Voetbalmiljonair Uit Oost

BNN

Het leven lijkt Mbark Boussoufa toe te lachen. Als voetballer van Anzhi Makhachkala is hij terechtgekomen in het elftal van coach Guus Hiddink, met wereldtoppers zoals Samuel Eto’o en Roberto Carlos. Niet slecht voor een Marokkaanse jongen die opgroeide in Amsterdam-Oost. Als klein jochie deed hij ooit van zich spreken: voor een wedstrijd van Ajax verbeterde ie het record hooghouden.

In de Russische deelrepubliek Dagestan, de thuisbasis van Anzhi, is het vanwege terreuraanslagen al enige tijd niet veilig. Boussoufa woont dus tweeduizend kilometer verderop, in de hoofdstad Moskou. Bovendien dreigt de clubeigenaar, miljardair Soelejman Kerimov, zich terug te trekken. Het is de vraag wat dit betekent voor de Marokkaanse international en zijn vaste hofhouding.

Thuis in Nederland kwakkelt Boussoufa’s vader Slima intussen met z’n gezondheid. Hij hoopt ook dat zijn eigen Voetbalmiljonair Uit Oost (80 min.), die furore maakte bij de Belgische topclub Anderlecht, eindelijk eens aan een gezin begint. Dat is de startpositie van deze ferme documentaire van Carin Goeijers uit 2015, waarin Mbark en de rest van de islamitische familie Boussoufa worden gevolgd.

De aanvallende middenvelder speelde aanvankelijk in de jeugdopleiding van Ajax met leeftijdsgenoten als Wesley Sneijder, Nigel de Jong en Hedwiges Maduro, maar zou uiteindelijk nooit actief zijn in de Nederlandse eredivisie. Na zijn carrière in België, waar ie tweemaal de Gouden Schoen voor beste speler won, belandde Boussoufa in 2011 in het verre Rusland, waar dan het grote geld is te verdienen.

Daarmee onderhoudt Mbark Boussoufa zowel zijn familie in Nederland als de vaste entourage waarmee hij zich in het buitenland omringt, waaronder zijn beste vriend Lorenzo (manager) en broer Moussi (personal assisant). Dat luxe leven lijkt nochtans een eenzaam bestaan, als de persoon om wie altijd alles draait. Zo gedraagt de voetballer zich soms overigens ook: als een man wiens wil wet is.

Via de voetbalmiljonair in Dagestan brengt Goeijers tevens een familie in beeld, die tussen drie werelden leeft: Marokko, Nederland en Rusland. Rond een Marokkaanse pater familias die in Nederland geen geschikte partner kon vinden en toen in zijn geboortedorp de moeder van z’n kinderen strikte. En nu wil Slima ook voor zijn zoon Mbark op zoek. ‘Maar dat wilde hij niet. Hij zei: laat maar aan mama over.’

Het mag in elk geval geen ‘golddigger’ worden, meent broer Moussi, die ook ooit een carrière als betaald voetballer ambieerde en altijd in de schaduw van zijn oudere broer bleef spelen. Zo houdt deze documentaire steeds het midden tussen een gelaagd familieportret en een film over de besognes van een dik betaalde topvoetballer, die zijn geld mogelijk bij een andere club moet gaan verdienen.

KIJK HIER: Voetbalmiljonair Uit Oost

Ruben Oppenheimer – Gevangen In Een Tekening

NTR

Zijn eigen moeder wil best participeren in deze documentaire van Carin Goeijers, maar liever niet herkenbaar in beeld. Zij is zich maar al te bewust van de risico’s die haar zoon neemt. Ruben Oppenheimer zoekt met zijn messcherpe politieke cartoons voor onder meer het AD en NRC nadrukkelijk het maatschappelijke debat op, schopt daarbij ongenadig tegen heilige huisjes aan en voelt ook niet de behoefte om politiek correct over te komen.

