2073

Neon

2073 wordt een ongelooflijk teringjaar. Daar was 1984 nog helemaal niets bij. Of, nu ik er toch over nadenk: 1933. In 2073 (85 min.) hebben de Verenigde Staten wel iets te vieren: partijvoorzitter Trump is dan dertig jaar aan de macht. Ivanka, bedoel ik. Dat zou trouwens ook een reden kunnen zijn om – als ik deze, ahum, hybride van sciencefiction en docu mag geloven – je kop door een muur te beuken en hem daarna af te hakken.

Kijk maar naar die vrouw met de Spartaanse coupe, die me echt aan Samantha Morton doet denken. Uit Minority Report, weet je wel. Ook al zo’n – ik moet even kijken hoe ik dit spel – dystopie. Zie hoe ongelukkig ze uit haar ogen kijkt. Zou ik overigens ook doen. Alles lijkt kapot, het is er pikkedonker en er is nauwelijks een ander mens te zien. Geen wereld om naar te verlangen, zou ik zo op z’n janboerenfluitjes zeggen.

Dat ‘t mis zou lopen – in 2036, bij het één of andere apocalyptische ‘event’, zo heb ik me laten vertellen – kon je zien aankomen. Positief bekeken: dan hebben we nog een jaar of twaalf om er een nog veel grotere janboel van te maken. Tell it against them, Asif. Kapadia, bedoel ik. Van Senna, Amy en Diego Maradona. Aan het eind van hun tunnel zag ie nog wel licht – ook al is dat bij alle drie inmiddels lang en breed uitgedoofd.

Duterte, Modi, Johnson en Trump zijn natuurlijk ongelooflijke klootzakken. Maar de echte linkmiegels heten Zuckerberg, Bezos en Musk. Nou vergeet ik bijna Peter Thiel. En dat is precies zijn bedoeling. Deze libertariër trekt het liefst achter de schermen aan de touwtjes. Zodat hij en die andere autistische überegoïsten al het geld en de macht krijgen – en de rest, wij dus, helemaal niets. Survival of the richest, volgens Asif.

‘Ze’ houden ons graag continu in de gaten. Zodat je geen stap verkeerd kunt zetten. En zij bepalen dus wat verkeerd is, gesnopen? En als er nog iets van levensplezier over is, knijpt artificial intelligence – tis en blijft Tegenlicht voor dummies, in een afgekeurd Philip K. Dick-verhaal – dat laatste beetje er ook nog wel uit. De aarde gaat trouwens toch naar de ratsmodee. Dus al het voorgaande doet er in wezen ook niet toe, toch?

Sorry, nou heb ik alles eigenlijk al verraden.

About A Hero

NOISE

Kaspar kan aan de slag. Werner Herzog heeft hoogstpersoonlijk toestemming verleend. ‘Probeer hem maar eens albino-krokodillen te voeden, om zo paleontologische kunst te maken’, geeft de Duitse meesterfilmer als tip mee aan documentairemaker Piotr Winiewicz. ‘Het gaat kunstmatige intelligentie niet lukken!’ houdt hij hem voor de zekerheid ook nog voor. ‘Veel succes!’

Het duurt in About A Hero (84 min.) vervolgens slechts luttele minuten of die uit duizenden herkenbare stem, hoogwaardig Engels met een onmiskenbaar Duits accent, begint het eerste personage in deze film aan te sturen: de gesoigneerde media-advocaat Robert J. deBrauwere – of een digitale representatie van hem. DeBrauwere heeft zojuist in z’n klinische kantoor in de één of andere wolkenkrabber voorgelezen welke juridische speelruimte Winiewicz heeft bij het maken van deze, déze dus, ‘documentaire’.

Met een voice-over start Kaspar, de AI die is getraind met Herzogs werk, een verhaal op dat is gesitueerd in het industriestadje Getunkirchenburg, waar ‘Herzog’ bij aankomst direct stuit op een ‘peculiar mixture of mistery and misery’. En dat gevoel wordt nog eens versterkt door de dood van een fabrieksarbeider genaamd Dorem Clery. Waarna een vrouw, in zwart-wit en zeer close in beeld genomen, vertelt hoe plichtsgetrouw Clery was. ‘We moeten voorzichtig zijn met de machines’, zou hij volgens haar hebben gezegd.

