Mo Ihattaren – De Beproeving

Act Of Sports / BNNVARA

Op het dieptepunt weegt hij 117 kilo. De kans op een carrière als topvoetballer lijkt enkele jaren geleden definitief verkeken voor Mohamed Ihattaren. Het voormalige supertalent is begin twintig en lijkt toch al volledig uitgerangeerd. De ‘slapzak eerste klas’, aldus Johan Derksen, heeft ‘t helemaal verknald bij topclubs als PSV, Juventus en Ajax en wordt alom uitgekotst. Geen club wil zijn vingers nog branden aan het Marokkaans-Nederlandse enfant terrible.

En dan besluit hij er toch nog een keer vol voor te gaan. Ondersteund door zijn eigen ‘Team Mo’, onder leiding van oud-speler José Fortes Rodriguez. Personal trainer Jivan Akihary probeert Ihattaren lichamelijk helemaal fit te krijgen, mental coach Bram Bakker bekommert zich om de geestelijke kant. En Koen Veenstra en Ricardo Kishna zorgen voor de dagelijkse begeleiding. Hij beschikt van zichzelf niet over de juiste mindset, windt Kishna er geen doekjes om in Mo Ihattaren – De Beproeving (55 min.). ‘Anders had ie ons allemaal niet nodig gehad.’

Getuige deze heel aardige docu van Joel van den Heuvel en Tim van Maanen is Mo’s grote steun en toeverlaat echter zijn oudere broer Yassir. Hij voedde hem zowat op, ging altijd mee naar Eindhoven toen Mohamed in de jeugd van PSV speelde en fungeert nog altijd als een soort vaderfiguur voor hem. Zeker nadat hun vader Mostapha na een lang ziekbed, waarbij Mo veelal weg was gehouden, in 2019 overleed, probeerde hij hem samen met moeder Ihattaren op koers te houden. De dood van het gezinshoofd markeerde overigens meteen de start van hun oogappels neergang.

Er is destijds, dat maakt deze film wel duidelijk, erg hard geoordeeld over de tiener die en plein public moest opgroeien en rouwen. Zodra hij over zijn vader spreekt in De Beproeving oogt die ogenschijnlijk nét iets te arrogante Mo al snel weer als een beschadigd joch, dat geen raad weet met zijn gevoelens. ‘Ik ben een emotievreter’, bekent hij onomwonden. Het Utrechtse raspaardje kan echter ook grappen over de tijd dat een voetbalcarrière verder weg leek dan ooit. ‘Op een gegeven moment wilde ik bijna naar de Hunkemöller gaan, om beha’s te passen.’

Ihattaren, die na enkele jaren weer thuis bij zijn moeder woont, krijgt dan echt iets ontwapenends. In de juiste omgeving, tussen de juiste mensen, is het helemaal geen slecht jong. Dat spreekt ook uit de warme woorden die Mark van Bommel, jarenlang zijn trainer bij PSV, nog altijd aan hem wijdt. Hij heeft de mens en de voetballer Mohamed Ihataren, die zich via RKC Waalwijk naar een contract bij eredivisieclub Fortuna Sittard heeft geknokt, duidelijk nog niet opgegeven – hoe sceptisch Johan Derksen, ooit één van de mannen die hem over het paard tilde, daarover ook is.

Dit portret is ongetwijfeld bedoeld om het joch Mo achter het %#@-ventje Ihattaren vandaan te halen. Zodat de allerlaatste kans voor deze potentiële topspeler ook daadwerkelijk kans van slagen heeft. Hij bezoekt daarin verder zijn eerste club S.V. Houten, laat zich als een eregast onthalen op een kickboksgala en geeft alles wat ie in zich heeft tijdens een bokstraining. En hij gaat, in het kader van zijn persoonlijke herbronning, naar Al Hoceima in Marokko, om het graf van zijn vader zaliger te bezoeken. Om nog eens goed te beseffen waarvoor – en voor wie – hij ’t doet.

Trump: The Criminal Conspiracy Case

BBC

Ze hebben tegenwoordig allemaal hun eigen ‘mugshot’: de omstreden advocate Sidney Powell, grondwetsdeskundige John Eastman, voormalig burgemeester van New York Rudy Giuliani en – natuurlijk – oud-president Donald Trump. In totaal stelt openbaar aanklager Fani Willis van Fulton County in de zaak van The State of Georgia vs. Donald J. Trump et. al negentien Amerikanen in staat van beschuldiging vanwege het opzetten van een criminele samenzwering na de tumultueuze presidentsverkiezingen van 2020.

