Nowhere Man

Doxy

In al hun jeugdige overmoed reden ze in 1998 gedrieën in een grijze deux chevaux naar Frankrijk om een roadmovie te maken over hun vriendschap. Het werd een mislukking, met veel gedol, gekibbel en gedoe. Géén film in elk geval. De 24 tapes verdwenen in een allengs vergeten doosje, met het idee dat ze er nooit meer uit zouden komen.

25 Jaar later is hun vriend Rob overleden en beschikken Jan Willem den Bok en Jaap van Heusden nog altijd over de tapes met opnames van die roadtrip naar nowhere. Wat vertellen die oude beelden over wie ze waren en zijn, hun onderlinge band en de eigenzinnige vriend die ze mettertijd een heel klein beetje uit het oog zijn verloren?

Hij wordt ongetwijfeld bedoeld met Nowhere Man (30 min.), de titel waaronder ze dat oude materiaal nu presenteren. En daarin zingen ze natuurlijk ook even mee met de gelijknamige Beatles-klassieker. ‘Doesn’t have a point of view’, klinkt ‘t dan, rijdend in die eend door de nacht. ‘Knows not where he’s going to. Isn’t he a bit like you and me?’

Rob was zo te zien een excentrieke jongeling. Iemand die worstelde met zichzelf en het leven, zo valt ook af te leiden uit de voicemail-berichten die Den Bok en Van Heusden in het hier en nu uitwisselen en waarmee ze al dat oude materiaal een beetje inkaderen. Een heel klein beetje. De kijker ervan wordt verder grotendeels aan z’n lot overgelaten.

Deze documentaire is de ode aan hun vriendschap geworden die de oorspronkelijke film had moeten zijn. Aan de jeugd ook, waarin ze elkaar hebben gevonden. Voor een buitenstaander is ’t best lastig om daar vat op te krijgen. De gesprekken en activiteiten, met ook enkele voicemails van Rob zelf uit latere tijden, lijken lukraak bij elkaar geklutst.

Dat is natuurlijk niet zo – er vormt zich onderweg wel degelijk een soort verhaal over die reis en daarmee ook een portret van de man die daarvan het neurotische middelpunt was – maar het kost best veel kruim om naar die serie snapshots van jeugdige branie, onbezonnenheid en twijfel te kijken en daaruit de essentie te destilleren.

Gość

IDFA

Tussen Polen en Belarus is in 2021 doelbewust een stuk niemandsland gecreëerd. Een verboden zone van drie kilometer breed. De Belarussische dictator Loekasjenko, een handlanger van de Russische president Poetin, gunt vluchtelingen er zogenaamd een vrije doortocht naar de Europese gemeenschap. De Poolse grenspolitie stuurt hen vervolgens linea recta weer terug. Ontheemde mensen komen zo vast te zitten in een moerasachtig bos, om er misschien wel voorgoed in te verdwalen.

Maciek, een Poolse man van weinig woorden, en zijn gezin hebben daar, in die inhumane woestenij van zoekacties, politiecontroles en pushbacks, een uitgeputte vluchteling aangetroffen. Hij was zowaar nog in leven. Ze hebben de 27-jarige Syriër Alhyder tijdelijk in huis genomen. Communicatie met The Guest (oorspronkelijke titel: Gość, 78 min.) is echter lastig. Met behulp van een basale vorm van Engels en Google Translate kunnen ze elkaar alleen op een elementair niveau verstaan. Tegelijk begrijpen de twee elkaar uitstekend.

‘I am inside problem, you are outside problem’ zegt Alhyder tegen de man die hem, bijna tegen wil en dank, heeft opgevangen. ‘Why you go inside problem?’ Maciek antwoordt resoluut: ‘No, this world is problem.’ Daarmee is hun gezamenlijke probleem alleen nog niet de wereld uit. Waar kan Alhyder heen? En hoe lang kan hij nog gebruik maken van de gastvrijheid van het Poolse gezin? De Syriër, die via zijn mobiele telefoon contact probeert te onderhouden met thuis, begint zich allengs een ongenode gast te voelen.

In deze donkere, unheimische film, vol nauwelijks op te vullen stiltes en ongemakkelijk geformuleerde gedachten, verkennen Zvika Gregory Portnoy en Zuzanna Solakiewicz met coregisseur Michał Bielawski de patstelling tussen de gastheer, zijn vrouw Renata, hun zoon Patryk en de vreemdeling, die volledig afhankelijk van hen is. Tussendoor tonen zij tevens de ongure wereld om hen heen, de zone waar vluchtelingen niet meer dan opgejaagd wild zijn, media doorgaans worden geweerd en zomaar de directe toekomst van Alhyder weer zou kunnen liggen.

Het is een ontluisterende situatie, die aan het begin en einde van The Guest nog eens pijnlijk wordt aangezet met het officiële volkslied van de Europese unie, Beethovens Ode An Die Freude. Alle Menschen werden Brüder… juist.

De Kift: Water Wieg Me – Een Muzikale Ode Aan De Droefenis

NTR

Schrijven begint met luisteren. Het opzuigen van verhalen, er vervolgens even op kauwen en ze dan weer op geheel eigen wijze uitspugen. In teksten, in muziek. Ferry Heijne, zanger van de ‘poëtische fanfarepunkband’ De Kift, vaart letterlijk uit om persoonlijke getuigenissen van buitengewone gewone Nederlanders op te tekenen.

Met zijn boot belandt hij in De Kift: Water Wieg Me – Een Muzikale Ode Aan De Droefenis (53 min.) bijvoorbeeld bij Bas. De man rouwt om het verlies van zijn twintigjarige dochter Belle, die enkele jaren geleden tijdens een wandeling in het park werd getroffen door een blikseminslag. Heijne verwerkt diens ervaringen in een verklanking van het gedicht Melopee van Paul van Ostaijen. Over de vergankelijkheid van het bestaan.

‘Langs het hoogriet / Langs de laagwei / Schuift de kano naar zee / Schuift met de schuivende maan de kano naar zee’

In deze fraaie, gestileerde film van Sanne Rovers ontmoet Ferry Heijne verder een Iraakse schrijver die dreigde te verpieteren in een asielzoekerscentrum, een vrouw met liefdesverdriet én een woonboot en een oudere man die voelt dat zijn lichaam stilaan begint te haperen. En onvermijdelijk komt Heijne onderweg ook zichzelf tegen – en zijn vader, die bijkans bij toeval ook jarenlang deel uitmaakte van De Kift.

En als de hoofdpersonen uiteindelijk te horen krijgen wat Ferry en zijn muzikale kompanen, die her en der, als vanzelfsprekend, in het oer-Hollandse decor opduiken om hun muziek ten gehore te brengen, van hun getuigenissen hebben gemaakt, vloeien beeld en muziek helemaal samen tot een lekker melancholische lofzang op het leven.