Daaraan zit een stevige prijs, getuige het urgente portret Ruben Oppenheimer – Gevangen In Een Tekening (55 min.). De cartoonist heeft zelf het gevoel dat hij steeds minder vanzelfsprekend zijn werk kan doen en verkopen. ‘De bagger die ik ervoor terugkrijg draag ik alleen’, zegt hij somber. Verwensingen en bedreigingen zijn bijna aan de orde van de dag. Goeijers vangt de impact daarvan door haatteksten letterlijk op zijn gezicht te projecteren.

Het geïsoleerde bestaan dat Ruben Oppenheimer noodgedwongen leidt wordt door de filmmaakster nog eens benadrukt met een combinatie van observatiebeelden – vaak van bovenaf gemaakt, zodat hij extra kwetsbaar lijkt. De suggestie is dat haar hoofdpersoon en zijn hond Lulu permanent in de gaten worden gehouden. Deze ‘beveiligingscamerabeelden’ maken het bedreigende klimaat voelbaar, waarbinnen de cartoonist zijn ambt, het samplen van beelden, moet uitoefenen. 

Als rode draad fungeert een spraakmakende cartoon uit 2017, waarin Oppenheimer suggereerde dat de Turkse president Erdogan twitter ‘neemt’. Die tekening veroorzaakte een storm van verontwaardiging. Slechts één Turkse Nederlander – Burak, die zich inmiddels zijn vriend mag noemen – heeft ’t in het openbaar voor hem opgenomen. Niet veel later is die een tijdje vastgehouden in Turkije, vanwege het steunen van iemand die de president beledigt.

In zo’n vijandig klimaat past geen naïviteit, vindt Oppenheimer. Slechts een week voor zijn dood, constateert hij bitter, meende Theo van Gogh nog: ik ben de nar, niemand doet mij wat. Inmiddels weten we wel beter. En dus stapt de voorvechter van het vrije woord naar de rechter om maatregelen af te dwingen tegen een vrouw die hem in het openbaar heeft bedreigd. Het is de climax van een film die inzichtelijk maakt hoezeer satire en de persvrijheid onder druk staan.

Slechts een enkeling haalt het in zijn hoofd om te tekenen wat hij wil.

Candy

Cinema Delicatessen

Heel even neemt ze in de openingsscène de tijd om haar instrument warm te spelen. En dan begeeft Candy Dulfer zich naar de plek waar ze, getuige deze documentaire van Carin Goeijers, helemaal in haar element is: het podium. Optreden is als thuiskomen. En dat is niet vreemd: vader Hans Dulfer is eveneens een begenadigde jazzsaxofonist en meteen haar grote voorbeeld. Als vader en dochter samen het podium delen, worden ze als het ware één. Die momenten worden alleen steeds schaarser. Zijn gezondheid laat inmiddels te wensen over.

Goeijers ruimt in Candy (93 min.) echt tijd in om haar hoofdpersoon aan het werk te laten zien als performer. Tussendoor neemt ze Dulfers leven en carrière door, die haar op podia in de hele wereld en aan de zijde van wereldsterren als Prince, Dave Stewart (Eurythmics) en Pink Floyd heeft gebracht. In de idyllische woonmolen van haar ouders zet vader Hans, die de verrichtingen van zijn enige kind zorgvuldig heeft gedocumenteerd, trots haar allereerste deuntje op saxofoon op. ‘Is het echt nodig om dit te laten horen?’ vraagt Candy gespeeld verontwaardigd.

Waar vader ongetwijfeld de muzikale inspiratiebron is geweest voor zijn dochter, fungeerde moeder Inge als haar manager. Ze werden een vanzelfsprekende twee-eenheid, samen ‘on the road’ naar weer een nieuw publiek om te veroveren. Intussen deed Candy haar privéleven er maar een beetje bij. En toen ze serieus over kinderen begon na te denken, was het eigenlijk al te laat. Na wat Candy zelf bijna laconiek een ‘miskraam galore’ noemt, moest ze zich ermee verzoenen dat ze geen moeder zou worden. ‘Dat idee, dat die naam Dulfer niet doorgaat…’, zegt ze, toch nog haar tranen wegslikkend. 

