
Gedurende zijn leven zag hij de wereld onder water ernstig verschralen. Hij, Jacques-Yves Cousteau (1910-1997), had die hoogstpersoonlijk toegankelijk gemaakt voor een groot publiek. Met zijn boot De Calypso en vaste bemanning, waaronder zijn ferme echtgenote Simone, bevoer hij jarenlang de wereldzeeën. Hij produceerde in die tijd onder andere de Oscar-winnende documentaire Le Monde De Silence (1956) en werd een graag geziene gast op televisie met de serie The Undersea World Of Jacques Cousteau. Niet eerder was het leven onder de zeespiegel zo (prachtig) in beeld gebracht.
‘Duiken is de beste afleiding die je kunt hebben’, zegt hij daarover aan het begin van Becoming Cousteau (96 min.). ‘Als ik uit het water kom, voel ik me beroerd. Het is alsof je kennis hebt mogen maken met de hemel en dan wordt terug gesmeten op aarde.’ Je ziet hem meteen weer staan op zijn schip: met die kamerbrede glimlach, pregnante haviksneus en eeuwige rode beanie. Een ranke gestalte, verder meestal slechts gekleed in een zwembroek. De archetypische ‘oceanaut’, zoals hij zijn stiel, met een knipoog naar de toentertijd eveneens immens populaire ruimtevaart, zelf ooit dubde.
Regisseur Liz Garbus slaagt er vervolgens in om de man achter de missie vandaan te halen. Met dagboekfragmenten, ingesproken door de Franse acteur Vincent Cassel, kleurt ze het fraaie beeldmateriaal in en schetst ze ook de achtergronden daarvan, inclusief een persoonlijk drama dat Cousteau zal tekenen. Daarnaast laat Garbus bemanningsleden en intimi, off screen, aan het woord over de man waarmee hele generaties natuurliefhebbers zijn opgegroeid. Daarbij komen tevens de achtergronden van zijn publieke leven aan de orde: het auto-ongeluk dat ervoor zorgde dat hij geen piloot kon worden, een fatale diepzeeduikmissie met een collega bij de Franse marine en het feit dat hij zijn expedities ooit financierde met olie-onderzoek.
In het licht van ‘s mans latere klimaatactivisme, de vanzelfsprekende derde akte van dit aansprekende portret, is met name dat laatste saillant. Kapitein Cousteau en zijn crew zouden bijvoorbeeld het leeuwendeel van de olievelden van Abu Dhabi hebben ontdekt. Toen hij een half leven later zag wat de mensheid op aarde had aangericht, bijvoorbeeld bij het koraalrif dat hem zo dierbaar was, restte Jacques Cousteau nog maar één ding: al zijn prestige in de strijd gooien om het tij alsnog te keren. Bijna 25 jaar na z’n dood echoot ‘s mans boodschap nog altijd na – al is er in die tijd tragisch weinig bereikt.