First Five

HBO Max

Ze vormen een ideaal visitekaartje voor Finland, dat in de afgelopen jaren met de regelmaat van de klok tot gelukkigste land van de wereld is gekozen. De Finse premier Sanna Marin en de andere jonge vrouwen in haar regering, ook wel de First Five (111 min.) genaamd, fungeren als rolmodel voor een hele generatie meisjes met de ambitie om daadwerkelijk door het glazen plafond te stoten. Daarmee oogsten ze internationaal misschien nog wel meer lof dan in eigen land, waar het helemaal niet zo ongebruikelijk is om een vrouwelijke regeringsleider of ministers te hebben.

In deze degelijke driedelige docuserie laat Mia Halme de vijf Finse kopstukken, elk ook leider van een eigen politieke partij, los van elkaar hun verhaal doen. Over inspiratiebronnen zoals Barbie, The Spice Girls en Pippi Langkous. Over hoe hun achtergrond en thuissituatie (met een alleenstaande moeder, gescheiden ouders of twee moeders bijvoorbeeld) mede bepalend zijn geweest voor hoe ze nu in de politiek staan. En over hoe het is om als jonge vrouw een beeldbepalende politicus te zijn: hoe moet je bijvoorbeeld dealen met de voortdurende focus op jouw uiterlijk, kun je een politieke carrière combineren met het (aanstaande) moederschap en hoe ga je om met de misogynie die vrouwelijke politici, wereldwijd vrijwel standaard ten deel valt?

Halme valt haar hoofdpersonen niet lastig met al te kritische vragen, maar laat hen vrijelijk reflecteren en illustreert dit met observerende scènes uit hun persoonlijke en professionele leven. Het lijkt bijna een statement: zo ziet de politiek eruit, letterlijk, wanneer jonge vrouwen doordringen tot het centrum van de macht. De mannen die daarbij aan hun zijde staan blijven grotendeels buiten beeld. De enige kerels behoren tot de oppositie. Als zij de regering aanpakken, zoals bij de rel rond filmpjes van een dansende Sanna Marin op een feestje, ogen ze als stoffige vertegenwoordigers van oude politiek. Vrouwen uit de hele wereld tonen zich vervolgens solidair met Marin en publiceren onder de hashtag #solidaritywithsanna hun eigen dansfilmpjes.

Deze driedelige serie laat verder zien dat ook in een regeringscoalitie met louter vrouwelijke gezichten echt niet altijd alles pais en vree is, al worden die problemen opvallend gemakkelijk opgelost. Zo lijkt het tenminste. First Five krijgt extra lading als Rusland begin 2022 Oekraïne binnenvalt. Finland, dat in het verleden meermaals is aangevallen door Russische troepen, voelt zich ook bedreigd. Als Sanna Marin door president Zelensky is rondgeleid in het getroffen gebied en daar met eigen ogen de massagraven heeft gezien, verbergt ze haar gevoelens bovendien niet. Iets wat haar ongetwijfeld ook weer kritiek en lof oplevert. Als ze haar emotie niet zou hebben getoond, was de Finse premier ongetwijfeld voor een ijskonijn versleten.

Het is de spagaat waarin vrouwelijke politici, ook getuige dit degelijke groepsportret, nog altijd zitten. Waarbij de liefde die ze vanuit eigen kring en de rest van de wereld ontvangen, niet automatisch opweegt tegen de drek die haters over hen uitstorten.

Putin And The West

VPRO

Op 24 februari 2022 vallen Russische troepen hun buurland Oekraïne binnen. Het is de schokkende afsluiting van een periode waarin de spanning tussen de twee landen stelselmatig is opgevoerd. Deze doortimmerde driedelige docuserie van Tim Stirzaker reconstrueert de weg naar die oorlog en start in het najaar van 2013 als de Oekraïense president Viktor Janoekovitsj plotseling besluit om een jarenlang voorbereid associatieverdrag met de Europese Unie níet te ondertekenen. Twee weken later zet hij in Moskou wél zijn handtekening onder een deal met Rusland.

Deze stap – weg van het vrije westen, terug naar wat nog niet zo lang geleden de Sovjet-Unie was – zou zijn afgedwongen door Vladimir Poetin en leidt tot massale protesten op Maidan, het Onafhankelijkheidsplein in Kyiv. Die worden in de navolgende winter met brute kracht neergeslagen door het bewind van Janoekovitsj. In het volgende jaar annexeert Rusland De Krim, zogezegd om de Russische inwoners van dit deel van Oekraïne te beschermen, en wordt vlucht MH17, met bijna tweehonderd Nederlandse passagiers, uit de lucht geschoten door pro-Russische separatisten.

Deze dramatische gebeurtenissen, gereconstrueerd in de eerste aflevering van Putin And The West (180 min.), vormen de aanloop naar het epische conflict dat zich in de navolgende jaren aftekent tussen de Russische leider, die het uiteenvallen van de Sovjet-Unie liefst direct terugdraait, en het westen, dat ‘s mans ambities als een gevaar voor de wereldvrede beschouwt. Daarbij gaat het er soms stevig aan toe. ‘Ik lieg tegen je’, vat de Britse Minister van Defensie Ben Wallace de Russische houding samen. ‘Jij weet dat ik lieg. Ik weet dat jij dat weet. En ik ga tóch tegen je liegen.’

Aflevering 2 verlegt de aandacht naar het Midden-Oosten, waar de Arabische Lente, de opkomst van Islamitische Staat en met name de oorlog in Syrië voor internationale spanningen zorgen. Poetin kiest daarbij de kant van Bashar al-Assad, een dictator die er niet voor terugdeinst om zijn eigen bevolking aan te vallen met chemische wapens. Rusland dekt hem in de rug met het bombarderen van Syrische steden. De slotaflevering werkt vervolgens toe naar de Russische invasie van Oekraïne, die gaandeweg onvermijdelijk begint te worden, hoezeer Rusland ook blijft ontkennen.

