Planet Finance

VPRO

Wanneer Planeet Aarde na een ramp of oorlog nog druk bezig is om de scherven bij elkaar te vegen, verdient Planet Finance (300 min.) alweer goed geld. ‘Hoe kan dat?’ vraagt Marije Meerman zich af in deze zesdelige serie. ‘Hoe kan het belang van Planeet Aarde zo anders zijn dan dat van Planet Finance?’ Voor buitenstaanders lijkt het antwoord simpel: hebzucht. Never waste a good crisis, toch? Maar is het werkelijk zo eenvoudig?

Met insiders neemt Meerman een diepe duik in de financiële markten, waar ‘kapitalisme in z’n zuiverste vorm’ wordt beoefend. Waar je de snelste of de slimste moet zijn, waar je wint of verliest. Die onwerkelijke wereld, met zijn geheel eigen mores, regels en codes, is gebaat bij ‘volatiliteit’ in de echte wereld. Want tijdens maatschappelijke onrust gaan de beurskoersen flink op en neer, zodat slimme traders snel en gemakkelijk geld kunnen verdienen – en minder snuggere handelaren alles kwijtraken wat ze hadden.

Intussen bewegen de gewone sukkels van Planeet Aarde noodgedwongen – en vaak zonder dat ze het zelf doorhebben – mee met de golfbewegingen van de beurs. Marije Meerman, die eerder voor Tegenlicht meerdere documentaires maakte over de financiële wereld, wil echter ‘geen kruistocht tegen bankiers of de rijkste één procent’ starten, maar begrijpen hoe Wall Street en al die andere knooppunten van het financiële verkeer werken. Welke impliciete en expliciete regels zijn er? En (hoe) werken ze in de praktijk?

Meerman spreekt in dat kader met (vloer)traders, beurskenners, investeerders, hedge fund-managers en shortsellers. Insiders die voor de verandering eens wél uit de school willen klappen, ook omdat ze hun schaapjes vaak al op het droge hebben. Via hen belandt ze bijvoorbeeld in Cushing, een nietszeggend plaatsje in Oklahoma dat een centrale plek in de mondiale oliehandel is geworden. En ze ontmoet mevrouw Watanabe, de verzamelnaam voor Japanse particuliere beleggers die allemaal op zoek zijn naar ‘de perfecte trade’ en zo soms gewoon al hun spaarcenten verliezen.

Planet Finance wordt via diverse interessante casussen toegankelijk gemaakt, maar blijft desondanks tamelijk onherbergzaam, alleen voor echte specialisten volledig begaanbaar. Zij genieten van het risico, spelen even virtuoos als rücksichtslos de ‘zero-sum game’ en hebben tijdens het maken van essentiële keuzes zelden last van empathie. Al valt zeker te betogen dat bijvoorbeeld rampenobligaties, waarmee investeerders een soort verzekering tegen natuurrampen verzorgen, niet alleen financiële maar ook maatschappelijke waarde vertegenwoordigen.

Tegelijkertijd blijft het voor een buitenstaander moeilijk te bevatten dat een aantal van ’s werelds knapste koppen nu juist deze planeet hebben uitgekozen.

Forgetting Dad

Deze film opent met een vraag: ‘If your father no longer remembers you, does he stop being your father?’ Rick Minnich vult voor zichzelf aan: Kan pa zich echt niets meer herinneren? Of is het ook wel handig dat zijn geheugen hem in de steek heeft gelaten? Rick vermoedt dat zijn vader z’n brein af en toe een handje helpt. ‘Ik ben nu de nieuwe Richard’, zei hij tegen zijn zoon. ‘Niet pa, zoals jij me steeds noemt.’

De Amerikaanse data-expert Richard Minnich, althans de oude Richard, raakte op 45-jarige leeftijd betrokken bij een auto-ongeval. En daarna is hij nooit meer de oude geworden. Niet eens een beetje. De nieuwe Richard startte gaandeweg een nieuw leven met een veel jongere levenspartner, Tracy. Hij liet zijn voormalige echtgenoten en vijf kinderen in Californië achter.

Rick Minnich was net afgestudeerd toen zijn vader in 1990 dat ongeluk kreeg. Zestien jaar later gaat hij in Forgetting Dad (84 min.) de kwestie onderzoeken die al zo lang een schaduw werpt over zijn familie en waarover niemand eigenlijk graag praat. Pa Richard is in de tussenliggende periode verhuisd naar het afgelegen Oregon en heeft zich van alles en iedereen losgemaakt. Ook van zijn sores.