Werner Herzog, de echte, heeft deze hele onwerkelijke exercitie natuurlijk over zichzelf afgeroepen. ‘A computer will not make a film as good as mine in 4500 years’, liet hij in 2016 op het Sundance Film Festival optekenen. Was het in een overmoedige bui? Winiewicz heeft de uitspraak in elk geval aangegrepen om een ontregelende, bij vlagen ook grappige en uiteindelijk zeer verontrustende film te maken, waarin klassieke elementen uit pak ‘m beet thriller, sciencefiction, erotiek en horror zijn verwerkt.

Herzog is daarvoor ook een perfect uitgangspunt/doelwit. Hij was altijd al een maker die geregeld switchte tussen fictie en non-fictie, met een zeer uitgesproken eigen stijl bovendien en overduidelijk genietend van zijn eigen gebruik van symboliek en muziek. Maar is Winiewicz’s ingenieuze film ook méér dan een gigantische ‘mindfuck’, een spel met de menselijke geest waarbij Clery’s machine natuurlijk staat voor de alomtegenwoordigheid en oneindige mogelijkheden van artificial intelligence?

Jazeker. About A Hero is niet per definitie continu een fijne kijkervaring, maar stelt, ook via gastbijdragen van bijvoorbeeld komiek/schrijver Stephen Fry, kunstenares Stephanie Dinkins en schrijver Charles Mudede, existentiële vragen over mens, machine en creativiteit. Over echt en onecht. En over empathie. Kun je bijvoorbeeld meeleven met zo’n overduidelijk kunstmatig geconcipieerd verhaal en digitaal gecreëerde personages? Kun je de deepfakes überhaupt onderscheiden van de echte mensen en acteurs (*)?

Uiteindelijk zijn al die indrukken terug te brengen tot één enkele vraag: waar zit ik (in Godsnaam) naar te kijken? En dat is, natuurlijk, precies de bedoeling. Van Winiewicz, Herzog en – als gevolg daarvan ook – Kaspar.

(*) De aftiteling wordt daarmee een wezenlijk onderdeel van de film.

Time Bomb Y2K

HBO

In de wetenschap dat die hele millenniumbug niet meer dan een storm in een glas water is gebleken, krijgen de doemscenario’s in Time Bomb Y2K (80 min.) al snel iets komisch. Op 1 januari 2000 zou de wereld met de ene na de andere ramp worden geconfronteerd. Van falende energievoorzieningen en een imploderend financieel systeem tot plotse hongersnood en acute problemen met kernreactoren en -bommen.

En dat allemaal vanwege één kortzichtige bezuinigingsmaatregel: computerprogrammeurs hadden in allerlei systemen alleen de laatste twee cijfers van een jaartal ingevoerd: 99 dus, in plaats van 1999. En dat moest volgens Amerikaanse computerexperts zoals Peter de Jager bij de start van 00 wel tot ernstige problemen leiden. Hij luidde de noodklok. En niet één keer, maar zowat continu. Totdat je er horendol van werd. Het begon verdacht veel op een businessmodel te lijken.

Dat is ook precies de kritiek die De Jager krijgt. Verdien jij niet gewoon de kost met mensen doodsbang maken? vraagt een interviewer van het televisieprogramma Crossfire hem bijvoorbeeld venijnig. Deze docu van Marley Mcdonald en Brian Becker toont nog talloze andere voorbeelden van hoe mensen reageren op de bug: Y2K-survivalists willen terug naar de natuur. Religieuze leiders krijgen een boodschap van God. En gewapende milities zien er munitie in voor hun strijd tegen de overheid.

Het is niet moeilijk om in deze heerlijke archieffilm, op smaak en tempo gebracht met een kleurrijke soundtrack, parallellen te vinden met de Coronacrisis. Van ontkenners (‘hoax van computerprogrammeurs‘) tot gelovigen (‘The End Of The World As We Know It’). John Koskinen haalt na oudejaarsnacht opgelucht adem. Als alles goed gaat, dan zijn ze jou snel vergeten, stelt de door de Amerikaanse regering aangestelde millenniumtsaar. Maar gaat het mis, dan weten ze je te vinden.

