A Thousand Fires

IDFA

Yoon Mi Mi Aung prent het haar jongere broer nog maar eens in. ‘Dit is de enige kans die je hebt om je leven te verbeteren. Als dit niet lukt, wat ga je dan doen? Werken op het olieveld? Boeren? Je zou niet eens weten hoe ’t moet!’

Zin Ko Aung heeft een proeftraining bij de voetbalclub Rakhine United F.C., in de grote stad Sittwe, op het programma staan. De jongen uit Magway, op het platteland van Myanmar, wil profspeler worden. ‘Als jij beroemd bent, gaan wij ons op je verlaten’, houdt zijn zus, die zelf inmiddels een kind heeft, hem quasi-serieus voor. ‘Ik stop dan onmiddellijk met werken.’

Niet veel later gaan de ouders van de getalenteerde linkspoot langs bij een waarzegger, niet voor het eerst in deze film. ‘Als hij doet wat hij leuk vindt’, vraagt zijn moeder Htwe Tin, ‘wordt hij dan succesvol?’ De ziener geeft een onnavolgbaar antwoord, boordevol heel betekenisvolle cijfers en dagen, dat al even enigmatisch eindigt: ‘Hij doet wat hij wil. Zo is hij geboren.’

Htwe Tin en haar echtgenoot Thein Shwe weten welk leven er op hun kind wacht als een sportcarrière toch niet voor hem is weggelegd. Zij hebben bij hun huis een geïmproviseerde boorput, waarmee ze handmatig olie uit de grond halen. Geen grote hoeveelheden. Een vat per dag misschien. Nét genoeg om te leven. Als ze heel hard doorwerken, tenminste.

In A Thousand Fires (90 min.) kruipt regisseur Saeed Taji Farouki dicht op het elementaire bestaan van het Birmese echtpaar. Behalve met het oppompen van olie – een zware, repetitieve taak die bovendien regelmatig voor kleinere en grotere verwondingen zorgt – houden Htwe en Thein zich vooral bezig met hun (klein)kinderen. Hoe zij een beter leven kunnen krijgen.

Farouki doorsnijdt hun dagelijkse beslommeringen met immersieve sequenties van al wat stroomt, brandt of blubbert. Beelden die bijna zijn te ruiken. Zoals ook de hitte en slopende arbeid, die eigenlijk in niets doet denken aan wat we in Westen associëren met oliewinning, bijna lijfelijk zijn te voelen in deze zintuiglijke film, waarin ook het geluid van de oliepomp alomtegenwoordig is.

Een in wezen klein familieverhaal krijgt in A Thousand Fires zo een universeel karakter. Van stug doorploeteren, voor en met elkaar en ondertussen hopen op een beter leven – al is het dan voor een volgende generatie.

Overseas

Iota Productions

Een Filipijnse vrouw poetst het toilet in de onwerkelijke openingsscène van de observerende documentaire Overseas (91 min.). De bril, de pot, de vloer. Ze poetst. Poetst. En poetst. Ze begint zacht te snikken. Harder. En nog harder. Totdat ze voluit huilt.

‘Huil nooit waar je werkgever bij is’, doceert een oudere vrouw even later. Ze bereidt een groepje Filipijnse vrouwen voor op een bestaan als OFW: Overzeese Filipijnse Werker. Ze staan op het punt om voor enkele jaren naar een land als Saudi-Arabië, Dubai of Singapore te vertrekken. Voor een betrekking als uiterst gedienstige huishoudster. Helden zijn ze, volgens president Duterte, maar zo worden ze natuurlijk niet behandeld.

Behalve praktische vaardigheden zoals het bed opmaken, een baby in bad doen en de tafel schikken oefenen de vrouwen, die soms al enige tijd in het buitenland verbleven en lang niet altijd met prettige ervaringen thuiskwamen, vooral hoe ze moeten overleven in een omgeving waar de baas of bazin alles, letterlijk alles, bepaalt. Hoe zorg je ervoor dat je desondanks wordt behandeld als mens? Want dat zijn ze – daar zijn de cursusleiders behoorlijk stellig in.

En hoe houd je je de baas des huizes van het lijf? Natuurlijk, een ferme trap in zijn kruis zal voor even wel afdoende zijn, maar wat zijn je andere opties? Het zijn absurde taferelen, door regisseur Sung-A Yoon met een zekere distantie vastgelegd, die worden afgewisseld met persoonlijke ontboezemingen van de vrouwen onderling. Waarbij het voor buitenstaanders niet altijd helder is welke situaties en emoties echt en welke nagebootst zijn

Het doel van de gedrilde vrouwen is duidelijk: ze doen het ‘voor de familie’ (regel 1 van hun onderricht). Die moeten ze daarvoor dan wel enige jaren in de steek laten. In het opleidingscentrum, en deze boeiende film, werken ze gestaag toe naar een vanzelfsprekende climax: het moment waarop ze zichzelf thuis achterlaten en voor een nauwelijks te bevatten periode hun slavenpak aantrekken.