Vanuit die startpositie ontvouwt zich een spannende familiedetective. Rick spreekt eerst met de tweede vrouw van zijn vader, Loretta. Zij was erbij toen ze werden aangereden. Er leek eigenlijk weinig aan de hand. En toen, een slordige week later, begon ineens de amnesie en herkende Richard zijn eigen kinderen niet meer. Elke dokter zei echter: als hij wil, kan hij zijn geheugen terugkrijgen.

Via gesprekken met zijn moeder, zussen en halfbroers komt Rick Minnich in deze intrigerende film uit 2008, gemaakt met Matt Sweetwood, vervolgens steeds iets dichter bij de vader die hij is kwijtgeraakt – of beter: bij de man die hem achterliet. Deed hij dit vroeger ook al niet, zijn boeltje pakken en ergens anders helemaal opnieuw beginnen? Hoe vaak zijn ze in hun jeugd niet verhuisd?

Talloze familiefilmpjes en privéfoto’s laten een glimp van Richards jonge jaren zien. Ze tonen een volstrekt normale familieman. De zoektocht naar óf – en zo ja: wat – er iets aan de hand is met Richard Minnichs brein verbeelden de filmmakers met ontregelende steriele beelden van ziekenhuizen, artsen en MRI-scans. Ze geven het geheel nog een flinke dot suspense met een lekker mysterieuze soundtrack.

Intussen behoudt Forgetting Dad de ambivalentie die een zoektocht door het menselijke brein onvermijdelijk oproept. Ja, Richard Minnich had wellicht wat te winnen bij het verliezen van zijn geheugen, maar heeft hij daardoor uiteindelijk niet veel meer moeten afgeven? Zijn zoon Rick zoekt in elk geval niet naar gemakkelijke antwoorden en timmert de zaak ook niet dicht met een Hollywood-einde.

Dat kun je frustrerend noemen. Of juist prikkelend.

Van Verlies Kun Je Niet Betalen

KRO-NCRV

‘Het is maar stilletjes hier in de straat, hè?’ zegt Adrie Trimpe, vanachter de toonbank van zijn Vlissingse groentewinkel, in de openingsscène van de documentaire Van Verlies Kun Je Niet Betalen (63 min.) uit 2018. ‘Dat is achteruitgegaan, hoor, in vergelijking met vroeger.’ Terwijl Adrie met vaste klant Paul keuvelt, duwt zijn vrouw Francien met onvaste hand enkele boontjes door een snijmachine. ‘Twee stuntelaars, hoor’, zegt ze. Als haar echtgenoot de snijboontjes vervolgens verkoopt, begint zij alvast aardappelen te jassen voor hun eigen maaltijd. Hollandse pot, natuurlijk.

Het echtpaar Trimpe is dik in de tachtig en runt al meer dan een halve eeuw een winkel in de binnenstad van Vlissingen. Dat wordt door hun eigen broze gezondheid steeds moeilijker. Het businessmodel van de Trimpes is sowieso al jaren, decennia misschien wel, over de datum, maar wordt met aandoenlijk kunst- en vliegwerk, en de dagelijkse hulp van Adries jongere zus Ada, ternauwernood overeind gehouden. Nu wil Ada er alleen voor drie maanden tussenuit, naar de camping in Frankrijk, en blijven haar broer en diens echtgenote, beiden slecht ter been, alleen achter in hun winkel.

Daarmee komt het relatieve evenwicht in deze fijne kleine film van Helge Prinsen en John Albert Jansen op de tocht te staan. Ondanks hun voorbeeldige arbeidsethos redden de echtelieden Trimpe, de verpersoonlijking van het Zeeuwse cliché ‘ons bin zuunig’, het eigenlijk niet meer. Stoppen blijft echter een brug te ver. ‘Ik kan niet zonder’, bekent Adrie op een kwetsbaar moment. Hij ziet geen andere optie dan sterven in het harnas. Dat heeft iets tragisch – een man die de lenigheid van geest mist om zichzelf los van zijn zaak te zien – maar is tegelijkertijd ontroerend. Met die groentezaak, zo realiseert Trimpe zich, gaat hij. Dat moment kun je dus alleen maar zo lang mogelijk uitstellen.