The Disappearance Of Shere Hite

IDFA

Het hielp ongetwijfeld dat ze er, als voormalig fotomodel, uitzag als een mysterieuze nimf uit een andere wereld. Shere Hite leek dan ook de ideale persoon om de boodschap van haar eigen onderzoek naar vrouwelijke seksualiteit, The Hite Report (1976), uit te dragen. En Hite werd inderdaad al snel een graag geziene gast bij de Amerikaanse televisie, waar ze onverbloemd over het belang van masturbatie, de clitoris en het vrouwelijk orgasme kon vertellen.

Voor haar onderzoek had Shere Hite (1942-2020) zo’n drieduizend Amerikaanse vrouwen een uitgebreide vragenlijst laten invullen. Het boek dat daaruit voortkwam, de opvolger en tegenhanger van de vermaarde Kinsey Reports (1948 en 1953), werd een ongelooflijke bestseller en behoort nog altijd tot de bestverkochte Amerikaanse boeken aller tijden. Toch is de schrijfster ervan allang in de vergetelheid geraakt.

Deze oogstrelende documentaire van Nicole Newnham poogt The Disappearance Of Shere Hite (118 min.) weer ongedaan te maken met exen, intimi, medestanders en deskundigen. Daarbij komt het goed van pas dat de hoofdpersoon zo mediageniek was. Newnham heeft behalve over Hite’s persoonlijke nalatenschap ook de beschikking gekregen over talloze treffende fragmenten uit reportages, interviews en talkshows met haar protagonist.

En daarin werd ze bepaald niet altijd met fluwelen handschoenen aangepakt. Zeker mannen, bang dat ze zouden worden beschouwd als overbodig of irrelevant, wilden haar nog wel eens frontaal attaqueren. Hite was gevoelig voor die kritiek, in het bijzonder wanneer haar geloofwaardigheid als wetenschapper ter discussie werd gesteld. Als ze op slinkse wijze zwart werd gemaakt bijvoorbeeld, met een verwijzing naar die naaktreportage in Playboy.

In het optekenen van dat messcherpe maatschappelijke klimaat, waarin vooruitstrevende vrouwelijke wetenschappers en de vertegenwoordigers van de tweede feministische golf recht tegenover traditionele machomannen en religieus rechts kwamen te staan, is deze nét iets te lijvige film op zijn sterkst. De persoon Shere Hite blijft intussen – ondanks intieme persoonlijke geschriften, die zijn ingelezen door de actrice Dakota Johnson – een enigma.

Tegelijkertijd blijft ze daardoor waarschijnlijk ook tot de verbeelding spreken. Als een ongrijpbaar fenomeen uit vervlogen tijden, waarin de mannelijke hegemonie en de fixatie op de masculiene seksualiteitsbeleving eens serieus werden bevraagd.

A Glitch In The Matrix

Deze film kan zomaar zijn ontsproten aan het brein van sciencefiction-schrijver Philip K. Dick, de man die ons onvergetelijke dystopische werelden voorschotelde in Blade Runner, Minority Report en Total Recall. Sterker: in zekere zin is dat ook zo. Het startpunt is in elk geval een speech die Dick voor een Frans publiek gaf in 1977. Over zijn ‘preoccupatie voor pluriforme pseudo-werelden’.

Kern van deze film is – denk ik, maar dat is niet mijn meest in het oog springende kwaliteit – de hypothese dat de werkelijkheid waarin we denken te leven in realiteit ook wel eens een groots opgezette simulatie kunnen zijn. Dat klinkt als de clou van een baanbrekende sciencefiction-klassieker van dik twintig jaar geleden. En dat klopt: deze documentaire heet niet voor niets A Glitch In The Matrix (108 min.).

De zinsbegoochelende film van Rodney Ascher refereert ook aan dat gevoel wat je als kind kunt hebben – ik tenminste wel, en mijn voorstellingsvermogen is nooit héél erg groot geweest – dat de wereld alleen bestaat als en op het moment dat jij erin participeert. Zodra je iets de rug toekeert, verdwijnt ‘t. Om pas weer tot leven te komen, als jij besluit om je toch nog een keer om te draaien.

Deze docu, die ik voor het gemak ga opzadelen met de term ‘mindfuck’ – want al te veel fantasie is mij ook nooit gegeven – is niet voor niets vormgegeven als een soort mixture van een videogame, virtual reality en het dark web, waarin originele gedachtenexercities, filosofische bespiegelingen en baldadige luchtfietserij samenkomen in een wereld die wel eens geheel verzonnen zou kunnen zijn. Of niet.