Met louter bestaand materiaal hebben Mcdonald en Becker intussen treffend de tijdgeest opgeroepen. Zodra ze bij de start in 1995 beginnen af te tellen naar het nieuwe millennium/Doomsday komt alles terug: de angst- en juichverhalen over computers en het internet, alle pogingen om ook deze ‘good crisis’ vooral niet te verpesten en media die met alle winden meewaaien, om maar in de gunst van hun publiek te blijven. Het was van toen, is ook van nu en wordt ongetwijfeld eveneens van straks.

Uiteindelijk werd het dus een tamelijk geruisloze transitie naar de 21e eeuw, waarin George W. Bush al snel president van de Verenigde Staten werd, de aanslagen van 11 september al in de pijplijn zaten en de mens nog heel veel technologische uitdagingen te verwerken zou krijgen. Tijdens die veelbesproken jaarwisseling kwam er bovendien, bijna ongemerkt, een man aan de macht in Rusland waarvan destijds veel werd verwacht in het westen. Hij zit er nog steeds: Vladimir Poetin, de ramp die niemand zag aankomen.

Hope Frozen: A Quest To Live Twice

Netflix

‘We hebben het einde bereikt’, constateren de ouders van Einz lijdzaam in de videoboodschap die ze achterlaten voor hun dochter. ‘Het einde van wat medisch en menselijk mogelijk is. Er is niets meer. We hebben de limiet bereikt. Je zult altijd in ons hart zijn.’ Ze geven elkaar een kus. ‘Als je op een dag wakker wordt en deze video bekijkt, misschien over honderden jaren, willen we dat je weet dat we van je houden.’

Niet veel later overlijdt Einz, op tweejarige leeftijd aan hersenkanker. Nadat ze dood is verklaard, begint direct ‘het cryonische proces’. Het Thaise meisje wordt ingevroren, in de hoop dat de wetenschap ooit een manier vindt om haar ziekte alsnog te genezen. Zodat zij dan de kans krijgt op een tweede leven. Ze wordt echt letterlijk in een tijdcapsule geplaatst. Wanhoopsdaad? Dat zeker. Sciencefiction? Vooralsnog wel. Of toch een reëel toekomstperspectief? Wie weet.

Hoe Einz, Japans voor ‘liefde’, ooit gereanimeerd zou moeten worden, valt nu nog niet te zeggen, zegt Max More, CEO van de Amerikaanse Alcor Life Extension Foundation, in Hope Frozen: A Quest To Live Twice (80 min.). Hij hoopt in elk geval dat haar ouders er tegen die tijd zullen zijn en dat zij ze ook herkent. ‘Hopelijk zijn ze rond dezelfde leeftijd of jonger dan eerst, omdat we dan het probleem van ouder worden hopelijk hebben opgelost’, klinkt ‘t monter. Het verwijt dat hij het verdriet van rouwende mensen exploiteert werpt More in elk geval ver van zich.

Intussen mijmert de vader van Einz, zelf ook wetenschapper, over een wereld zonder ziekte en zorgt haar moeder ervoor dat al haar kleren en spulletjes in bewaring worden gegeven aan Alcor, zodat haar dochter daar misschien ooit nog plezier van kan hebben. De familie Naovaratpong, inclusief zoon Matrix, gaat ook nog even zelf poolshoogte bij het bedrijf in Arizona, waar op de patiëntenafdeling inmiddels 141 ingevroren lichamen zijn opgeslagen. Zullen zij ooit weer het levenslicht zien? Of is dat idee vooral een manifestatie van de weigering, of het onvermogen, om te accepteren dat het leven, zelfs dat van een volstrekt weerloze peuter, toch echt eindig is?

’Het kan me niet schelen dat mensen denken dat we haar niet loslaten’, zegt vader Sahatorn in deze wrange film van Pailin Wedel. ‘Zo ben ik nu eenmaal. Ik kan haar niet loslaten.’ Einz’s broer Matrix heeft zich ondertussen voorgenomen om er als wetenschapper in de Verenigde Staten hoogstpersoonlijk voor te gaan zorgen dat zijn zus ooit kan reïncarneren. Zijn eerste bevindingen over de beschikbare technologie zijn echter weinig hoopgevend, meldt hij telefonisch aan zijn vader. Die laat zich niet uit het veld slaan. ‘We kunnen geduldig zijn’, zegt hij, ook tegen zichzelf. ‘We kunnen duizend jaar wachten. Wie weet? Misschien zijn er dan tijdmachines.’