De Britse documentaire Trump: The Criminal Conspiracy Case (89 min.) reconstrueert deze gevoelige kwestie met Willis, de verdachten John Eastman en Trevian Kutti, de conservatieve advocate Ashleigh Merchant, de verkiezingsofficials Brad Raffensperger en Gabriel Sterling van Georgia, de parlementsleden Beach en Jordan van die staat, Eric Coomer van de stemmachineleverancier Dominion, rechter Robert McBurney, de sheriff die Trumps politiefoto maakte en een jurylid (dat anoniem wil blijven).

Illustratief is het verhaal van Ruby Freeman, een vrijwilliger die er door Team Trump van wordt beschuldigd dat ze tijdens het tellen van de stemmen op de verkiezingsdag zou hebben gesjoemeld. Nadat haar naam in de openbaarheid is gebracht, wordt ze in haar woonplaats Atlanta ineens achtervolgd door een witte auto, met een man die erin die zich tegenover de politie identificeert als ‘pastor’ Stephen Lee. Deze schimmige figuur staat ook regelmatig te posten bij Freeman voor de deur.

Als de vogel Lee is gevlogen, ontvangt zij bezoek aan huis van ‘crisismanager’ Trevian Kutti, die vanuit Chicago is ingevlogen. Die dwingt uiteindelijk een ontmoeting op het politiebureau af, waar ze Freeman een advocaat probeert aan te smeren. Kutti zal uiteindelijk aangeklaagd worden voor pogingen om een valse getuigenverklaring te verkrijgen. ‘Ik ben mijn naam, reputatie en gevoel van veiligheid kwijt’, blikt Freeman geëmotioneerd terug tijdens haar officiële verklaring in de rechtbank.

Zo laat deze onrustbarende film toch nét weer een andere kant zien van de donkere periode tussen de presidentsverkiezingen van dinsdag 3 november 2020 en de bestorming van het Capitool op 6 januari 2021. Het geweld op die dag komt ook slechts zijdelings aan de orde. De focus ligt veel meer bij de machinaties achter de schermen, om Trumps vicepresident Mike Pence ertoe te bewegen om nepdelegaties voor het electoral college te valideren, zodat zijn baas alsnog kan worden herkozen.

Het laatste deel van de documentaire besteedt filmmaakster Marian Mohamed tenslotte aan de rechtszaak tegen de negentien verdachten, een proces dat gepaard gaat met de gebruikelijke laster, bedreigingen én vertragingstechnieken. Zodat het vonnis over de verkiezingen van 2024 kan worden getild en één van hen straks misschien alle problemen weer kan wegwerken als hij opnieuw wordt gekozen tot president.

The Mother Of All Lies

Vedette Film

Een verleden dat nooit is vastgelegd of waarvan de beelden zijn vernietigd – en dat dus moet voortleven in het geheugen – laat zich veertig jaar na dato niet zomaar weer op te roepen. Met The Mother Of All Lies (97 min.), dat op het filmfestival van Cannes twee prijzen in de wacht sleepte, slaagt Asmae El Moudir erin om een trauma van de buurt in Casablanca, waar ze zelf is opgegroeid, te verbeelden. Omdat er maar één foto van bestaat, zorgt ze zelf voor het ‘archiefmateriaal’.

In deze bijzonder inventieve film, waaraan ze jarenlang heeft gewerkt, neemt El Moudir enkele sleutelfiguren uit haar jeugd mee naar een atelier, waar ze samen met haar vader Mohamed een decor op Madurodam-formaat heeft ontworpen van de wijk Sebata. Die komt met zelfgemaakte straten, huizen, straatverlichting, huisraad, allerhande objecten én kleipoppetjes van de hoofdrolspelers, gecombineerd met een levendige audiotrack, weer helemaal tot bloei.

De Marokkaanse filmmaakster kijkt er rond met Mohamed, haar moeder Ouarda, de buurmannen Abdallah en Said én haar grootmoeder Zahra, een bitse vrouw die door kleindochter wordt omschreven als ‘een dictator die haar gehele omgeving onderdrukt’. Als Zahra zich bijvoorbeeld niet kan vinden in het portret dat een kunstenaar van haar heeft getekend op een glasplaat, slaat de bejaarde vrouw die rücksichtslos aan gruzelementen met haar wandelstok.