Natuurlijk is de film gelardeerd met filmscènes, animaties en games, wordt de voice-over verzorgd door een computerstem en is het geheel dichtgesmeerd met plastic synthmuziek. Alle ‘mensen’ die aan het woord komen zijn bovendien getransformeerd in geanimeerde personages die zo weggelopen zouden kunnen zijn uit/naar – daar wil ik even vanaf zijn, anders loopt mijn brein er weer op vast – een sci-fi horrorfilm van hooguit B-garnituur.

A Glitch In The Matrix heeft een paranoïde feel en werpt elementaire vragen op over realiteit, psychische gezondheid en moraliteit. Probeer ze alleen maar eens te vangen. Het kostte mij – mijn geest heeft inmiddels de draaicirkel van een aftandse tractor – net zoveel moeite als kandidaten van de Ted Show, die willekeurig uit het plafond vallende staven te pakken moesten krijgen; je hebt net zo vaak prijs als dat je lucht vangt.

En met dat gevoel moet je als eenvoudige kijker – als je het vaak doet, word je er niet per definitie ook beter in – maar zien te dealen. Een oplossing zou kunnen zijn: snel proberen te vergeten. Of: je er helemaal in verliezen, zoals veelkijkers van The Matrix en Inception gebeurt. Dan kan de realiteit alleen óók een dystopie worden. Zoals het relaas van Joshua Cooke aantoont, de naargeestige apotheose van deze ontregelende film.

Philip K. Dick had het niet beter kunnen verzinnen, zou ik zeggen – als ik om woorden verlegen zou zitten. En als hij dat ook niet gewoon heeft gedaan.

Pre-Crime

Science fiction-schrijver Philip K. Dick (1928-1982), verantwoordelijk voor klassiekers als Blade Runner, Total Recall en A Scanner Darkly, kon het zo gek niet bedenken of het wordt vroeger of later werkelijkheid. In het korte verhaal The Minority Report, verfilmd met Tom Cruise in de hoofdrol, creëerde hij bijvoorbeeld een wereld waarin misdaden worden voorkomen doordat de potentiële daders al vóór het vergrijp in de boeien worden geslagen.

Toekomstmuziek? Niet als je het vraagt aan Matthias Heeder, de verteller van de unheimische documentaire Pre-Crime (52 min.). ‘Hollywood is nu echt werkelijkheid geworden’, mijmert hij hardop, zittend op een rotspartij bij een woelige zee. ‘Software die voorspelt waar een misdaad zal plaatsvinden. De politie die eerder ter plaatse is dan de misdadiger. Computers die lijsten maken van toekomstige moordenaars. Pre-crime noemen ze dat.’

Neem de Amerikaanse stad Chicago, waar de politie inmiddels een strategische doelenlijst heeft opgesteld. Allerlei databases zijn gekoppeld. Van arrestaties en sociale contacten tot huisuitzettingen en psychiatrische- en bijstandsdossiers. Daarna is op basis van algoritmes, waarvan natuurlijk niemand weet hoe ze precies werken en wie ze controleert, een lijst met een voorspellende werking samengesteld: van wie kan op basis van zijn contacten en activiteiten worden verondersteld dat hij in beeld komt als dader dan wel slachtoffer van geweld?

Via deze prikkelende insteek, en de bijbehorende science fiction-achtige vormgeving en muziek, buigt deze film van Heeder en Monika Hielscher zich over een inmiddels tamelijk vertrouwd maatschappelijk thema: hoe en door wie worden onze data beheerd? Zitten er bugs in dat systeem? En hoe zorgen we ervoor dat onze gegevens niet in verkeerde handen belanden en zonder onze toestemming – of dat we het überhaupt weten – worden ingezet voor commerciële dan wel ideële doeleinden?

Met datadeskundigen, privacypleiters, politieagenten, advocaten, (misdaad)journalisten, mensenrechtenactivisten en enkele gewone burgers, die ten onrechte in beeld zijn gekomen bij de politie vanwege een ongelukkige combinatie van gegevens, brengt Pre-Crime, een term die overigens ook werd gemunt door Philip K. Dick, de mogelijke gevaren in kaart van al die gekoppelde gegevensbestanden.

Op de achtergrond speelt daarbij steeds de vraag op of we op weg zijn naar de dystopie die die andere onheilsschrijver, George Orwell, al eens op huiveringwekkende wijze schetste? Of zijn we met zijn allen toch in staat om Big Brother een toontje lager te laten zingen?