House Of Hope

Cinema Delicatessen

Over enkele maanden wordt ‘t 7 oktober 2023. Deze film over een Palestijnse vrije school op de Westelijke Jordaanoever is dan ruim een half uur onderweg. De kinderen hebben aan het begin al een eed afgelegd dat ze een niet-gewelddadige, vreedzame persoon willen zijn. Het jongetje dat dan het woord heeft, verwijst naar Martin Luther Kings I Have A Dream-speech en schetst een hoopvol beeld: een natie waarin iemand niet wordt beoordeeld op z’n huidskleur of afkomst, maar op zijn eigen persoonlijkheid. ‘You must be the change you wish to see’, staat er achter op zijn rode schoolshirt.

Dit House Of Hope (89 min.), in Al Eizariya op de Westbank, is opgericht door de Palestijnse vrouw Manar Wahhab en haar echtgenoot Milad. In een omgeving waar het voor kinderen gemakkelijk is – en misschien ook wel voor de hand ligt – om de wapens op te nemen, vangen zij hen liefdevol op. Ze prediken op school geweldloos verzet en helpen de leerlingen met het plaatsen en verwerken van pijn en verdriet. Tegelijkertijd wordt de basisschool door talloze beveiligingscamera’s omgeven en komen er via de media continu berichten binnen over ontsporend geweld en verdere escalaties.

Als er zo ook nieuws binnenkomt over de terreuraanval van Hamas op 7 oktober en Israëls vernietigende reactie daarop, lijkt alles in het leven van Manar in gevaar te komen. Haar ideaal om Palestijnse kinderen een betere toekomst te kunnen bieden, dat documentairemaker Marjolein Busstra een kleine twintig jaar eerder al voor haar innam en dat dus heeft geresulteerd in een eigen school, wordt nu getoetst door de wrange realiteit. Waar blijven hoop en liefde als het Israëlische leger ’s nachts binnenvalt, als raketaanvallen iedereen bang maken en als je je zorgen maakt over je eigen kinderen?

Busstra legt van binnenuit vast hoe ze binnen de school trouw proberen te blijven aan hun eigen principes. ‘Als iemand ons pijn doet, reageren we niet door de ander pijn te doen’, houdt Manars man Milad de kinderen bijvoorbeeld voor. ‘We reageren met het recht, met woorden.’ Tegelijkertijd twijfelen de twee ook over hun eigen kinderwens. Manar wil eigenlijk graag nog een kind, maar vraagt zich af of ze dat wel wil in deze wereld. ‘Als iedereen zo denkt, dan krijgt niemand meer kinderen’, reageert haar schoolcollega Zain scherp. ‘Dan worden we een minderheid.’

Intussen moeten Manar en Milad hun zoon Neshan gewoon elke dag die wereld insturen, langs checkpoints en wegversperringen. In de hoop dat hem niets overkomt. Binnen die zeer geladen situatie, laverend tussen het optimisme diep van binnen en opperste wanhoop over het lot van hun volk, proberen ze met hun leerlingen steeds weer ‘het licht in ons hart’ te vinden en zelf overeind te blijven. Ga in vrede, zeggen ze, in een film waarin de gevolgen van het aanhoudende geweld op het hoofd en hart van Palestijnen wordt onderzocht, tegen de kinderen – en vast ook een beetje tegen zichzelf.

Hestepigen Fra Helvede

HBO Max

Frank Dan Nørgaard Jørgensen is pas een maand weg bij zijn echtgenote Louise Larsen, de moeder van twee van zijn kinderen, als hij iets met Maibrit Wessel Busk Atydning krijgt. En zij woont dan nog samen met haar ex Mathias Wessel Busk. Terwijl hij iets heeft met Maibrit, begint Frank ook nog aan een relatie met de ruim tien jaar jongere Rikke Andersen.

