20.000 Days On Earth

Madman

20.000 Days On Earth (93 min.) heeft hij volgens zijn eigen berekeningen inmiddels achter de rug – althans, dat is de premisse van deze weldadige docu/mockumentary over Nick Cave uit 2014 – en dan lijkt dag 20.001 een ideale gelegenheid om de balans op te maken. Een fictieve dag, dat wel, waarop de Australische zanger en (song)schrijver plaatsneemt op een stoel bij de psychiater en vertelt over zijn eerste seksuele ervaring, relatie met z’n vader en verhouding tot het geloof. 

Een dag ook waarop hij zijn eigen archief bezoekt en kijkt naar De Jonge Cave. Waarop hij achter het stuur van zijn auto kruipt en het gesprek aangaat met bijrijders zoals acteur Ray Winstone, oud-bandlid Blixa Bargeld en zangeres Kylie Minogue. En waarop hij voor een copieuze maaltijd aanschuift bij bloedsbroeder Warren Ellis. En daarbij komt het gesprek dan op een angstaanjagend optreden van Nina Simone. Ellis hield daaraan een kauwgom over. Die inspireerde hem onlangs tot het boek Nina Simone’s Gum. Althans, zo wil het verhaal dat de twee graag delen.

Aan de hand van de levensgeschiedenis van hun illustere protagonist belanden de Britse filmmakers (en kunstenaars) Iain Forsyth en Jane Pollard zo bij een soort gefictionaliseerde werkelijkheid over Cave, ergens in de Bermudadriehoek tussen herinnering, mythe en broodje Aap. Daar waar de waarheid zich wel eens schuil zou kunnen houden. En waar Nick Cave zelf in songs, anekdotes en verbindende teksten hoog kan draven, vrijelijk mag schmieren en zijn zwartgeblakerde ziel wil blootleggen.

‘Mijn grootste angst is dat ik mijn geheugen verlies’, zegt hij bijvoorbeeld in deze zinnenprikkelende ode aan de kracht van verbeelding, die door Forsyth en Pollard wordt doorsneden met opnames voor zijn album Push The Sky Away (2013) en performances van die songs. Want uiteindelijk bestaan wij als mensen volgens Cave vooral uit onze herinneringen. ‘Daar gaat het mij om bij het schrijven van liedjes: het hervertellen van die verhalen en het mythologiseren ervan. Zo bezien is het verliezen van het geheugen een enorm trauma.’

In de navolgende jaren zal Nick Cave daar stug mee doorgaan, ook met het verwerken van de trauma’s die hij nog op zijn weg zal vinden – en die een plek zullen krijgen in de concertfilms One More Time With Feeling en This Much I Know To Be True.

The Last Male On Earth

Cinema Delicatessen

Hij is ‘de meest begeerde vrijgezel op aarde’. Een hit op Tinder. Er zijn zelfs T-shirts van Sudan: #BornHorny. Hij heeft echter nog maar 999 dagen. De laatste mannelijke noordelijke witte neushoorn. Sudan leeft in het Keniaanse natuurreservaat Ol Pejeta en zijn dagen worden in The Last Male On Earth (70 min.) letterlijk geteld. Van duizend terug naar nul. Het persbericht ligt zelfs al klaar: ‘Sudan, leeftijd XX, stierf op XX binnen zijn omheining en werd gevonden door zijn verzorger op XX op de XX dag van XX.’

Het is een aloude filmmakerstruc, die door ‘the master of suspense’ Alfred Hitchcock de Bom Theorie werd genoemd: leg een bom onder de tafel bij een gezellig etentje en de spanning is vanaf dat moment te snijden. Alleen: die bom mag niet afgaan. Nooit, aldus Hitchcock. Die regel wordt hier met voeten getreden. Sudans lot mag bekend worden verondersteld. Op maandag 19 maart 2018 blies hij zijn allerlaatste adem uit. Wereldwijd plaatsten media een overlijdensbericht. En met Sudans dood is ook zijn soort uitgestorven. Toch?

In haar eerste lange film documenteert Floor van der Meulen zijn laatste dagen op aarde. Een imposant dier, dik in de veertig inmiddels, waaromheen een heuse industrie is opgetuigd. Ruim zes miljoen dollar gaat er jaarlijks in om, waarvan alleen al ruim één miljoen voor beveiliging. Want ook al ben je dan de allerlaatste van jouw soort, voor stropers blijf je toch eerst en vooral handelswaar. Rond Sudans woonplek is dan ook een soort militair cordon opgebouwd, met goedgetrainde en zwaarbewapende rangers.

Het dier zelf krijgt daarvan weinig mee, zo lijkt het. Zoals het ook niet reageert op de talloze toeristen die zijn kant op worden gestuurd. Ze mogen hem van alle kanten bekijken. Fotograferen. Selfies maken, natuurlijk. En krabbelen, lekker achter zijn oor. Dat schijnt-ie fijn te vinden. Zolang ze niet met te veel tegelijk komen, tenminste. Zes maximaal. Ook om de ervaring exclusief te houden, vermoedelijk. Na afloop krijgen de bezoekers wel een opdracht mee: preach the gospel. Zorg ervoor dat de hele wereld te horen krijgt over het uitsterven van deze specifieke neushoornsoort.

Met de mensen om hem heen, van zijn vaste verzorgers en bewakers tot de medewerkers van de toeristenshop en dagjesmensen, laat Van der Meulen zien dat Sudan echt niet ‘zomaar een dier’ is. Hij is op zijn oude dag niets minder dan een symbool geworden, een perfecte posterboy voor een marketingcampagne over bedreigde diersoorten. De filmmaakster paart de verwikkelingen rond Sudan daarnaast aan de inspanningen van wetenschappers om deze neushoornsoort tóch te verzekeren van een toekomst. Waarbij de vraag aan de orde komt in hoeverre Sudan zelf daarin eigenlijk wel een rol speelt.

Die dubbelheid, in meerdere opzichten, tekent Floor van der Meulen, in de rug gesteund door het fraaie camerawerk van Christian Paulussen en de puntige muziek van Juho Nurmela, uiterst trefzeker op. Aan het eind van The Last Male On Earth, als alle dagen zijn weggeteld, gaat de spreekwoordelijke bom inderdaad af. Die zadelt de kijker echter niet alleen met een gevoel van opperste frustratie op, iets wat bijvoorbeeld Hitchcock te allen tijde wilde voorkomen. Deze slimme film laat een veel genuanceerdere mengeling van boosheid, zelfkritiek, humor en weemoed achter.