De vorm van dit soort geopolitieke series van het Britse productiehuis Brook Lapping (9/11 – Life Under Attack, Inside Europe: Ten Years Of Turmoil en Trump Takes On The World) is doorgaans traditioneel. De kracht zit hem vooral in de sprekerslijst. Behalve allerlei regeringsfunctionarissen en topdiplomaten komen ditmaal de Oekraïense leiders Poroshenko en Zelezny, EU-president Barroso, de Britse premiers Cameron en May, secretaris-generaal van de NAVO Stoltenberg, de Franse president Hollande en de Nederlandse eurocommissaris Frans Timmermans aan het woord.

En die maken van hun hart geen moordkuil. De voormalige Britse premier Boris Johnson klapt bijvoorbeeld uit de school over een ontmoeting met Vladimir Poetin. ‘Boris, ik wil je natuurlijk niets aandoen’, zei die volgens Johnson. ‘Maar met een raket zou het niet meer dan een minuut duren.’ Zulke inkijkjes, al dan niet bewust opgedist om de opponent in een kwaad daglicht te stellen, geven deze serie sjeu en zorgen tegelijk voor inzicht in het hoofd van de mannen die onze wereld bestieren. Zij laten zich soms net zo goed leiden door rancune of (gekrenkte) trots als door het land of belang dat ze zeggen te dienen.

A Plena Luz: El Caso Narvarte

A plena luz: El caso Narvarte. Cr. Courtesy of Netflix © 2022

Op 31 juli 2015 worden in een appartement te Mexico-Stad maar liefst vijf levenloze lichamen aangetroffen. Het blijkt te gaan om een kritische journaliste, een activistische fotograaf, een Colombiaans fotomodel, een tienermeisje dat wel eens in de prostitutie kan zijn beland en hun enigszins mismoedige huishoudster. Ze zijn van dichtbij doodgeschoten en lijken van tevoren ook te zijn gemarteld.

Al snel worden er drie verdachten gearresteerd. Maar welk motief hebben deze mannen? Of is hun aanhouding juist bedoeld om de ware achtergronden van de meervoudige moord te versluieren? Om wie was het de daders te doen en welke slachtoffers waren dus vooral nevenschade of zelfs onderdeel van een rookgordijn? En ging het dan om een uit de hand gelopen overval, femicide, een criminele afrekening of toch politieke moord?

Voordat regisseur Alberto Arnaut Estrada deze vragen minutieus doorloopt met de advocaten van de slachtoffers en een door hen ingeschakelde criminoloog, forensisch psycholoog en sociaal antropoloog, begint A Plena Luz: El Caso Narvarte (109 min.) bij de nabestaanden van Nadia, Rubén, Mile, Yesenia en Alejandra, die samen op klaarlichte dag de dood hebben gevonden in appartement 401 van Luz Saviñón in de wijk Navarte.

Met een ingenieuze replica van de plaats delict, knap geanonimiseerde acteurs in de rol van de slachtoffers en mogelijke daders en een analyse van belgegevens ontleedt Estrada vervolgens secuur wat er zich in en om dat appartement moet hebben voltrokken. Daarnaast richt hij zich ook op het grotere verhaal: wie hadden er belang bij de moorden? Moeten zij in de drugswereld, de wereldwijde sekshandel of lokale politiek worden gezocht?

Via De Zaak Navarte wordt ook Mexico zelf geportretteerd. Een land dat al decennia wordt geteisterd door stuitende corruptie, nietsontziende drugskartels en gruwelijk geweld, in het bijzonder tegen vrouwen. In dat verband treft zeker een uitspraak van de moeder van Yesenia Quiroz doel. Ze ‘bedankt’ de eveneens vermoorde fotograaf Rubén Espinosa. ‘Dat hij er die dag was. Want anders was dit weer een zaak over dode vrouwen geweest.’

Year One: A Political Odyssey

HBO Max

Deze documentaire over het eerste jaar van de Amerikaanse president Joe Biden begint met zijn voorganger: de 45e president van de Verenigde Staten en first lady Melania Trump vertrekken uit Washington. Het is 20 januari 2021, de dag waarop Biden wordt geïnaugureerd. Het had een feestdag moeten worden, een viering van de Amerikaanse democratie. De bestorming van het Capitool – en het onterechte sentiment daarachter: dat Donald Trump de verkiezingen eigenlijk heeft gewonnen – heeft de sfeer twee weken eerder echter danig verziekt. En de nieuwe regering moet bovendien de nog altijd welig tierende COVID-19 pandemie in bedwang zien te krijgen.

Daarnaast wordt Team Biden in Year One: A Political Odyssey (81 min ) meteen geconfronteerd met allerlei uitdagingen vanuit het buitenland: een Russische hack van de Amerikaanse overheid en bedrijven, spanningen met een steeds agressiever China en de tragische gevolgen van het besluit om Amerikaanse troepen weg te halen uit Afghanistan. Insiders zoals stafchef Ron Klain, woordvoerder Jen Psaki, minister van Buitenlandse Zaken Anthony Blinken, nationaal veiligheidsadviseur Jake Sullivan, klimaat-tsaar John Kerry, minister van Defensie Lloyd Austin en CIA-directeur William Burns geven inzicht in hoe Biden en zijn medewerkers handelen bij crises (terwijl voorganger Trump intussen, in strijd met elk protocol, als stoorzender blijft fungeren).

Aan klinkende namen dus geen gebrek in deze poging tot snelle geschiedschrijving van John Maggio. Het gaat wel om louter kopstukken van Democratische zijde. Er komen geen prominente Republikeinen aan het woord. Tenminste, totdat het eenjarige ‘jubileum’ van de rellen op 6 januari ter sprake komt. Dan krijgt het Republikeinse congreslid Jim Jordan enkele zinnetjes om de tegenpartij aan te pakken. Dat is ‘t. Onafhankelijke duiding moet komen van politieke consultant Ian Bremner en Witte Huis-correspondent David Sanger van The New York Times, die het opereren van de 46e Amerikaanse president als een soort getuige-deskundige becommentariëren.

