De Gouden Lichting

VPRO

Is op weg naar de top alles geoorloofd? En kan een medaille of prijs met terugwerkende kracht jaren van ontberingen goedmaken of zelfs rechtvaardigen? Coaches zoals Frank Louter en Gerrit Beltman zullen beide vragen ongetwijfeld met ‘ja’ beantwoorden. Zij komen alleen niet aan het woord in De Gouden Lichting (150 min.).

De twee Nederlandse turncoaches en hun omstreden handelswijze vormen wel het voornaamste onderwerp van gesprek in deze driedelige serie van Ellen Vloet, die is gebaseerd op research en publicaties van Helden Magazine. Het woord is daarin aan hun voormalige pupillen Suzanne Harmes, Renske Endel, Verona van de Leur en Gabriëlla Wammes. Rond de eeuwwisseling leken ze stuk voor stuk voorbestemd om (wereld)toppers te worden.

Los van elkaar getuigen zij over de kadaverdiscipline van Louter en Beltman – afgekeken van Russische en Roemeense collega’s die met harde hand topturnsters hadden opgeleid – waaraan ze zo’n beetje hun hele jeugd zijn onderworpen. Psychologische spelletjes, emotionele chantage, vernedering, intimidatie en disciplinering met, letterlijk, harde hand. De vier vrouwen zijn er ernstig door beschadigd. Met alle gevolgen van dien: van eetstoornissen en psychische klachten tot verstoorde familieverhoudingen.

Hun persoonlijke herinneringen zijn omkleed met privéfoto’s en -video’s, trainingsbeelden, wedstrijdimpressies, oude interviews en symbolische sequenties. Ze worden bovendien ondersteund door fragmenten uit het dagboek van Suzannes Harmes’ moeder Marjan, die zich destijds al zorgen maakte over het regime in de turnhal en boos was op zichzelf dat ze nooit heeft ingegrepen. Want De Methode Louter en Veltman was ook succesvol. Tenminste, totdat de turnsters die ze opzadelden met kwalificaties als ‘kutwijf’, ‘snol’, ‘mietje’, ‘dikke koe’ of ‘jankbal’, helemaal ‘kapotgetraind’ waren.

Deze productie over de barre Oostblok-cultuur binnen de turnwereld – die min of meer aansluit bij de teneur in de Nederlandse documentaires Turn! en Mist en Amerikaanse films zoals At The Heart Of Gold: Inside The USA Gymnastics Scandal en Athlete A (waarin overigens ook nog eens sprake is van seksueel misbruik) – maakt overtuigend de schade op bij de betrokken sportsters. De Gouden Lichting roept onvermijdelijk ook de vraag op of een coach er is voor zijn atleten. Of zijn die atleten er toch vooral voor de coach, als een voertuig voor zijn persoonlijke doelen?

Gerrit Beltman, die in 2020 een (beperkte) schuldbekentenis heeft afgelegd, en Frank Louter zijn tot voor kort actief gebleven als turncoach.

Cheer Season 2

Cheer Season 2. Maddy Brum (center) in Cheer. Cr. Netflix © 2022

Seizoen 1 van de docuserie Cheer maakte begin 2020 halve beroemdheden van hoofdcoach Monica Aldama en het cheerleadingteam van Navarro College uit Corsicana, Texas. Dit vervolg start twee weken na de première van de serie, als Aldama en haar meest in het oog sprekende atleten mogen opdraven in zowat elk zichzelf respecterend Amerikaans televisieprogramma. Totdat de hype hen inhaalt en ook de schaduwzijde van de roem zich begint te manifesteren.

Intussen heeft showrunner Greg Whitely voor Cheer Season 2 (459 min.) ook zijn kamp opgeslagen bij Navarro’s grote concurrent bij de nationale studentenkampioenschappen in Daytona: het cheerleadingteam van Trinity Valley Community College (TVCC) uit Athens, ook in Texas. En daarmee krijgt Monica Aldama, de strenge blik(vanger) van het eerste seizoen, meteen een serieuze tegenstrever: TVCC-hoofdcoach Vontae Johnson, ook al zo’n ongelofelijke streber. En die deelt meteen de eerste klap uit: hij strikt Navarro’s voormalige choreograaf Brad Vaughan. Trinity oogt sowieso hongerig en gefocust, terwijl de ‘sterren’ van de grote concurrent zich ook onledig houden met influencerklusjes, commerciële activiteiten én Dancing With The Stars.

