Children Of The Cult

Dartmouth Films

Twintig jaar geleden exploreerde Maroesja Perizonius in de persoonlijke documentaire Communekind (2004) haar verleden als kind binnen de Bhagwan-beweging. Met een duim op haar voorhoofd werd ze als zesjarig Nederlands meisje hoogstpersoonlijk door de grote leider Bhagwan Sri Rajneesh geïnitieerd. Samen met haar moeder Lietje zou ze in totaal zeven jaar lang deel uitmaken van diens beweging.

In de film confronteerde Maroesja Perizonius, toen in de dertig, haar moeder met de hachelijke situaties waarin zij als kind, omgedoopt tot Chandra, begin jaren tachtig terecht kwam. Ze voelde zich daarbij niet gesteund en beschermd door haar als ouder. Lietje probeerde de verwijten veelal af te weren. ‘Ik ben benieuwd naar over twintig jaar als jij misschien een koter hebt van dertien of zo’, zei ze. ‘En jij denkt daar het beste mee te doen en dat die dan daar natuurlijk ook de nadelen van meemaakt.’

Welnu, die jaren zijn inmiddels verstreken. In de tussenliggende periode leek met de serie Wild Wild Country (2018) het definitieve Bhagwan-document wel te zijn gemaakt. Anno 2024 pakt Perizonius de draad echter weer op met Children Of The Cult (75 min.). In de openingsscène leest ze direct enkele briefjes voor die zij als dertienjarig meisje ontving van volwassen ‘sannyasins’. ‘Lieve Chandra, je bent zo’n schatje en je hebt zo’n mooi lichaam’, schrijft de één. ‘Ik vind ’t geweldig om met je te slapen’, een ander.

Perizonius ontmoet in deze nieuwe film andere kinderen die zijn opgegroeid binnen de Bhagwan-beweging. Stuk voor stuk schetsen ze een leefomgeving waarin alles wordt geseksualiseerd, inclusief zijzelf. Als er in het Britse Suffolk een speciale kostschool wordt opgericht, zodat de ouders zich volledig kunnen richten op hun eigen spirituele ontwikkeling, loopt de situatie helemaal uit de hand. Jonge meisjes en jongens blijken in ‘Medina’, zonder vader of moeder in de buurt, een wel heel gemakkelijke prooi.

Ook Bhagwan zelf laat zich niet onbetuigd. Als de grote leider z’n sannyasins in 1981 richting de Verenigde Staten dirigeert, om daar een eigen stad te stichten, krijgt het misbruik een grootschaliger karakter. Rajneeshpuram wordt een plek, die menigeen voor het leven tekent. Maroesja Perizonius probeert ook in contact te komen met mannen die zich daar opdrongen aan minderjarige meisjes. Ze belt bijvoorbeeld met een sektelid, stiekem opgenomen, dat ronduit toegeeft dat hij destijds over de schreef is gegaan.

Een ander oud-lid verhaalt schuldbewust over de seksuele relatie die hij had met een tiener, maar verbaast zich erover hoe uitdagend de Bhagwan-kinderen zich toentertijd gedroegen. Als hij begint over hoe zij al op heel jonge leeftijd voorbehoedsmiddelen gebruikten, wordt het de verder daadkrachtig opererende Perizonius even te veel. Dat kent zij uit eigen ervaring. Toen ze naar Medina werd gestuurd, moest haar moeder een verklaring ondertekenen waarmee de contraceptie van haar dochter werd geregeld.

En daar zit ook de crux: de jongens en meisjes moesten zich binnen de sekte wel ontremd gedragen. Anders vielen ze uit de toon. Het seksueel misbruik dat daarop volgde heeft tientallen jaren later echter nog altijd gevolgen voor hun zelfbeeld, relaties en seksuele leven, zo toont deze ontluisterende film, die Perizonius regisseerde met Alice McShane. Zij schromen de confrontatie niet. Een notoire schuinsmarcheerder, nog altijd actief binnen de Bhagwan beweging, wordt met draaiende camera overvallen.

Maroesja Perizonius’ queeste mondt uit in een confrontatie met Bhagwans toenmalige rechterhand Ma Anand Sheela, die er wel van geweten móet hebben. Op voorhand is al duidelijk dat het bepaald niet zeker is dat zij ook haar verantwoordelijkheid zal nemen voor het verleden (dat hier nog eens in al z’n buitenissigheid wordt getoond met toch weer schokkende beelden). Voormalige leiders zoals Sheela beperken zich doorgaans tot (geveinsd?) begrip en routineuze antwoorden. Waarvan niemand wijzer wordt.

