The Sadeck Effect

AVROTROS / dinsdag 2 december, om 22.40 uur, op NPO2

Met behulp van een lineaaltje tekent hij zijn choreografieën uit op papier. Zijn werk is in feite geometrie, legt Sadeck Berrabah uit, te vergelijken met de rotaties van een Rubik’s kubus. En hijzelf is dan te beschouwen als de leider van een vlucht vogels, die het tempo en de richting aangeeft. ‘Als we allemaal met elkaar verbonden zijn’, stelt hij in The Sadeck Effect (54 min.), ‘kunnen we magnifieke dingen creëren.

Inmiddels is de Franse choreograaf, die zich ook wel Sadeck Waff noemt en sterk is beïnvloed door hiphop, martial arts, Michael Jackson en manga, een gevierde ster. Via de televisietalentenjacht America’s Got Talent bereikte zijn dansgezelschap enkele jaren geleden een groot publiek. Sindsdien werkt hij samen met wereldsterren zoals Shakira en in opdracht van gerenommeerde organisaties en bedrijven.

Ooit was ie een zorgenkindje, vertelt Sadeck in het gestileerde portret dat Stéphane Carrel van hem maakte. Een stotteraar uit het plaatsje Forbach in het noordoosten van Frankrijk. Zoon van vroeg gescheiden ouders. En een tiener die afhaakte op school. Als achttienjarige werd Sadeck door zowel z’n vader als z’n moeder buitengezet. Hij leefde een tijdje op straat en verkaste daarna naar Montpellier.

Daar haalde Sadeck z’n rijbewijs, begon hij met z’n handen te werken en werd ie voor het eerst vader. Intussen kwam zijn danscarrière op gang. Toen hij in 2017 samen met een vriend een nieuw concept bedacht, gebaseerd op geometrie en menselijke beweging, en vanuit dat idee de video Geometrie Variable maakte, ging die direct ‘viral’. Zijn wereld veranderde compleet. Al snel stroomden de aanbiedingen binnen.

Tijdens deze film werkt Sadeck samen met zijn getrouwen, waaronder enkele broers, aan de theatervoorstelling Murmuration, een show die zich afspeelt op het snijvlak van wiskunde, wetenschap en de natuur. En die begint voor hem, letterlijk, op de tekentafel, met het uitwerken van ideeën op papier. Daarna volgt de vertaling naar een groep dansers die zijn tableaus nauwgezet uitbeeldt.

Zo werkt de gedreven choreograaf toe naar de spectaculaire uitvoering van Murmuration in de Parijse concertzaal Zénith, het eindstation van deze fraaie film die ‘s mans overweldigende werk vol in de schijnwerpers zet. Aan dat succes zit, natuurlijk, ook een keerzijde. Het heeft Sadeck Berrabah weliswaar status en zelfvertrouwen gegeven, maar zorgt ook voor druk, vermoeidheid en afstand tot zijn kinderen.

Want de afstemming tussen zijn bestaan als veelgevraagd kunstenaar en z’n verplichtingen als huisvader luistert eveneens héél nauw.

Het Beest Van Amsterdam

Doxy

Hij is geen schim meer van de imposante man die hij ooit moet zijn geweest. Alzheimer, vasculaire dementie en Parkinson doen hun ontregelende werk bij Jon Bluming (1933-2018) als regisseur Vuk Janic hem begint te filmen voor wat uiteindelijk een postuum portret is geworden. Hij was het die judo, karate, thaiboksen en worstelen ooit in Europa introduceerde. Een free fighter pur sang. Een meester in mixed martial arts. Een Nederlandse samoerai.

Janic probeert Het Beest Van Amsterdam (54 min.) dat nog ergens in dat versleten, broze lijf verscholen zit te vangen met een tekst die hij, op basis van interviews met Bluming en diens autobiografie Van Straatschoffie Tot 10e Dan (1999), met medewerking van Arthur van den Boogaard heeft geschreven. Die woorden zijn vervolgens, als een gekooide leeuw, ingesproken door Matteo van der Grijn en voorzien van stemmige zwart-witte animatie.