Deze degelijke, tamelijk brave terugblik op Joe Bidens debuutjaar concentreert zich intussen met name op het Amerikaanse buitenlandbeleid en doet daardoor enigszins denken aan The Final Year (2018), de weerslag van de internationale inspanningen van de regering van Barack Obama (waarvoor Biden acht jaar heeft gediend als vicepresident) tijdens het laatste jaar van diens presidentschap. Die film herbergde evenwel de nodige ‘fly on the wall’-scènes met bekende gezichten uit Obama’s buitenlandteam, terwijl Year One ‘t toch vooral moet hebben van al bekende nieuwsbeelden, ingekaderd door pratende hoofden die vast niet altijd het achterste van hun tong laten zien.

Als Joe Biden op 1 maart 2022, een jaar na z’n inauguratie, zijn ‘State Of The Union’-speech geeft, wordt de wereld gedomineerd door de doldrieste acties van een andere nietsontziende autocraat: Vladimir Poetin. Met zijn aanval op Oekraïne zorgt hij ervoor dat Bidens tweede regeringsjaar opnieuw voor een belangrijk deel in het teken van het buitenland komt te staan.

Hedy d’Ancona: Het Persoonlijke Is Politiek

Roos van Ees / Human

Ze mag dan zelf allang de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt, haar ideeën hebben nog volop toekomst. Dat lijkt zo’n beetje de portee van Hedy d’Ancona: Het Persoonlijke Is Politiek (53 min.). In deze tv-docu combineren Doortje Smithuijsen en Roos van Ees een profiel van deze ‘grande dame’ van de Nederlandse vrouwenbeweging – ‘feminist tot in de kist’, zegt ze zelf – met miniportretjes van vrouwen die als haar hedendaagse erfgenamen kunnen worden beschouwd.

Abortusactivist Eva de Goeij representeert dan d’Ancona’s onvermoeibare strijd voor vrouwenrechten. De Amsterdamse PvdA-wethouder Marjolein Moorman moet op haar beurt waarschijnlijk net zoveel ballen in de lucht houden als de voormalige staatssecretaris, minister en (euro)parlementariër toentertijd en staat daarmee voor het recht van vrouwen op zelfbeschikking. En Adrienne Buschmann, bij wie meerdere familieleden hebben gekozen voor euthanasie, strijdt zij aan zij met de hoofdpersoon voor eenieders recht op een waardig levenseinde.

Heel veel meer valt er uit die uitstapjes van d’Ancona’s persoonlijke verhaal naar de thema’s die haar leven domineerden verder niet af te leiden. Daarvoor zijn ze toch te kort en vluchtig. En ook het relaas van de hoofdpersoon zelf blijft enigszins aan de oppervlakte steken. Ze beijvert zich al haar hele leven voor een ‘systeemverandering’, zoveel is duidelijk, waarbij met name de man-vrouw verhouding grondig tegen het licht moet worden gehouden. Dat deed ze dus als oprichter van Opzij, in allerlei verschillende hoedanigheden als politica en de laatste jaren ook als drijvende kracht van Uit Vrije Wil.

d’Ancona’s terugblik op haar inmiddels 85 jaren op de barricaden is verder geïllustreerd met fraai archiefmateriaal uit de verschillende fasen van haar leven, waarbij mannen doorgaans slechts met heel veel moeite ruimte wilden maken voor een vrouw. Nieuwe inzichten of echte verdieping levert dat nauwelijks op. Hedy d’Ancona oogt nog altijd als een krachtige, uitgesproken en strijdbare vrouw, die onverminderd blijft staan voor de idealen die ze al haar hele leven koestert. Niks doen met je verontwaardiging? ‘Dat is voor mij onverdraaglijk.’

Leaving Afghanistan

Zinc Media / VPRO

De val van Kabul op 15 augustus 2021 is in wezen twintig jaar eerder ingezet. Toen vielen Amerikaanse troepen, in de nasleep van de terroristische aanslagen van 11 september 2001, Afghanistan binnen om daar Osama bin Ladens terreurorganisatie al-Qaeda en het regime dat hen een uitvalsbasis had gegeven, de Taliban, een kopje kleiner te maken. En sindsdien is er permanent onenigheid geweest over wat het doel van de missie was en hoe dit kon worden bereikt. Totdat president Biden op 14 april 2021 verkondigde: ‘Het is tijd dat Amerika’s troepen naar huis komen.’

In de tweedelige documentaire Leaving Afghanistan (120 min.) maakt Jack MacIness de balans. Hij steekt zijn licht op bij insiders van westerse zijde, zoals de voormalige Britse premier David Cameron, Obama’s buitenlandadviseur Ben Rhodes, zijn minister van defensie Robert Gates, Trumps stafchef John Kelly, zijn nationale veiligheidsadviseur John Bolton en de Amerikaanse ambassadeur in Afghanistan Ross Wilson en spreekt tevens met de Afghaanse nationale veiligheidsadviseur Hamdullah Mohib, stafchef Matin Bek, vredesonderhandelaar Fatima Gailani en Taliban-vertegenwoordiger Suhail Shaheen.

Zij maken inzichtelijk hoe het geschipper tijdens de presidentschappen van George W. Bush en Barack Obama, waarbij dan nog vicepresident Joe Biden en minister van defensie Robert Gates vaak lijnrecht tegenover elkaar staan, ervoor zorgt dat de Verenigde Staten in de regio bekend komen te staan als een ontzettende olifant in de porseleinkast. En dan wordt zowaar de verpersoonlijking van dat beeld, Donald Trump, in 2016 gekozen tot president. Zelfs zijn eigen stafchef John Kelly is nog altijd verbaasd over hoe weinig zijn chef wist en begreep van de oorlog die aan de andere kant van de wereld werd uitgevochten.

