Captive Audience: A Real American Horror Story

Disney+

Over zijn jaren als Dennis Gregory Parnell laat hij zo min mogelijk los. Zeven jaar lang gaat Steven Stayner in Comptche, Californië door voor de zoon van Kenneth Parnell. Zijn vriendinnen, klasgenoten, leraren en eerste vriendinnetje, die in de driedelige docuserie Captive Audience: A Real American Horror Story (138 min.) stuk voor stuk aan het woord komen, weten niet dat hij in 1972 als zevenjarig jongetje door diezelfde Parnell is ontvoerd. Als Stayner op veertienjarige leeftijd eindelijk aan zijn kidnapper ontsnapt, en dan meteen ook een vijfjarig jongetje bevrijdt, wordt hij onthaald als een held en lijkt het leven hem toe te lachen.

Stevens jarenlange ontvoering vormt de basis voor de tweedelige tv-film I Know My First Name Is Steven. Die wordt eind mei 1989 op de Amerikaanse televisie uitgezonden en trekt bijna veertig miljoen toeschouwers. Steven zelf heeft een klein bijrolletje als politieagent in de film, die ook nog wordt genomineerd voor vier Emmy Awards. Zijn verhaal is wel een beetje bijgewerkt, zodat het geschikt is voor een groot publiek. Tijdens zijn research voor de productie heeft scenarioschrijver JP Miller met Steven en enkele familieleden gesproken. De weerslag daarvan, tientallen uren audio-opnames, vormt nu de onderlegger voor deze driedelige docuserie van Jessica Dimmock, waarin ook beraadslagingen tussen de verschillende leden van het productieteam zijn opgenomen.

Dimmock maakt bovendien veelvuldig gebruik van fragmenten uit de tv-film en vraagt de acteurs Corin Nemec en Todd Eric Andrews, die daarin respectievelijk Steven en zijn oudere broer Cary Stayner vertolken, om bepaalde gespreksfragmenten opnieuw in te spreken. Op die manier ontstaat een gelaagde vertelling, waarin de spanning zichtbaar wordt tussen het ‘ware verhaal’ en de film die daarop is gebaseerd. Daarmee wordt deze miniserie, die nóg een onrustbarende verhaallijn opdiept uit de diepste krochten van de Stayner-familie, meteen ook een soort commentaar op het true crime-genre in het algemeen: wat gebeurt er als Hollywood zich ontfermt over dramatische gebeurtenissen? En welke gevolgen heeft die interpretatie dan weer voor het échte echte leven?

Steven Stayners vrouw Jody, dochter Ashley, zoon Steven Jr., moeder Kay en zus Cory kunnen in elk geval vanuit de eerste hand vertellen hoe hun bestaan volledig is ontwricht door enkele familietrauma’s en de manier waarop Amerikaanse media daarmee aan de haal zijn gegaan. Die kwestie wordt in het intrigerende Captive Audience overtuigend uitgediept – al blijven er, zoals bijna onvermijdelijk in dit soort true crime-series, ook nog wel wat losse eindjes rondslingeren.

The Dawn Wall

IDFA

Twee of drie weken zal het ze zeker kosten. De ‘Dawn Wall’ van El Capitan in het Amerikaanse Yosemite National Park. Een steile bergwand van negenhonderd meter hoogte. Ze hebben er jaren voor geoefend. Tot in detail uitgedokterd hoe de 32 pitches van de klim moeten worden genomen. En dan worden Tommy Caldwell en Kevin Jorgeson, als ze zowat halverwege zijn, ontdekt door de Amerikaanse media.

Die happen massaal toe als de bewezen klimmer Tommy, tegen alle verwachtingen in, voorbij de traverse van pitch 15 komt. Nieuwsanchors en verslaggevers beginnen te reppen over ‘the climb of the century’. Terwijl de relatief onervaren Kevin diezelfde pitch nog gewoon moet bedwingen, iets waarin hij tot dusver nooit is geslaagd. Voor het oog van de wereld blokkeert hij. De traverse lijkt een onneembare veste.