‘Onverslaanbaar zijn, dat wilde ik’, zegt die bijvoorbeeld. Of, over hoe hij terugkwam uit de oorlog in Korea: ‘Dood, ik ben wel klaar met je. Een losgeslagen straatschoffie werd ik.’ En over wat hij meenam van zijn traumatische ervaringen als zeventienjarige frontsoldaat. ‘Hij of ik. Altijd weer: hij of ik.’ Dat zou een leidmotief voor de rest van zijn bestaan worden. Zoals die vervloekte oorlog in Korea hem ook voor het leven tekende. ‘Angstig, altijd angstig, om dood te gaan’

Vechtsport was voor Jon Bluming uiteindelijk toch meer gevecht dan sport, vertellen mensen uit zijn directe omgeving zoals Jan de Bruin (voorzitter en kancho IBK Kyokushin Karate), viervoudig wereldkampioen K-1 Sem Schilt en Blumings protegé Chris Dolman, driemaal wereldkampioen sambo en veertig keer nationaal kampioen worstelen, judo of sambo. Jon Bluming was ‘keihard en liefdevol’, zegt één van de sprekers treffend op zijn uitvaart.

Die wordt door Vuk Janic gebruikt als startpunt voor deze wat weerbarstige film, waarin de breekbare oude man die zich slechts een enkele keer nog in zijn ziel laat kijken (‘Je vraagt je soms weleens af waarom je al die jaren gestudeerd hebt op vechten. Nou ja, ’t is niet anders.’) en het gevaarlijke beest dat via de geschriften van diezelfde man tot de wereld spreekt soms wat lastig samenkomen. Alsof het gaat om twee verschillende mensen, twee verschillende stemmen.

Maar misschien is dat gewoon wat het leven doet met tot de verbeelding sprekende vechters zoals Jon Bluming. Indachtig dat oude gezegde: old warriors never die, they simply fade away.

McGregor Forever

Netflix

‘Hee jongens, ik heb besloten om te stoppen met vechten’, tweet Connor McGregor op 6 juni 2020 naar zijn achterban. ‘Bedankt voor de geweldige herinneringen. Het was een dolle rit.’ Op zijn 31e gaat de Ierse kooivechter met pensioen als MMA-fighter. De docuserie McGregor Forever (203 min.) is dan nét aan aflevering 3 begonnen en heeft nog zeker anderhalf uur speeltijd te gaan. McGregor gaat niet stoppen, zoveel is duidelijk. Hij heeft de handdoek ook al twee keer eerder in de ring gegooid en de handschoen naderhand toch weer opgenomen. Nu zal het vast niet anders gaan.

En inderdaad: ruim een half jaar later, en zo’n 35 minuten lol en gedoe verder, betreedt de voormalige loodgieter uit een volkswijk in Dublin toch weer het Octagon, voor een bruut man-tegen-man gevecht, ditmaal tegen Dustin ‘The Diamond’ Poirier. McGregor, die tijdens de opnames voor deze vierdelige serie van Gotham Chopra en Darragh McCarthy in de nadagen van zijn roemruchte loopbaan lijkt te zijn aanbeland, gaat al een jaar of tien van gevecht naar gevecht. Elke nieuwe confrontatie wordt desondanks geframed als ‘het belangrijkste gevecht uit zijn leven’.

Misschien is dat ook de enige manier om te overleven in de wereld van mixed martial arts. Een vechter die te veel naar de lange termijn of het grote verhaal kijkt, loopt al snel tegen een verpletterende knock-out aan. Conor McGregor lijkt gemaakt voor dat leven. Een man van grote woorden, niet van diepe gedachten. Die zich optimaal kan motiveren, op basis van pure eerzucht of botte wraakgevoelens, en volledig gefocust raakt op de volgende opponent. Samen met zijn jonge gezinnetje geniet hij verder van de aandacht, rijkdom en luxe die hem door zijn sport ten deel valt.