Trailer Children Of The Cult

Merchants Of Doubt

Sony Pictures Classics

Zorg voor twijfel. Plaats kanttekeningen bij de wetenschap. Creëer controverse. Vind een welwillende wetenschapper. Val de boodschapper aan. Verschuif de schuld. Vertraag regulering. Beroep je op ‘vrijheid’.

Als je weet waar je op moet letten, is het draaiboek dat de tabaksindustrie ooit opstelde voor zijn Merchants Of Doubt (93 min.), pseudo-wetenschappers die werden ingehuurd om in de publieke arena de gevaren van roken te gaan betwisten, ook in hedendaagse maatschappelijke discussies nog altijd gemakkelijk te herkennen. Zodra het product van een multinational onder vuur komt te liggen vanwege zijn schadelijke karakter – of het nu om fossiele brandstof, pesticiden, fastfood, gas, diervoeders of pijnstillers gaat – wordt er onmiddellijk een publiciteitscampagne opgestart, waarbij zulke huurlingen dan als vooruitgeschoven post fungeren.

Met een stalen gezicht proberen zij tweespalt te zaaien over feiten waarover wetenschappelijk allang consensus is bereikt. ‘Twijfel is ons product’, constateerde de PR-firma Hill & Knowlton niet voor niets, toen ze in de jaren zeventig werd ingehuurd door tabaksproducenten. Volgens interne documenten wisten die toen al zeker twintig jaar dat sigaretten kanker veroorzaken. En in de jaren zestig was eveneens duidelijk geworden dat ook hartziekten het gevolg kunnen zijn van roken en dat nicotine bovendien verslavend is. Wetenschappelijk bewijs moesten ze dus vooral niet gaan ontkennen, luidde het advies. Twijfel zaaien was genoeg.

In deze nog altijd bijzonder actuele docu uit 2014, gebaseerd op het gelijknamige boek van Naomi Oreskes en Erik M. Conway, vestigt Robert Kenner de aandacht op deze leugenaars van/voor het grote vieze geld. Terwijl zij ongetwijfeld een lekkere boterham verdienen met hun ‘alternative facts’ en in het kader van ‘false balance’ in de media regelmatig in discussie mogen met gereputeerde wetenschappers, ondergraven ze niet alleen de noodzaak om het klimaat of de volksgezondheid te beschermen, maar tasten ze tevens het idee van de waarheid aan en het maatschappelijk belang dat daaraan wordt toegekend. Daarmee leggen ze een bom onder de vrije, democratische samenleving.

Een pijnlijk voorbeeld hiervan is de zogenaamde Oregon Petition uit 1998, waarin ruim 31.000 Amerikaanse wetenschappers zich verzetten tegen het klimaatverdrag van Kyoto en tevens de opwarming van de aarde ontkennen. De verklaring krijgt veel aandacht en ondermijnt de gevoelde urgentie om samen klimaatverandering tegen te gaan. Tot de ondertekenaars blijken bij nader inzien alleen ook ‘wetenschappers’ zoals Spice Girl Gerri Halliwell, acteur Michael J. Fox en wijlen Charles Darwin te behoren. Als dat aan het licht komt – en dat is bepaald niet vanzelfsprekend, toont Robert Kenner met diverse voorbeelden aan – is het kwaad echter al geschied.

De vergelijking die de filmmaker trekt tussen deze ‘twijfelverspreiders’ en illusionisten, die hun bedrog immers ook proberen te maskeren, is enigszins vergezocht, maar de boodschap is duidelijk: bij deze trucs gaat, tegen een aanzienlijke vergoeding natuurlijk, elke vorm van ethiek overboord. ‘Als je zou worden ingehuurd door Greenpeace om het klimaatprobleem over het voetlicht te brengen, wat zou je hen dan adviseren?’ vraagt Kenner bijvoorbeeld aan (voormalig?) lobbyist voor de fossiele industrie, Bill O’Keefe. De spreekbuis van The Global Climate Coalition en The George C. Marshall Institute lacht schamper. ‘Die kunnen mij helemaal niet betalen.’

