The Last Of The Sea Women

Apple TV+

De Zuid-Koreaanse haenyeo-cultuur, van generatie op generatie doorgegeven en officieel erkend door Unesco, staat onder druk. Ooit waren er zo’n dertigduizend ‘haenyeo’ actief in de Oost-Chinese Zee bij het vulkanische eiland Jeju. Nu zijn er nog maar vierduizend van zulke vrouwelijke duikers over. En die blijken vrijwel allemaal boven de zestig. Als ‘beschermers van de zee’ gaan zij, zonder zuurstoffles, soms wel bijna twee minuten onder water, op zoek naar zee-egels, schelpen en zee-ananas. Echt vrouwenwerk, aldus de 72-jarige Soon Deok Yang. ‘Mannen kunnen dit helemaal niet aan.’

Gezond is alleen anders, stelt historica Soon-E Kim, die gespecialiseerd is in de haenyeo-cultuur, in de fraaie documentaire The Last Of The Sea Women (87 min.) van regisseur Sue Kim. Hoe dieper de vrouwen duiken, hoe hoger de waterdruk wordt. Alsof je elke dag een paar honderd keer ergens keihard tegenaan beukt met je hoofd. ‘Als ze een dode haenyeo aantreffen op zee’, vertelt zij, ‘zit haar net vreemd genoeg altijd vol met Haliotis-slakken en ander voedsel uit de zee.’ Een ziektekostenverzekering kunnen haenyeos alleen niet krijgen. Daarvoor is het beroep te gevaarlijk.

Niet vreemd dus dat jonge Koreaanse vrouwen bepaald niet staan te springen om het water in te duiken. Zeker omdat het aanbod daar, als gevolg van vervuiling en oplopende temperaturen, ook zienderogen verschraalt. Ruim 250 kilometer verderop, op het eiland Geoje, proberen twee jonge vrouwen het tij te keren met TikTok-filmpjes. Al dansend willen ze de aloude cultuur nieuw leven inblazen. En dan blijkt dat het nabijgelegen Japan van plan is om nucleair afval van de kernreactor in Fukushima te gaan dumpen in de Oost-Chinese Zee. Tot afgrijzen van de haenyeo.

The Last Of The Sea Women brengt hun (verdwijnende) wereld prachtig in beeld. De oudere vrouwen in hun oranje-zwarte wetsuits steken bijzonder mooi af tegen het blauw van de zee. Sue Kim heeft bovendien de beschikking over sfeervolle archiefbeelden en gaat zelf helemaal los bij een sjamanistisch ‘gut’-ritueel, op temperatuur gebracht met expressieve Koreaanse muziek, waarbij de haenyeo de hulp van goden en geesten inroepen om de Japanse plannen te dwarsbomen. Om het zekere voor het onzekere te nemen sturen ze Soon Deok Yang bovendien naar de Verenigde Naties in Genève.

Want wie wil er uit de zee eten als die straks grondig vervuild is geraakt? En welke toekomst hebben de haenyeo en hun roeping dan nog?

Meltdown: Three Mile Island

Netflix

De speelfilm The China Syndrome, waarin Jane Fonda en Michael Douglas als respectievelijk verslaggever en cameraman misstanden op het spoor komen bij een Amerikaanse kerncentrale, is twaalf dagen eerder in première gegaan. En nu lijkt de werkelijkheid Hollywood zowaar in te halen: bij Three Mile Island ontstaat in maart 1979 een ernstig probleem. Tsjernobyl, de grootste nucleaire ramp uit de wereldgeschiedenis, ligt nog zeven jaar in de toekomst verscholen – en daarna zal het nog eens 25 jaar duren voordat de aarde wordt opgeschrikt door Fukushima.

Het ongeluk in Middletown, Pennsylvania, waardoor iedereen die niet ziende blind wilde zijn wel overtuigd moest raken van de risico’s aan kernenergie, is daardoor enigszins in de vergetelheid geraakt. In de vierdelige serie Meltdown: Three Mile Island (176 min.) reconstrueert Kief Davidson met direct betrokkenen, ooggetuigen, omwonenden, journalisten en deskundigen het ernstigste nucleaire ongeval op Amerikaans grondgebied. Als het allereerste gevaar lijkt te zijn afgewend, volgen de zorgen over de volksgezondheid en dreigt er zich nóg een ramp te voltrekken.

Davidson wil van die ontwikkelingen vooral een spannend heldenverhaal maken, niet zozeer een serieuze verhandeling over de gevaren van kernenergie. De gebruikelijke respons op een ongeval – paniek, ontkenning, zorg – maakt gaandeweg plaats voor thrillerachtige elementen: kwade opzet, intimidatie en samenzwering. Daarbij wordt ook al snel het verband gelegd met een andere Hollywood-hit: Silkwood, een waargebeurd verhaal waarin Meryl Streep een klokkenluider in een Amerikaanse plutoniumfabriek vertolkt, die uiteindelijk zal omkomen bij een mysterieus auto-ongeluk.

De Karen Silkwood van Meltdown luistert naar de naam Rick Parks. Als medewerker luidt hij de noodklok over de kerncentrale. ‘Alleen met een camera op hun beide mondhoeken’, zegt hij met gevoel voor drama over de bedrijfsleiding, ‘zou je kunnen ontdekken uit welke ze logen.’ Waarna hij, om zijn woorden nog eens kracht bij te zetten, even met priemende ogen richting de camera kijkt. Punt. Parks’ ‘tone of voice’ sluit naadloos aan bij de met acteurs nagespeelde scènes die Meltdown soms eerder het karakter van een Hollywoodthriller geven dan van een historische reconstructie.

De drang om een bingehit te scoren, waarbij de behoefte om te amuseren de noodzaak om te informeren regelmatig overvleugelt, ondermijnt zo nu en dan de authenticiteit van deze miniserie, die een nog altijd relevant maatschappelijk thema behandelt.