Wanneer de drie Deense vrouwen ontdekken hoe de vork in de steel zit, beginnen ze druk te sms’en. En dan is de veertigjarige werkeman/charmeur uit Djursland op 14 juli 2022 plotseling verdwenen. Vier dagen later wordt zijn uitgebrande bus gevonden in het bos, vlakbij de hunebedden. In de plaatselijke supermarkt Min Købmand kunnen ze er niet over uit. ‘Zat hij nog in de auto?’

Nog dezelfde dag worden er op een boerderij in het dorp Nimtofte twee stellen opgepakt. Zij zouden achter een moordcomplot tegen Frank zitten. En dat wordt in de vierdelige true crime-serie Hestepigen Fra Helvede (Engelse titel: Horses & Hangmen, 165 min.) vervolgens stapsgewijs ontrafeld met enkele direct betrokkenen, twee misdaadjournalisten en de openbaar aanklager.

Zij leggen een web van intriges bloot – van aantrekken en afstoten, neuken en kinderen verwekken, bedriegen en bedrogen worden – dat nog heel wat gedoe zal veroorzaken. De filmpjes, foto’s en (geheime) geluidsopnames waarmee Christina Ehrenskjöld en Camilla Marie Nielsen alle verwikkelingen omkleedt zijn ontluisterend. Ze ontdoen de samenzwering van elke vorm van allure of sexappeal.

Dit is namelijk geen gezelschap nihilistische cokesnuivers uit Beverly Hills dat God noch gebod kent en zo uit een slicke Hollywood-thriller lijkt te zijn weggelopen, maar een stelletje uit de klei of stront getrokken plattelandstypes, die varkens houden, aan de weg werken of paarden fokken – en ondertussen, ogenschijnlijk zonder twijfel of wroeging, een brute moord beramen.

Geduldig loopt Faust met zijn gesprekspartners alle aspecten van deze onsmakelijke zaak door: het motief voor het misdrijf, de botte uitvoering en ronduit knullige afwikkeling ervan en tenslotte de rechtszaak waarin de één de ander voor de bus gooit – en de ander de één – en uiteindelijk alle puzzelstukjes op hun onwelriekende plek vallen.

Heb Je Geen Kinderen?

c: Elvin Boer

Heb Je Geen Kinderen? (46 min.). Die vraag krijgt journalist en podcastmaker Liesbeth Rasker, net als sommige andere Nederlandse vrouwen die geen moeder willen worden, al heel lang voor haar kiezen. Gevolgd door de wacht maar-opmerking: wacht maar tot je in de dertig bent of een vaste relatie hebt. Rasker heeft daar last van. Er gaat sociale druk van uit. Ze gaat er ook weer van twijfelen of ze niet tóch een kind wil.

Terwijl ze eigenlijk weet: het moederschap is niets van mij. Die constatering gaat dan weer gepaard met verdriet. En dat is in haar specifieke situatie ook helemaal niet vreemd: Rasker verloor op tienjarige leeftijd haar eigen moeder, een onderwerp dat ze vorig jaar uitgebreid met familieleden, vrienden en lotgenoten heeft geëxploreerd in de aangrijpende documentaire Vroeg Verloren van Tessa Louise Pope.

Dat het overlijden van haar moeder verband zou kunnen houden met het ontbreken van een kinderwens wimpelt Liesbeth Rasker in eerste instantie resoluut af. Het onderwerp komt echter toch weer ter sprake tijdens een workshop met lotgenoten, Nederlandse vrouwen die ook geen moeder willen worden, welteverstaan. Met memoblaadjes die op een spiegel worden gegroepeerd inventariseren ze hun ervaringen en gevoelens.

In deze veilige omgeving benoemt Liesbeth Rasker ook dat voor haar ‘het overlijden van een kind een onacceptabel risico’ is. Die opmerking wordt verder alleen nauwelijks onderzocht. Zoals deze film van Pim Castelijn sowieso vooral z’n punt lijkt te willen maken: dat het krijgen van kinderen nog altijd de norm is en dat dit door vrouwen die het ‘niet-moederschap’ ambiëren als zeer beknellend kan worden ervaren.