Een beetje zoals de door haar bewonderde Marokkaanse koning Hassan II in 1981 een demonstratie tegen zijn bewind, het zogenaamde ‘Broodoproer’, met bruut geweld liet neerslaan – en zoals Zahra zelf ook alle foto’s van het verleden heeft verbrand. Daarmee kan de geschiedenis natuurlijk niet worden uitgewist. Op zaterdag 20 juni 1981, een dag waarover doorgaans angstvallig wordt gezwegen, zijn in totaal zo’n zeshonderd doden gevallen, óók in hun eigen wijk.

‘Ik heb er niets van gezien’, beweert oma Zarah niettemin stellig, als haar kleindochter daar expliciet naar vraagt. ‘En ook als ik wél iets had gezien…’ Een dag later worden er allerlei deuren ingetrapt en buurtbewoners gearresteerd, waaronder de twee nu aanwezige buurmannen. In een koortsachtige scène bij een miniatuurcel reconstrueert Abdallah deze traumatische ervaring, waarbij hij ernstig is mishandeld en vervolgens in een overvolle gevangenis wordt gesmeten.

De beulen bekleden nu belangrijke posities terwijl de slachtoffers in een massagraf liggen, schreeuwt een spandoek tijdens een demonstratie om aandacht te vragen voor de slachtoffers, waarbij ook Said is te ontwaren. Deze ingenieuze film, op spaarzame momenten ingekaderd door El Moudirs bijna gefluisterde voice-over, toont op microniveau hoe de gebeurtenissen van toen nog altijd doorwerken in het leven van nu. In een kleine wereld krijgen grote emoties alle ruimte.

The Mother Of All Lies zet zo een nauwelijks gedocumenteerde misdaad tegen de menselijkheid alsnog, op onvergetelijke wijze, op ieders netvlies.

Life Is Beautiful

IDFA

Het zou een culturele uitwisseling worden van een maand. De jonge Palestijnse filmmaker Mohamed Jabaly wordt in 2014 met open armen ontvangen door een gastgezin in de Noorse zustergemeente Tromsø. Dan gaat echter onverwacht en voor onbepaalde tijd de grens naar Gaza dicht en zit hij vast in een kleine gemeenschap boven de poolcirkel. De Noorse regering wil bovendien zijn Palestijnse paspoort niet erkennen. Jabaly wordt beschouwd als ’statenloos’.

En daarmee komt in de aardige egodocu Life Is Beautiful (originele titel: Al Haya Helwa, 86 min.) een lang en slopend bureaucratisch proces op gang. Want terwijl zijn debuutfilm Ambulance, afgerond in Tromsø, is te zien op alle internationale filmfestivals, wordt hij als autodidact door de Noorse autoriteiten niet erkend als filmmaker. Mohamed Jabaly komt dus ook niet in aanmerking voor een nieuw visum en wordt geacht om het land weer te verlaten.

Hoewel de goedlachse Palestijn alle steun krijgt van de plaatselijke gemeenschap lijkt het verdict, na diverse slepende beroepszaken, eind 2016 wel duidelijk: hij zal nog vóór Kerstmis moeten vertrekken. Maar waar moet hij heen? De situatie lijdt tot een steunbetuiging vanuit de Scandinavische filmwereld: ‘Mohamed is mijn collega.’ Deze docu heeft een soortgelijk effect: het is moeilijk om niet te sympathiseren met de Palestijnse filmer die zich in korte tijd geliefd heeft gemaakt.

Intussen zit Mohamed jarenlang vast in een soort niemandsland, tussen de winterse taferelen van Noord-Noorwegen, waar hij zich welkom voelt maar niet mag blijven, en Gaza, waar hij thuis is maar al jaren niet naartoe kan. Die patstelling krijgt gaandeweg steeds meer vat op zijn gemoed. Elke keer valt er weer, voor het oog van de camera, een nieuwe beslissing op de digitale deurmat. Waarop hij samen met zijn medestanders en de moed der wanhoop dan weer moet anticiperen.

