Attack On London: Hunting The 7/7 Bombers

Netflix

De Britse politie vraagt passagiers uit de metro, waarop zojuist een aanslag is gepleegd, naar hun naam. De 24-jarige Mustafa Kurtuldu weet al hoe laat ‘t is. Mustafa. Echt? ‘Ze vragen of ze m’n tas mogen zien’, herinnert hij zich van de bomaanslagen op de Londense metro van 7 juli 2005, de ergste terreuraanslag ooit in de hoofdstad van het Verenigd Koninkrijk. ‘Ze zien de naam Mustafa, Mohammed of Achmed en denken: oké, hij is één van hen. Ik zag ze niemand anders fouilleren, maar na 9/11 gaan er bij hen alarmbellen af als ze de naam Mustafa zien.’

Sinds Al-Qaeda’s terreurdaden op 11 september 2001 is zo’n beetje elke moslim direct verdachte als er weer een aanslag wordt gepleegd in het westen. Na de metroaanslagen richten de Britse politie en geheime diensten zich in hun nietsontziende jacht op de daders dus direct op islamitische zelfmoordterroristen. ‘Ik ben een soldaat’, klinkt ‘t even later in de vierdelige serie Attack On London: Hunting The 7/7 Bombers (180 min.) van Liza Williams, met een kille stem vanuit een duistere flat. ‘Onze woorden zijn dood. Totdat we ze leven geven met ons bloed. We geven deze strijd niet op.’

De daders zijn vermoedelijk zelf ook omgekomen bij de aanslagen, die ruim vijftig Britse burgers het leven kosten en zevenhonderd gewonden veroorzaken. Bij het station van Luton treft de politie een auto aan, met daarin nog veel meer explosieven. Het spoor leidt naar Leeds, waar een groepje lokale jongeren meermaals op training in Pakistan blijkt te zijn geweest. In hoeverre behoren deze ‘homegrown terrorists’ tot een groter netwerk? Volgens jeugdwerker Mohammed geloven de verdachten dat hun land sinds de invallen in Irak en Afghanistan in oorlog is. ‘Ze noemen dat Dar al Harb.’

In zulke omstandigheden, blijkt al snel, lijkt alles gerechtvaardigd. Óók bij de Britse veiligheidsdiensten en politie. Met direct betrokkenen – onder wie de toenmalige Britse premier Tony Blair, MI5-directeur Eliza Manningham-Buller en het hoofd van de antiterreureenheid Doug McKenna – tekent Williams het onvermijdelijke vervolg op: een genadeloze klopjacht op (vermeende) daders en verdachten, een logische weerslag van de paranoia die het Verenigd Koninkrijk in de navolgende weken in z’n greep krijgt. Er wordt een ‘shoot to kill’-beleid afgekondigd. En daarbij gaat ‘t gigantisch mis.

Deze grimmige miniserie reconstrueert deze tragische keten van gebeurtenissen met nieuwsbeelden, archiefmateriaal en nogal dikke gedramatiseerde scènes. Zo schetst Williams hoe ook de door haatpredikers verkondigde heilige oorlog, Jihad, gewoon een smerige oorlog wordt, uitgevochten in de straten van Londen en andere Britse steden, met gewone burgers, moslim of niet, als belangrijkste slachtoffers.

Oklahoma City Bombing: American Terror

Netflix

Als maker van historische documentaires houd je er een geheel eigen agenda op na. Enige tijd voordat een ingrijpende maatschappelijke gebeurtenis een jubileum nadert, beginnen vaak al de voorbereidingen voor een nieuwe productie. Voor 19 april 2025 bijvoorbeeld, als het dertig jaar geleden is dat Timothy McVeigh een terroristische aanslag pleegde op het Alfred P. Murrah Building in Oklahoma City.

En dus bracht National Geographic onlangs de driedelige docuserie Oklahoma City Bombing: One Day In America uit. Netflix volgt nu met de documentaire Oklahoma City Bombing: American Terror (84 min.). En HBO Max probeerde de concurrentie vorig jaar al te slim af te zijn met An American Bombing – The Road To April 19th. In grote lijnen vertellen ze steeds precies hetzelfde verhaal. The devil is in the detail.