Die nieuwe elementen zijn nodig. Anders zouden de negen afleveringen van seizoen 2 echt een carbonkopie van hun voorgangers worden: eerst de moordende concurrentie binnen het team over welke van de veertig atleten een plek ‘op de mat’ bemachtigen tijdens de wedstrijd en daarna de ijzeren discipline van de geselecteerde turngroep om op het moment suprême de concurrentie met een perfecte ‘routine’ af te troeven. En dan gooit het Coronavirus, spelbreker/scherpsteller in menige documentaire, ook in de cheerwereld roet in het eten, wordt het seizoen plotseling afgebroken en moeten Navarro en Trinity in een nieuw jaargang, en zonder enkele sterkhouders, weer helemaal van voren af aan beginnen.

Als dat nog niet voldoende basis was voor een nieuw seizoen, dan zijn er ook de beschuldigingen vanwege seksueel misbruik tegen Navarro’s flamboyante stunter Jerry Harris. Er wordt halverwege de serie zelfs een complete aflevering vrijgemaakt voor belastende verklaringen van de minderjarige tweeling Sam en Charlie en hun advocaat Sarah Klein, zelf oud-topatleet en in die hoedanigheid slachtoffer van de beruchte sportarts Larry Nassar. Ook de geschokte teamgenoten van Harris komen aan het woord. Alleen de beschuldigde zelf, één van de ‘sterren’ van het eerste Cheer-seizoen, laat verstek gaan. Van Jerry Harris rest alleen beeldmateriaal uit betere tijden, dat alleen wel erg schuurt met de verhalen die er ondertussen over hem worden verteld.

Deze episode blijft een fremdkörper binnen de serie. In de volgende afleveringen gaan de twee teams gewoon verder waar ze waren gebleven. Cheer besteedt dan zelfs aandacht aan de kapsels bij Navarro en een ruzie over wie de eigenaar is van een bepaalde hond. In het licht van de gebeurtenissen rond Harris voelt dat wel heel futiel. En de aanloop naar de apotheose van dit tweede seizoen, als de turnploegen van Monica Aldama en Vontae Johnson in Daytona met elkaar gaan strijden om het nationale kampioenschap van 2021, oogt zelfs als een herhalingsoefening. In de trant van: been there, done that, won the trophy.

De vraag in deze erg Amerikaanse sportserie, die zich vooral richt op de spectaculair in beeld gebrachte verwikkelingen op en rond de turnmat en zo nu en dan uitstapjes maakt naar het persoonlijk leven van de atleten, is vooral: wie gaat er dit jaar vandoor met die felbegeerde trofee? De gedoodverfde favoriet of toch de supergemotiveerde uitdager? Als dat is bepaald, rest er alleen nog een lange, emotioneel geladen epiloog waarin de ongenaakbare Monica Aldama zich ineens van haar kwetsbare kant laat zien.

Mist

BNNVARA

Er zijn de verplichte privéfilmpjes, weerslagen van een ogenschijnlijk benijdenswaardige jeugd. Gemaakt door een trotse ouder die vereeuwigt hoe zijn/haar kind, een jong meisje in het officiële tenue van de turnbond, steeds weer boven zichzelf uitstijgt. Ze heeft duidelijk talent en wint ook medailles. Het zijn video’s die ongetwijfeld met familie en vrienden zijn gedeeld. Kijk eens, wat onze Stephanie nu weer heeft gepresteerd!

‘Ik krijg het helemaal benauwd’, zegt een inmiddels volwassen Stephanie Tijmes als ze jaren later haar vaste trainingshal binnenstapt. ‘Gadver!’ Haar herinneringen aan de periode dat ze topsport bedreef worden begeleid door opvallend unheimische muziek. Niet voor niets: waar zij aan denkt bij die formatieve jaren is niet te zien op de filmpjes. ‘Ik heb tien jaar lang elke dag gehoord dat ik lelijk en te dik was’, vertelt de voormalige topturnster in Mist (26 min). ‘En dat ik niet goed was, niet hard genoeg trainde, stijf was.’

Sinds de Amerikaanse documentaires At The Heart Of Gold: Inside The USA Gymnastics Scandal en Athlete A genadeloos de mores blootlegden binnen de Amerikaanse turnwereld, waar ‘tough love’ de norm leek en dat ‘love’ soms dan ook nog eens héél verkeerd werd geïnterpreteerd, is ook grensoverschrijdend gedrag in Nederland op de agenda komen te staan. Stephanies ervaringen doen denken aan die van haar Amerikaanse collega’s. ‘Ze hebben ons afgemaakt, geschreeuwd, gekleineerd, genegeerd, gemanipuleerd.’