En dus gaat Rasker vooral praten met geestverwanten: een jonge vrouw die zich al heel jong heeft laten steriliseren, een stel waarbij de man wél en de vrouw géén kinderwens had (en die met een lesbisch koppel ‘de beste oplossing ooit’ voor alle betrokkenen vonden) en een moeder op wie het ouderschap zwaar weegt (een thema dat vorig jaar overigens ook al werd uitgewerkt in de docu Spijtmoeders van Milou Gevers).

Rasker vindt bij haar bronnen precies wat ze zocht – ook omdat kritische vragen achterwege blijven – en lijkt niet serieus te hebben gezocht naar wezenlijk andere gezichtspunten. Ze heeft ook wel erg nadrukkelijk in de mediawereld rondgekeken. Toen ze te gast was in de talkshow van Eva Jinek, om over dit onderwerp te spreken, bleek zelfs de host de druk om moeder te worden te hebben ervaren. Uitroepteken.

En interviewer Antoinnette Scheulderman, waarbij ze aan het eind langsgaat, is ongetwijfeld een geschikt rolmodel voor vrouwen die bewust kinderloos zijn, maar nieuwe inzichten levert haar inbreng dan niet meer op. Wat zou het hebben gebracht als Rasker haar eigen kring eens had verlaten en zou gaan spreken met kinderloze vrouwen die zich nooit belemmerd hebben gevoeld of die juist later tóch spijt hebben gekregen?

Niet omdat Raskers eigen voorkeur voor het niet-moederschap er niet zou mogen zijn of moet worden verdedigd, maar juist om die bij anderen te toetsen en verrijken. Nu wordt Heb Je Geen Kinderen? waarschijnlijk precies wat de makers voor ogen hadden – ‘een emancipatoir pamflet vanuit een persoonlijke invalshoek’ – maar heeft de film niet heel veel méér te bieden.

The Baby Daddy

Yes Docu

Op een feestje waar een aantal moeders en kinderen zich hebben verzameld – als één grote ‘happy family’ – maakt Ari Nagel van de nood maar een deugd. Er is ook een nieuw vrouwenkoppel met een kinderwens aanwezig. Daarin kan hij misschien wel meteen voorzien. Op het toilet legt hij dus de hand aan zichzelf, zodat het stel het resultaat daarvan in een nabijgelegen slaapkamer kan inbrengen.

Zo heeft de Joodse wiskundeleraar uit New York inmiddels 22 kinderen op de wereld gezet. Nee: 26. Ik bedoel: 29. Weet ik veel. Véél. Steeds meer zelfs. Véél meer. Want Ari, bijgenaamd ‘The Sperminator’, weet van geen ophouden. Sterker: The Baby Daddy (78 min.) laat er geen misverstand over bestaan: hij kán helemaal niet ophouden. En voor veel van die kinderen wil hij ook best een soort vaderrol vervullen – en voor andere wordt hij gedwongen om alimentatie te betalen. Hij houdt ’t allemaal netjes bij op een speciaal daarvoor aangemaakt Excel-spreadsheet.

Nagel, die ook al één van de hoofdrollen had in Lance Oppenheims unheimische Spermworld, gunt Adi Rabinovici en Yair Cymerman in dit portret een ogenschijnlijk ongefilterd kijkje in zijn leven: van de problematische relatie met zijn orthodoxe ouders, die afstand nemen van de manier waarop hij zijn leven invult, tot de omgang met zijn oudste kind, de achttienjarige Tyler, in wie Ari zowaar een soort opvolger ziet. Hij neemt de jongen dus gewoon mee op zijn omzwervingen door binnen- en buitenland, waarop hij zijn kinderschare gestaag blijft uitbreiden.