De schaal bijvoorbeeld. Neem je de aanloop naar McVeighs terreurdaad en de nasleep daarvan – van pak ‘m beet de belegering van Waco, precies twee jaar eerder, tot de bestorming van het Capitool – mee of juist niet? En belicht je alleen de gebeurtenissen ter plaatse of ook het grotere, maatschappelijke en politieke verhaal? Regisseur Greg Tillman gebruikt de dag zelf en het navolgende onderzoek als zijn uitgangspunt.

In z’n chronologische reconstructie verwerkt hij een korte terugblik op Waco, waarbij FBI-agent Bob Ricks eveneens een prominente rol speelde, en de persoonlijke herinneringen van enkele direct betrokkenen. De levensveranderende ervaring van Amy Downs bijvoorbeeld, een jonge vrouw die vast kwam te zitten onder het puin. Zij deed haar verhaal ook al in de miniserie van National Geographic. Net als Ricks trouwens.

Dat blijft nu eenmaal een thema voor een maker van docu’s over populaire onderwerpen: welke slachtoffers, ooggetuigen en functionarissen doen waar hun verhaal? En kun je hen ook exclusief krijgen? Renee Moore, de moeder van de baby Antonio die tijdens de aanslag in het kinderdagverblijf in het Murrah Builing verbleef en die één van de 168 slachtoffers zou worden, is vast benaderd voor meerdere producties.

Een andere ‘catch’ is Charlie Hanger, de agent van de Oklahoma Highway Patrol die McVeigh na de aanslag aanhield op de snelweg. Een kwestie van stom toeval. Hanger had geen idee dat dit de gezochte aanslagpleger was. Of cipier Marsha Moritz van de Noble County Jail. Zij nam bij aankomst een foto van de benige oud-militair, die alweer bijna was vrijgelaten toen hij alsnog werd geïdentificeerd als binnenlandse terrorist.

En waar houd je als maker op? Tillman concentreert zich in het laatste deel van deze boeiende, hoewel soms nét iets te vet aangezette reconstructie van 19 april 1995 zowel op het justitiële onderzoek tegen McVeigh en zijn medeverdachten Terry Nichols en Michael Fortier als op de motieven van de Golfoorlog-veteraan, die in de extreemrechtse hoek terecht was gekomen en die we nu zouden opzadelen met de kwalificatie ‘incel’.

Als ’t voor Timothy McVeigh ophoudt, besluit vervolgens ook Greg Tillman zijn vertelling.

800 Metros

Netflix

‘Dit is het bewijs dat moslims de glorie en de kracht hebben door de wil van de almachtige God’, zegt Youssef trots in de camera. ‘Jullie zijn zwak en nietig. Dit is voor jullie, vijanden van Allah.’ Samen met zijn kompanen is de jongen in Spanje explosieven aan het maken. ‘Jullie wilden ons omkopen met jullie banen en jullie verhalen’, vult Mohamed aan. ‘Die boeien ons niet. De almachtige God heeft ons gekozen uit miljoenen mensen om jullie bloed te laten huilen.’ Even later poseert hun vriend Younes, die nog danig van zich zal doen spreken, trots met een bomgordel. ‘Die zegt boem!’

De grootspraak van de jongens – mannen kun je het nauwelijks noemen – heeft bijna iets aandoenlijks. Bijna. Hun intenties zijn helder: dood en verderf willen ze zaaien in ‘het land van de ongelovigen’. Allerlei snode plannen zijn al de revue gepasseerd: de Sagrada Familia, Camp Nou of de Eiffeltoren. Vanuit een huis in de Catalaanse gemeente Alcanar bereiden ze hun operatie voor. Intussen maken de jongelingen even jolige als macabere filmpjes. Op 17 augustus 2017 barst de bom. Niet op een openbare plek, maar in het appartement waar ze zelf aan de slag waren.