Daarmee worstelt ze, getuige deze indringende korte film van Sophie Kalker, nog elke dag. Tijdens therapiesessies probeert de oud-topsporter vat te krijgen op haar problemen, waardoor ze moeite heeft om haar grenzen te bewaken en regelmatig dissocieert. Stephanie is niet de enige, blijkt tijdens een groepsgesprek met voormalige teamgenoten. Stuk voor stuk zitten ze in therapie. ‘Ik heb geprobeerd om te achterhalen of ik überhaupt iemand wist die er niet beschadigd is uitgekomen’, zegt Loes Linders tegen de anderen. ‘Ik ken er geen.’

Dat is een treurige conclusie: veelbelovende meisjes zijn tijdens hun turncarrière ernstig beschadigd geraakt. Niet als gevolg van één enkele trainer die alleen zijn eigen grenzen (er)kende, maar als bijproduct van een breed gedragen benadering van topsport die hen tot grootse prestaties moest aanzetten. ‘Ja, hoe hoop ik dat de toekomst eruit gaat zien?’ zegt Stephanie Tijmes, die ooit als het naïeve kind op al die turnfilmpjes dat giftige systeem binnenstapte. ‘Ik hoop in eerste instantie dat ik gewoon eens een dag kan doorkomen.’

Athlete A

Netflix

Documentaire mag dan een genre van de lange adem zijn. Dat hoeft niet te betekenen dat er geen druk op de ketel zit, in de vorm van andere makers die je de loef proberen af te steken. Zo was er vóór Whitney, een portret van zangeres Whitney Houston, bijvoorbeeld al Whitney: Can I Be Me. Vóór Bully. Coward. Victim. The Story Of Roy Cohn een andere film over de gevreesde Trumpfluisteraar: Where’s My Roy Cohn?. En is er vóór Athlete A (104 min.) dus ook al eerder een documentaire gemaakt over het misbruikschandaal in de Amerikaanse turnwereld: At The Heart Of Gold: Inside The USA Gymnastics Scandal.

Als maker, het duo Bonni Cohen en Jon Shenk in dit geval, word je in zo’n geval gedwongen om de meerwaarde van jouw film nog eens extra over het voetlicht te brengen. Waarom zouden wij, de mensen die sowieso al vierkante ogen hebben van het kijken, anders óók jouw interpretatie van allang bekende gebeurtenissen (seksueel misbruik van talloze talentvolle turners, onder wie enkele medaillewinnaars op de Olympische Spelen, door de Amerikaanse sportarts Larry Nassar en de enorme doofpot waarin al die onwelgevallige verhalen jarenlang werden gestopt door de verantwoordelijke bobo’s) tot ons willen nemen?

Welnu, Cohen en Shenk concentreren zich niet zozeer op het misbruik zelf – al bevat ook deze film enkele indringende persoonlijke getuigenissen van slachtoffers, onder wie de turnster die zich als eerste anoniem meldde onder de noemer Athlete A – als wel op het systeem eromheen. Seksueel geweld als min of meer logisch gevolg van de tough love-benadering waarmee de turnsters steevast werden bejegend. Nadat de Amerikaanse turnbond begin jaren tachtig het Roemeense echtpaar Bela en Martha Karolyi inhuurde, dat eerder de stuurse tiener Nadia Comaneci naar een Olympische Gouden medaille had gedrild, was er ook bij Team USA een soort Oostblok-cultuur ontstaan. Met een heuse medailleregen tot gevolg – en een onmenselijke atmosfeer.

De coaches waren oppermachtig en stelden zich bikkelhard op, terwijl de atletes steeds jonger werden, hun menstruatie begonnen uit te stellen en eetstoornissen ontwikkelden. Binnen die verstikkende atmosfeer, een topsportklimaat dat door één van de voormalige turnsters simpelweg wordt omschreven als ‘wreedheid’, was Larry Nassar de man die hen wél als mens en niet alleen als potentiële medaillewinnares zag. Voormalig Olympiër Jamie Dantzscher durft het nog altijd bijna niet te zeggen, maar ze keek destijds echt uit naar zijn behandelingen. Want Larry was ‘de enige aardige volwassene bij de turnbond’ die ze zich kan herinneren. En hij, manipulator eerste klas, wist wel raad met die positie.