Waarschijnlijk is liegen voor de hoogste bieder inderdaad een stuk lucratiever. En de rekening wordt uiteindelijk toch elders betaald, door anderen of de samenleving als geheel, in de vorm van pak ‘m beet milieuverontreiniging, persoonlijke bedreigingen of – en daar blijkt niet eens zo heel veel voor nodig te zijn – maatschappelijke onrust.

Forgetting Dad

Deze film opent met een vraag: ‘If your father no longer remembers you, does he stop being your father?’ Rick Minnich vult voor zichzelf aan: Kan pa zich echt niets meer herinneren? Of is het ook wel handig dat zijn geheugen hem in de steek heeft gelaten? Rick vermoedt dat zijn vader z’n brein af en toe een handje helpt. ‘Ik ben nu de nieuwe Richard’, zei hij tegen zijn zoon. ‘Niet pa, zoals jij me steeds noemt.’

De Amerikaanse data-expert Richard Minnich, althans de oude Richard, raakte op 45-jarige leeftijd betrokken bij een auto-ongeval. En daarna is hij nooit meer de oude geworden. Niet eens een beetje. De nieuwe Richard startte gaandeweg een nieuw leven met een veel jongere levenspartner, Tracy. Hij liet zijn voormalige echtgenoten en vijf kinderen in Californië achter.

Rick Minnich was net afgestudeerd toen zijn vader in 1990 dat ongeluk kreeg. Zestien jaar later gaat hij in Forgetting Dad (84 min.) de kwestie onderzoeken die al zo lang een schaduw werpt over zijn familie en waarover niemand eigenlijk graag praat. Pa Richard is in de tussenliggende periode verhuisd naar het afgelegen Oregon en heeft zich van alles en iedereen losgemaakt. Ook van zijn sores.

Vanuit die startpositie ontvouwt zich een spannende familiedetective. Rick spreekt eerst met de tweede vrouw van zijn vader, Loretta. Zij was erbij toen ze werden aangereden. Er leek eigenlijk weinig aan de hand. En toen, een slordige week later, begon ineens de amnesie en herkende Richard zijn eigen kinderen niet meer. Elke dokter zei echter: als hij wil, kan hij zijn geheugen terugkrijgen.

Via gesprekken met zijn moeder, zussen en halfbroers komt Rick Minnich in deze intrigerende film uit 2008, gemaakt met Matt Sweetwood, vervolgens steeds iets dichter bij de vader die hij is kwijtgeraakt – of beter: bij de man die hem achterliet. Deed hij dit vroeger ook al niet, zijn boeltje pakken en ergens anders helemaal opnieuw beginnen? Hoe vaak zijn ze in hun jeugd niet verhuisd?

Talloze familiefilmpjes en privéfoto’s laten een glimp van Richards jonge jaren zien. Ze tonen een volstrekt normale familieman. De zoektocht naar óf – en zo ja: wat – er iets aan de hand is met Richard Minnichs brein verbeelden de filmmakers met ontregelende steriele beelden van ziekenhuizen, artsen en MRI-scans. Ze geven het geheel nog een flinke dot suspense met een lekker mysterieuze soundtrack.

Intussen behoudt Forgetting Dad de ambivalentie die een zoektocht door het menselijke brein onvermijdelijk oproept. Ja, Richard Minnich had wellicht wat te winnen bij het verliezen van zijn geheugen, maar heeft hij daardoor uiteindelijk niet veel meer moeten afgeven? Zijn zoon Rick zoekt in elk geval niet naar gemakkelijke antwoorden en timmert de zaak ook niet dicht met een Hollywood-einde.

Dat kun je frustrerend noemen. Of juist prikkelend.

Searching For Sheela

Netflix

Ruim 35 jaar is Ma Anand Sheela, de voormalige rechterhand van de omstreden geestelijk leider Bhagwan Sri Rajneesh, niet in haar geboorteland India geweest. Nadat ze begin jaren tachtig in Oregon een eigen stad stichtte voor diens beweging, Rajneeshpuram, en vervolgens verwikkeld raakte in een vuile oorlog met de plaatselijke bewoners, belandde ze in de Verenigde Staten achter de tralies. ‘Welke rol speelt u het liefst?’ werd haar destijds gevraagd. ‘Sneeuwwitje of de gemene heks?’ Ze antwoordde met een mysterieuze glimlach: ‘Allebei.’

