
Marin Alsop stamt uit een muzikaal gezin. Haar vader is violist, haar moeder cellist en zelf is ze voorbestemd om pianist te worden. Dan kunnen ze samen mooi een trio vormen. Alleen: Marin haat de piano. Op kamp wordt ze verliefd op de viool. En dan ziet ze op haar negende de befaamde dirigent Leonard Bernstein aan het werk en denkt: dit is wat ik echt wil.
Één probleem: ze kan natuurlijk helemaal niet dirigeren en het bovendien ook niet leren. Want, vinden de hoge heren van de klassieke muziek in die tijd, dat kunnen vrouwen helemaal niet. Afwijzing volgt op afwijzing. Niemand durft het aan met een vrouw. Met haar eigen Concordia Orchestra breekt Alsop te langen leste de ban. Ze mag zelfs in de leer bij haar grote held, Bernstein.
Hij geeft haar een tegelijk groot en onwerkelijk compliment: ‘Als ik mijn ogen dicht doe, hoor ik niet dat je een vrouw bent.’ Het is een sentiment dat The Conductor (59 min.), getuige deze gedegen film van Bernadette Wegenstein, haar hele carrière blijft tegenkomen: dirigeren, tenminste op topniveau, blijft toch eigenlijk een zaak voor heren.
In dit portret blikken Marin Alsop, mensen uit haar directe omgeving en kenners terug op hoe ze desondanks door het glazen plafond wist te breken. Tussendoor is te zien hoe de dirigent begeesterd werkt met jonge collega’s, die haar stiel nog inclusiever maken, en helemaal in haar element is als ze ergens in de wereld, van São Paulo tot Wenen, een orkest op sleeptouw mag nemen.
En altijd is daar in gedachten die ene man die haar naar grote hoogten kon dirigeren en zelfs en plein public omhelsde als ze zichzelf in zijn ogen had overtroffen, Leonard Bernstein. ‘Hij gaf me toestemming om te zijn wie ik ben’, zegt de vrouw die een waardige opvolger en rolmodel voor toekomstige generaties vakbroeders en -zusters is geworden.