Athlete A reconstrueert vervolgens hoe journalisten van The Indianapolis Star dat verhaal op het spoor komen. Nadat USA Gymnastics in de voorgaande jaren alles in het werk heeft gesteld om de beschuldigingen van de anonieme turnster, die intussen ook flink gedwarsboomd werd in haar carrière, binnenskamers te houden. Die metabenadering, waarbij de nadruk meer op de cultuur en cover-up ligt dan op de persoonlijke ervaringen van de individuele meisjes, zorgt ervoor dat deze documentaire minder emotionele impact heeft dan In The Heart Of Gold. Athlete A is vooral een impliciet pleidooi om de begeleiding van sporttalenten nog eens kritisch onder de loep te nemen. En daarin zit dan de meerwaarde van deze solide film.

Cheer

Netflix

Het imago van cheerleading – all American girls die stoere sportmannen een hart onder de riem steken met een vrolijk dansje, enthousiaste yell en flonkerende tandpastasmile – zit de sport zelf in de weg. En die sport, een soort groepsturnen, is een bloedserieuze zaak, zo wordt in de documentaireserie Cheer (354 min.) meermaals benadrukt. Niet alleen voor meisjes trouwens. Op het Navarro College in het provinciestadje Corsicana, de toonaangevende cheerleaderschool van Amerika, trainen ook ambitieuze jongens.

De lefgozer La’Darius bijvoorbeeld, een voormalige American footballer. Of Jerry, een jongen die altijd op zijn gewicht moet letten. Samen met meisjes als Sherbs, een flyer die de top van een menselijke piramide moet gaan vormen, en het voormalige probleemkind Lexi vormen ze een team dat jaarlijks meedingt om de landstitel. De cheerleaders worden in dat kader aan een streng regime onderworpen door de gelauwerde hoofdcoach Monica Aldama. Uiteindelijk bepaalt zij ook wie er tijdens de nationale kampioenschappen, over een slordige zeventig dagen in Daytona, voor die allesbeslissende twee minuten en vijftien seconden ‘op de mat’ mag en wie er dan vanaf de zijkant moet toekijken.

Alle ingrediënten voor een enerverende wedstrijdfilm, waarin bovendien een onbekende wereld met zijn eigen codes wordt blootgelegd, lijken aanwezig. Toch komt deze zesdelige serie van Greg Whiteley, een cheerleading-variant op de American football-serie Last Chance U, maar moeilijk op gang. Episode 1 wordt geheel besteed aan het introduceren van de sport cheerleading en de setting ervan, een topsport-enclave in small town America. Daarbij worden een behoorlijk aantal hoofdpersonen en nog veel meer andere sprekers, die ergens iets over hebben te vertellen, geïntroduceerd bij de kijker. In eerste instantie beklijft er weinig. Pas in latere afleveringen zoomt dit portret van een subcultuur echt in op enkele personages, die dan ook tot leven komen. Met een héél Amerikaans sausje erover, dat wel.

In tegenstelling tot bijvoorbeeld America To Me, een recente documentaireserie die is gesitueerd op een middelbare school in Chicago en daar de raciale verhoudingen behandelt, komt Cheer nauwelijks onder de waterlijn en worden er ook geen grotere thema’s aangesneden. ‘What you see’ is ditmaal ook het enige ‘what you get’: training, onderlinge competitie, blessures, teleurstellingen en – uiteindelijk – winst of verlies. Dat is het. Meer niet. En zeker naar het eind wordt dat nog best enerverend.

Begin 2022 is Cheer Season 2 uitgebracht op Netflix.

Turn!

De openingsscène van het fraaie Turn! (55 min.) vertelt in wezen het complete verhaal: niet de jongens en meisjes die boven zichzelf uit proberen te stijgen in de turnzaal zijn daarin te zien, maar hun ademloos toekijkende ouders. Esther Pardijs bijvoorbeeld, de maakster van deze boeiende egodocumentaire. En de bloedfanatieke Oscar, die net thuis, midden in de huiskamer, een set ringen heeft opgehangen, zodat zijn zoon Wytze ook daar kan trainen.

Samen met de ouders van andere talentvolle turnertjes beoordelen ze de prestaties van hun en elkaars getalenteerde kinderen. Geconcentreerd kijken ze toe. Gespannen. En uiteindelijk: trots of juist teleurgesteld. ‘Ik hoop dat een ander kind een fout maakt’, zegt Pardijs daarover, in één van de openhartige voice-overs waarmee ze de gebeurtenissen in de film extra lading geeft. ‘Dan eindigt mijn zoon Roman hoger.’

