Dahomey

Cinéart

Na 130 jaar zit hun gevangenschap erop. Samen met duizenden anderen werden zij in 1892 geroofd uit het Afrikaanse koninkrijk Dahomey (68 min.). Sindsdien zaten de kunstwerken vast in een museum te Parijs. Koloniale buit. Voor eenieder te bewonderen. En nu, in november 2021 om precies te zijn, worden zesentwintig van hen in vrijheid gesteld. Een zoenoffer. Zesentwintig van in totaal zevenduizend artefacten. Uitroepteken. En die worden teruggebracht naar hun geboorteland dat tegenwoordig Benin heet.

Terwijl de Frans-Senegalese cineaste Mati Diop in deze hybride van docu en fictie, winnaar van een Gouden Beer op het Filmfestival van Berlijn, observeert hoe zij zich gereedmaken voor vertrek, met alle égards worden ontvangen in Benin en daarna maar moeilijk kunnen wennen aan hun nieuwe omgeving, doet één van hen, niet geheel toevallig nummer 26, hun verhaal. ‘Ik zit in een spagaat tussen de angst dat niemand me zal herkennen’, zegt dit kunstwerk met de vervormde stem van Malkenzy Orcel, ‘en de angst dat ik niets meer herken.’ En dan weerklinkt ook de kritiek van thuis: zijn die zesentwintig nog wel wie ze waren? En in hoeverre voldoet Benin zelf eigenlijk aan het ideaalbeeld van een beloofd land? Sterker: was Dahomey ook niet gewoon een slavenstaat?

Veel inwoners van Benin wisten in elk geval helemaal niet van het bestaan van de 26. ‘Op school leer je over de winnaars en de verliezers’, stelt een jongen tijdens een verhitte bijeenkomst op de universiteit van Abomey-Calavi. ‘Meer niet. Maar toen ik hoorde dat ze dit spul terug zouden geven… Ik noem het spul, want tot nu toe voel ik helemaal geen band met de beeldjes.’ Nee, geen eensgezind warm welkom. Anderen vinden dat ze zich niet moeten richten op dat materiële erfgoed in het buitenland. In eigen land is er immaterieel erfgoed te over: dansen, traditie en kennis. En ook die constatering, merken de 26, leidt weer tot gekrakeel. ‘Toen ik afgelopen zondag naar het paleis ging om die stukken te bezichtigen, heb ik een kwartier gehuild’, reageert een jonge vrouw. ‘Ik dacht echt: wauw!’

Zij is dan weer verbaasd over de genialiteit van hun voorouders. En wat kunnen hun afstammelingen discussiëren! constateren de teruggekeerden tegelijkertijd en waarschijnlijk ook enigszins mismoedig. En wat wordt er veel bijgehaald door die studenten! Aristoteles, Nelson Mandela en Voodoo. En de ziel van hun land, natuurlijk. Die zou zijn gestolen. De verschillende sprekers nemen bovendien erg veel ruimte in – en krijgen die ook van Diop. In een verder fraaie film die elementaire vragen over hun bestaan stelt, van de bevrijde artefacten en hun nieuwe/oude landgenoten, ingebed in een boeiende verkenning van erfgoed, identiteit en zelfbeschikking.

Descendant

Netflix

Er mag niet over worden gepraat. En toch moet het verhaal levend worden gehouden. Ruim 150 jaar leidt het tragische verhaal van de Clotilda vooral een fluisterend bestaan. Het slavenschip is in april 1860 vanuit Dahomey, het huidige Benin, vertrokken naar Plateau in de zuidelijke Amerikaanse staat Alabama. Aan boord verblijven 110 ‘geïmporteerde Afrikanen’ die zijn besteld door de lokale zakenman Timothy Meaher. Hij vraagt kapitein William Foster om het schip na de aflevering te verbranden en te dumpen in de lokale Mobile River, zodat ze later kunnen doen alsof de Clotilda, het allerlaatste slavenschip dat ooit in de Verenigde Staten is aangemeerd, nooit heeft bestaan.

Dat is echter buiten Kamau Sadiki van het Slave Wrecks Project gerekend. Met een multidisciplinair team wil hij het wrak in 2018 gaan opsporen en zo tastbaar bewijs vinden voor het beladen verleden van de zwarte gemeenschap van Plateau, alias Africatown, dat inmiddels volledig van karakter is veranderd. De familie Meaher woont er echter nog altijd. Met hun onderneming Chippewa Lakes verhuren de erfgenamen van Timothy bovendien grond aan allerlei ernstig vervuilende bedrijven die kanker en andere ziektes zouden hebben veroorzaakt. In het bijzonder bij – om de cirkel rond te maken – de afstammelingen van de Clotilda.

Daarmee lijken alle pionnen op het bord te staan voor een verhitte strijd in Descendant (110 min.). Regisseur Margaret Brown wil echter niet zomaar ‘the blame game’ spelen. De vondst van het schip brengt vooral lastige, maar noodzakelijke gesprekken op gang, die genuanceerd worden afgewikkeld. Mag er van de Clotilda bijvoorbeeld een toeristische attractie worden gemaakt? En zo ja, voor wie zijn dan de revenuen? Hebben de nazaten van het slavenschip recht op herstelbetalingen? Leidt dat automatisch, ruim anderhalve eeuw na dato, tot zoiets als gerechtigheid? En moeten Timothy Meahers erven daar dan een rol in spelen? Hun huidige welstand stoelt immers voor een belangrijk deel op wat hun voorvader ooit verdiende aan de geïmporteerde Afrikanen.

Deze delicate documentaire is doorsneden met voorgelezen fragmenten uit het boek Barracoon waarin de zwarte schrijfster Zora Neale Hurston in 1931 het leven optekende van Cudjo Lewis, de laatste overlevende van de Clotilda. Het heeft maar liefst tot 2017 geduurd voordat Barracoon daadwerkelijk is gepubliceerd. Het boek en schip brengen in Descendant nu een conversatie op gang over het gezamenlijke verleden en de rol die Afro-Amerikanen hebben gespeeld en krijgen toebedeeld in de Amerikaanse historie. En dat geeft weer een basis voor het samen verder leven, met oog voor ieders rol en positie. Want helen en verzoenen kan niet zonder kennen en erkennen.