Rabinovici en Cymerman lijken nauwelijks geïnteresseerd in Nagels beweegredenen. Ze gaan in elk geval niet heel erg op zoek naar de belangrijkste vraag die hun hoofdpersoon oproept: waarom? Wat beweegt een Amerikaanse man van halverwege veertig om overal – toiletten in de Target, op het vliegveld of in een winkelcentrum lijken favoriet – vrouwen aan een kind te ‘helpen’? Ook die andere voor de hand liggende vraag komt overigens slechts beperkt aan bod: wat vinden de moeders ervan dat hij vrolijk doorgaat met het verwekken van halfbroertjes en -zusjes van hun eigen kinderen?

The Baby Daddy volgt simpelweg de bal(len): naar overal waar Ari nu weer met een leeg bekertje een klein hokje opzoekt. Tussen al die momentjes van klein geluk door – gratis, maar niet belangeloos – vangt de film ook de frictie die er soms ontstaat tussen Arie en zijn zoon Tyler, die zich toch wel een beetje schaamt voor die overactieve vader, en de ongemakkelijke ontmoetingen met Nagels tamelijk laconieke vader Heshy en zijn vinnige vrouw Shirley, zorgvuldig buiten beeld gehouden, die haar zoon op niet mis te verstane manier laat weten dat ze zijn leefwijze verafschuwt.

Het geheel – het bizarre leven van de ‘Target-donor’ Ari Nagel – vormt een even onwerkelijk als onweerstaanbaar schouwspel.

Spermworld

FX

‘Waarom doneren jullie eigenlijk?’ vraagt Aimee op het USA Sperm Donation-forum, in het bijzonder aan de mensen die dat gratis doen?

James: ‘Ik doe ‘t om de LHBTQ-gemeenschap te helpen.’

Elaine: ‘Dat waarderen we zeer. ‘

Harold: ‘Om Amerika’s beroepsbevolking vooruit te helpen.’

Phil: ‘Zodat ik mijn artistieke en intellectuele capaciteiten kan doorgeven.’

Natasha: ‘Eerlijk gezegd denk ik dat sommigen een fokafwijking hebben.’

Alan: ‘Vooral uit gewoonte tegenwoordig.’

Zomaar één van de online-conversaties, waarmee de verbluffende Amerikaanse documentaire Spermworld (83 min.) is doorvlochten. Lance Oppenheim, de regisseur die in Some Kind Of Heaven en Ren Faire al een geheel eigen wereld opriep, begint deze film in Santa Cruz, Californië. Een vrouw rijdt naar een motel, waar een onbekende man al op haar wacht. Op de kamer legt hij uit wat er staat te gebeuren. Het gaat in totaal zo’n kwartier in beslag nemen. Kun je daarna dan een handstand doen? zegt hij. Zodat het sperma in je blijft – liefst nog met een orgasme erbij.

Na deze onwezenlijke start – een ‘verschrikkelijke one night stand’, aldus de betrokken vrouw, die er wel een kind aan over zal houden – introduceert Oppenheim zijn drie hoofdpersonages. Zij doneren alle drie buiten het reguliere medische circuit om. Voor Ari Nagel is dat zelfs een ‘way of life’. Hij heeft geen eigen huis, maar reist permanent het land door, teneinde aan zijn verplichtingen te kunnen voldoen. Dat heeft inmiddels geresulteerd in meer dan 130 kinderen – en de teller staat nog altijd niet stil – met wie hij ook een tamelijk verknipte ouder-kindrelatie probeert te onderhouden.

Tyree Kelly, een zwaarlijvige Afro-Amerikaanse man die eerder gedetineerd was, lijkt het doneren van sperma eerder als een baan dan als een roeping te beschouwen. Zijn verloofde Atasha Peña Clay wil intussen ook zwanger worden. Zij moet alleen gewoon op haar beurt wachten. Steve Walker tenslotte is na zijn echtscheiding ook druk gaan doneren. De vriendelijke oudere man uit Knoxville, Tennessee, zou Rachel Stanley, een 28-jarige vrouw uit Nashville, best ter wille willen zijn. Zij kampt alleen met ernstige gezondheidsproblemen en is ook wel bang dat Steve eigenlijk gewoon een relatie wil.