Het ene moment wil Trump weg uit Afghanistan, dan weer geeft hij zijn troepen alle ruimte om daar naar eigen goeddunken te opereren. En als puntje bij paaltje komt doet hij het land en z’n bevolking rücksichtslos in de uitverkoop tijdens onderhandelingen met de voormalige vijand, de Taliban. Zijn opvolger Joe Biden stuurt de koers vervolgens ook niet bij en wordt daarmee verantwoordelijk voor de smadelijke aftocht van de Amerikanen, met de staart heel opzichtig tussen de benen. Ze laten een volledig ontredderd land achter, dat is overgeleverd aan oerconservatieve krachten die Afghanistan terug willen voeren naar de middeleeuwen.

Die tragische geschiedenis wordt in dit gedegen tweeluik van context voorzien door de beslissers van dienst en hun al dan niet trouwe secondanten. Hoe gewone Amerikanen en Afghanen de twintigjarige inmenging van de Verenigde Staten en hun bondgenoten in de sores van het Aziatische land hebben beleefd blijft vrijwel onbelicht. Leaving Afghanistan concentreert zich volledig op de (geo)politieke dimensies van het conflict, waarbij opvalt dat al die kopstukken van sommige zaken net zo weinig lijken te begrijpen als gewone burgers.

Amerika’s dramatische aftocht wordt gereconstrueerd in de documentaire Escape From Kabul, terwijl de vierdelige serie Afghanistan: The Wounded Land laat zien hoe het land al zo’n vijftig jaar permanent verwikkeld is in oorlog.

Beste Meneer Bouterse

Amstelfilm

‘Een land dat zijn verleden niet onder ogen durft te komen heeft geen toekomst’, constateert de Surinaams-Nederlandse journalist Ananta Khemradj. Zij was nog niet geboren toen in 1982 de zogenaamde Decembermoorden plaatsvonden in Suriname. Deze traumatische gebeurtenis, waarbij vijftien tegenstanders van het bewind van president Desi Bouterse werden vermoord, splijt het land nog altijd in tweeën.

In de persoonlijke documentaire Beste Meneer Bouterse (63 min.) richt Khemradj rechtstreeks het woord tot de voormalige legerleider, ex-president en politiek leider van de NDP over de tweespalt in Suriname. ‘Ik snap niet dat u ervoor kiest het gezicht te worden van het land’, zegt ze bij beelden van hoe Bouterse wordt toegejuicht door zijn hondstrouwe aanhang. ‘Wetende dat u zoveel mensen pijn hebt gedaan.’

Terwijl ze door Suriname reist gaat Khemradj in gesprek met allerlei landgenoten. Van de huidige president Chan Santokhi en filmmaker Pim de la Parra, de man achter de eerste Surinaamse speelfilm Wan Pipel na de onafhankelijkheid in 1975, tot pro-Bouterse stemmen zoals oud-woordvoerder Ricardo Panka, NDP-jongere Raynel Enfield en voormalig minister Jennifer van Dijk-Silos.

De ‘Boutisten’ pleiten ervoor om de blik te richten op de toekomst, terwijl hun opponenten vinden dat die pas kan beginnen als er recht is gedaan aan het verleden. Daardoor zit het land in een patstelling en lopen veel Surinamers nog altijd op eieren wanneer ze worden bevraagd op politieke kwesties. Als Ananta Khemradj met jongeren wil praten over hoe het verder moet met Suriname stuit ze dan ook regelmatig op onwil, angst en boosheid.

Deze documentaire is bedoeld om een begin te maken met zoiets als nationale verzoening. Dat is erg hoog gegrepen voor één enkele film. En ook Khemradj’s poging om na een gesprek met Jan Pronk, de Nederlandse minister die destijds verantwoordelijk was voor Suriname’s onafhankelijkheid, toegang te krijgen tot vertrouwelijke stukken over de toedracht van de Decembermoorden, lijkt gedoemd om te mislukken.

Beste Meneer Bouterse is vooral een loffelijke poging om het maatschappelijke gesprek toch weer te openen en te bekijken hoe een nieuwe generatie Surinamers zich zou kan loswrikken van de traumatische geschiedenis, die het land nu al veertig jaar in verschillende facties verdeelt.

Amigo Secreto

Cinema Delicatessen

Toen hij in 2018 werd veroordeeld vanwege corruptie en witwassen, was één ding duidelijk: de linkse kandidaat Luiz Inácio Lula da Silva, die op kop ging in de peilingen, zou niet kunnen deelnemen aan de Braziliaanse presidentsverkiezingen van dat jaar. Lula, die van 2003 tot 2010 al president was, ging voor zeker tien jaar de gevangenis in. Intussen werd zijn grote opponent, de (ultra)rechtse kandidaat Jair Bolsonaro, tot president gekozen. En wie selecteerde hij vervolgens als zijn minister van justitie? Juist: Sergio Moro, de rechter die Lula had veroordeeld.

Journalisten van The Intercept Brasil constateren bovendien – het startpunt van de observerende documentaire Amigo Secreto (97 min.) – dat Moro tijdens het zogenaamde Car Wash-onderzoek naar Lula in het geheim contact heeft gehad met openbaar aanklager Deltan Dallagnol en zijn collega’s. Is Lula zo, via een slinks georkestreerde en politiek gedreven aanval, onschadelijk gemaakt? Regisseur Maria Augusta Ramos volgt de journalisten van The Intercept en El País terwijl ze zich, via gesprekken met juristen en het bekijken van bewijsmateriaal, een weg banen door het onderzoeksdossier, om zo de onderste steen boven te krijgen.

