Kus Kus Beng Beng

Nederlandse Filmacademie / BNNVARA

Zij moet van hem toegeven dat ze zijn transitie moeilijk vindt.  Sterre Mulder vindt dat alleen wel meevallen – ook al haat haar geliefde dan zichzelf. Ollie Launspach, de maker van Kus Kus Beng Beng (28 min.), wil via zijn vriendin zijn eigen proces weergeven. Zij wil echter ‘geen projectie’ van hem zijn, zegt ze.

In deze sprankelende korte film botsen de perspectieven van de twee geliefden regelmatig. Tegelijk is ook duidelijk dat ze verkikkerd op elkaar zijn én blijven. ‘Ik weet niet hoe ik je kan vertellen hoeveel ik van je hou’, schrijft Ollie in beeld. ‘Ik weet ook niet hoe ik je kan vertellen hoeveel ik mezelf verafschuw.’

‘Trans zijn is mislukken’, heeft hij dan ook al geconstateerd, in deze wervelende vertelling over liefde in tijden van verandering. Launspach zet de camera op z’n vriendin, laat Sterre testosteron-spuiten zetten en bestookt haar – en ons – met een wirwar van woorden: voice-over, vragen en dagboekteksten.

Totdat Sterre er schoon genoeg van heeft. In de tweede helft van deze egodocu, waarmee Launspach is afgestudeerd aan de Filmacademie, neemt zij het heft in handen met haar eigen woorden. ‘Als aasgieren singelen we om elkaars verhaal heen’, schrijft ze dan. ‘Jij maakt een film over mij en ik schrijf over jou.’

Alle elementen – Launspach heeft er ook nog homevideo’s, biootjes van de één over de ander en krasse muziek bij geklutst – ballen zich samen in een energieke, straf gemonteerde klap voor je kanis, die helemaal van deze tijd is.

Starsuckers

S2S

Dik vijftien jaar geleden was Starsuckers (101 min.) bedoeld als een waarschuwing: een wereld die volledig is gefocust op beroemdheid en celebrities richt zichzelf ten gronde, te beginnen met de kinderen.

De Britse documentairemaker Chris Atkins, later overigens nog in opspraak geraakt, introduceert bijvoorbeeld het wannabe-kindsterretje Ryan, een Amerikaans joch van zes dat door zijn ouders wordt uitgedost als een soort mini-LL Cool J en vervolgens echt overal aan de man wordt gebracht. Hij moet wereldberoemd worden – en zij met hem, en liefst ook nog rijk. Het is bijna onmogelijk om geen kidfluencer en familievloggers in het gezinnetje te zien.

Zoals met hedendaagse ogen ook de nodige influencers zijn te ontwaren in Starsuckers – ook al bestond die term in 2009 nog niet of nauwelijks. De New Yorker Wesley Autrey redde ooit bijvoorbeeld een man van een rijdende trein, door bovenop hem te gaan liggen. Op die manier kon de trein over hen heen rijden. Zo’n tweeduizend interviews later vraagt Autrey zich af of hij zich misschien kandidaat moet stellen voor een publiek ambt. Aan populariteit geen gebrek.

Bagagemedewerker John Smeaton zou in 2007 op het vliegveld van Glasgow enkele terroristen een halt toe hebben geroepen. Rond deze volksheld ontstaat vervolgens een ongelofelijke mediahype. Totdat enkele collega’s, die er ook bij zijn geweest en in de publiciteit helemaal genegeerd worden, zich tegen hem keren. ‘Smeato’ reageert laconiek: there is no bad publicity. En doorrr… in een film die net zo vaak open deuren intrapt als onverwachte kleine luikjes opent.

Carol Craig van het Centre for Confidence & Well-being pleit daarin voor een verbod op reclame voor kinderen onder de twaalf en begrenzing van het aantal commercials voor tieners. Een jaar of vijftien later weten we: kansloze strijd. We worden nu ook online overvoerd met gesponsorde inhoud en sluikreclame. Die zijn bewezen slecht voor ons. Psychiater Phillip Graham veronderstelt zelfs een link tussen het aldus gepropageerde materialisme en de toename van mentale problemen. 

