The Loving Story

Mildred Jeter Loving en Richard Perry Loving worden in 1958 gearresteerd omdat ze het in hun hoofd hebben gehaald om te trouwen. Want dat is een misdaad in de zuidelijke Amerikaanse staat Virginia. Tenminste, als de één zwart en de ander wit is. Het stel is ruim een maand eerder elders in het huwelijk getreden en wordt nu voor straf hun thuisstaat uitgezet. De puurheid van de rassen moet, zo luidt de lokale redenering, koste wat het kost worden beschermd.

Dat de Lovings zijn opgegroeid in een kleine, geïntegreerde gemeenschap, waar nauwelijks iemand opkijkt van hun liefde, doet voor de beslissers ter plaatse niet ter zake. Zij zetten daarmee The Loving Story (77 min.) in gang en zorgen ervoor dat het koppel onderdeel wordt van de (juridische) strijd van de Amerikaanse burgerrechtenbeweging. Want hoewel president Lincoln de slavernij bijna honderd jaar eerder afschafte, is de positie van Amerikaanse ‘negroes’, zeker in het oerconservatieve zuiden, nog altijd zeer penibel.

Regisseur Nancy Buirski heeft voor deze documentaire uit 2011 de beschikking gekregen over privéfoto’s en filmmateriaal van de Loving-familie en oude interviews en nieuwsreportages met bouwvakker Richard, een man van weinig woorden, en zijn fijnbesnaarde vrouw Mildred. En ze laat hun familie, vrienden, streekgenoten en advocaten een halve eeuw na dato terugblikken op de tijd dat de Lovings het gesprek van de dag vormen in (Zwart) Amerika.

Toch zoomt deze film nauwelijks in op het persoonlijke relaas van dit bijzondere echtpaar, dat gaat staan voor z’n principes. The Loving Story is eerst en vooral het verhaal van een huwelijk dat wordt ingezet als breekijzer, om via het Amerikaanse hooggerechtshof interraciale relaties legaal te maken – en gelijke rechten voor Afro-Amerikanen af te dwingen. Door die focus op het maatschappelijke verhaal is echte identificatie met de Lovings alleen lastig.

Wat de kwestie voor de echtelieden zelf moet hebben betekend komt beter uit de verf in de gelauwerde speelfilm Loving (2016). Gezamenlijk schetsen de twee producties het complete verhaal van twee doodgewone mensen die, simpelweg door in het huwelijk te treden en vast te houden aan hun positie van man en vrouw, het Amerikaanse ‘project’ een heel klein beetje wisten bij te sturen.

Het Dinsdagavondgevoel

Marlou van den Berge

Volgens dirigent Paul Valk hebben ze geen moment overwogen om het niet te doen. ‘Kijk, nu vind ik het heel normaal dat er dingen geannuleerd worden, maar dat had je toch helemaal niet?’ zegt hij over de tijd dat Corona zich voor het eerst meldde in ons leven. ‘Dus je gaat door. Jongens, come on, the show must go on en ga ervoor!’ En dus vertolkte het Amsterdams Gemengd Koor op 8 maart 2020, een maand voor Pasen, gewoon de Johannes Passie in het Concertgebouw. COVID-19 had zich toen al in hun midden genesteld.

Van de 130 koorleden zouden er uiteindelijk maar liefst 102 het Coronavirus krijgen. Één lid overleed, evenals drie partners. Als het koor enige tijd later de draad weer wil oppakken, gaat dat dan ook niet vanzelf. Sommige leden durven nog niet, anderen merken dat ze oefening missen of kortademig zijn. Onder leiding van Valk zullen ze gezamenlijk hun stem weer moeten vinden, om de traumatische ervaring van die eerste Coronagolf achter zich te laten en gewoon weer lekker samen te kunnen zingen.

In Het Dinsdagavondgevoel (60 min.) volgt Marlou van den Berge enkele leden van het koor tijdens de pandemie, die hen het repeteren en optreden bijna onmogelijk maakt. Kan dat eigenlijk wel op anderhalve meter of met een mondkapje? Of moet het werkelijk via Zoom-sessies? ‘We glijden uit elkaar’, constateert bas Reitze de Graaf, die de online-repetities aan zich voorbij laat gaan. ‘Ik voel de band niet meer zo. Dus ik zit een beetje met het idee te spelen om er gewoon maar helemaal mee te stoppen.’

Van den Berge structureert de verwikkelingen bij het Amsterdams Gemengd Koor, die op microniveau laten zien hoe COVID-19 het complete land in zijn greep krijgt en op allerlei plekken tweespalt veroorzaakt, aan de hand van de diverse Corona-persconferenties van Mark Rutte en lardeert de vertelling bovendien met enkele treffende zangstukken. ‘Waar is iedereen gebleven?’ zingt het koor bijvoorbeeld ten tijde van de lockdown van eind 2020. ‘Het beeldscherm lijst me in. Dit is hoe donker klinkt.‘

Het Dinsdagavondgevoel brengt zo treffend in beeld hoe het hoofdstedelijke koor probeert om de boel bij elkaar te houden, in een tijd waarin er verschillende eilandjes dreigen te ontstaan. Het is een uitdagende tijd die hen stuk voor stuk met de neus op de feiten drukt: hoeveel sterker ze samen zijn, als al die verschillende stemmen samenkomen, dan ieder in z’n eentje. Intussen blijft de herinnering aan betere tijden – en de hoop dat die, liefst snel, weer zullen terugkeren.