Mohamed Jahaby’s situatie lijkt tevens exemplarisch voor de benarde positie van zijn volk, dat al decennia in de verdrukking zit en zich door de actuele politieke situatie in Gaza weer even in de belangstelling van de rest van de wereld mag verheugen. Het leven is mooi, de optimistische titel van deze documentaire waarmee de Palestijnse filmer op het IDFA de prijs voor beste regie won, valt ondertussen alsmaar moeilijker vol te houden. Waar dan? En hoe valt het tij te keren?

FIFA Uncovered

Netflix

Aan de vooravond van het omstreden wereldkampioenschap voetbal in Qatar, alwéér een schandvlek voor de FIFA, stoft Daniel Gordon de scandaleuze historie van de wereldvoetbalbond af. De Britse filmmaker (9.79The Fall en The Life And Times Of Oscar Pistorius) heeft in sport al vaker een aansprekende arena gevonden voor het vertellen van een maatschappelijk relevant verhaal. FIFA Uncovered (221 min.) vormt daarop geen uitzondering.

De vierdelige docuserie start in 1974 als de Braziliaanse oud-sporter João Havelange voorzitter wordt van de voetbalbond en daarna met hulp van Horst Dassler, oprichter van het sportmerk Adidas, een ordinaire geldmachine maakt van de FIFA. Gaandeweg begint Havelange’s rechterhand echter te azen op diens positie. In 1998 is het zover: de Zwitser Joseph ‘Sepp’ Blatter heeft zijn baas op slinkse wijze naar de uitgang gedirigeerd en wordt vervolgens – na een zeer omstreden campagne, waarbij Afrikaanse officials zouden zijn omgekocht – gekozen tot voorzitter van de voetbalbond.

Daarmee verwordt de FIFA definitief tot een corrupte organisatie, waarbinnen machtsspelletjes, handjeklap en schaamteloze corruptie gemeengoed worden. Gordon spreekt in dat kader met insiders/klokkenluiders zoals Mohamed Bin Hammam, Jérôme Valcke en Guido Tognoni, goed ingevoerde journalisten vanuit allerlei verschillende landen en enkele opsporingsambtenaren die bij het Amerikaanse justitiële onderzoek naar de sportbond zijn betrokken. En ook voetbals eigen Machiavelli, Sepp Blatter, krijgt de gelegenheid om zichzelf opnieuw van elke blaam te zuiveren en de schuld, direct of indirect, bij iemand uit zijn professionele entourage neer te leggen.

FIFA Uncovered richt zich niet zozeer op het lichten van nieuwe tegels als wel op het inkaderen en illustreren van al bekende misstanden. De gênante ‘bromance’ met anti-Apartheidsicoon Nelson Mandela bijvoorbeeld, die het WK naar Zuid-Afrika probeert te halen. Het moddergevecht tussen de sjoemelende sportbobo Jack Warner uit Trinidad & Tobago en de overmoedige beroepsofficial Chuck Blazer, die in de greep raakt van de Amerikaanse justitie. En de besmette keuzes voor Rusland en Qatar als organiserende landen voor de wereldkampioenschappen van 2018 en 2022, in een soort reprise van de roemruchte ‘sportswashing’-evenementen van Berlijn in 1936 en Argentinië in 1978.

In de afgelopen halve eeuw heeft de FIFA zich ontwikkeld tot zo’n beetje het ultieme ’old boys network’, een broederschap van mannen die samen de (voetbal)wereld runnen, daarbij verdacht goed voor elkaar en zichzelf zorgen en de ander consequent de hand boven het hoofd houden. Tenminste, totdat hun eigen positie in gevaar dreigt te komen. En dat allemaal geheel indachtig die tamelijk protserige FIFA-slogan: For The Game, For The World.

L’Amour La Mort

Doxy

Waarom aaien we zo graag een beest dat ons elk moment met huid en haar kan opvreten en weer uitspugen? In gewone mensentaal: waarom blijven we zo verslingerd aan de liefde, terwijl die ons intens pijn kan doen? In L’Amour La Mort (91 min.) exploreert Ramón Gieling twee kanten van dezelfde medaille: liefde en de dood.

Hoewel dat pas later duidelijk wordt, vertrekt hij daarbij vanuit een persoonlijk verhaal: de liefde van zijn broer Willem voor Mieke de Graan. Vanuit Spanje stuurt hij haar gepassioneerde brieven. Totdat het noodlot toeslaat. Gieling verweeft dit tragische verhaal met andere liefdesgeschiedenissen, zoals het relaas van de Belgische metrobestuurder Mohamed el Bachiri. Bij de terroristische aanslagen in Brussel van 2016 kwam zijn geliefde vrouw Loubna om het leven. Hij leeft nu met en zonder haar en schreef er onder andere het boek Een Jihad Van Liefde over.