Ramos opereert daarbij in klassieke direct cinema-traditie en presenteert het werk van haar protagonisten zonder enige opsmuk en slechts ondersteund door verbindende teksten in beeld. Een no nonsense-benadering die enigszins doet denken aan Alexander Nanau’s gelauwerde documentaire Collective, over gigantische misstanden in de Roemeense gezondheidszorg na een brand in een nachtclub en de manier waarop die door de overheid worden toegedekt. Die film is alleen wel een stuk enerverender. Amigo Secreto bevat erg veel pratende hoofden, die ook nog eens behoorlijk veel ruimte krijgen.

Daarmee slaagt Ramos er weliswaar in om een verrotte politieke cultuur, waarbij bedrijven met steekpenningen partijen van beide zijden gunstig proberen te stemmen, bloot te leggen en vervolgens accuraat de gevaren te schetsen van een volledig gepolitiseerde rechtspraak, maar enorm enerverende cinema levert het niet op. Het voornaamste vuurwerk komt van Lula zelf, als de oud-president zich vanuit de gevangenis zonder meel in de mond uitspreekt over zijn politieke tegenstanders die ervoor hebben gezorgd dat hij achter de tralies is beland en wat die periode hem intussen, zowel persoonlijk als politiek, heeft gekost.

Inmiddels is de populaire linkse leider weer op vrije voeten en doet hij, net als zijn aartsrivaal Bolsonaro, opnieuw een gooi naar het presidentschap. Deze film is in dat opzicht perfect getimed en roept dan ook de vraag op of de Braziliaanse democratie (ditmaal wel) robuust genoeg is voor een faire en eerlijke campagne.

The Martha Mitchell Effect

Netflix

Martha Mitchell is de vrouw van John. John Mitchell is de minister van justitie van Dick. Tricky Dick is de bijnaam van Richard. Richard Nixon is de president. De president van de Verenigde Staten is afgetreden vanwege Watergate. En het Watergate-schandaal zou er nooit zijn geweest zonder Martha.

Tenminste, dat laatste wordt beweerd door Richard Nixon, de man die er al een halve eeuw mee wordt geassocieerd. Martha Mitchell beweert op haar beurt overigens dat Nixon ervoor heeft gezorgd dat haar huwelijk is stukgelopen. En haar voormalige echtgenoot John kon ze geen van tweeën de baas en moest dat uiteindelijk met enkele jaren gevangenisstraf bekopen.

Terug naar Martha: ze was de traditionele Law & Order-man Nixon al meteen een doorn in het oog, vertellen ooggetuigen zoals politiek journalist Helen Thomas, Nixons campagnemedewerker Jeb Magruder en Witte Huis-jurist John Dean in The Martha Mitchell Effect (41 min.). Véél te luidruchtig. Eigenwijs bovendien. Ongeleid projectiel. Een vrouw, kortom, die haar plek niet kende.

In de tijd waarin Martha Mitchell groot werd deelden mannen de lakens uit in het publieke leven. Vrouwen werden geacht om een ceremoniële rol te vervullen en moesten zich in het bijzijn van hun echtgenoot gedragen als een onopvallend decoratiestuk: gedwee positie kiezend achter hun (witte) man, die met zijn Old Boys Network wel eens eventjes de wereld bestierde .

Dat was niets voor Martha Mitchell, een flamboyante verschijning die haar mening nooit onder stoelen of banken stak. Tot afgrijzen van de Republikeinse president, die haar man in 1972 had benoemd tot hoofd van zijn herverkiezingscampagne. Toen de Watergate-affaire losbarstte, werd zij een serieus bedrijfsrisico. Enter Martha Mitchell, ‘politiek gevangene’.

Dit verhaal, dat perspectief op één van de grootste schandalen uit de Amerikaanse politieke geschiedenis, nu precies vijftig jaar geleden, doet er nog altijd toe en wordt door de filmmakers Anne Alverguey en Debra McClutchy puntig opgediend, met smakelijke nieuwsbeelden, televisie-interviews met Martha en offscreen quotes van ‘tout Washington’.

The Martha Mitchell Effect wordt daardoor niet alleen een adequate Watergate-reconstructie, maar ook een treffend beeld van een tijd waarin achter elke succesvolle man een sterke vrouw mocht staan. Tenminste, zolang ze er maar niet achteruit kwam.

Mayor Pete

Prime Video

Pete en Chasten hebben onlangs hun pasgeboren tweeling voorgesteld aan de rest van Amerika. Dat is op zich niets bijzonders: ze gedragen zich gewoon als trotse ouders, die het blijde nieuws willen delen met de wereld. Dat blijde nieuws komt dan wel van twee mannen. Getrouwde mannen, welteverstaan. Waarvan er één, Pete Buttigieg, in 2020 bovendien de eerste openlijk homoseksuele presidentskandidaat uit de Amerikaanse historie was. En diezelfde Pete is nu de eerste openlijk homoseksuele minister in de geschiedenis van de Verenigde Staten.

Niet slecht voor ‘een Maltees-Amerikaanse, linkshandige, episcopale, homoseksuele oorlogsveteraan’, die ook al burgemeester was van South Bend, Indiana. Mayor Pete (97 min.) dus. Een man die met zijn kandidatuur voor het presidentschap doelbewust het beeld probeert bij te stellen dat Amerikanen hebben van wie of wat een politicus kan zijn. Tegelijkertijd moet hij er rekening mee houden dat zijn seksualiteit voor sommige landgenoten een onbelangrijk detail is, terwijl het voor anderen zo’n beetje zijn raison d’être is als politicus – of, voor opponenten, reden genoeg om hem te beledigen of ridiculiseren.

