A Plena Luz: El Caso Narvarte

A plena luz: El caso Narvarte. Cr. Courtesy of Netflix © 2022

Op 31 juli 2015 worden in een appartement te Mexico-Stad maar liefst vijf levenloze lichamen aangetroffen. Het blijkt te gaan om een kritische journaliste, een activistische fotograaf, een Colombiaans fotomodel, een tienermeisje dat wel eens in de prostitutie kan zijn beland en hun enigszins mismoedige huishoudster. Ze zijn van dichtbij doodgeschoten en lijken van tevoren ook te zijn gemarteld.

Al snel worden er drie verdachten gearresteerd. Maar welk motief hebben deze mannen? Of is hun aanhouding juist bedoeld om de ware achtergronden van de meervoudige moord te versluieren? Om wie was het de daders te doen en welke slachtoffers waren dus vooral nevenschade of zelfs onderdeel van een rookgordijn? En ging het dan om een uit de hand gelopen overval, femicide, een criminele afrekening of toch politieke moord?

Voordat regisseur Alberto Arnaut Estrada deze vragen minutieus doorloopt met de advocaten van de slachtoffers en een door hen ingeschakelde criminoloog, forensisch psycholoog en sociaal antropoloog, begint A Plena Luz: El Caso Narvarte (109 min.) bij de nabestaanden van Nadia, Rubén, Mile, Yesenia en Alejandra, die samen op klaarlichte dag de dood hebben gevonden in appartement 401 van Luz Saviñón in de wijk Navarte.

Met een ingenieuze replica van de plaats delict, knap geanonimiseerde acteurs in de rol van de slachtoffers en mogelijke daders en een analyse van belgegevens ontleedt Estrada vervolgens secuur wat er zich in en om dat appartement moet hebben voltrokken. Daarnaast richt hij zich ook op het grotere verhaal: wie hadden er belang bij de moorden? Moeten zij in de drugswereld, de wereldwijde sekshandel of lokale politiek worden gezocht?

Via De Zaak Navarte wordt ook Mexico zelf geportretteerd. Een land dat al decennia wordt geteisterd door stuitende corruptie, nietsontziende drugskartels en gruwelijk geweld, in het bijzonder tegen vrouwen. In dat verband treft zeker een uitspraak van de moeder van Yesenia Quiroz doel. Ze ‘bedankt’ de eveneens vermoorde fotograaf Rubén Espinosa. ‘Dat hij er die dag was. Want anders was dit weer een zaak over dode vrouwen geweest.’

Punk In London

Netflix

Hoe punk wil je het hebben?

Terwijl het ene bandlid probeert uit te leggen wat dat nu is, punk, laat het andere zijn ontblote achterwerk zien voor de camera. Die wil de boodschap – schijt aan alles? – blijkbaar nog even kracht bij zetten in Punk In London (90 min.) een documentaire van Wolfgang Büld uit 1977. Hij bezocht destijds cruciale plekken in de Britse hoofdstad en portretteerde daar de eerste generatie punkbands. Illustere namen als The Adverts, X-Ray-Specs, Wayne County And The Electric Chairs en The Killjoys

Tijdens zijn omzwervingen langs de pleisterplaatsen van de punkhype komt de Duitse filmmaker ook terecht bij Arturo Bassick. Deze negentienjarige jongeling (echte naam: Arthur Billingsley) speelt sinds enkele maanden bas bij The Lurkers, die net een bescheiden hitje hebben met Shadow. In de woonkamer van zijn ouderlijk huis, omringd door z’n vader en moeder die gezellig rond het tv-toestel zijn gaan zitten, geeft hij uitgebreid tekst en uitleg over onder meer het politieke karakter van punkmuziek.

Dan verschijnen ineens The Boomtown Rats, die later ook nog in de film zelf zullen opduiken, op de televisie in het programma Top Of The Pops. ‘Waardeloos!’ reageert Bassick direct in stijl. ‘Lang niet zo goed als The Lurkers.’ Hij legt uit: ‘Zij hebben een groot label achter zich dat er geld in pompt. Alleen zo word je beroemd. Corrupt. Uitverkoop!’ Gelukkig voor de nieuwbakken Lurker vindt zijn vader Bassicks band ‘beter dan gemiddeld’ en moet zijn moeder zelfs aan The Rolling Stones denken.

Büld laat zich regelmatig met een kluitje in het riet sturen door zelfbewuste punkers met een gemeenplaats over waarom zij wél punk zijn, anderen juist niet of het genre in de uitverkoop wordt gedaan, maar intussen dringt hij wel degelijk tot het binnenste door van een jeugdcultuur die zich voor even het middelpunt van de wereld waant, met zijn eigen platenwinkels, poptijdschriften en rivalen (de gevreesde Teddy Boys, vetkuiven die hun territorium maar wat graag verdedigen).

Alleen The Stranglers, op dat moment één van de grootste en meest omstreden groepen van de subcultuur, weigeren categorisch om aan Bülds film mee te werken. Al valt ook dat leed te overzien, omdat enkele bandleden hem nog wel even hoogmoedig te woord staan als hij daarover verhaal gaat halen bij hen. The Jam en The Clash, twee van de interessantste bands van de eerste Britse punkgolf, zijn gelukkig wel van de partij en krijgen tegen het einde van dit vermakelijke tijdsbeeld ook nog eens uitgebreid het podium.