Toch zal het groepje geradicaliseerde moslims, dat zich spiegelt aan Islamitische Staat, wel degelijk toeslaan: met een wit busje rijdt één van hen op de Ramblas, de bekende wandelpromenade in het centrum van Barcelona, in op winkelende mensen. Dertien willekeurige burgers worden gedood, honderden raken gewond. In de grimmige driedelige documentaireserie 800 Metros (156 min.) reconstrueert Elías Léon met deskundigen, slachtoffers en direct betrokkenen minutieus deze terreurdaad, die met behulp van filmpjes van de daders, beveiligingscamerabeelden en een digitale maquette inzichtelijk wordt gemaakt. Aflevering 1 richt zich op de voorgeschiedenis. In deel 2 staat de dodenrit zelf centraal. En het slot belicht een schietpartij in het nabijgelegen Cambrils waartoe de terroristische cel daarna a l’improviste is overgegaan.

Het is een onrustbarend verhaal. Over ogenschijnlijk doodnormale jongeren, die zijn opgegroeid in een westers land, langzamerhand in de ban raken van een extremistische ideologie en in naam daarvan hun toevlucht nemen tot onmenselijke daden. Het duurt daarna niet lang voordat die, uit puur opportunisme, worden geclaimd door IS. Ze zijn ook koren op de molen van Spanjaarden die sowieso weinig op hebben met de integratie van mensen met een buitenlandse afkomst. En dan worden de slachtoffers en nabestaanden van de ‘martelaren’ na de gruweldag ook nog eens aan hun lot overgelaten.

9/11: One Day In America

National Geographic

‘Één van de brandweerlieden keek ons aan en zei: het zou zomaar kunnen dat we vandaag niet overleven’, vertelt kapitein Jay Jonas van de Fire Department New York. ‘We stopten even en namen de tijd om elkaar de hand te schudden en veel geluk te wensen: ik ben blij dat ik je heb gekend, hopelijk zien we elkaar later.’ Jonas laat een minieme stilte vallen. ‘Van alle aanwezigen ben ik als enige nog in leven.’

Terwijl de brandweerlui beneden in één van de torens van het World Trade Center staan te wachten totdat ze in actie kunnen komen, horen ze het huiveringwekkende geluid van lichamen die te pletter vallen. Het zijn mensen die zich van een toren naar beneden hebben geworpen. Weg van het vuur, hun einde tegemoet. De gezichten van de brandweerlieden staan strak. Dit hebben ook zij nog niet eerder gehoord. Het sterkt hen alleen maar in hun missie: redden wie/wat er te redden valt, met gevaar voor eigen leven.

Het is alweer twintig jaar geleden: dinsdag 11 september 2001, de dag waarop de wereld van na de Koude Oorlog gestalte kreeg. Oorlogen in Irak en Afghanistan, verdere destabilisering van het Midden-Oosten en talloze botsingen tussen het westen en de radicale Islam zouden volgen. 9/11: One Day In America (294 min.) concentreert zich echter alleen op de dag zelf. En op enkele gewone mensen – géén beslissers – die zich tijdens dat apocalyptische etmaal staande probeerden te houden: overlevenden, nabestaanden, hulpverleners, politieagenten, journalisten en militairen. Heldhaftige Amerikanen, dat wel. Géén zak-en-as types.

Hun persoonlijke getuigenissen, krachtig en aangrijpend, zijn omkleed met een ontzaglijke collectie archiefmateriaal, die verder slechts wordt begeleid door verklarende teksten in beeld en onheilszwangere muziek. Zo ontstaat een even minutieuze als monumentale reconstructie van een ijkpunt in de Amerikaanse historie en wereldgeschiedenis, gemaakt in samenwerking met The 9/11 Memorial & Museum. Deze zesdelige docuserie brengt de verpletterende gebeurtenissen van deze cruciale dag niettemin terug tot menselijke proporties.

‘Jeff, dank je’, richt advocaat Frank Razzano zich geëmotioneerd tot Jeff Johnson, de man die hem het leven redde in het World Trade Center. Dankzij hem kon Razzano de bruiloft van zijn dochter bijwonen. ‘Dank je voor dat moment. En voor alle tijd die ik heb gehad met haar jongens en mijn andere kleinkinderen. Ontzettend bedankt.’ Het is slechts één van de vele indringende scènes in deze epische productie van regisseur Daniel Bogado en de executive producers Dan Lindsay en T.J. Martin, het team achter het thematisch en stilistisch verwante LA 92.

Met een beperkt aantal persoonlijke verhalen vangt deze serie de collectieve ervaring van 9/11: de hectiek, paniek en heroïek van ‘die ene dag in Amerika’.