Intussen raakte Sheela ook in onmin met de man aan wie ze haar leven had gewijd. Het kwam tot een publieke breuk met Bhagwan. Die tumultueuze geschiedenis is in 2018 tot in detail opgerakeld in een intrigerende documentaireserie, de bingehit Wild Wild Country. Dit ‘vervolg’ pikt de draad op als de inmiddels zeventigjarige Sheela, die al zo’n dertig jaar een verzorgingstehuis voor mensen met een beperking runt in het Zwitserse Bazel, in 2019 een rondreis plant door India.

Is dat wel veilig? vraagt ze aan de organisator van de trip. Nou, gevaarlijk wordt het niet in het navolgende uur. Vermoeiend wel. Sheela reist het halve land door, mag steeds op de foto met een andere celibrity en holt van het ene naar het andere interview. De vragen die ze krijgt hebben een uitgesproken repetitief karakter: heeft ze inderdaad geprobeerd om een heel dorp te vergiftigen? Was ze Bhagwans geliefde? En, verplichte kost, heeft ze misschien spijt van wat ze hebben gedaan?

Nieuwe antwoorden heeft Sheela natuurlijk niet. Niet dat iemand daarop had gerekend overigens. Het lijkt om het ritueel zelf te gaan – standaardvragen met geautomatiseerde antwoorden – en de aandacht die alle betrokkenen zo ten deel valt. En daarmee is ook de documentaire Searching For Sheela (58 min.) van Shakun Batra gedoemd om op een dood spoor te belanden. Want die opgewarmde beelden van de Bhagwan-sekte uit Wild Wild Country hebben hun geheimen natuurlijk ook allang prijsgegeven.

Wat rest is een voor alle partijen vermoeiende trip nostalgia, onderdeel van Sheela’s ogenschijnlijk geslaagd charmeoffensief, die zelfs lieden met ernstige Rajneeshpuram-nahonger achterlaat met een onbevredigd gevoel.

The People Vs. Agent Orange

IDFA

‘Als je denkt dat je te klein bent om het verschil te maken, heb je nog nooit met een mug van doen gehad.’

Terwijl Agent Orange vanaf 1971 niet meer gebruikt mocht worden bij de oorlog in Vietnam, bleven ze het ontbladeringsmiddel gewoon gebruiken in Amerikaanse natuurgebieden. In Oregon zag Carol Van Strum wat de gevolgen daarvan bij haar thuis waren: haar kinderen werden ziek, hun tuin veranderde in een woestenij en de hond ging dood. Ze kon niet meer lijdzaam toekijken. Met de actiegroep Citizens Against Toxic Sprays (CATS) begon Carol informatie te verzamelen over de ontbladering van haar leefomgeving. Die strijd duurt tot op dag van vandaag en heeft haar echt ongelooflijk veel gekost – méér dan wat een mens eigenlijk kan dragen.

In Vietnam is Tran To Nga, die een kind verloor als gevolg van het gebruik van Agent Orange, ondertussen ook in het geweer gekomen. Ze heeft de producenten aangeklaagd. Hun herbicide werd ingezet als chemisch wapen, om delen van haar land te ontdoen van begroeiing die de communistische vijand kon beschermen. Agent Orange heeft in Trans land uiteindelijk gewerkt als een massavernietigingswapen, waarvan de schade ruim een halve eeuw later nog altijd zichtbaar is. Dat wordt in The People Vs. Agent Orange (87 min.) treffend geïllustreerd met een schokkende scène in een Vietnamees kinderziekenhuis. 

Gaandeweg onthullen de filmmakers Kate Taverna en Alan Adelson hoe diep de beerput eigenlijk is, zowel in Vietnam als in de Verenigde Staten zelf, en hoezeer de dreggers daarvan, weggezet als notoire complotdenkers, zijn tegengewerkt. Door de Amerikaanse overheid en de betrokken multinationals: verdwenen bewijsmateriaal, intimidatie en – naar het zich laat aanzien – bruut geweld. Zulk onrecht kan eigenlijk geen mens onberoerd laten. De volksgezondheid – niet alleen van voormalige vijanden, maar ook van gewone Amerikaanse burgers – is rücksichtslos opgeofferd voor bedrijfs- of regeringsbelangen.

Voor Carol en Tran wordt de strijd intussen een race tegen de klok: leven ze lang genoeg om hun recht te halen of hebben hun tegenstrevers uiteindelijk toch een langere adem? Dat is om woest van te worden.