An Update On Our Family

HBO Max

De tijd dat onhandige papa’s met een fototoestel of een videocamera bibberig de eerste verrichtingen van hun nageslacht probeerden te vereeuwigen, ligt inmiddels al lang en breed achter ons. Een beetje bijdetijds ouderkoppel heeft tegenwoordig een eigen YouTube-kanaal, waarop over alle wederwaardigheden van het gezinsleven wordt gevlogd. Over (positieve) zwangerschapstesten, spugende kinderen en het huis dat maar niet opgeruimd raakt.

Zo kunnen we echt met hen meeleven, vinden devote fans zoals de alleenstaande moeder Hannah Cho uit Phoenix, Arizona. Zij is verslingerd geraakt aan The Stauffer Life, het toch wel behoorlijk professioneel ogende familiekanaal van Myka en James Stauffer. Dat Amerikaanser dan Amerikaanse echtpaar houdt z’n achterban uitstekend op de hoogte van wat er in hun o zo gezellige gezinnetje allemaal gebeurt. Als ze een miskraam heeft gekregen, zit Myka binnen vier uur weer voor de camera. Ook om haar excuses te maken dat ze zo lang niet heeft gevlogd. En wanneer ze daarna toch weer in verwachting raakt, wordt de positieve test voor de camera met de andere kinderen gedeeld. ‘Zwangerschapsaankondigingen krijgen nu eenmaal veel views’, weet ook Hannah Cho.

De Stauffers gelden inmiddels als de zwarte schapen van de mamavlog-wereld. En de kwestie die daarvoor heeft gezorgd – de adoptie van het Chinees jongetje Huxley – gebruikt Rachel Mason als voertuig om alle uithoeken van die gemeenschap te verkennen in An Update On Our Family (139 min.). In de driedelige docuserie, geïnspireerd op het artikel Un-adopted van Caitlin Moscatello in New York Magazine, introduceert Mason tevens de familievloggers Harold en Rachel Earls (Earls Family Vlogs) en Channon Rose (Channon Rose Vlogs), die ’t heel fijn vinden om hun ‘journey’ met de gemeenschap te delen. Er zit trouwens ook een aardig verdienmodel in zo’n familievlog. Als je tenminste weet hoe je jezelf – en je kinderen – moet verkopen.

Deel 2 van deze miniserie zoomt verder in op de adoptie van kinderen uit het buitenland. Zoals dat nieuwe zoontje van de Stauffers. Myka en James laten hun vlogkanaal floreren met een continue stroom updates over de adoptie en wachten Huxley natuurlijk ook met draaiende camera op als hij vanuit een Chinees weeshuis recht in hun armen loopt. Herstel: had moeten lopen. Want erg enthousiast is het joch in eerste instantie niet. En dat blijkt de voorbode van een moeizame episode in het bestaan van die alleraardigste Stauffers, waarbij hun adoptiekind gaandeweg helemaal van het toneel lijkt te verdwijnen. Dan hebben ze echter buiten fanatieke fans zoals Hannah Choh, die zelf is geadopteerd vanuit Korea, gerekend. Zij gaan op zoek naar waar Huxley is gebleven.

Influencer-expert Sophie Ross, die zelf overigens ook verdacht veel lijkt op een influencer, brengt de zaak in mei 2020 buiten de ‘momosphere’ met een messcherpe tweet, waarna de rest van de trending wereld – van Business Insider tot Buzzfeed – ermee aan de haal gaat en de hele familiegoegemeente losgaat op die onfortuinlijke Myka en James Stauffer. Hun vlogroem komt als een boemerang bij hen terug. Een waarschuwing voor al die ouders met een familiekanaal, die nog in de veronderstelling leven dat het delen van beelden van hun kinderen, in deze lekker cringy serie overigens consequent onherkenbaar gemaakt, volstrekt onschuldig is. Terwijl die kids in werkelijkheid natuurlijk allang van de complete gemeenschap zijn geworden.

En al die volgers weten, als digitale huisvriend, véél beter wat goed voor hen is. Te beginnen met die arme Huxley.

Life Is Not A Competition, But I’m Winning

First Hand Films

De geschiedenis wordt geschreven door de overwinnaars, maar wat betekent dit dan voor degenen waarvan ‘t nooit de bedoeling was dat ze überhaupt zouden deelnemen aan het spel? Met deze vraag begint regisseur Julia Fuhr Mann Life Is Not A Competition, But I’m Winning (79 min.), een hybride van docu en drama over sporters die niet aan de eisen kunnen of willen voldoen die aan Olympische atleten worden gesteld. Want die horen natuurlijk wit, mannelijk en hetero te zijn.

Een collectief van queeratleten begeeft zich naar het Olympisch stadion van Athene om vergeten helden zoals Lina Radke, Stella Walsh en Wilma Rudolph eer te bewijzen – het fictiedeel van deze film. Zeker het verhaal van Walsh is stuitend: als de Olympische kampioene op 69-jarige leeftijd sterft na een gewapende overval, wordt bij de autopsie niet alleen de doodsoorzaak vastgesteld. Tegelijkertijd wordt naar buiten gebracht dat de hardloopster intersekse was. Via zulke pijnlijke verhalen wordt de discriminatie belicht, waarmee vrouwelijke, zwarte en/of LHBTOQ+-sporters krijgen te maken.

Met als dieptepunt de zogenaamde Femininity Certificates, waarvoor atleten moesten aantonen dat ze daadwerkelijk vrouwelijk waren. Dat gebeurde eerst met een controle van hun vrouwelijke geslachtsdelen, daarna via een chromosomentest en tegenwoordig met een check van het testosterongehalte in hun bloed. Als die te hoog is, wordt de sporter uit competitie genomen, zoals bijvoorbeeld de Zuid-Afrikaanse 800 meter-loopster Caster Semenya overkwam. Zulke tests komen overigens pas in beeld bij uitzonderlijke prestaties of sportsters met een toch wel erg mannelijk voorkomen.

Daarnaast belicht Julia Fuhr Mann in deze gestileerde, enigszins bedachte film de persoonlijke verhalen van de transvrouw Amanda Reiter (een Duitse marathonloopster, die na een gewonnen wedstrijd toch werd afgescheept met een zilveren medaille), de voormalige Amerikaanse profvoetbalster Caitlin Fisher (die zich tijdens haar carrière steeds vrouwelijker moest voordoen dan ze zich eigenlijk voelde) en de Oegandese middellange afstandsloopster Annet Negesa (die nooit meer helemaal de oude werd na een verplichte, medisch helemaal niet-noodzakelijke chirurgische ingreep).

Negesa had overigens ook een hoofdrol in de thematisch verwante, welhaast nóg schrijnendere documentaire Category: Woman. Die is traditioneler van opzet, biedt tevens ruimte aan een weerwoord vanuit de sportwereld (beschermen van ‘eerlijke competitie tussen sporters’) en komt daardoor zeker zo hard binnen – al is het ook bij Life Is Not A Competition, But I’m Winning niet moeilijk om mee te voelen met de betrokken sporters en de gewone, kwetsbare mensen die daarachter schuilgaan.