Ockels Erfenis

BNNVARA

‘I’m am an astronaut from spaceship earth’, staat er te lezen op het T-shirt dat Wubbo Ockels tijdens één van zijn laatste interviews draagt. Sterker: zulke astronauten zijn we volgens hem allemaal. Van de eerste Nederlandse ruimtevaarder ontwikkelde Ockels zich op latere leeftijd tot een overtuigde klimaatactivist. Vanuit de ruimte had hij hoogstpersoonlijk gezien hoe de aarde de enige plek was waar de mens zou kunnen leven. En dus zouden we in zijn ogen een stuk zuiniger moeten zijn op onze planeet.

In dat kader ontplooide hij het ene na het andere initiatief; van energie opwekkende vliegers en de elektrische superbus tot een duurzaam zeiljacht. Daarbij speelde beslist ook geldingsdrang een rol, bekennen zijn vrouw Joos en kinderen Gean en Martin in het postume portret Ockels Erfenis (51 min.). Wubbo Ockels was, ook nadat hij zich in 1985 als passagier van de Space Shuttle Challenger in Nederland onsterfelijk had gemaakt, altijd op zoek naar erkenning. En overtuigd van zijn eigen visie. Die ter discussie stellen leidde onvermijdelijk tot conflicten.

Zijn gezin zette hij daarbij nadrukkelijk op het tweede plan, vertellen de nabestaanden van de man die op 18 mei 2014 overleed aan de gevolgen van kanker. Zijn kinderen noemen hem in deze interessante televisiefilm van Daan van Alkemade nog altijd ‘Wubbo’ in plaats van papa. Zelfs toen hij ziek werd, bleef er die drang om zijn ideeën, ditmaal een hoopvolle boodschap over het redden van de aarde, te verkondigen en verwerkelijken. Via zulke vergezichten, op basis waarvan oud-collega’s en studenten na z’n dood zijn verder gegaan, leeft Ockels in zekere zin nog steeds voort. Zoals hij het zelf ongetwijfeld gewild zou hebben.

Ubiquity

Baldr

Met hun elektronische apparatuur moeten regisseur Bregtje van der Haak en haar cameraploeg uit de buurt blijven van Per Segerbäck. De Zweedse ingenieur, die bij Ericsson werkte aan de ontwikkeling van smartphones, wil best een interview geven, maar dat moet dan worden gefilmd met analoge apparatuur. Van der Haaks crew draait dus met een ouderwetse Bolex-filmcamera zonder batterij en neemt het gesprek op met een bekabelde audioset. Hun mobieltjes laten ze achter in een afgesloten pan.

Segerbäck is elektrohypersensitief. Hij leeft daarom al achttien jaar als een kluizenaar in de bossen. Zodra hij in contact komt met straling krijgt hij allerlei lichamelijke klachten. Het is een moderne aandoening, een onvermoede bijwerking van de hedendaagse wens om overal, altijd en draadloos in contact te staan met de rest van de wereld. Een soort Ziekte van Zuckerberg dus, die in de hele wereld mensen schijnt te vellen. In een metropool zoals Tokyo, maar ook gewoon in Nederland, waar eveneens nauwelijks meer stralingsvrij gebied is.

Het net sluit zich letterlijk om de mensen met elektrohypersensitiviteit(EHS), vinden ze. Overal om hen heen dreigt gevaar. In Ubiquity (82 min.), wat zoveel betekent als ‘een staat van zijn waarbij je overal tegelijkertijd kunt zijn’, wordt die dreiging treffend verbeeld en verklankt. Grootse beelden van een wereld die voortdurend communiceert en beweegt, worden gepaard aan de repeterende geluiden van modems, routers en zendmasten op zoek naar verbinding. Zo ongeveer moeten mensen met EHS zich voelen, wil Van der Haak maar zeggen. Ze portretteert hen als representanten van een verloren wereld en stelt verder geen kritische vragen bij de ziekte die niet bij iedereen onomstreden is.

‘Als ze de wereld willen veroveren met al die technologie, moeten ze ook rekening houden met ons’, zegt één van deze verschoppelingen van de digitale wereld over het ideaal om op de hele aardbol draadloos internet aan te leggen. ‘Wij hebben rechten. Dit is ook onze wereld.’ Dat pleidooi, kracht bijgezet door een Dylaneske videoclip en ouderwetse demonstratie, lijkt door de makers van deze bespiegelende film van harte te worden ondersteund.

More Human Than Human


Zijn wij getuige van de geboorte van een nieuwe menselijke soort? vraagt verteller Tommy Pallotta zich af bij de start van More Human Than Human (78 min.), een documentaire die hij maakte samen met Femke Wolting. Waarna een filmfragment start met Rutger Hauer, die begint aan zijn onvergetelijke laatste woorden als rebelse androïde in de sciencefiction-hit Blade Runner (1982). Halverwege neemt RoboThespian, een blitse robot uit het Britse Cornwall, het ineens over van Hauer en maakt de monoloog af.

Het ding is gefabriceerd door Engineered Arts, dat acteerrobots maakt. Zelfs dat is blijkbaar geen klus meer voor gewone mensen. Volgens directeur Will Jackson kiest zijn bedrijf gewoon voor het laaghangende fruit. ‘Wat is de eenvoudigste goedbetaalde baan die een mens kan doen? stelt hij laconiek. ‘Brad Pitt. Hoe gemakkelijk is dat!’ Meer dan entertainment hoef je volgens hem niet te verwachten van robots. Dit exemplaar kan overigens ook het angstaanjagende personage van Robert de Niro in Taxi Driver, Travis Bickle. ‘Are you talking to me?’, klinkt het mechanisch.

De aandoenlijke robot relativeert de ideaal- en angstbeelden over artificiële intelligentie (AI) die we al jaren krijgen gevoerd via speelfilms. RoboThespian lijkt in elk geval niet uit op de totale vernietiging van de mensheid. Maar wat betekent de opkomst van AI dan wel voor de mens en kunnen mensen écht communiceren met een machine? Met een speciaal opgezet team neemt Pallotta de proef op de som en probeert een creatieve robot te bouwen, die zijn eigen rol als filmmaker zou kunnen overnemen (en die hem dan ook zou kunnen interviewen).

Het experiment, waaraan ook de bekende speelfilmregisseur Richard Linklater meewerkt, heeft slechts een beperkte meerwaarde. Deze intelligente documentaire heeft ook geen kunstgrepen nodig. Aan de hand van makers en denkers uit de artificiële voorhoede struint More Human Than Human, dat is gelardeerd met smakelijke fragmenten uit klassieke sciencefiction-films, door een nieuwerwetse wereld waarin de digitale assistent Siri je beste vriend kan worden, robots eigen kunst maken en overleden vrienden terugkeren als chatbot.

Dat resulteert in elementaire vragen over het bestaan. Neem de zorgrobot Alice, waarover Sander Burger in 2015 al de documentaire Ik Ben Alice maakte. Na een proefperiode wilden eenzame bejaarden echt niet meer zonder. Ook al ging het om gemechaniseerde empathie. En waarom zou die ook niet genoeg zijn? Hebben we échte empathie nodig? vraagt Pallotta zich af. Sterker: zijn mensen eigenlijk wel in staat tot echte empathie? Of, zoals één van de sprekers het kernachtig formuleert: gaan die robots nou steeds meer op ons lijken? Of begint de mens gewoon steeds meer op een robot te lijken?

Scenario’s Voor Een Normaal Leven

KRO-NCRV

Rond de achtjarige Jonathan heeft zich een heel team verzameld. Hij heeft moeite om de wereld te begrijpen. En de wereld heeft moeite om hem te begrijpen. Jonathan heeft een autisme spectrum stoornis en komt maar moeilijk mee in de neurotypische (we zeggen ook wel: normale) wereld. Tijd voor een nieuw vriendje: KASPAR, een robot die door de Universiteit van Hertfordshire is ontwikkeld om het gedrag van mensen met autisme positief te beïnvloeden.

Met zijn neutrale en voorspelbare manier van reageren blijkt KASPAR, die door een begeleider wordt aangestuurd, de ideale kameraad voor het Limburgse jongetje, dat hem al bij de allereerste ontmoeting zijn beste vriendje noemt. De chemie tussen de mechanisch sprekende robot en het onstuimige kind levert memorabele momenten op in de documentaire Scenario’s Voor Een Normaal Leven (66 min.), die woensdag op NPO2 wordt uitgezonden in het kader van de Autismeweek.

Regisseur Sander Burger, die eerder al een film maakte over de zorgrobot Alice, observeert kalm hoe Jonathan zich onder invloed van KASPAR verder ontwikkelt, maar maakt ook de worsteling van met name Jonathans ouders inzichtelijk om contact te houden met een kind dat evident anders bedraad is. Want de dagelijkse praktijk is en blijft lastig en heeft, net als deze documentaire, ook geen duidelijk eindpunt; elke uitdaging vormt in dat opzicht slechts een opmaat naar de volgende uitdaging en de volgende en de volgende…

Het thema autisme spreekt tot de verbeelding van Nederlandse documentairemakers en heeft dan ook al tot diverse aansprekende films geleid. Het Beste Voor Kees van Monique Nolte was bijvoorbeeld een enorme kijkcijferhit (al beantwoordde hoofdpersoon Kees Momma misschien nét iets te goed aan het sterotiepe beeld dat veel mensen hebben van autisten).

De hoofdpersoon van De Regels Van Matthijs, een film die wereldwijd in de prijzen is gevallen, heeft helemaal niets van een neurotisch typetje van Kees van Kooten. Matthijs is knap, welbespraakt en duidelijk heel intelligent. Toch kan hij nauwelijks aarden in de reguliere maatschappij, zo maakt deze verpletterende documentaire van zijn vriend Marc Schmidt glashelder.

Amateurs In Space


Niets mooier dan kleine mensen die groots durven te dromen. Drama, conflicten en (leed)vermaak liggen al snel voor het oprapen. Zo ook bij de Deense ruimtefietsers Peter Madsen en Kristian von Bengtson, die naar ‘outer space’ willen met een zelf ontworpen raket.

Voor de intrigerende documentaire Amateurs in Space (57 min.) heeft regisseur Max Kestner het voortdurend met elkaar overhoop liggende duo zes jaar gevolgd. Hij contrasteert hun goedbedoelde pogingen om een raket te testen met historische beelden van het groots opgezette Amerikaanse ruimtevaartprogramma.

Dat is een prachtig beeld: de technologische krachtpatserij van het machtigste land van de wereld tegenover een stelletje notoire romantici, dat gedoemd is om op glorieuze wijze te mislukken. Als gewone sterveling zie je het met een mengeling van verbazing en bewondering aan.

O ja, de volstrekt compromisloze Madsen is op dit moment volop in het nieuws. Niet vanwege zijn eerste stappen op de een of andere afgelegen planeet, maar omdat hij in verband wordt gebracht met de gewelddadige dood van de Zweedse journaliste Kim Wall. In de film Amateurs In Space speelt die casus echter geen enkele rol.

Sta Op En Loop

KRO-NCRV


Claudia Commijs
 heeft een dwarslaesie en wil niets liever dan weer kunnen lopen. Via de Sint Maartenskliniek in Nijmegen komt ze in contact met een groep studenten van de Technische Universiteit in Delft, die iemand zoeken om met het door hen ontwikkelde exoskelet deel te nemen aan de allereerste Bionische Wereldspelen.

In de ontroerende film Sta Op En Loop (55 min.) van Sander Burger, die enkele weken geleden werd uitgezonden op NPO2, worden twee parallelle verhalen verteld: het persoonlijke relaas van de jonge vrouw die koste wat het kost weer wil lopen én de strubbelingen van een groep ambitieuze whiz kids die internationaal van zich willen doen spreken op de zogenaamde cybathlon.

Of Claudia’s droom en de aspiraties van het lekker kek getitelde TU-Project March uiteindelijk samenkomen of juist gaan botsen? De vraag stellen…