
Een kleine man met een aanzienlijk ego – en zelfspot, dat ook. Een geboren verteller, laverend tussen kleine momentjes en grote gebaren. Paul Hewson. Al een slordige veertig jaar wereldberoemd als U2-frontman Bono. Hij voelt zich duidelijk senang in het middelpunt van de belangstelling, Ook op dit podium, van het Beacon Theatre in New York. En zonder zijn drie vaste begeleiders, Larry, Adam en The Edge.
Bono: Stories Of Surrender (86 min.) is de zwart-witte weerslag van z’n gelijknamige onemanshow, die weer is gebaseerd op zijn memoires Surrender: 40 Songs, One Story. Een heel leven, met al z’n pieken en dalen, gecondenseerd tot anderhalf uur aan (sterke) verhalen en klassieke liedjes. Met niet veel meer dan een tafel en enkele stoelen, in de rug gedekt door het excellerende Jacknife Lee Ensemble.
Regisseur Andrew Dominik, die eerder de stemmige Nick Cave-muziekfilms One More Time With Feeling (2017) en This Much I Know To Be True (2022) maakte, zet het vergrootglas op de toch al niet kleine performance van het Ierse podiumbeest en voegt daar enkele zorgvuldige geënsceneerde backstage-momenten aan toe. Kippenvel is bijna verzekerd, of het nu van pure verrukking of totaal afgrijzen is.
Bono valt direct met de deur in huis: met een scène uit 2016, als zijn leven in het New Yorkse Mount Sinai Hospital aan een zijden draadje hangt. Al snel volgt het jeugddrama dat zijn verdere leven heeft bepaald: de dood van zijn moeder Iris, die bij de uitvaart van haar eigen vader in elkaar zakte. De veertienjarige Bono was voortaan aangewezen op zijn vader Bob, die nooit meer over zijn overleden echtgenote sprak.
Broer Norman had wel wat te bieden: zijn gitaar. ‘Een schild, een wapen, een vertrouweling’, aldus Bono. ‘En een andere stem om mee te bidden: muziek.’ Zo past de man elke gebeurtenis in z’n narratief. Zijn allereerste liedje, Out Of Control, werd bijvoorbeeld meteen de eerste U2-single. En hij ontmoette de andere leden van die band in dezelfde week als zijn vrouw Ali, met wie hij nu al zo’n halve eeuw samen is.
Achteraf bezien krijgt zo alles in het leven van de Ierse zanger, spreker en activist betekenis. Het móest zo zijn, inclusief de vroegtijdige dood van zijn katholieke moeder en het ongemak tussen hem en zijn protestantse vader. ‘I was born with my fists up’, concludeert Bono aan het einde van z’n betoog. ‘Surrender does not come easy to me. To bow down to my bandmates, my wife, my maker is a struggle.’
Met Bono: Stories Of Surrender, waarin natuurlijk ook talloze U2-klassiekers een plek hebben bemachtigd, zet hij een uitroepteken achter wat je sowieso al van hem vindt: typische ‘man you love to hate’? Of toch eerder: ‘hate to love’?

