
Ruim een half uur lijkt deze Fatboy Slim-documentaire vooral een routineus overzicht te worden van de carrière van de Britse deejay, die eerst jarenlang onder zijn eigen naam Norman Cook probeerde door te breken met de bandjes The Housemartins en Freak Power en die zichzelf daarna heruitvindt achter de draaitafel. Met het mixen van de hooks van popmuziek, het anarchisme van punk, de breakbeats van hiphop en de acid-energie van housemuziek ontwikkelt hij zijn eigen stiel: big beat. Daarmee groeit Cook rond de eeuwwisseling uit tot één van de allereerste superster-deejays.
En dan besluit de ‘funksoul brother’ om op 13 juli 2002 een gratis strandconcert te geven in zijn eigen thuisbasis, de Engelse kustplaats Brighton. Er komen hooguit 60.000 mensen, denken Fatboy Slim en zijn management. Het worden er meer dan vier keer zoveel. En die willen feesten, feesten, feesten en zijn natuurlijk ook niet vies van drank en drugs. Deze dag kan een absolute triomf worden voor de populaire deejay – of een gigantische ramp. Ofwel: Fatboy Slim – Right Here Right Now (89 min.), een film die uitgroeit tot een interessant ooggetuigenverslag van een zéér gedenkwaardige party.
Met de wijsheid van nu kijken de hoofdpersoon, zijn medewerkers, plaatselijke gezagsdragers en allerlei feestgangers, waaronder de bekende acteurs John Simm, Simon Pegg en Nick Frost, redelijk ontspannen terug op een activiteit die alle kenmerken vertoont van een logistieke nachtmerrie, die ook had kunnen uitgroeien tot een Hillsborough of Pearl Jam-concert op Roskilde. Regisseur Jak Hutchcraft maakt glashelder dat een ramp slechts ternauwernood kon worden afgewend, waarbij het ecstacygebruik van de daardoor behoorlijk relaxte menigte misschien wel cruciaal is geweest.
De deejay-set The Big Beach Boutique II veroorzaakt in elk geval enorme verkeersproblemen in Brighton, bezorgt een vrouw een fatale hartaanval én laat een enorme berg rotzooi achter. Een combinatie van pis en gebroken glas, aldus Fatboy Slim. Dat is wel het laatste wat je wilt op een dagje aan het strand. ‘Ik dacht dat er delen van de stad zouden zijn die me haatten’, kijkt hij terug op het evenement, dat zijn populariteit naar een nieuw niveau zou tillen. ‘Maar iedereen schijnt sindsdien van me te houden. En wie ik ook tegenkom, ze vragen steeds: wanneer geef je weer zo’n strandfeest?’
Sindsdien is er in Groot-Brittannië nooit meer zo’n groot gratis concert georganiseerd, waarbij eigenlijk niemand weet hoeveel mensen er komen en ook over de veiligheid van die bezoekers nauwelijks is nagedacht.