Net als eerder Rico: Dream Big, het portret van de Nederlandse vechtsporter Rico Verhoeven, moet McGregor Forever ‘t niet van diepgang hebben. De miniserie wordt bijeengehouden door een onnoemelijke hoeveelheid (vecht)sportclichés. Ook van de zogenaamde experts, die elk gevecht becommentariëren: McGregor is afwisselend ervaren/te oud, messcherp/een ongeleid projectiel of niet meer zo gefrustreerd/de echte wil om te winnen kwijt. Chopra en McCarthy verwerken al die meninkjes, die de ‘fighter’ alleen maar brandstof bezorgen, in steeds terugkerende sequenties.

Daarmee werkt de serie van hoogte- naar dieptepunt en weer terug. Waarbij de vertelling wel erg vroeg piekt – via een zinderende confrontatie met aartsvijand Khabib ‘The Eagle’ Numargomedov – en daarna vooral meer van hetzelfde biedt en vervolgens zelfs langzaam als een nachtkaars uitgaat.

Silent Voice

IDFA

De komende anderhalf jaar is hij alleen, waarschuwt zijn begeleider. Dat is Khavaj natuurlijk al zijn hele leven. De Tsjetsjeense MMA-vechter heeft alles achter zich gelaten en zal de komende maanden of jaren moeten doorbrengen in Antwerpen, Brussel of – jawel! – Vilvoorde. En daarna kan hij, als zijn asielaanvraag tenminste wordt goedgekeurd, een andere identiteit krijgen en eindelijk een begin maken met een nieuw leven.

Als homo ben je je leven nu eenmaal niet zeker in het Tsjetsjenië van dictator Ramzan Kadyrov, zo toonde de huiveringwekkende documentaire Welcome To Chechnya al aan. Khavaj is bovendien door zijn familie verstoten. Hij moet het doen met voicemail-berichten van zijn moeder, waarin hij bijvoorbeeld te horen krijgt dat z’n broer Rousian al zijn foto’s heeft laten verbranden. Hij bestaat niet meer. Mag niet meer bestaan. Tenzij hij zich laat genezen, natuurlijk.

Khavaj heeft er geen woorden voor. Of beter: die heeft hij wel, ze willen zijn lippen alleen niet meer verlaten. De Tsjetsjeense jongen is getraumatiseerd. Hij kampt met een Silent Voice (51 min.). Ook de steeds wanhopigere berichtjes van zijn moeder blijven dus onbeantwoord in deze beklemmende documentaire van Reka Valerik, die Khavaj onherkenbaar portretteert. Met veelal donkere, claustrofobische overshoulder-shots, die zijn kleine onrustbarende wereld tastbaar maken en slechts een heel enkele keer worden doorsneden met video’s uit ‘betere’ tijden.

Het torso van de jongen mag dan indrukwekkend zijn en op een bokszak slaat en trapt hij ferm van zich af, maar tegen het schrikbeeld dat anderen, waaronder zijn eigen familieleden, van hem hebben geboetseerd is hij volstrekt weerloos. En het gevaar dreigt ook hier in het vrije westen, waar veel Mixed Martial Arts-club worden gerund door voormalige Tsjetsjenen en waar hij dus elk moment verlinkt kan worden aan de bruut Kadyrov en zijn trawanten.

Terwijl Welcome To Chechnya de gevaarlijke vlucht uit Tsjetsjenië, met de bijbehorende helden en overlevers, in al z’n spanning en drama weergeeft, concentreert dit bedompte ‘vervolg’ zich op hoe het die LGBTI’ers vergaat als ze aan de klauwen van homohaters (lijken te) zijn ontvlucht en toch nog worstelen met het net van onverdraagzaamheid dat over hen heen is gegooid. Er komt een moment dat Khavaj al die wurgende gevoelens eruit schreeuwt.