Tijdens zijn met weelderige muziek en barokke taferelen aangeklede zoektocht doet Gieling ook Michel Guillot en zijn dementerende partner Stan Wouters aan. Die oogt tegenwoordig als een bejaarde peuter, routinematig kauwend op een tutteldoekje. Samen dromen ze weg bij hun favoriete nummer: Wonderful Life van Black. En Erando Gonzales wil dat zijn hart wordt overhandigd aan de liefde van zijn leven, Giovanna Mazotti. ‘Voor een laatste omhelzing. Om er een laatste kras op te geven. Het vast te grijpen en met een dierlijke kreet te verslinden.’

Gonzalez laat zich onder de loep nemen door cardioloog Ivo van der Bilt. Die doet onderzoek naar het gebroken hartsyndroom. Volgens hem heeft een gebroken hart een afwijkende hartslag. Klinisch psycholoog Freddy van der Veen onderzoekt dan weer romantische afwijzing en acceptatie. De jonge Litouwse vrouw Emilia Sabaliauskaite neemt bij hem deel aan een experiment, waarbij ze eerst moet laten weten of ze met een bepaalde man op date zou willen en naderhand wordt geconfronteerd met het antwoord dat hij op diezelfde vraag heeft gegeven.

Zo verkent het lyrische L’Amour La Mort op intuïtieve wijze alle uithoeken van liefde en lijden, waarbij Ramón Gieling nog een bijzondere plek inruimt voor de bekende Belgische psychiater Dirk de Wachter, een gekende expert op dit specifieke terrein. Sinds enige tijd weet hij ook uit eigen ervaring waar hij over praat. Alle verschillende bouwstenen bezorgen deze film uiteindelijk een filosofische en poëtische onderlaag, die vakkundig tot een climax wordt gebracht met een eindscène, waarin kinderen volkswijsheden bezigen over de liefde. Die zij zelf nog moeten gaan verkennen.

Als ze nog willen of durven.

800 Metros

Netflix

‘Dit is het bewijs dat moslims de glorie en de kracht hebben door de wil van de almachtige God’, zegt Youssef trots in de camera. ‘Jullie zijn zwak en nietig. Dit is voor jullie, vijanden van Allah.’ Samen met zijn kompanen is de jongen in Spanje explosieven aan het maken. ‘Jullie wilden ons omkopen met jullie banen en jullie verhalen’, vult Mohamed aan. ‘Die boeien ons niet. De almachtige God heeft ons gekozen uit miljoenen mensen om jullie bloed te laten huilen.’ Even later poseert hun vriend Younes, die nog danig van zich zal doen spreken, trots met een bomgordel. ‘Die zegt boem!’

De grootspraak van de jongens – mannen kun je het nauwelijks noemen – heeft bijna iets aandoenlijks. Bijna. Hun intenties zijn helder: dood en verderf willen ze zaaien in ‘het land van de ongelovigen’. Allerlei snode plannen zijn al de revue gepasseerd: de Sagrada Familia, Camp Nou of de Eiffeltoren. Vanuit een huis in de Catalaanse gemeente Alcanar bereiden ze hun operatie voor. Intussen maken de jongelingen even jolige als macabere filmpjes. Op 17 augustus 2017 barst de bom. Niet op een openbare plek, maar in het appartement waar ze zelf aan de slag waren.

Toch zal het groepje geradicaliseerde moslims, dat zich spiegelt aan Islamitische Staat, wel degelijk toeslaan: met een wit busje rijdt één van hen op de Ramblas, de bekende wandelpromenade in het centrum van Barcelona, in op winkelende mensen. Dertien willekeurige burgers worden gedood, honderden raken gewond. In de grimmige driedelige documentaireserie 800 Metros (156 min.) reconstrueert Elías Léon met deskundigen, slachtoffers en direct betrokkenen minutieus deze terreurdaad, die met behulp van filmpjes van de daders, beveiligingscamerabeelden en een digitale maquette inzichtelijk wordt gemaakt. Aflevering 1 richt zich op de voorgeschiedenis. In deel 2 staat de dodenrit zelf centraal. En het slot belicht een schietpartij in het nabijgelegen Cambrils waartoe de terroristische cel daarna a l’improviste is overgegaan.