Ze vraagt zich af of de ouders om haar heen, die ook in deze ‘draaikolk van trots, jaloezie en competitiedrang’ terecht zijn gekomen, hetzelfde denken. Intussen zitten Roman en zijn teamgenoot/concurrent/vriendje Wytze bij haar in de auto te geinen, op weg van of naar alweer een training of wedstrijd. Als de negenjarige jochies die ze ook nog gewoon zijn – als hun sportcarrière, waarvoor ze zo’n vijftien uur per week moeten trainen, dat toelaat.

Het is inmiddels een vertrouwd beeld dat in deze film wordt opgeroepen: van Nederlandse ouders die als coach, fan, financier, regelaar én chauffeur voor hun sportende/musicerende/acterende kind fungeren en misschien nog wel meer belang hechten aan de prestaties van hun kroost dan het jongetje of het meisje zelf. Kan hun kind bijvoorbeeld wel naar een verjaardagsfeestje als er eigenlijk een belangrijke training op het programma staat?

Pardijs stelt zich kwetsbaar op. Ze neemt de camera mee naar groepsbijeenkomsten van de ouders, maar laat hem ook toe in haar eigen huis als ze met haar zoon en echtgenoot beslissingen over Romans sportloopbaan moet nemen. Daarnaast besteedt ze speciale aandacht aan Wytze en zijn pusherige vader Oscar, die gaandeweg steeds meer in aanvaring komt met de trainers van zijn kind. Voor ‘Wyts’ is alleen het allerbeste goed genoeg. En hij moet, ook niet onbelangrijk, medailles winnen.

Turn! brengt op bijzonder treffende wijze het leven van topsportouders in beeld en stipt en passant enkele kerndilemma’s van het ouderschap aan. Terwijl hun kinderen tot het uiterste moeten gaan tijdens trainingen, floreren op allerlei turntoestellen of juist genadeloos onderuitgaan vragen hun ouders zich af of ze hen nóg nadrukkelijker moeten aansporen tot grotere prestaties of beter, en dan liefst zonder gezichtsverlies, kunnen uitstappen.

Want van al die kinderen die een groot deel van hun jeugd spenderen in de sportzaal (of op de viool of voor een camera of…) zal uiteindelijk slechts een enkeling het werkelijk redden. Dat weet elke ouder, maar wil-ie dat ook weten?

At The Heart Of Gold: Inside The USA Gymnastics Scandal

Deze ‘good cop’- en ‘bad cop’-combinatie bleek toch echt uit twee bad cops te bestaan. Turncoach John Geddert, een doorgewinterde ijzervreter, en zijn teamarts Larry Nassar, het prototype aimabele vertrouwenspersoon. Als Geddert ze weer eens ongenadig had afgeblaft of volledig door de pijngrens had laten gaan, konden de piepjonge atletes altijd terecht bij de nerdy arts die ze dan weer oplapte en… misbruikte. Sinds 1992 zou Nassar zich hebben vergrepen aan meer dan driehonderd turnster(tje)s, waaronder diverse medaillewinnaressen op de Olympische Spelen. En Geddert moet ervan hebben geweten. Zolang de resultaten, die natuurlijk te allen tijde heilig bleven, goed waren, zag hij echter geen reden om in te grijpen. Net als Nassars werkgever Michigan State University, de Amerikaanse turnbond en het Olympisch comité.

In At The Heart Of Gold: Inside The USA Gymnastics Scandal (89 min.) zijn het, net als in thematisch verwante films zoals Surving R. Kelly en Leaving Neverland, de slachtoffers die aan het woord komen. Hun getuigenissen zijn door regisseur Erin Lee Carr omlijst met beelden van de bikkelharde trainingen, topprestaties van de meiden in wedstrijden én de zorgzame arts Nassar in actie. Liefdevol behandelt hij piepjonge, onherkenbaar gemaakte meisjes. De bijbehorende verhalen hebben een onwerkelijk karakter. Over Nassars signatuurbehandeling bijvoorbeeld. Waarbij de teamarts via drukpunten in de vagina elk pijntje, waar dan ook in het lichaam, zei te kunnen verhelpen. De eerste, relatief onschuldige sessies vonden vaak plaats met de ouders van de turnster erbij, zodat Nassar daarna zonder enige terughoudendheid en met erectie ‘de behandeling’ verder kon uitbouwen.

