Dialogpolisen

TriArt Film

Of ‘t nu nazi’s, klimaatactivisten, christenen, vredesdemonstranten of fundamentalistische moslims zijn, in Stockholm probeert de politie daadwerkelijk hun beste vriend te zijn. Althans, de Dialogpolisen (Engelse titel: The Dialogue Police, 89 min.). Een kleine unit binnen de Zweedse politie die is opgericht na de rellen tijdens de Eurotop van 2001 in Gothenburg. Deze agenten proberen onlusten te voorkomen en willen tegelijk het in de grondwet vastgelegde demonstratierecht en recht op vrijheid van meningsuiting borgen.

De medewerkers met de gele Dialog Polis-hesjes moeten een dempend effect hebben in een wereld waarin burgers hun rechten kennen, gebruiken en vaak ook proberen op te rekken en anderen daarmee tot last zijn, tegen zich in het harnas jagen of helemaal overstuur maken. Het is voortdurend spitsroeden lopen voor deze politieagenten, die de verschillende crises met hun tong moeten proberen te bezweren: demonstranten hun ding laten doen, tegelijk de openbare veiligheid bewaken en, als ‘t enigszins kan, zelf ook nog heelhuids uit de strijd komen. En dat is, in vaak onoverzichtelijke situaties, minder vanzelfsprekend dan het lijkt.

Regisseur Susanna Edwards hanteert in deze observerende film met verve het ’show, don’t tell’-principe. Ze registreert haar hoofdpersonen terwijl ze zich staande proberen te houden in de frontlinie van de democratie en voegt daar alleen muziek en – soms ook een uit interviews samengestelde ‘inner voice’ – aan toe. Zij worden in deze enerverende film bijvoorbeeld geconfronteerd met mensen die zich hebben vastgeketend aan hun fiets, proberen hoog oplopende spanningen tijdens een demonstratie tegen het Iraanse regime in te dammen en dreigen aangereden te worden door een man die op weg zegt te zijn naar een medische afspraak.

Een vaste klant die alles van hun diplomatieke gaven vraagt is Rasmus Paludan, de leider van de Deense extreemrechtse partij Stram Kurs. Met het wetboek in de hand eist deze dwarse scherpslijper het recht op om in het openbaar Korans te verbranden. Terwijl Paludan continu olie op het vuur gooit en opzichtig tegendemonstranten blijft provoceren, proberen de Dialoogagenten, met een combinatie van een ijzeren wil en engelengeduld, de gemoederen weer tot bedaren te brengen – en ondertussen ook andere, minder op de dialoog georiënteerde politieagenten binnen de grenzen van de wet te houden.

Via de idealistische agenten van de Dialogpolisen, die het gedachtegoed van westerse democratieën verdedigen op plekken waar ’t erom gaat, vangt Edwards meteen de mores van onze tijd. In een wereld die steeds onoverzichtelijker is geworden kunnen overal botsingen ontstaan en vereist het enorm veel zelfbeheersing, Fingerspitzengefühl en ook gewoon kunst en vliegwerk om alles in goede banen te leiden.

Ruthless Times – Songs Of Care

Human

Het is een bijzonder koor en dat is ‘t. De leden hebben hun blauwe werkkleding aan, staan netjes gegroepeerd in een non-descripte gang van een willekeurig zorgcentrum en kijken voor Ruthless Times – Songs Of Care (92 min.) recht in de camera. ‘Ik ben er regelmatig getuige van geweest dat er fouten werden gemaakt met medicatie’, zingt de groep verpleegkundigen bijvoorbeeld. ‘We mochten niet tegen de familie vertellen dat we onderbezet waren.’ Achter hen hangt, nét niet scherp, een klok. Die tegenwoordig de godganse dag aangeeft hoeveel tijd ze nog hebben, volgens het zorgsysteem.

En terwijl zij nog ‘ik ben doodmoe’ zingen, baant een zorgrobot zich een weg door een soortgelijke gang, op zoek naar klusjes om te klaren. Hij/zij is onderdeel van het Kustis Goes Digi-project, dat in het kader van ‘slimme oplossingen’ wordt ingezet in het Kustaankartano-verzorgingshuis te Helsinki. Elders videobelt een zorgmedewerker van het ’virtuele service centrum’, dat tussendoor ook nog zomaar als helpdesk van een willekeurige multinational zou kunnen fungeren, regelmatig in naar ouderen, om ze aan te sporen om vooral goed te eten en ook hun medicatie niet te vergeten of ‘samen’ enkele lichamelijke oefeningen te doen.

Het is moderne ouderenzorg, geavanceerd en scherp aan de prijs, waarmee de vergrijzing het hoofd moet worden geboden. Enkele ouderen in Kaavi, een kleine gemeenschap in Oost-Finland, hebben er desondanks weinig vertrouwen in. Als de gemeente in zee gaat met een private zorgaanbieder, spreken zij hun zorg uit over deze ‘gezichtsloze organisatie’, die bovendien een monopoliepositie heeft verworven. Dat doen ook zij veelal zingend. In weelderige nordic folk-composities die Anna-Mari Kähärä speciaal voor deze musicaldocu van Susanna Helke heeft geschreven, gebaseerd op anonieme mails die verpleegkundigen aan hun zorgmanagers stuurden.

De composities, in werkelijkheid ingezongen door het vrouwenkoor Philomela, fungeren als karkas voor een fikse aanklacht tegen de moderne gezondheidszorg, waarbij steeds minder mensen steeds meer patiënten moeten verzorgen en de techniek dan maar voor niets moet staan. Als contrast laat Helke verpleegkundige Tiina Mollberg zien. Terwijl zij rustig de tijd neemt voor de aan haar toevertrouwde ouderen, vertelt ze hoe ‘t bij een vorige werkgever helemaal spaak liep met die technocratische benadering. Zij belichaamt de menselijke zorg voor ouderen. Zoals hoogleraar Marja Vaarama de verpersoonlijking wordt van zorgen over de verzakelijking van die zorg.

Via de verschillende verhaallijnen zet Susanna Helke het contrast tussen wat we voor het gemak maar ouderwetse en nieuwerwetse zorg zullen noemen dik in de verf. En dat geheel krijgt dan nog eens een flinke vernislaag met straf geënsceneerde muziekscènes. Die tillen Ruthless Times naar aanzienlijke hoogte op en maken van deze activistische documentaire een onweerstaanbaar pleidooi voor menselijke zorg, waarover tegelijkertijd met een gerust hart kan worden gezegd: het is een bijzondere film en dat is ‘t.