst een héél gevoelige slag toe te brengen. Niet alleen de soldaten en kapiteins zouden eraan moeten geloven, ook hun onverstoorbare bazen. Maar hoe grijp je mannen in de kraag, die er altijd voor zorgen dat ze zelf geen vuile handen maken?

In de driedelige docuserie Fear City: New York Vs. The Mafia (154 min.) reconstrueert Sam Hobkinson met voormalige mobsters, speciale agenten van de FBI én voormalig crimefighter Rudy Giuliani (die zelf tegenwoordig dienst doet als een soort consigliere van Donald Trump) hoe de maffia in de tweede helft van de twintigste eeuw als een parasiet vrijwel de gehele samenleving ziek had gemaakt en hoe politie en justitie zich vervolgens met afluisterapparatuur en informanten toegang probeerden te verschaffen tot de bedorven kern van die parasiet: de zogenaamde Commissie, bestaande uit de vijf familiebazen.

Spannend geënsceneerde en uitgelichte interviews met talloze direct betrokkenen, die graag nog eens terugblikken op hun rol in het kat- en muisspel, vormen de kern van dat relaas. Hobkinson, die eerder de witte boorden-thriller The Kleptocrats regisseerde, brengt deze gesprekken tot leven met een slimme combi van authentiek archiefmateriaal en nieuwe illustratiebeelden, bandopnamen van maffiose gesprekken, straffe vormgeving en dampende soul- en funkmuziek. Alsof die hele operatie, gericht op een stel volbloed gangsters die zo leken te zijn weggelopen uit The Godfather, Goodfellas of The Sopranos, toch ook een heel coole onderneming was.

Fear City wordt zo een levendige vertelling over de totale verwevenheid van onder- en bovenwereld in New York, waarbij zijdelings ook nog een zekere vastgoedman uit die stad komt bovendrijven, en de pogingen van enkele gedreven G-mannen om de hele boel te ontwarren, de betrokken georganiseerde misdaad-organisaties definitief te ontmantelen en de leiders ervan heen te zenden met een enkeltje gevangenis. Zo gemakkelijk gaven beruchte mannen van eer als Fat Tony, John Gotti en Big Paul Castellano zich echter niet gewonnen. Voordat ze zich voor de rechter hoefden te verantwoorden, was er al een maffia-oorlog uitgebroken.

In het najaar van 2023 is er een soort vervolg op Fear City uitgebracht: Get Gotti.

Mucho Mucho Amor: The Legend Of Walter Mercado

Netflix

Wat je ziet, vraag je niet in Puerto Rico. Bij Walter Mercado, de flamboyante televisie-astroloog waarmee hele generaties Latino’s opgroeiden, was van alles te zien. Maar er werd niet naar gevraagd of over gesproken. Ook niet door Mercado zelf. Hij liet zijn seksuele oriëntatie altijd onbenoemd. Terwijl die er toch echt duimendik bovenop lag.

De inmiddels hoogbejaarde hoofdpersoon van Mucho Mucho Amor: The Legend Of Walter Mercado (96 min.), die nog altijd oogt als een soort doldwaze kruising van Liberace, Willen Ruis en Jomanda, blijft zwijgen. ‘Bedoel je dat je maagd bent?’ wagen Cristina Constantini en Kareem Tabsch, de makers van deze film, toch weer een poging. ‘De enige in de stad’, antwoordt Mercado lachend.

Hij maakt zich er steeds met een grapje vanaf. Of die 06-lijn met advies van helderzienden misschien oplichting was? ‘Ze kregen altijd inspirerende woorden of motivatie’, klinkt het gelikt. En of hij nu eigenlijk met pensioen is? Welnee. ‘Ik sterf in het harnas’, zegt de man die al zeker tien jaar weg is uit het publieke domein. ‘Ik ben twintig jaar en begin aan een nieuwe reis in het leven van een held.’

En zo krijgt de androgyne hoofdpersoon steeds alle ruimte om zijn façade op te houden. Deze film is daardoor eerder een (glad en flinterdun) portret van het fenomeen Walter Mercado dan van de persoon die deze verbergt. Want wie er nu werkelijk schuilgaat achter die make-up, opzichtige capes en grote gebaren? Ook dat staat vast in de sterren geschreven.

After Maria

Netflix

Volgens Donald Trump moeten de inwoners van Puerto Rico niet zo zeuren. Bijna anderhalf jaar nadat orkaan Maria, op 17 september 2017, het halve eiland verwoestte, tweette de Amerikaanse president op karakteristieke wijze: ‘Puerto Rico got 91 Billion Dollars for the hurricane, more money than has ever been gotten for a hurricane before, & all their local politicians do is complain & ask for more money. The pols are grossly incompetent, spend the money foolishly or corruptly, & only take from USA….’

De inwoners van het eiland, officieel onderdeel van de Verenigde Staten, weten wel beter. Een groot deel van Puerto Rico’s bewoners zit, bijna twee jaar nadat Maria hun huis en bezit wegspoelde en enkele duizenden dodelijke slachtoffers maakte, nog altijd zonder woning en/of elektriciteit of is noodgedwongen verhuisd naar het Amerikaanse vasteland. Als inwoners van een voormalige kolonie voelen ze zich opnieuw behandeld als tweederangs burgers.

In de korte documentaire After Maria (37 min.) volgt Nadia Hallgren drie ontheemde vrouwen, die in New York zijn beland en daar uit hun tijdelijke opvanghuis lijken te moeten vertrekken. De periode dat de officiële Amerikaanse rampenorganisatie FEMA een poot voor hen kan/mag uitsteken zit er bijna op. Er moet zelfs worden bekeken of ze voldoen aan de voorwaarden om te worden toegelaten tot de daklozenopvang. Anders staan de orkaanslachtoffers letterlijk op straat.

Dat vooruitzicht, gepaard aan het verlangen naar het thuis dat ze ooit hadden, zorgt voor emotionele taferelen in deze aardige film, die laat zien dat een (natuur)ramp vrijwel nooit alleen komt.