In de portaledge van het duo, een winderig tentje dat op honderden meters hoogte tegen de bergwand is gehangen, zullen ze moeten beslissen of Tommy wacht op zijn partner of alleen doorgaat naar de top van The Dawn Wall (100 min.) en daar geschiedenis probeert te schrijven. Een duivels dilemma, dat fungeert als emotioneel hart van deze boeiende documentaire van Josh Lowell en Peter Mortimer.

De filmmakers leggen de heroïsche tocht van het tweetal natuurlijk vast met monumentale beelden. Tegelijkertijd concentreren ze zich ook op het kleine verhaal dat daarachter steekt, van twee jongens die elkaar en – vooral – zichzelf iets proberen te bewijzen. Daarvoor verbinden ze de klim met de persoonlijke geschiedenis van Tommy. De kijker krijgt gedoseerd informatie gevoerd, zodat er steeds nog wat blijft te ontdekken.

Dit draagt bij aan de zeggingskracht van deze epische film, die ook in dat opzicht grote overeenkomsten vertoont met de grote klimdocu van 2018, Free Solo, waarin Tommy Caldwell toeziet (of moet toezien) hoe zijn collega-klimmer Alex Honnold El Capitan zonder enige vorm van zekering probeert te bedwingen.

Free Solo

National Geographic

Ben of word je medeplichtig als je iemand filmt die doelbewust zijn leven in de waagschaal stelt? Dat vraagt filmmaker Jimmy Chin zich af tijdens het portretteren van Alex Honnold. De Amerikaan doet aan ‘free solo’, vrij klimmen. Hij beklimt indrukwekkende bergwanden, zonder enige beveiliging. Één klein foutje is direct fataal. Of zoals Honnold het zelf stelt: ‘De kans dat ik naar beneden val is vrij klein, maar de consequenties zijn dan extreem groot.’

Juist klauterend tegen zo’n steile wand, zonder vangnet op eenzame hoogte, voelt hij zich echter werkelijk vrij. ‘Volgens mij is iedereen die van ‘free soloing’ een belangrijk onderdeel van zijn leven maakte nu dood’, werpt medeklimmer Tommy Caldwell droog tegen. Honnolds nieuwe vriendin Sanny McCandless kan in de enerverende documentaire Free Solo (99 min.) ook maar niet begrijpen waarom hij zulke risico’s wil nemen. Zelf blijft de klimmer er stoïcijns onder. Wat heeft hij ook te verliezen?

Volgens eigen zeggen haalt Alex Honnold inspiratie uit zijn ‘bodemloze put van zelfhaat’. Hij refereert daarbij aan zijn ‘liefde’-loze jeugd. Thuis werd dat woord in elk geval nooit gebezigd. Moeder Dierdre, lerares Frans, zei op zijn best ‘je t’aime’. Ze sprak immers consequent Frans tegen haar kinderen. En Honnolds jong overleden vader sprak al helemaal nergens over. Achteraf bezien had hij volgens moeder waarschijnlijk een autismespectrumstoornis.

Hun volwassen kind Alex, dat zichzelf op latere leeftijd moest leren knuffelen, heeft zich nu in zijn hoofd gehaald dat hij als eerste free solo El Capitan, een negenhonderd meter hoge bergwand in het Yosemite National Park, moet beklimmen. Daarbij zal hij worden gevolgd door Chins cameraploeg van ervaren klimmers (die overigens wél goed zijn gezekerd). Verhoogt hun aanwezigheid de druk op Honnold? En in hoeverre heeft zijn nieuwe vriendin hem week gemaakt? Met andere woorden: staat er nu ineens wél wat op het spel voor hem?

Moeten Jimmy Chin en zijn co-regisseur Elizabeth Chai Vasarhelyi Alex Honnold tegen zichzelf in bescherming nemen en hem zijn snode plan uit het hoofd proberen te praten? Of mogen ze die beslissing bij hemzelf laten en ‘gewoon’ het hele proces – de loodzware trainingen, het al dan niet definitieve afscheid van Sanny en de adembenemende soloklim zelf – vastleggen? Deze zenuwslopende film vormt het uiteindelijk vanzelfsprekende antwoord.