Het is een onrustbarend verhaal. Over ogenschijnlijk doodnormale jongeren, die zijn opgegroeid in een westers land, langzamerhand in de ban raken van een extremistische ideologie en in naam daarvan hun toevlucht nemen tot onmenselijke daden. Het duurt daarna niet lang voordat die, uit puur opportunisme, worden geclaimd door IS. Ze zijn ook koren op de molen van Spanjaarden die sowieso weinig op hebben met de integratie van mensen met een buitenlandse afkomst. En dan worden de slachtoffers en nabestaanden van de ‘martelaren’ na de gruweldag ook nog eens aan hun lot overgelaten.

Rudi – Achtervolgd Door 9/11

Videoland

‘Ik zeg altijd: 9/12 is mijn 9/11’ vertelt Rudi Dekkers over de terroristische aanslagen van 11 september 2001. ‘Het was voor mij een ver van mijn bed-show op dat moment. Want wie had er nou de indruk dat ik ermee te maken zou hebben?’ En toen stonden er, een dag nadat twee ‘kisten’ de World Trade Centers-torens waren binnenvlogen, ineens FBI-agenten voor de deur bij Dekkers’ vliegschool in Florida. Ze wilden enkele dossiers inzien. De Nederlander wist direct over welke klanten ze meer informatie wilden hebben: Mohamed Atta en Marwan El Shehhi.

De Al-Qaeda-terroristen hadden hun vliegbrevet gehaald bij Huffman Aviation in Venice. En dat namen veel gewone Amerikanen de eigenaar kwalijk, vertelt die in Rudi – Achtervolgd Door 9/11 (111 min.). Rudi Dekkers voelde zich uitgekotst door het land van de onbegrensde dromen, waar hij in de jaren negentig naartoe was geëmigreerd. En nieuwe klanten kwamen er ook niet meer. Waardoor eerst zijn bedrijf op de fles ging en daarna zijn huwelijk stukliep. Rudi werd volgens eigen zeggen ‘destroyed’ door 9/11. Hij bleef uiteindelijk volledig berooid achter, woedend op de ‘government’.

Toen kennissen van zijn nieuwe geliefde hem vroegen of hij eens van Houston naar Miami of North Carolina wilde vliegen, rook de Nederlander direct onraad. Hij zat echter ‘compleet aan de grond’ en stemde dus tóch toe. ‘Eerlijk gezegd was Rudi geen goede crimineel’, zegt zijn advocaat John T. Floyd daar nu over. ‘Dit was de eerste keer dat hij bij zoiets betrokken was. En hij heeft zijn sporen bepaald niet goed uitgewist.’ Rudi Dekkers vroeg om problemen en kreeg ze dus ook, eerst met justitie en later in de gevangenis.

In deze driedelige serie laat hij zich kennen als een stronteigenwijze man, die nog altijd achter zijn eigen keuzes lijkt te staan. Hoe verkeerd die soms ook zijn uitgepakt. Omdat hij nu eenmaal op ‘zwart zaad’ zat of met zijn rug ‘ín de muur’ stond. En dat is nog veel erger dan tégen de muur! Regisseur Alessio Cuomo laat zijn hoofdpersoon helemaal leeglopen, stut diens relaas met interviews met een persoonlijke vriend, zijn ghost writer, een FBI-agent en de Nederlandse correspondent Max Westerman en laat er uiteindelijk ook, via zijn zoon, enkele flinke kanttekeningen bij plaatsen.

Een logisch en compleet verhaal wordt dit – ondanks, of door, een overdaad aan sterke verhalen, dikke muziek en slow motion-sequenties – uiteindelijk niet. Waarbij het ook de vraag is of de gebeurtenissen op 9/11 en de nasleep daarvan, gecombineerd met ‘s mans moeilijke jeugd, werkelijk een verklaring vormen voor Dekkers’ aanvaringen met de wet. Doordat Cuomo allerlei tijdsprongen maakt, zijpaden bewandelt en losse eindjes achterlaat wordt zijn betoog soms echt onsamenhangend. Zelfs nieuwe informatie over Rudi’s rol in het onderzoek naar 11 september, helemaal aan het eind van de serie geoffreerd, slaat daarom een beetje dood.