Uiteindelijk, zo’n 25 jaar na de eerste beschuldigingen aan zijn adres, loopt de man toch tegen de lamp en wordt de gewaardeerde sportarts, op het moment dat ook de #metoo-affaires rond Harvey Weinstein, Bill Cosby en Kevin Spacey losbarsten, ontmaskerd als een onverbeterlijke pedofiel. Via bijzonder indringende beelden uit de rechtszaal plaatst Carr hem aan het eind van de film recht tegenover zijn slachtoffers. Zij krijgen spreekrecht en vertellen, omringd door al dan niet schuldbewuste verwanten, hun schokkende verhalen. Nassar moet die aanhoren – of hij nu wil of niet. ’May God bless your dark, broken soul’, voegt één van zijn slachtoffers de inmiddels bevende teamarts toe, waarna mevrouw de rechter hem als een onvervalste wraakengel een loodzware straf oplegt.

Die apotheose is bijna niet om aan te zien. Talloze vrouwen, meisjes, die nog eenmaal de man onder ogen moeten komen die hun lichaam onteerde. En Larry Nassar zelf, een wolf die oogt (of probeert te ogen) als een lammetje. Met in het achterhoofd de wetenschap dat diverse mensen in hun directe omgeving deze malheur (grotendeels) hadden kunnen voorkomen. Voor hen krijgt dit verhaal nog een juridisch staartje. Deze aangrijpende film is dus geen definitief sluitstuk, maar een voorlopige samenvatting van één van de vele misbruikzaken die in de afgelopen uit de riolen van de sportwereld zijn opgediept.

Over het misbruikschandaal rond Larry Nassar werd onlangs nóg een documentaire gemaakt: Athlete A.

Over The Limit

Ze gaat voor goud en lijkt tegelijkertijd chronisch ongelukkig. De Russische gymnaste Margarita Mamun kan in Over The Limit (73 min.) elk ogenblik in tranen uitbarsten. Ze is voortdurend oververmoeid. In de aanloop naar de belangrijkste sportwedstrijd van haar leven, de Olympische Spelen in Rio de Janeiro van 2016, pleegt ze roofbouw op haar lichaam. Intussen vergt ze ook het uiterste van haar geest – haar incasseringsvermogen in het bijzonder.

Mamun wordt namelijk begeleid door de gestaalde trainster Amina Zaripova en het ongelooflijk bitchy hoofd van het Russische Olympische team Irina Viner-Usmanova, één van de succesvolste coaches uit de historie van de ritmische gymnastiek. Daarbij vraag je je echter meteen af: tegen welke prijs? In een andere wereld zou deze vrouw onmiddellijk een verplichte cursus sociale vaardigheden krijgen, in plaats van een belangrijke Olympische onderscheiding.

Getuige deze observerende documentaire van voormalig gymnaste Marta Prus huldigen beide dames met verve het principe van de ‘tough love’. Mamun wordt stelselmatig geprikkeld, bekritiseerd en zelfs afgebrand. Waarna ze dan ineens, ogenschijnlijk vanuit het niets, een (ongemakkelijke) knuffel, kus of omhelzing krijgt. Alles, werkelijk alles, wordt uit de kast gehaald om de veelbelovende pupil te stimuleren (nee: te dwingen) om het uiterste uit zichzelf te halen. Desnoods ten koste van zichzelf.

‘Er bestaan geen gezonde topsporters’, zegt Amina bijna ten overvloede als Margarita weer eens last heeft van pijn in haar voet. Daarna laat de voormalige gymnaste, die vierde werd op de Olympische Spelen van 1996 in Atlanta, een litteken op haar eigen voet zien. Ze wijst vervolgens naar een andere atlete, een directe concurrente van Margarita Mamun. ‘Yana Kudryatseva heeft haar been gebroken.’ Alsof ze wil zeggen: doorbijten, schatje.

De drie belangrijke karakters lijken in deze fascinerende film verwikkeld te zijn geraakt in een continue psychologische catfight, waarin voor buitenstaanders volstrekt onbelangrijke details van levenslang worden en alles in het teken komt te staan van dat ene doel. Ook als in eigen kring het noodlot toeslaat. Dat resulteert in een ijzingwekkend mooie film, die onder de huid kruipt en daar voorlopig van geen wijken wil weten.