Campagne voeren gaat hem desondanks gemakkelijk af, getuige deze documentaire van Jesse Moss, waarin hij wordt gevolgd tijdens zijn opmars bij de Democratische voorverkiezingen. Buttigieg lijkt een natuurtalent. Zelfs als er in zijn eigen gemeente een bescheiden Black Lives Matter-storm opsteekt, trotseert hij die met verve. Waar de meeste politieke docu’s overlopen van conflict, schandalen en slinkse trucs, moet Mayor Pete het echter vooral hebben van het historische karakter van Buttigiegs kandidatuur en de ernst, overtuiging en integriteit waarmee hij zijn missie uitdraagt. In de politiek komt het volgens hem aan op: het spel leren spelen, zonder dat het spel jou verandert.

Dat is een loffelijk uitgangspunt, maar geen basis voor een campagnedocu op het scherpst van de snede à la The War Room of Weiner. Mayor Pete is niettemin een interessante film geworden. Over een man die zo nu en dan echt even in zijn binnenste laat kijken, bijvoorbeeld als hij spreekt over de worsteling met zijn homoseksualiteit, en die zich gaandeweg steeds comfortabeler begint te voelen binnen zijn politieke missie. Zodra duidelijk wordt dat de Democratische nominatie desondanks buiten handbereik blijft, werpt hij opvallend kalm de handdoek in de ring en brengt Moss de film toch adequaat naar een climax, met behulp van Lou Reeds klassieke song Perfect Day.

Als politicus lijkt Pete Buttigieg een nieuwe generatie Witte Mannen te vertegenwoordigen. Wie weet waar het hem, na zijn jaren als minister van Transport in de regering Biden, ooit nog brengt…

The Unknown Known

De verbeelding had in zijn ogen gefaald. Ze hadden moeten imagineren wat er zou kunnen gebeuren. Dan waren de terroristische aanslagen van 11 september 2001 wellicht voorkomen. En Donald Rumsfeld had zich bij het begin van zijn ambtstermijn als Amerikaans minister van defensie, acht maanden eerder, nog voorgenomen om nooit in een soort post-Pearl Harbor hoorzitting terecht te komen, waarin hij zou worden doorgezaagd over waarom er wanneer door wie niet was ingegrepen.

De man die als de architect van de navolgende Amerikaanse inval in Irak te boek is komen te staan, heeft in deze intrigerende interviewfilm van Errol Morris uit 2013 ook allerlei theorieën opgebouwd rond geheel eigen constructies zoals ‘known knowns’, ‘known unknowns’, ‘unknown unknowns en ‘unknown knowns’. Als Donald op zijn praatstoel zit, is het sowieso altijd genieten geblazen – ook al gruw je misschien van wat hij zegt. De man is een begenadigd denker en spreker en bovendien niet bang om de degens te kruisen met een opponent.

The Unknown Known (102 min.) ontwikkelt zich dan ook tot een heerlijk verbaal steekspel, door Morris aangekleed met strategisch geplaatste archiefbeelden en dwingende muziek, waarbij alle retorische middelen geoorloofd zijn. Nadat hij in alle toonaarden heeft ontkend dat iemand van de Amerikaanse regering heeft gesuggereerd dat Iraks leider Saddam Hoessein iets met 11 september had te maken, laat Morris bijvoorbeeld doodleuk archiefbeelden zien waarin ‘Rummy’ precies dat doet. Zonder het letterlijk te zeggen, dat wel.

‘Geloof in de onvermijdelijkheid van conflict kan één van de oorzaken van een conflict worden’, citeert Rumsfeld even later één van de vele memoranda uit zijn eigen archief, vervat in het boek Rumsfeld’s Rules. ‘Dat is echt zo. En dan heb je de andere kant van de medaille, die al even waar is: als je vrede wenst, bereid je dan voor op oorlog.’ Op dat moment grijpt Morris in: ‘Als die uitgangspunten allebei waar zijn, kun je zo’n beetje alles rechtvaardigen.’ Rumsfeld begint te glimlachen: ‘Alle generalisaties zijn vals’, zegt hij en laat een korte stilte vallen. ‘Ook deze.’

Gedurende zijn lange loopbaan werkte Donald Rumsfeld nauw samen met de Republikeinse presidenten Nixon, Ford en Reagan. Die laatste koos hem bijna, bijna!, als vicepresident. Als dat was gebeurd, zou waarschijnlijk de rode loper voor hem zijn uitgelegd als presidentskandidaat. George H. Bush, de man die ’t wél werd, belandde in 1989 inderdaad in het Witte Huis. De twee zouden nooit vrienden worden. Toch vroeg Bush’s oudste zoon George, de 43e president van de Verenigde Staten, Rumsfeld als minister. Lachend: ‘Ik denk niet dat George W’s vader mij heeft voorgedragen.’

Als diens minister van defensie zou hij definitief in de geschiedenisboeken belanden. Geassocieerd met schandvlekken als het illegale gevangenenkamp Guantanamo Bay, ‘verbeterde ondervragingstechnieken’ en die ene desastreuze poging om Irak te ontdoen van massavernietigingswapens die uiteindelijk nooit werden gevonden, maar altijd strijdbaar en vol (zelf)spot.

Palme, Pappa En Ik

VPRO

In het voorjaar van 2020 krijgt ze een opmerkelijk bericht: kloppen de geruchten dat jouw vader de moordenaar van Olof Palme is? Signe Zeilich-Jensen, een Zweedse vrouw die tegenwoordig in Nederland woonachtig is, kan haar oren niet geloven. Wát? Ze gaat online op zoek naar meer informatie en vindt daar een interview met Maria, de ex-vrouw van haar vader Leif.

‘Het is mijn ex-man’ zegt ze, ‘die is gestorven in 1992.’ Een dag nadat de Zweedse premier Palme, op 28 februari 1986, werd vermoord in Stockholm, zou hij bij haar zijn langsgekomen. Leif had de snor afgeschoren die hem al sinds jaar en dag kenmerkte en oogde blij en opgetogen. ‘Ik weet wie Palme heeft doodgeschoten’, zou hij tegen haar hebben gezegd.

