Sirens

Oscilloscope Laboratories

Ze móeten wel sletten zijn. Hoeren. Of simpelweg een gruwel Gods. Je zou kunnen zeggen: ze vragen er zelf om met hun geverfde haren, tattoos en Slayer- en Judas Priest-shirts. Wie begint er nu een trash metalband in Libanon? Met een gruntzanger(es), nota bene. En een, dat ook, volledig vrouwelijke bezetting.

Het hart van de groep wordt gevormd door twee gepassioneerde gitaristen: Shery Bchara (lead) en Lilas Mayassi (ritme). Zij kunnen doorgaan voor de Lennon en McCartney – herstel: de Hetfield en Ulrich – van Slave To Sirens. Met net zulke epische ruzies als het centrale duo van Metallica. Daar zit overigens een verhaal achter: een liefdesverhaal, om precies te zijn. Zonder dat de andere bandleden daarvan op de hoogte zijn krijgen de twee iets met elkaar.

Totdat Lilas in Sirens (79 min.) een steen in de vijver gooit en haar zinnen zet op een ander. Ze ontmoet de Syrische Alaa, die al snel overkomt naar Beiroet en daar moet worden voorgesteld aan haar ouders. ‘Als ze vragen hoe we elkaar hebben ontmoet, zeg dan dat we elkaar zijn tegengekomen bij mijn eerste bezoek aan Syrië en toen vrienden zijn geworden’, houdt Lilas haar voor. ‘Oké? Hou het kort.’ En, als ze bijna binnen zijn: ‘Let op dat je me geen schatje noemt.’

Intussen is de sfeer binnen Slave To Sirens, dat al eens mocht optreden tijdens het Britse Glastonbury-festival, te snijden. De band stevent onvermijdelijk af op een pijnlijke breuk, terwijl intussen op de achtergrond ook Libanon zelf richting een burgeroorlog lijkt te koersen. Documentairemaker Rita Baghdadi brengt die twee verhaallijnen – de ontwrichting van de band en de ontsporende protesten tegen de Libanese regering – soepel samen.

Zo ontstaat een levendig portret van een wereld die letterlijk ieder moment in vuur en vlam kan komen te staan en waarin je je als buitenbeentje – vrouwelijke metalhead en vrouw die valt op vrouwen – maar staande hebt te houden. Gelukkig leent de muziek van Slave To Sirens zich er prima voor om dat er soms eens ongegeneerd uit te gooien.

Hans Zimmer – Hollywood Rebel

NTR

Bij Hollywood-blockbusters zoals Pirates Of The Caribbean, Inception en The Da Vinci Code denkt iedere filmfreak direct aan Johnny Depp, Leonardo DiCaprio en Tom Hanks. En op tweede adem wellicht aan de bijbehorende regisseurs Gore Verbinski, Christopher Nolan en Ron Howard. Het zijn echter beslist ook mijlpalen in de carrière van Hans Zimmer, de filmcomponist die inmiddels twee Oscars (The Lion King en Dune: Part One) op de schouw heeft staan – en intussen nog eens negen (!) niet verzilverde nominaties in zijn achterhoofd houdt.

In Hans Zimmer – Hollywood Rebel (52 min.) laat documentairemaker Francis Hanley opdrachtgevers en directe collega’s van de Duitse componist, die inmiddels een ster op de Hollywood Walk Of Fame heeft en zijn eigen studiocomplex Remote Control Productions in Santa Monica runt, aan het woord. Hij is volgens uitvoerend producent Jeffrey Katzenberg bijvoorbeeld een typische verhalenverteller. Collega-componist Henry Jackman vindt dat hij denkt als een uitvinder. En zelf benadrukt Zimmer dat hij geen slaaf van de montage wil zijn.

Hij schrijft voor gewone mensen, stelt Zimmer ook. Zijn soundtracks fabriekt hij zelfs voor een fictieve ijkpersoon: Doris uit Bradford. ‘Ze heeft een grijze jas en is van onbestemde leeftijd’, vertelt de filmcomponist, vast niet voor de eerste keer. ‘Ze heeft twee vreselijk vervelende zoons. Haar haar is slecht geverfd en ze werkt zich de hele week uit de naad. In het weekend kan ze kiezen: ze kan naar de pub om wat te drinken of ze gaat naar één van onze films.’ In Hans Zimmers achterhoofd zit dus voortdurend de vraag: wat zou Doris denken?

Gore, Christopher en Ron zijn in elk geval dik tevreden over ’s mans werk, vertellen ze in dit vermakelijke tv-portret. Zoals ook hun collega’s Stephen Frears (My Beautiful Laundrette), Barry Levinson (Rain Man), Steve McQueen (13 Years A Slave) en Dennis Villeneuve (Dune) zich vol lof uitspreken over de componist die hun speelfilms van extra diepte voorzag. ‘Muziek mag niet als een laag op de film liggen, als saus op vlees’, zegt filmmaker Christoper Nolan, die Zimmer voor zowel Inception als Interstellar, Dunkirk en zijn Batman-films inschakelde. ‘Goede filmmuziek moet zijn ingebakken in het DNA van de film.’

Hoewel in Hans Zimmer – Hollywood Rebel ook zijn zoons Jake en Max en dochters Annabel en Zoë aan het woord komen, blijft Zimmers privéleven vrijwel volledig buiten beschouwing. Dit is een portret van de professional, van een man die ondanks alle loftuitingen, zoals het hoort, aan zichzelf blijft twijfelen. ‘Dit is zo simpel’, zegt hij bijvoorbeeld over de eenvoudige themamuziek die hij schreef voor The Da Vinci Code. ‘Hoe simpeler het wordt, hoe banger ik ben dat ik ontmaskerd word. Er is geen kunstenaar die niet denkt: ze hebben me door, ik word ontmaskerd.’

Descendant

Netflix

Er mag niet over worden gepraat. En toch moet het verhaal levend worden gehouden. Ruim 150 jaar leidt het tragische verhaal van de Clotilda vooral een fluisterend bestaan. Het slavenschip is in april 1860 vanuit Dahomey, het huidige Benin, vertrokken naar Plateau in de zuidelijke Amerikaanse staat Alabama. Aan boord verblijven 110 ‘geïmporteerde Afrikanen’ die zijn besteld door de lokale zakenman Timothy Meaher. Hij vraagt kapitein William Foster om het schip na de aflevering te verbranden en te dumpen in de lokale Mobile River, zodat ze later kunnen doen alsof de Clotilda, het allerlaatste slavenschip dat ooit in de Verenigde Staten is aangemeerd, nooit heeft bestaan.

Dat is echter buiten Kamau Sadiki van het Slave Wrecks Project gerekend. Met een multidisciplinair team wil hij het wrak in 2018 gaan opsporen en zo tastbaar bewijs vinden voor het beladen verleden van de zwarte gemeenschap van Plateau, alias Africatown, dat inmiddels volledig van karakter is veranderd. De familie Meaher woont er echter nog altijd. Met hun onderneming Chippewa Lakes verhuren de erfgenamen van Timothy bovendien grond aan allerlei ernstig vervuilende bedrijven die kanker en andere ziektes zouden hebben veroorzaakt. In het bijzonder bij – om de cirkel rond te maken – de afstammelingen van de Clotilda.

Daarmee lijken alle pionnen op het bord te staan voor een verhitte strijd in Descendant (110 min.). Regisseur Margaret Brown wil echter niet zomaar ‘the blame game’ spelen. De vondst van het schip brengt vooral lastige, maar noodzakelijke gesprekken op gang, die genuanceerd worden afgewikkeld. Mag er van de Clotilda bijvoorbeeld een toeristische attractie worden gemaakt? En zo ja, voor wie zijn dan de revenuen? Hebben de nazaten van het slavenschip recht op herstelbetalingen? Leidt dat automatisch, ruim anderhalve eeuw na dato, tot zoiets als gerechtigheid? En moeten Timothy Meahers erven daar dan een rol in spelen? Hun huidige welstand stoelt immers voor een belangrijk deel op wat hun voorvader ooit verdiende aan de geïmporteerde Afrikanen.

Deze delicate documentaire is doorsneden met voorgelezen fragmenten uit het boek Barracoon waarin de zwarte schrijfster Zora Neale Hurston in 1931 het leven optekende van Cudjo Lewis, de laatste overlevende van de Clotilda. Het heeft maar liefst tot 2017 geduurd voordat Barracoon daadwerkelijk is gepubliceerd. Het boek en schip brengen in Descendant nu een conversatie op gang over het gezamenlijke verleden en de rol die Afro-Amerikanen hebben gespeeld en krijgen toebedeeld in de Amerikaanse historie. En dat geeft weer een basis voor het samen verder leven, met oog voor ieders rol en positie. Want helen en verzoenen kan niet zonder kennen en erkennen.

I Was A Yazidi Slave


Nadat het leeuwendeel van de mannen van de Koerdische Jezidi-gemeenschap in Noord-Irak in 2014 (letterlijk) een kopje kleiner is gemaakt, besluit de nieuwe bezetter van de stad Sinjar, Islamitische Staat, zijn politiek van de verschroeide aarde ook toe te passen op de vrouwen. Die dienen natuurlijk sowieso maar één doel: het behagen van de mannen.

In I Was A Jazidi Slave (59 min.) reconstrueren enkele vrouwen die in handen vielen van de bebaarde barbaren hun ervaringen als sexslavin. Dat doen ze, eenmaal opgevangen in Duitsland, in een therapeutische context. Zodat ze straks een nieuw leven kunnen opbouwen in Europa. Tegelijkertijd kunnen met hun gedetailleerde getuigenissen de verantwoordelijke IS’ers misschien worden aangeklaagd bij het Internationaal Strafhof in Den Haag.

Deze journalistieke documentaire van David Evans laat behalve de vrouwen zelf ook diverse hulpverleners en mensenrechtenactivisten aan het woord. Zij geven ‘de zaak tegen IS’ gewicht en context, maar zorgen er tevens voor dat de docu, die ook nog is voorzien van een eikenhouten voice-over, erg praterig wordt en uiteindelijk meer aan het hoofd dan aan het hart appelleert. Terwijl Islamitische Staat toch echt onuitsprekelijke ellende heeft aangericht…