Stamped From The Beginning

Netflix

Het is een ongelijke strijd. Zwarte Amerikanen zijn Stamped From The Beginning (91 min.), volgens schrijver en historicus Ibram X. Kendi in zijn gelijknamige bestseller, die nu door de toonaangevende Afro-Amerikaanse documentairemaker Roger Ross Williams op virtuoze wijze is verfilmd. Ze zijn vanaf hun aankomst in de Verenigde Staten, op één van die vermaledijde slavenschepen op de Transatlantische route, geframed als nauwelijks te onderscheiden van beesten.

In die periode is volgens Kendi sowieso het concept ‘zwart’ ontstaan. Van tevoren beschouwden de tot slaaf gemaakten zichzelf nog gewoon als lid van een bepaalde Afrikaanse stam. Zij voelden zich helemaal geen onderdeel van één en hetzelfde ras. Hun slavenhouder kon zijn handel, naar zichzelf en de rest van de wereld, echter alleen verantwoorden als hij aannemelijk kon maken dat het om een minderwaardige mensensoort ging. Zwart dus. Als roet, de nacht en al wat sowieso het daglicht niet kan velen. En al die verschillende mensen hadden zich maar naar dat idee te voegen.

Het concept ‘wit’, zo betogen Kendi en de andere zwarte denkers die Williams in zijn puntige filmessay aan het woord laat, stamt zelfs van nog later datum. Toen ze zich wilden onderscheiden van arbeiders met een kleurtje konden Polen, Italianen en Ieren lekker schuilen onder wat activiste Brittany Packett Cunningham ‘een paraplu van witheid’ noemt. De twee bevolkingsgroepen zaten allebei onder de knoet bij een kleine, natuurlijk witte, elite en werden daardoor lekker tegen elkaar uitgespeeld. Drie keer raden welke groep zich uiteindelijk van dit juk wist te bevrijden.

Zulke inzichten hadden gemakkelijk tot een dor en tamelijk breedsprakig vertoog kunnen leiden waarin de witmens met allerlei, nauwelijks te betwisten, feiten om de oren wordt geslagen en intussen ook de ‘Black is beautiful’-gedachte wordt uitgedragen. Roger Ross Williams richt zich echter vooral op het wild kloppende hart uit Kendi’s boek en dient dit nu op met een caleidoscopische mixture van speelfilmfragmenten, animatie, nieuwsreportages, literatuur en kunst, waarbij een stuwende soundtrack er wel voor zorgt dat het tempo en de schwung erin blijven.

Te midden van Afro-Amerikaanse iconen zoals Frederick Douglass, Maya Angelou en Barack Obama houdt Williams echt even halt bij de baanbrekende vrouwen Harriet Jacobs (die als eerste haar eigen slavenverhaal op papier zette), Ida B. Wells (een burgerrechtenactiviste die het aantal lynchpartijen in kaart bracht) en Phillis Wheatley (de eerste zwarte vrouw met een dichtbundel). Na de publicatie van Wheatleys boek werd er overigens een commissie van wijze mannen – herstel: witte mannen – ingesteld. Want zulke poëzie kon toch niet zijn geschreven door ‘slechts een zwarte vrouw’? 

Zwierig slalomt Roger Ross Williams, aan de hand van het onderzoek van Dr. Ibram X. Kendi, zo door de historie van Zwart Amerika. Met prominente vertegenwoordigers als schrijfster Angela Davis, influencer Lynae Vanee en congreslid Cori Bush, langs de pijnlijke symbolen Willie Horton, Rodney King en King Kong (!), via zwarte hyperseksualiteit en -criminaliteit, dwars door witte iconen zoals Thomas Jefferson, Jefferson Davis en ‘white savior’ Abraham Lincoln, op weg naar George Floyd. Want Black Lives Matter blijkbaar nog altijd niet evenveel als die van witte Amerikanen.

Er is niets mis met zwarte mensen, concludeert Kendi. Maar alles met hoe we naar zwarte mensen kijken.

Look Away

BBC

De situatie vraagt bijna om misbruik. De relatie tussen rocksterren, aanbeden als goden, en groupies, jonge vrouwen die hen maar al te graag willen aanbidden, is zó ongelijk dat het wel tot grensoverschrijdend gedrag móet leiden. Alsof je een roofdier permanent ogenschijnlijk gewillige – en vaak ook véél te jonge – prooien aanbiedt. Hoe kunnen zulke vrouwen nog een grens trekken of alarm slaan als die rücksichtslos wordt overschreden?

Seks met minderjarige meisjes was sowieso nooit een taboe in de rock & roll en is ook regelmatig verheerlijkt in songs. Sophie Cunningham en Ben Steele starten deze #metoo-documentaire over de rockwereld met enkele treffende voorbeelden. ‘I can see that you’re fifteen years old. I don’t want your ID’, zongen The Rolling Stones in Stray Cat Blues. Ted Nugent nam ook geen blad voor de mond in Jail Bait: ‘Well I don’t care if you’re just thirteen years, you look too good to be true.’ En Iggy Pop pochte over zijn escapades met een tiener in het nummer waaraan deze film zijn titel ontleent, Look Away (87 min.): ‘I slept with Sable when she was thirteen. Her parents were too rich to do anything.’

Daarna komen enkele vrouwen aan het woord over hun ervaringen met beroemde muzikanten, met name in ‘the seventies’, de jaren waarin alles leek te kunnen en mogen. Zo was Julia Holcomb bijvoorbeeld zestien en nét iets te sexy gekleed toen ze in 1973 Aerosmith-zanger Steven Tyler ontmoette. Hij was tien jaar ouder en nam haar mee op tournee. Tyler werd zelfs haar wettelijke voogd. Dat weerhield hem er overigens niet van om haar zwanger te maken. Zij was toen nog altijd maar zeventien. Terwijl hij alweer een ander had. Tyler vereeuwigde haar later, ongevraagd, in het nummer Sweet Emotion en beschreef zijn ‘teen lover’ ook met naam en toenaam in een autobiografie.

Holcombs ervaringen staan bepaald niet op zichzelf. Sheila Kennedy, voormalig Penthouse Pet Of The Year, was wél meerderjarig toen ze Axl Rose ontmoette, maar haar ervaringen met de Guns N’ Roses-zanger waren niet veel beter. Ze merkte al snel dat zij bepaald niet de enige was bij wie de notoire ‘bad boy’, een imago dat hij zorgvuldig cultiveerde, persoonlijke grenzen overschreed. En ook vrouwen die zelf in een band zaten waren niet veilig, volgens Jackie Fuchs. ’Wat mij overkwam was op geen enkele manier rock & roll’, stelt de bassiste van de Amerikaanse meidenrockgroep The Runaways over de man die haar als minderjarig meisje zou hebben verkracht en die ze nog altijd niet bij naam wil noemen – ook al is in deze documentaire glashelder wie ze bedoelt.

Aan de hand van deze slachtofferverhalen, kracht bijgezet door mensen uit de directe entourage van deze rockhelden (die zelf hun vingers overigens niet branden aan hun kant van het verhaal), schetst Look Away de algehele misogynie in de (hard)rocksene. In deze onvervalste mannenwereld – opgeroepen met duistere beelden van clubs, hotelkamers en een stad bij nacht, the city of (broken) dreams Hollywood – zorgt machismo voor status en worden vrouwen, te midden van alle bravoure en drank- en drugsgebruik, nogal eens gereduceerd tot gebruiksvoorwerp. Dat kan – en mag – eigenlijk geen verbazing wekken, maar het wordt in deze #metoo-film nog eens helder uiteengezet en van concrete voorbeelden voorzien.

Cunningham

Cherry Pickers

Dans is niet bedoeld om muziek of een verhaal te verbeelden. Dat was tenminste de stellige overtuiging van Merce Cunningham (1919-2009). Voor de Amerikaanse danser en choreograaf vormde dans een geheel eigen taal, die volledig op zichzelf stond en geen andere kunstvormen nodig had om een boodschap uit te drukken. Elke beweging kon dans zijn, iedereen dus een danser.

In de visueel overdonderende film Cunningham (93 min.) concentreert regisseur Alla Kovgan zich volledig op de stiel van haar protagonist, diens baanbrekende werk uit de periode van 1944 tot en met 1972 in het bijzonder. Ze volgt hem middels ingenieus verwerkt archiefmateriaal in zijn artistieke ontwikkeling, die door de man zelf en intimi als componist John Cage, met wie hij veelvuldig samenwerkte, verder wordt ingekaderd.

Cage was ook Cunninghams levenspartner, maar dergelijke biografische verhaallijnen laat Kovgan grotendeels links liggen. Ze concentreert zich liever op ‘s mans avant-gardistische werk. Dat laat ze met veel bravoure uitvoeren op uiteenlopende locaties (en naar verluidt ook in 3D), die ze bovendien op een verbluffende wijze naar haar hand zet. Van verlaten gebouwen, het bos tot een leeg metrostation.

Met die focus op moderne dans, de volstrekt eigenzinnige enscenering daarvan en de keuze om Cunninghams persoonlijk leven buiten beschouwing te laten reikt Kovgan naar aanzienlijke hoogte, maar veroordeelt ze deze gestileerde film ook een beetje tot een select groepje fijnproevers.

The Rise Of Jordan Peterson

Hij verzet zich tegen radicaal-links en is zo het gezicht van radicaal-rechts geworden. Waar de omstreden Canadese klinisch psycholoog Jordan Peterson komt, komt commotie. Voor zijn supportersschare van veelal witte mannen is hij een metershoge held die eindelijk eens de vinger op de zere plek legt, opponenten zien in hem een man die onverdraagzaamheid uitdraagt en dus monddood moet worden gemaakt.

In de genuanceerde documentaire The Rise Of Jordan Peterson (90 min.) worden die beide reacties gepersonifieerd via fans die maar al te graag een selfie willen maken met de rockster van rechts en linkse activisten die keihard lawaai aanzetten zodra hij begint te speechen. ‘Dit is hoe ik er echt uitzie’, zegt hij tegen regisseur Patricia Marcoccia en zet vervolgens een eng masker op. ‘En dit is hoe ik eruit zie volgens mensen die een hekel aan me hebben.’

‘Welke van de twee klopt?’ wil Marcoccia weten. Misschien wel allebei, antwoordt Peterson, die in deze film wordt geportretteerd met zowel zijn gezin, ouders, vrienden en medestanders als ideologische tegenstanders. Daarbij is een speciale rol weggelegd voor zijn (voormalige) vriend Bernard Schiff, bij wie hij ooit zelfs vijf maanden inwoonde. Die schreef in 2018 een spraakmakend opiniestuk: ‘I was Jordan Peterson’s strongest supporter. Now I think he’s dangerous.’

‘Er is de Jordan Peterson die ik ken, de Jordan Peterson die ik zie op Twitter en dan is er de mythe van Jordan Peterson die ook zijn eigen ideeën heeft’, zegt zijn vriend Wil Cunningham, zelf professor in de psychologie, met lichte verbazing. ‘En die houden soms nauwelijks verband met wat hij echt vindt.’ Cunningham vindt tegelijkertijd dat zijn kameraad in het openbaar soms stuitende dingen zegt en zo al die ophef ook over zichzelf afroept.

Waarna de filmmaakster enkele van die provocerende beweringen laat zien. ‘Weigeren feministen om de islam te bekritiseren omdat ze eigenlijk onbewust hunkeren naar mannelijke dominantie?’ tweette de (anti)held van alt-right bijvoorbeeld in het najaar van 2017. Of, in een televisie-interview over maatregelen tegen seksuele intimidatie op het werk zei hij: ‘Hoe zou het zijn zonder make-up op het werk? Of zonder hoge hakken?’

Via the man you love to hate (of hate to love) Peterson agendeert deze afgewogen film tevens het thema vrijheid van meningsuiting en of die, zolang er geen discriminatie of geweld aan te pas komt, eigenlijk mag worden begrensd.