Belachelijk!, meent Signes moeder. ‘Hij kon mij niet eens vermoorden.’ Uitroepteken. Signe kan zich er echter ook niets bij voorstellen. Toch blijft de kwestie aan haar knagen. Het zal toch niet? Op naar Scandinavië dus, om de opmerkelijke levensloop van haar vader na te gaan en het raadsel te ontcijferen rond Palme, Pappa En Ik (50 min.).

Het wordt een persoonlijke zoektocht naar een man – en wie weet: een moordenaar – met wie ze al op jonge leeftijd gebrouilleerd raakte. Een academicus die gaandeweg, tijdens ontmoetingen met mensen die hem gekend hebben, tot leven komt. Typeringen als: charismatisch. Rechts, dat ook. Dominant. Excentriek. Drankzuchtig.

Leif Zeilich-Jensen was een verhalenverteller, zegt de één. Hij wilde een leidersfiguur zijn, constateert een ander. En gedroeg zich, volgens weer iemand anders, als een bedrieger. Maar een moordenaar? Zijn volwassen dochter, die deze egodocu maakte met haar echtgenoot Niek Koppen, kan ’t zich niet indenken. Al past vader wel opvallend goed in het daderprofiel.

35 Jaar en 134 potentiële daders later is de geruchtmakende moord op de Zweedse sociaaldemocratische premier, die destijds wereldnieuws was, nog altijd onopgelost. De zaak heeft een ‘moord op Kennedy’-achtige status gekregen, inclusief overactieve (amateur)detectives en allerlei mogelijke theorieën over wat er gebeurd zou kunnen zijn.

Terwijl Signe Zeilich-Jensen onderzoekt of haar vader daarin een rol heeft gespeeld, leert ze vooral de man zelf, zijn dubbelleven en de schimmige werelden waarin hij zich begaf beter kennen. Die ontdekkingstocht, nuchter en zonder goedkoop effectbejag uitgeserveerd, levert talloze antwoorden op. Het blijft alleen tot het eind ongewis of ook die ene vraag kan worden beantwoord.

De Waarheid

BNNVARA

Complotdenkers hadden er jarenlang een dagtaak aan: de Vuurwerkramp in Enschede. Op zaterdag 13 mei 2000 vloog daar een fabriek van S.E. Fireworks, gelegen in de woonwijk Roombeek, in brand. De navolgende explosie, de grootste sinds de Tweede Wereldoorlog, zorgde voor een enorme ravage in de Twentse stad. Honderden huizen waren volledig verwoest. Er vielen bovendien 23 doden en bijna duizend gewonden. Dat kón geen eenvoudige samenloop van omstandigheden zijn, vonden sommigen.

De titel van deze documentaire belooft dat Pieter Fleury nu, ruim twintig jaar na dato, niets minder dan De Waarheid (93 min.) gaat onthullen. De filmmaker zit echter op een ander spoor dan vuurwerkwappies misschien vermoeden. Hij gaat niet op zoek naar een sinistere samenzwering maar naar de gewone alledaagse waarheid: de combinatie van onachtzaamheid, pech, bureaucratie, winstbejag en politiek spel die de ontploffing (door Fleury tastbaar gemaakt met onwerkelijke beelden van hoe de Nederlandse stad het toneel werd van een bizar vuurwerkbombardement) destijds mogelijk maakte.

Hij spreekt met vrijwel alle belangrijke spelers: de burgemeester, minister, onderzoeker, hoofdofficier van justitie, brandweerman, ambtenaar milieuzaken, ambtenaar juridische zaken, bezwaar makende burger en vuurwerkhandelaar. In eerste instantie worden die zonder naam opgevoerd, om te benadrukken dat ze echt vanuit hun functie worden aangesproken. Nu is het persoonlijke en zakelijke in dit soort kwesties altijd lastig te scheiden, maar in sommige gevallen is dat wel héél moeilijk. Voor Rudi Bakker, één van twee directeuren van het verantwoordelijke bedrijf S.E. Fireworks, is dat bijvoorbeeld nauwelijks te doen. Hij wordt nog altijd met de nek aangekeken.

Ook voor anderen had de ramp, en het onderzoek dat daarnaar werd gedaan door de Commissie Oosting, persoonlijke consequenties, blijkt uit deze nauwgezette reconstructie, waarbij het spel zwarte pieten ruim twintig jaar na dato nog altijd niet helemaal blijkt te zijn uitgespeeld. Na afloop blijft toch de vraag hangen of ‘Enschede’ en soortgelijke rampen werkelijk zijn te voorkomen. De koe in de kont kijkend kan natuurlijk iedereen constateren wat er zoal verkeerd is gegaan, en wie dat is te verwijten (of, in politieke termen, wie ervoor verantwoordelijk was), maar was de vuurwerkramp echt te voorzien en daardoor ook te voorkomen?

De Waarheid is hier te bekijken.

De Politieke Droom Van Rick Brink

c: Frank van der Burg / KRO-NCRV

Het was een idee van KRO-NCRV en presentatrice Lucille Werner: de verkiezing van een Minister van Gehandicaptenzaken, die de belangen van mensen met een beperking zou gaan vertegenwoordigen. Tijdens een liveshow op 17 juni 2019 wordt uit zes kandidaten de eerste minister gekozen: Rick Brink, een ambitieuze dertiger uit Hardenberg die weet waarover hij praat. Vanwege Osteogenesis Imperfecta, een zeldzame aangeboren en erfelijke bindweefselaandoening, zit hij al zijn hele leven in een rolstoel.

Brink is ook al enkele jaren actief als gemeenteraadslid voor het CDA en wil nu wel eens de overstap naar Den Haag maken, waar personen met een beperking ernstig zijn ondervertegenwoordigd. Hij stelt zich kandidaat voor de kieslijst voor de Tweede Kamerverkiezingen. De documentairemakers Ben Jebbink en Nienke de Looff mogen meekijken terwijl hij zich aan de interne procedure onderwerpt. Net als zijn beste vriend Piet-Cees van der Wel overigens, die ineens een directe concurrent is geworden.