Jongeren krijgen in de media, in 2009 net zo goed als nu, een beeld voorgespiegeld dat je er pas toe doet als je geld, status en roem hebt. Daarom melden non-bekendheden zich bij de New York Reality School (zodat ze de aandacht weten te trekken), solliciteren ze als Personal Assistant van een beroemdheid (waarbij ze tot nagenoeg alles bereid lijken) of laten zich verleiden tot een Kiss & Tell-verhaal in de media (nadat ze eerst de koffer in zijn gedoken met een nietsvermoedende celebrity).

En waar Atkins in het cynisch getoonzette Starsuckers, waarin ook de Britse (tabloid)journalistiek en het liefdadigheidsfestival Live Aid een flinke veeg uit de pan krijgen, nog een Litouwse politieke partij met louter beroemdheden laat zien als een soort waarschuwing, weten we inmiddels dat die collectief in de wind is geslagen. Roem, platvloersheid en narcisme hebben sindsdien alleen maar meer ruimte gekregen en zuigen ons langzaam maar zeker helemaal leeg. Tot de bodem is bereikt.

#SeAcabó: Diario De Las Campeonas

Netflix

Achteraf bezien was de wereldtitel die het Spaanse vrouwenvoetbalteam in 2023 won geen logische conclusie van de voorgaande periode. De kus die bondsvoorzitter Luis Rubiales tijdens de medaille-uitreiking gaf aan speelster Jenni Hermoso was dat in feite wel. Daarmee zette Rubiales zijn eigen aftocht in gang en legde hij meteen de conflicten bloot die de kersverse wereldkampioen al jarenlang parten speelden.

#SeAcabó: Diario De Las Campeonas (95 min.) reconstrueert de hele affaire nog eens met vrijwel alle betrokken voetbalsters. Die begint enkele jaren eerder met algehele onvrede over bondscoach Jorge Vilda. Hij weet zich echter permanent gesteund door zijn vriend Rubiales. En dat noopt vijftien speelsters uiteindelijk tot het besluit om zich publiekelijk terug te trekken uit de nationale ploeg. Met het wereldkampioenschap in Australië en Nieuw-Zeeland keert een aantal van hen later echter terug op z’n schreden en stelt zich toch weer beschikbaar.

Het geheel gereviseerde voetbalteam wint vervolgens in de zomer van 2023 dus de wereldcup, maar daarmee is de interne onrust nog niet de kop ingedrukt. Er blijft frustratie over hoe de Spaanse voetbalbond is omgegaan met de klachten, niet in het minst bij de speelsters die het wereldkampioenschap noodgedwongen thuis vanaf de bank hebben moeten volgen. En de waardering voor ‘succescoach’ Vilda houdt ook nog altijd nog niet over. Het gevoel overheerst dat ze eerder ondanks dan dankzij hem kampioen zijn geworden.

‘De kus’ doet de emmer simpelweg overlopen – en wordt misschien ook wel gebruikt als stok om te slaan. Al heeft Luis Rubiales die ongetwijfeld meermaals zelf aangereikt. In deze gladde docu van Joanna Pardos zit bijvoorbeeld een potsierlijke peptalk, die hij voor de WK-kwartfinale tegen Zweden geeft. ‘Alèxia, wie is sterker?’ vraagt hij aan middenveldster Alèxia Putellas. ‘Wij.’ ‘Harder.’ ‘WIJ.’ ‘Aitana, wie is slimmer, wij of zij?’ Na enig aandringen antwoordt FC Barcelona-speelster Aitana Bonmatí: ‘WIJ.’ ‘En wie’, balt Rubiales zijn vuisten, ‘heeft er grotere eierstokken?’

En dan is er ook nog het fragment waarop hij uit pure vreugde bijna demonstratief in z’n kruis grijpt. Kus mijn kloten, lijkt hij te willen zeggen. Het zou interessant zijn geweest om te horen hoe Rubiales hier – en naar alle andere gebeurtenissen voor en na ‘de kus’, inclusief de navolgende mediacampagne – zelf naar kijkt. Zover komt ‘t niet. Dit lijkt ook niet in Pardos’ opzet te passen. Zij wil duidelijk het verhaal van de vrouwen vertellen. Luis Rubiales en Jorge Vilda hebben daarbinnen geen plek. Net als de verdeeldheid die er soms ook was tussen de speelsters.

#SeAcabó: Diario De Las Campeonas wordt daarmee een ondubbelzinnig pamflet tegen het machismo binnen de Spaanse voetbalwereld, dat weinig ruimte laat voor nuance.