The Choice 2024: Harris Vs. Trump

PBS

Het is inmiddels een traditie van ruim dertig jaar. Sinds 1988 zet Frontline, het journalistieke documentaireprogramma van de Amerikaanse publieke omroep PBS, elke vier jaar de twee Amerikaanse presidentskandidaten tegenover elkaar in The Choice. Van pak ‘m beet George H. Bush versus Michael Dukakis (1988) via Barack Obama versus John McCain (2008) tot – driemaal is scheepsrecht – Donald Trump versus Hillary Clinton (2016), Joe Biden (2020) en Kamala Harris (2024).

Het contrast tussen de twee opponenten in The Choice 2024: Harris Vs. Trump (114 min.) kan bijna niet groter. De Republikein Trump, kind van een keiharde New Yorkse topondernemer, dominante kracht binnen zijn eigen partij in de afgelopen tien jaar en belichaming van de boze witte man. Tegenover de Democrate Harris, dochter van een alleenstaande moeder uit India (en een Jamaicaanse vader), tot voor kort relatief onbekend bij het grote publiek en archetypische strijdbare zwarte vrouw.

De opzet van dit gedegen dubbelportret van Michael Kirk voelt direct vertrouwd. De toon is neutraal, kritisch en gezaghebbend, waarbij verteller Will Lyman en diens imposante donkerbruine mannenstem een sleutelrol spelen. Die sturen de kijker op en neer tussen de twee hoofdrolspelers, de tegenpolen ‘The Donald’ en ‘The Female Obama’, en langs de hoogte- en dieptepunten in hun levens, met een afgewogen mix van archiefmateriaal en pratende hoofden.

Behalve de ‘usual suspects’ in dit soort politieke portretten – biografen, journalisten en politieke insiders – heeft Kirk bij Donald Trump bijvoorbeeld ook diens kritische nicht Mary, topmedewerkers van de Trump-organisatie, Donalds eigen Raspoetin Roger Stone, tv-dominee Paula White en David Marcus, de neef van Trumps leermeester en consigliere Roy Cohn, voor de camera gekregen. Cohns voornaamste les (speel nóóit volgens de regels!) zou Trump stevig in z’n oren knopen.

Bij Kamala Harris schetsen vriendinnen, medestudenten en medewerkers haar opmars als openbaar aanklager, procureur-generaal van de staat Californië en senator namens de ‘sunshine state’. Daarbij diept Kirk ook ongemakkelijke verhalen (Harris’ relatie met de dertig jaar oudere mannetjesmaker Willie Brown, die zelf ook nog een tijd burgemeester van San Francisco was) en pijnlijke episoden (de massale kritiek als ze in 2004, na de moord op agent Isaac Espinoa, niet de doodstraf eist) op.

In bijna alles lijken Donald Trump en Kamala Harris elkaars tegenpolen. Oud versus ‘jong’. Man versus vrouw. Wit versus zwart. Conservatief versus progressief. En loopje met de wet versus strikte handhaving ervan. Na The Choice 2024 lijkt de keuze helder bij de presidentsverkiezingen van dinsdag 5 november, die zomaar weer op een nek-aan-nekrace – en, in het slechtste geval en afhankelijk van de winnaar, op een burgeroorlog – kunnen uitlopen.

Brother’s Keeper

Creative Thinking

Hoewel ze alle vier de zestig al zijn gepasseerd, worden ze nog steeds ‘the boys’ genoemd. De jongens Ward. Vier broers zijn er: Roscoe, Lyman, Bill en Delbert. Als Bill in 1990 op 63-jarige leeftijd overlijdt, wordt jongste broer Delbert ervan verdacht dat hij dit op zijn geweten heeft. In het gehucht Munnsville zijn veel mensen ervan overtuigd dat hij onschuldig is – ook al heeft Delbert in eerste instantie toch echt een bekentenis afgelegd. Zonder dat er een advocaat aanwezig was, zou hij hebben verklaard dat hij zijn broer Bill, die al een tijd ziek was en veel pijn had, uit zijn lijden heeft verlost.

De Wards zijn geen gewone jongens. Ze zijn altijd in hun ouderlijk huis blijven wonen, slapen samen in één van de twee kamers en kunnen nauwelijks lezen en schrijven. Ze zien er ook verwaarloosd uit en schijnen behoorlijk te stinken. De rest van het rurale dorp in de Amerikaanse staat New York heeft eigenlijk nooit veel aandacht besteed aan de ‘boys’, die in een andere tijd zijn blijven steken, maar zet zich nu schrap: de Wards mogen dan simpele zielen zijn, het zijn wel Munnsville’s simpele zielen. En dus wordt er op een speciaal feest geld ingezameld voor Delberts verdediging.

Joe Berlinger en Bruce Sinofsky concentreren zich in Brother’s Keeper (105 min.), de film die hun carrière in 1992 in een stroomversnelling bracht, eerst vooral op het leven van de Ward-broers en de plattelandsgemeenschap waarvan zij deel uitmaken. Later verleggen ze hun aandacht naar de rechtszaal, waar Delbert terecht moet staan en zijn broers onder druk worden gezet om belastende verklaringen tegen hem af te leggen. Dan wordt pijnlijk duidelijk hoe kwetsbaar deze woest uitziende mannen zijn en hoeveel moeite ’t hen kost om mee te draaien in de snel veranderende wereld.

Terwijl The New York State Police de zaak tegen Delbert in de steigers probeert te zetten en media uit het hele land overkomen om verslag te doen van dit spraakmakende verhaal in een door God vergeten hoek van de Verenigde Staten, willen de drie nog levende broers Ward liefst zo snel mogelijk terug naar het leven zoals ze dat kennen: in een huis zonder stromend water, op een land dat al generaties in de familie is en binnen een gemeenschap die hen laat zijn wie ze nu eenmaal zijn.