Rick Brink beheerst het politieke spel al heel aardig. Hij tempert steeds slim de verwachtingen als hij na een selectieronde weer eens zit te wachten op een telefoontje van de secretaris van de vertrouwenscommissie. In werkelijkheid vindt de minister dat hij inmiddels wel recht heeft op een verkiesbare plek. Binnen het CDA hebben ze hem vaak genoeg, op het ongemakkelijke af zelfs, gefêteerd vanwege zijn werk voor mensen met een beperking. Nu wordt het, zegt hij zonder omhaal van woorden, tijd voor boter bij de vis.

Dat is een interessant uitgangspunt voor zo’n typische politieke docu, waarin een (kandidaat)politicus wordt gevolgd tijdens (interne) verkiezingen. Het is altijd weer de vraag of, en zo ja wanneer, die zich in zijn kaarten laat kijken. Rick Brink houdt heel lang zijn ‘pokerface’ op. Totdat doorsijpelt dat, of all people, ook Lucille Werner kandidaat is voor de CDA-lijst en dat ze nog wel eens op een hoge plek zou kunnen belanden ook. Brink belt direct verontwaardigd een bevriende partijprominent op. ‘Dat laten we toch niet gebeuren, of wel?’

Zijn ouders Geert en Roelie vinden intussen dat hij ‘Hugo’ moet gaan bellen. Dit mag hun zoon niet over zijn kant laten gaan. Zo ontvouwt zich een spannende climax voor deze heel vermakelijke campagnedocu (die alleen wel zonder die journalistiek verantwoorde voice-over had gekund, ingesproken door Sven Kockelmann), waarin glashelder wordt dat politieke dieren met een beperking toch ook maar heel gewone politieke dieren zijn. Met die mooie inclusieve gedachte zal Rick Brink het ongetwijfeld eens zijn.

Sigrid Kaag: Van Beiroet Tot Binnenhof

Hans Fels / VPRO

Onderhandelaar In Oorlogstijd, de aflevering van Tegenlicht die Shuchen Tan in 2015 maakte, heeft ongetwijfeld bijgedragen aan het imago van Sigrid Kaag als topdiplomaat, een vrouw die in de helleholen van de wereld strijdende partijen uit elkaar houdt of zelfs tot elkaar probeert te brengen. Het was moeilijk om níet onder de indruk te raken van de VN-gezant Kaag, die bijvoorbeeld het hoofd koel en hart kloppende hield tijdens de oorlog in Syrië en de vluchtelingenstroom die daardoor op gang kwam.

Die bewondering voelde Shuchen Tan zelf vermoedelijk ook. In de navolgende jaren bleef ze haar hoofdpersoon volgen. Het kwam desondanks als een verrassing toen die het steven wendde richting Nederland, om in eigen land minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking te worden in het kabinet Rutte III. Wat had de vaak kleine vaderlandse politiek te bieden aan deze vrouw van de wereld? En hoe zou die gedijen in een context, waarin er vaker vliegen werden afgevangen dan mensenlevens gered?

Die vraag ligt ten grondslag aan de documentaire Sigrid Kaag: Van Beiroet Tot Binnenhof (76 min.) en heeft alleen maar meer lading gekregen doordat de hoofdpersoon sindsdien ook nog politiek leider is geworden van haar partij D66 en de komende maanden dus als lijsttrekker campagne moet gaan voeren voor de Tweede Kamerverkiezingen. Moet gaan voeren, omdat het getuige deze film nog maar de vraag is of ze zich daarbij senang zal voelen. En, eerlijk gezegd, ook of ze daarin op haar best zal zijn.

‘Het is een totaal onbeschermde tak van sport, met een niveau van gemeenheid en laagte dat ongekend is’, zegt Sigrid Kaag zelf met een zeker dedain over de vaderlandse politiek, waarin ze desondanks ook de komende jaren een prominente rol wil spelen. Vanaf haar terugkeer naar Nederland is ze, mede vanwege haar Palestijnse echtgenoot die ooit actief was binnen de PLO, onderdeel geweest van een (online) lastercampagne. Tegelijkertijd is er de voortdurende druk om de persoon achter de politicus centraal te stellen. Dat gaat eveneens tegen haar natuur in. ‘Je moet weten of ze capabel zijn, of ze betrouwbaar zijn’, doceert ze. ‘En kunnen ze het aan?’

Al het andere is nodeloze ballast, wil Kaag maar zeggen. Maar of ze zich met die attitude staande zal kunnen houden in de slangenkuil die ook de Nederlandse politiek kan zijn? En waarom wil ze dat eigenlijk? Is het werkelijk alleen plichtsbetrachting? Het zijn vragen die ook Shuchen Tan zichzelf stelt in de voice-over waarmee ze de verschillende elementen van deze film, die geregeld schakelt tussen het huidige en vroegere leven van haar protagonist ‘Sigrid’, bij elkaar houdt. 

Dat is geen ongebreidelde lofzang geworden, zoals critici lijken te suggereren, die met het oog op de aanstaande verkiezingen de timing van de documentaire betwisten. En ook geen meeslepende film over een politieke buitenstaander die brandschoon probeert te blijven terwijl ze in een modderpoel duikt. Sigrid Kaag: Van Beiroet Tot Binnenhof is eerst en vooral, opnieuw, een portret van een diplomaat aan het werk. Waarbij het internationale decor van die eerdere film zeker zo interessant is als de Haagse kaasstolp waarbinnen ze tegenwoordig moet zien te blijven ademen.

Eind juni 2021 is deze documentaire onder vuur komen te liggen omdat de makers D66 de ruimte zouden hebben gegeven om de inhoud en uitzenddatum van de film te beïnvloeden. Zie hieronder het item van Nieuwsuur daarover: