Connected

SkyShowtime

Als de Russische oppositieleider Aleksej Navalny begin 2021 wordt gearresteerd, kiest de man die hem al jaren openlijk steunt, Dmitry Borisovitsj Zimin, de vlucht naar voren. Hij verlaat zijn geboorteland en zal er ook nooit meer terugkeren. Binnen een jaar is ‘Dim’ er zelfs helemaal niet meer. De bijna negentigjarige oprichter van de telecomgigant VimpelCom, het eerste Russische bedrijf op de beurs van New York, heeft voor een zachte dood gekozen, op zijn eigen voorwaarden.

In de interessante documentaire Connected (105 min.) van Vera Krichevskaya vertelt zijn veel jongere vriend en compagnon Augie Fabela hun verhaal. Samen gingen ze halverwege de jaren negentig, toen de Sovjet-Unie uiteen was gevallen en de aartsvijanden van de Koude Oorlog toenadering zochten tot elkaar, met hun startup naar de beurs. De Rus Zimin en de Amerikaan Fabela, een kind van Mexicaanse en Colombiaanse immigranten, werden vrienden voor het leven.

Later kregen ze met hun bedrijf te maken met nietsontziende Russische criminelen, die uit waren op hun geld, en werden ze geconfronteerd met een nieuwe autocratische leider, Vladimir Poetin, en de corrupte clan die zich daaromheen verzamelde. Rusland begon, op een totaal andere manier, net zo’n totalitaire staat te worden als de Sovjet-Unie. Zimin trok er zijn conclusies uit. Hij verliet de business en besloot zijn aanzienlijke fortuin beschikbaar te stellen voor goede doelen.

Met deze terugblik op zijn opmerkelijke leven belicht Krichevskaya tevens de geschiedenis van de Sovjet-Unie en Rusland. In 1935 werd Zimins vader gearresteerd. Hij zou sterven in een strafkamp. Na de dood van de destijds almachtige leider Jozef Stalin in 1953, ontving zijn familie zowaar een rehabilitatieformulier. Dims moeder kreeg ook nog enkele maanden salaris van haar echtgenoot overgemaakt. ‘Ik weet niet of het tragisch was, of een farce’, herinnerde hun zoon zich later.

Het lot van zijn vader zou een enorme vastberadenheid losmaken in Dmitry Zimin. ‘We zullen nooit ergens komen’, hield de man, die ooit werd opgeleid als ingenieur en jarenlang werkzaam was in het militair-industriële complex, zijn gehoor voor tijdens een speech in 2011, ‘als we geen respect ontwikkelen voor afwijkende meningen.’ En daaraan zal hij ook het finale deel van zijn leven wijden, bezegeld met een allerlaatste reis met zijn vrouw Maya op hun zeiljacht.

En daar komt Augie, die op latere leeftijd zowaar politieagent is geworden, hem natuurlijk opzoeken. Ook bij hem kruipt het bloed waar ’t niet gaan. Als Rusland Oekraïne binnenvalt, kort na Dims dood, komt Fabela in actie – vast ook om zijn hartsvriend te eren.

Lowcy Skór

HBO Max

Tussen 2000 en 2002 hebben ambulancemedewerkers in Lodz mogelijk honderden patiënten gedood. Uitroepteken. De Poolse documentairemaakster Aleksandra Potoczek start de vierdelige serie Lowcy Skór (Engelse titel: Skin Hunters, 165 min.) met deze ontluisterende constatering en ontleedt vervolgens het verbijsterende ‘Huidjagers’-schandaal.

Dat begon in zekere zin al in 1989, toen Polen het communisme afzwoer. In tijden van ontluikend kapitalisme zocht menigeen nadrukkelijk de grenzen op. En dus werden er in Lodz, een stad waar altijd al een vrijgevochten sfeer hing, al snel flyers van uitvaartcentra verspreid onder ambulancemedewerkers. Zodat zij wisten waar ze mensen die net waren geconfronteerd met een sterfgeval naartoe moesten sturen.

‘Het was azen op de nabestaanden’, kan Tomasz Wójcik, de eigenaar van uitvaartcentrum Styks, zich nog goed herinneren. Hij kijkt met enige wroeging terug op zijn handel en wandel in die tijd. ‘Die mensen dachten niet logisch na, dus je kon veel geld uit hen krijgen. Voor alles wat werd gedaan: het verplaatsen van het lijk, het gebruik van een brancard in plaats van alleen lakens… Voor alles moest betaald worden.’

En toen die horde eenmaal was genomen, volgden er nog veel meer ethische grenzen om, zonder al te veel nadenken en met een steeds dikkere portemonnee, te passeren. Vaak stonden de begrafenisondernemingen, ingeseind door de centrale van de hulpdiensten, dus al te wachten op de plek waar een ziekenauto naartoe was gestuurd. En als de patiënt dan onverhoopt tóch nog niet dood wilde, gingen ze gewoon langs bij ‘McDonald’s’.

Dat was dan weer een eufemisme voor een blokje om rijden of even pauze nemen. Totdat een interventie niet meer nodig was – en de patiënt helaas overleden. En anders konden ze die natuurlijk ongevraagd een dosis Pavulon verstrekken, een heftig medicijn dat verstikking kan veroorzaken. Het was daarna vanzelfsprekend nog maar een kleine stap naar het intimideren van klokkenluiders of artsen die niet wilden meewerken aan deze zwendel.

Ruim twintig jaar later is het gewetenloze handelen van de ‘huidjagers’ en de normvervaging binnen een deel van de Poolse gezondheidszorg, zodat een ambulance-arts zonder problemen met de bijnaam ‘de Engel des Doods’ door het leven kon, nog altijd nauwelijks te bevatten. Het is te danken aan enkele onderzoeksjournalisten, die zich helemaal vastbijten in deze morbide handel in leven en dood, dat de zaak überhaupt aan het licht komt.

Aleksandra Potoczek beent de naargeestige kwestie helemaal uit met enkele (geanonimiseerde) direct betrokkenen, klokkenluiders, onderzoekers en nabestaanden, kan beschikken over beelden van de geruchtmakende Huidjagers-rechtszaak en illustreert alle verwikkelingen met fraaie animatiesequenties, waarin kraaien, begeleid door duistere muziek, loeren op potentiële slachtoffers en leven van het leeg pikken van hun lijken.

Terwijl veel sleutelfiguren uiteindelijk aan vervolging wisten te ontsnappen, ontwikkelde ene Andrzej Nowocien, die ervan werd beschuldigd dat hij hoogstpersoonlijk Pavulon zou hebben toegediend, zich tot het gezicht van de huidjagers. De stuurse ambulancemedewerker en enkele andere onderknuppels draaiden op voor het bizarre schandaal, waarbij een mensenleven tegelijkertijd een aardige som geld en helemaal niets waard bleek te zijn.

Skandal! Bringing Down Wirecard

Netflix

Zonder voorbehoud afficheert Wirecard zichzelf als ’’s werelds grootste innovator in digitale financiële technologie’. En CEO Markus Braun is niets minder dan ‘de Steve Jobs van de Alpen’. Het duurt niet lang of de aandelen van de Duitse ‘FinTech’-onderneming gaan door het dak. Bondskanselier Angela Merkel gaat het bedrijf zelfs hoogstpersoonlijk aan de man brengen in China.

Hoewel zulke succesverhalen regelmatig gepaard gaan met de geur van gebakken lucht, lijkt het zaakje bij deze schimmige variant op PayPal écht te stinken. In Skandal! Bringing Down Wirecard (93 min.) reconstrueert James Erskine met de journalisten Dan McCrum, Paul Murphy en Stefania Palma van de Financial Times hoe zij via zogenaamde ‘short sellers’, beleggers die inzetten op bedrijven waarvan ze verwachten dat de beurskoers ervan zal gaan dalen, schadelijke informatie over de Duitse onderneming in handen krijgen en vervolgens ontdekken dat Wirecard in wezen als een criminele organisatie opereert.

Tijdens hun onderzoek krijgen de FT-verslaggevers tegelijkertijd het gevoel dat ze voortdurend in de gaten worden gehouden, afgeluisterd en gehackt. Met informatie die over hen is verzameld wordt bovendien de suggestie gewekt dat zij onder één hoedje spelen met de short sellers en samen met hen miljoenen verdienen als Wirecard onderuit gaat. Zelfs de Duitse overheid lijkt de mening toegedaan dat McCrum, Murphy en Palma er vooral op uit zijn om het bedrijf te vernietigen. Binnen zo’n vijandige klimaat moeten zij gewoon hun journalistieke handwerk blijven doen: follow the money.

Daarbij stuiten ze op nepfirma’s, witwaspraktijken en ongemakkelijke politieke dwarsverbanden. Erskine serveert hun soms tamelijk ingewikkelde bevindingen in hapklare brokken uit, maakt ondertussen van CEO Markus Braun en diens ondoorgrondelijke operationeel directeur Jan Marsalek tot de verbeelding sprekende personages en brengt zijn vertelling tenslotte op smaak met kekke muziekjes en animaties (die, vreemd genoeg, aan superheldenstrips doen denken). Zo maakt hij van Skandal! een even smakelijke als relevante financiële thriller.