Crazy Love

Magnolia Pictures

Het was nu niet direct liefde op het eerste gezien toen Linda Riss in september 1957 Burton Pugach ontmoette. Ze hield de boot af toen hij haar, een lookalike van Elizabeth Taylor, overlaadde met rozen. Enkele dagen later ging Linda, die eruit zag als een flirt maar volgens vriendinnen in werkelijkheid heel braaf was, toch overstag. Voor een ritje in zijn… vliegtuig.

Samen met vrienden, collega’s, journalisten en deskundigen vertellen de twee tortelduifjes vijftig jaar later het brisante verhaal van hun Crazy Love (91 min.). Hij, de man die het breed kon laten hangen, was stapelverliefd op haar. En zij was op haar beurt best onder de indruk van de playboy, die graag liet zien dat hij een man van de wereld was. Burt was alleen wel getrouwd. En zij wilde pas seks als ze zelf getrouwd waren.

Toen het daarna helemaal misging tussen Linda en Burt, kreeg hij volgens eigen zeggen ‘primitieve gedachten’. In de trant van: als ík haar niet kan hebben… De onverbeterlijke charmeur nam z’n toevlucht tot een wanhoopsdaad, die de loop van hun levens voorgoed zou veranderen – en waardoor ze meteen het favoriete stel werden van de roddelpers, die in chocoladeletters uitpakte over hoe liefde letterlijk blind kan maken.

Met fraaie zwart-wit foto’s, ronkende krantenkoppen en een nostalgische soundtrack tekenden Dan Klores en Fisher Stevens in 2007 deze onnavolgbare liefdesgeschiedenis op. Over twee mensen die blijkbaar tot elkaar veroordeeld waren. Haar gedrag en keuzes bleven voor menigeen volstrekt onbegrijpelijk, terwijl het tegelijkertijd heel begrijpelijk was dat hij in de tabloids werd uitgeroepen tot ‘America’s most horrible husband’

En dan hadden zelfs die waarschijnlijk niet kunnen voorzien dat ook deze oude vos wel z’n haren zou verliezen, maar niet z’n streken. Evangeline Borja, 27 jaar jonger, kon ervan getuigen. In 1996, bijna veertig jaar later, zou ook zij de donkere kant van Burton Pugach leren kennen. ‘Ik mag Burt echt heel graag’, zegt zijn vriend Bob Janoff daarover. Waarna hij er lachend aan toevoegt: ‘Echt waar! Ze zeggen dat zelfs Hitler vrienden had.’

Met zulke vrienden heb je geen vijanden meer nodig. Of Pugach een soort slachtoffer van zijn eigen obsessies was of toch ‘gewoon’ een psychopaat, valt op basis van deze bedrieglijk nostalgische film nauwelijks te zeggen. Hij oogt als een goedmoedige oude baas, met een vrouw die hém het leven zuur maakt. Zoals schijn nu eenmaal kan bedriegen. Ook bij deze Crazy Love, die vast niemand echt gelukkig heeft gemaakt.

Look Into My Eyes

Dogwoof

Na een readingsessie waarin hij met een suggestie is gekomen die al snel helemaal dood slaat, lijkt de New Yorkse helderziende Per Erik Borja ‘t even helemaal kwijt te zijn. ‘Twijfel je wel eens aan wat je doet?’ vraagt documentairemaakster Lana Wilson hem naderhand. ‘Vraag je je wel eens af of het echt is?’ Per Erik begint direct te glimlachen. ‘De hele tijd’, zegt hij. ‘Ik geloof nooit helemaal in de dingen die ik zeg. Als het niet lukt, vind ik mezelf waardeloos: dit is niet echt, ik ben een eikel. Dat is geen fijn gevoel.’

In Look Into My Eyes (98 min.) kijkt Wilson mee bij de gesprekken van zeven mediums uit New York. Hun cliënten – veelal midden in beeld gezet, waardoor ze recht in de camera kijken – melden zich met uiteenlopende vragen. Waar heb ik op mijn sterfbed spijt van? Hoe ziet mijn leven er over tien jaar uit? Waarom ben ik geadopteerd? Heeft mijn overleden vader een boodschap voor mij? Wat probeert mijn kat mij te vertellen? En hoe vindt mijn betovergrootvader dat ik moet omgaan met zijn verleden als slaaf?

Het zijn intieme sessies waarbij de paragnosten spreken namens overleden (groot)ouders, mensen die hen pijn hebben gedaan of huisdieren. Ieder heeft z’n eigen tone of voice. De één formuleert bedachtzaam, een ander gaat recht op z’n doel af. Ze treffen regelmatig doel: de mensen die tegenover hen hebben plaatsgenomen, voelen zich dan duidelijk gezien en reageren emotioneel. Soms reageren ze echter ronduit verbaasd op wat er van ‘andere zijde’ tot hen komt. Dan slaat de paragnost de plank volledig mis.

Wilson verdiept zich ook in de personen achter de mediums. Stuk voor stuk hebben ze een creatieve achtergrond. Ooit wilden ze acteur, kunstenaar, zanger of (scenario)schrijver worden. Soms willen ze dat nog steeds. Het zijn performers, die zich een wel heel opmerkelijke vorm van improvisatietheater eigen hebben gemaakt. Daardoor staan zij heel erg ‘open’ en lijken ze ook in staat om andermans gevoelens te ‘çhannellen’. En net als gewone stervelingen worstel(d)en ze gedurig met het bestaan.

Lana Wilson is er duidelijk niet op uit om haar hoofdpersonen te ontmaskeren of om te ontdekken wat er precies wel of niet klopt van wat ze hun clientèle vertellen. Ook zij lopen geblinddoekt de toekomst tegemoet – al lijken ze zo nu en dan even tussen de kieren door te mogen kijken. Mensen denken dat we alle antwoorden kennen en weten waarom iets gebeurt, stelt Peter Erik Borja. ‘Maar als het om ons eigen leven gaat en om dingen waar we een emotionele band mee hebben dan zijn we net zo blind.’

Dat zoeken tussen weten en niet weten, als een gids die eigenlijk de weg of eindbestemming ook niet kent, is intrigerend om te zien. Daarmee wordt Look Into My Eyes ook een film over afstemmen en contact zoeken, met de ander en jezelf. En over het accepteren van het onacceptabele en het leven met het onweetbare.