Via deze drie donoren, met elk hun eigen achtergrond, leefsituatie en motieven, schetst Lance Oppenheim een unheimische wereld, schaars en opvallend blauwgroen uitgelicht en voorzien van een klinische synth-soundtrack, waarin het wonder van nieuw leven wordt teruggebracht tot een al dan niet zakelijke transactie in een desolate motelkamer, op het openbare toilet of gewoon bij de klant thuis, in diens badkamer of desnoods lijfelijk. De één ovuleert en wil zo snel mogelijk moeder worden, de ander heeft nog wel een kwakje over. Een kind is dan slechts ‘een vingerhoedje stijfsel’ weg…

De situatie doet in deze film, die een ontluisterend beeld schetst van voortplanting in het Land van de Onbegrensde Mogelijkheden, regelmatig denken aan een illegale abortus. Terwijl het oogmerk van alle betrokkenen daar juist diametraal tegenover staat: gewenst leven. Geconcipieerd vanuit een ideaal, uit pure medemenselijkheid of toch voor cash. In het duister van Spermworld, dat wel.

Ari Nagel heeft trouwens ook z’n eigen documentaire: The Baby Daddy.

Stephanie Louwrier: Dichterbij Mij

NTR

Het is natuurlijk geen nieuw uitgangspunt: een documentairemaker volgt een kunstenaar tijdens de totstandkoming van een nieuwe voorstelling/plaat/expositie/concertreeks (doorhalen wat niet van toepassing is) en probeert via de hobbels onderweg de essentie van z’n hoofdpersoon te vangen. In de korte docu Stephanie Louwrier: Dichterbij Mij (29 min.) poogt Marcel Goedhart zo, juist, dichterbij het Nederlandse podiumbeest te komen. Stephanie Louwrier werkt aan haar derde theatershow, Let’s Get Louder. En dat gaat – het lijkt zo te horen – bepaald niet vanzelf.

Louwrier begint met een voorstudie. Daarna moeten er try-outs volgen. En die monden dan weer uit in een première, het vanzelfsprekende sluitstuk van deze film. Als het zover komt. Want maken is een kwetsbaar proces. Zeker als je je hebt voorgenomen om ‘ongefilterd eerlijk te zijn’ over alles wat er in je omgaat. En dat is nogal wat: een roerig familieverleden, stembandproblemen en een al dan niet expliciete relatiecrisis. Nadat ze helemaal los is gegaan tijdens een bokstraining blijkt één vraag van Goedhart (wat eruit moet?) al voldoende om haar verdediging te breken. ‘Alles’, zegt Stephanie geëmotioneerd.

Op de spiegel van Louwriers kleedkamer hangen, ergens onderweg naar (g)een voorstelling, een heleboel geeltjes, die de verschillende onderdelen representeren van wat een heel persoonlijke theatershow moet worden. Vormen ‘latina’, ‘jazz’ en ‘talk dirty to me’ bijvoorbeeld een logisch trio? Moet ‘tekstangst’ inderdaad ná ‘Ryan Gosling is mijn held’ en net vóór ‘ecstatic dance’? En waar horen ‘cellulitis is cool’ en ‘kinderwens’? Horen die er überhaupt wel in? ‘Zeg me dat ’t beter wordt’, zingt de hoofdpersoon dan alvast een stukje van die voorstelling – en zichzelf moed in. ‘Zeg me dat ik veilig ben.’

Er bestaat dus een kans dat die ‘muzikale onewomanshow’ er helemaal niet komt – of in elk geval niet nu. Louwriers vaste regisseur Titus Tiel Groenestege komt, vlak voor het einde van deze intieme film, poolshoogte nemen. Is het een omen? Waarvan dan? En krijgt Marcel Goedhart daarmee een logisch einde voor zijn observerende film?