Goeijers snijdt daarna direct door naar een scène waarin Candy haar ziel blootlegt op saxofoon, staand bij de molen van ouders. Even introspectie. En dan is het weer door: op naar een nieuwe plaat, weer een platenlabel vinden en – zoals dat nu eenmaal gaat – optreden in binnen- en buitenland. Totdat ook Candy Dulfers wereld in het voorjaar van 2020 schudt op zijn grondvesten. Corona zet een streep door haar halve leven. Het virus belemmert het contact met haar ouders, bemoeilijkt ook de opnames voor deze documentaire én legt haar bestaan van concert naar concert he-le-maal plat.

In de afgelopen jaren heeft COVID-19 al in diverse documentaires z’n lelijke kop op gestoken, om de opgebouwde verhaallijn te ontregelen of juist op scherp te zetten. In Candy werkt het virus eigenlijk beide kanten op. Plots wordt de gedreven vakvrouw, voor wie autonomie van levensbelang lijkt, op haar vijftigste gedwongen om na te denken over hoe ze het hoofd creatief en financieel boven water moet houden. Tegelijkertijd delft een ander belangrijk onderdeel van die vertelling, de relatie met haar ouder wordende ouders, een beetje het onderspit. Het podium zal weer redding moeten brengen, zowel voor het opnieuw oppoken van die carrière als het afronden van de film.

En dus eindigt deze muziekdocu waar ie (bijna) begon: op het podium, van Pinkpop ditmaal, aan de zijde van alweer een grootheid, Chic-gitarist en topproducer Nile Rodgers.

But Now Is Perfect

EO


In Riace kun je betalen met Charlie Chaplin-biljetten, Che Guevara-geld of Martin Luther King-flappen. Tenminste als je een immigrant bent en al een tijd zit te wachten op geld van de Italiaanse overheid. Het is een idee van burgemeester Domenico Lucano, die ervoor zorgde dat de nieuwkomers in zijn dorp in elk geval in hun eerste levensbehoeften konden voorzien. Zonder de gastvrijheid van Lucano, eerder al te zien in de documentaire It Will Be Chaos en een aflevering van Tegenlicht, hadden we nog nooit gehoord van het dorp in de Zuid-Italiaanse regio Calabrië.

Riace is tevens het toneel van But Now Is Perfect (55 min.), de nieuwe film van Carin Goeijers die op het IDFA in première gaat en in competitie is voor de prijs voor beste middellange Nederlandse documentaire. Het Italiaanse dorp, dat een reputatie verwierf als veilige thuishaven voor vluchtelingen en zo de vergrijzing en krimp van het eigen dorp een halt toeriep, ligt alweer enige tijd onder vuur. Net als de burgervader zelf, die ervan wordt beschuldigd dat hij niet zorgvuldig is omgegaan met overheidsgeld. De Italiaanse regering probeert ondertussen Lucano’s droomproject te ontmantelen.

Deze documentaire tekent de menselijke gevolgen daarvan op in de kleine dorpsgemeenschap, waarbinnen oude en nieuwe Italianen samen proberen te leven. Goeijers richt haar aandacht in het bijzonder op de Nigeriaanse vrouw Becky Moses. Ze woont al enkele jaren in Riace en lijkt behoorlijk ingeburgerd, maar moet verplicht vertrekken naar een opvangkamp, elders in de regio. Daar loopt het niet goed met haar af, een dramatische gebeurtenis die de filmmaakster inleidt met een symbolische zwarte kat die door de straten van het dorp zwerft.

Moses laat een flinke schoenencollectie en nog wat andere spullen achter. In de openingsscène van deze documentaire, die wat mij betreft soms wat dichter bij het tragische levensverhaal van de hoofdpersoon had mogen blijven, toont een bevriende dorpsgenoot ze mismoedig aan de camera. Het zijn de restanten van een in de knop gebroken leven – en daarmee ook van een idealistisch experiment, dat rigoureus de nek dreigt te worden omgedraaid.