Hajo, Een Joodse Vluchteling

Sjakmo

Als veertienjarige wordt hij door zijn ouders naar Nederland gestuurd. Alleen. Op de vlucht voor het gevaar dat hem en de zijnen bedreigt. Veroordeeld tot een soort ‘shadow game’. Hier zitten we – natuurlijk, zou je bijna zeggen – bepaald niet op hem te wachten. Sterker: de grenzen worden zoveel mogelijk gesloten gehouden. En als hij eenmaal toch is toegelaten, nadat er voor 1500 kinderen een uitzondering is gemaakt, maakt Hajo net als veel vluchtelingen op een pijnlijke manier kennis met Nederlands koude schouder.

Hij stamt niet uit een ver land zoals Irak, Syrië of Afghanistan. En de tiener is ook geen gelukszoeker, die wil ‘meeprofiteren’ van de huidige welvaart in het vrije westen. Hij kwam al enkele jaren vóór de Tweede Wereldoorlog naar ons land. Vanuit nazi-Duitsland naar buurland Nederland. Een Joodse jongen uit Bielefeld, de jongste van drie kinderen, die afscheid had moeten nemen van zijn ouders Gustav en Therese. Hij zou hen nooit meer zien en werd, door een wrede speling van het lot, een tragisch symbool: Hajo, Een Joodse Vluchteling (62 min.).

Via natuurkundige en politiek activist Hajo Meyer (1924-2014) vertelt Jacqueline de Bruijn in deze film het verhaal van de 1500 Joodse kinderen die na de verschrikkingen van Kristallnacht alsnog toegang kregen tot Nederland. Daar werd Hajo met frisse tegenzin opgevangen in vluchtelingenhuizen. Hij mocht zich vooral niet thuis gaan voelen. Dus naar school of werken zat er in eerste instantie ook niet in. En later moest Hajo op allerlei onderduikplekken zien te overleven. Totdat hij toch werd opgepakt en afgevoerd naar Auschwitz.

Samen met Meyer en zijn echtgenote Chris Meyer-Tilanus maakt De Bruijn een trip door zijn veelbewogen verleden. Per trein veelal, een vervoersmiddel met een enorme lading. In Amsterdam constateert ze dat Hajo ‘t niet leuk vindt om daar te zijn. ‘Absoluut niet’, reageert die geprikkeld, in een sleutelscène van de documentaire. ‘Waarom zou ik dat leuk vinden? Het was oorlog. De Joden werden gedeporteerd. Ik ben, op een paar haren na, verschillende keren bijna dood geweest. Dus wat moet ik hier? Het verbaast me dat je dat nog vraagt.’

‘Je hebt kennelijk geen idee hoe dat voelt als je opgejaagd wild bent’, voegt hij haar nog verbeten toe. Voor even laat Hajo zich gaan, een man die onherstelbaar is beschadigd. Dat oorlogsverhaal bezorgt hem nog altijd peilloos verdriet – zoals bijvoorbeeld is te zien in een emotionele scène waarin kunstenaar Gunter Demnig zogenaamde ‘Stolpersteine’ voor zijn ouders laat plaatsen in Bielefeld. En dat verhaal maakt hem ook strijdbaar – zoals duidelijk wordt uit zijn activiteiten voor de organisatie Een Ander Joods Geluid, die erg kritisch is op de staat Israël.

Hajo, een man die geen slachtoffer wil zijn, maar ‘t natuurlijk wél is. Een Joodse vluchteling.

Alsof Ík Palestina Heb Gestolen

Laat Frans ter plekke maar schuiven. Zolang wij als nijvere redactie urgente onderwerpen bedenken en daarbij de juiste mensen binnen harken, haalt hij op locatie, ergens in Nederland, het verhaal wel boven. En van het materiaal waarmee hij vervolgens thuiskomt, boetseren wij dan weer een lopende vertelling.

Zo ongeveer stel ik me voor dat er wordt gewerkt bij &Bromet, het bedrijf waarmee Frans Bromet, dik in de zeventig inmiddels, al jaren de ene na de andere tv docu de wereld instuurt. Geen onderwerp of taboe blijft daarbij onbesproken; van de Amsterdamse taxioorlog tot oorlogstrauma’s, van dementie tot Rechts Nederland en van orgaandonatie tot mannen in de knoop. Frans is bereid om met alles en iedereen in gesprek te gaan.

En nu komt antisemitisme aan de beurt in de degelijke interviewfilm Alsof Ík Palestina Heb Gestolen (57 min.). Of: kritiek op de staat Israël. Ik bedoel: opkomen voor de rechten van Palestijnen. Die dingen mag je niet door elkaar halen of verbinden – al gebeurt dat natuurlijk wel vaak. En het blijkt, steeds weer, verdomd lastig om het één van het ander te onderscheiden – en onderweg niet te worden uitgemaakt voor Israël-propagandist of antisemiet.

De kwestie Palestina-Israël is sinds jaar en dag een gigantisch mijnenveld, waar vrijwel niemand ongeschonden uit tevoorschijn komt. Frans Bromet stapt er nochtans dapper in. Eerst gaat hij op bezoek bij Joodse Nederlanders die te maken hebben gekregen met intimidatie en geweld. Daarna begeeft hij zich op de Amsterdamse Dam tussen demonstranten voor een vrij Palestina en de zelfverklaarde Vrienden van Israël. Beide partijen krijgen een podium.

Hij gaat verder in gesprek met de directeur van het CIDI en laat ook criticasters daarvan, van de organisaties Een Ander Joods Geluid en The Rights Forum, aan het woord. Waarna influencer Youness Ouaali, die ooit de woede van Joods Nederland over zich afriep met een anti-Israël statement, zijn beklag mag doen over hoe elke discussie wordt gekaapt door antisemitisme-roepers en oud-premier Dries van Agt geëmotioneerd tegen het beleid van de staat Israël pleit.

In deze serieuze, soms wat lang uitgevallen gesprekken – waarbij er (natuurlijk) ook verschil van mening is of Jodenhaat in Nederland nu toeneemt of niet en wie dat dan kan/mag bepalen – gaat Bromet op zoek naar de scheidslijn tussen kritiek op Israël en antisemitisme. Waarbij het de vraag blijft of die echt is te trekken. De vraag stellen lijkt ook in dit geval hem… juist.

En daarna, als alles is benoemd en de kwestie toch nog lang niet is uitgepraat, staat vast alweer volgende draaiklus in de agenda van Frans…

Jetje Van Radio Oranje: Van Het Één Kwam Het Ander

Frits Droog / Max

Van het één kwam het ander. Voor het werk van haar vader was het hele gezin Paerl toevallig in het buitenland toen de Duitsers in mei 1940 Nederland binnenvielen. De Joodse tiener Jetty en haar familie probeerden tevergeefs weer naar huis te reizen, maar belandden uiteindelijk in Engeland. Daar werd ze gevraagd voor Radio Oranje. Ze zou er als zangeres uitgroeien tot Jetje Van Radio Oranje: Van Het Één Kwam Het Ander (50 min.), een symbool voor het Nederlandse verzet.

Via een gesprek met dochter Anne-Rose Bantzinger, woonachtig in een huis dat oogt als één groot eerbetoon aan haar moeder, portretteren Pamela Sturhoofd en Jessica van Tijn de vrouw die haar beroemdheid na de oorlog wist te continueren, onder andere via deelname aan het Eurovisie Songfestival en de hit De Vogels Van Holland. Ook haar echtgenoot, tekenaar en kunstschilder Cees Bantzinger, wordt heel uitgebreid eer betoond in dit verzorgde tv-monumentje.

Dat laatste roept in eerste instantie vragen op. Die worden in het slot van Jetje Van Radio Oranje echter geheel beantwoord, als een uiterst pijnlijke kwestie uit het verleden hem halverwege de jaren tachtig alsnog dreigt in te halen. ‘Hoe ik dat thuis moet vertellen, dat is me nog een raadsel’, vertelde Bantzinger destijds aan de omstreden schrijver Adriaan Venema, die consequent in de onderbuik van de oorlog was blijven wroeten. ‘Het is gebeurd. Het is geschiedenis.’

Van het een kwam ook nu, ruim veertig jaar na dato, het ander. En Jetty’s leven nam weer een dramatische wending.