Israël And The Palestinians: The Road To 7th October

Alamy

Voor de oorsprong van de terroristische aanval van Hamas op Israël op 7 oktober 2023 en de verwoestende oorlog in Gaza die daaruit is voortgekomen gaat de driedelige serie Israël And The Palestinians: The Road To 7th October (177 min.) twintig jaar terug in de tijd.

Dan besluit de Israëlische premier Ariel Sharon om nederzettingen en troepen terug te trekken uit Gaza. Daarmee zet hij veel kwaad bloed in eigen kring. Bovendien biedt het zeer omstreden besluit Hamas de mogelijkheid om de credits voor die terugtrekking te claimen. In 2006 wint de islamitische Palestijnse organisatie, die weigert om de staat Israël te erkennen en de gewapende strijd voorstaat, vervolgens de verkiezingen in Gaza. Sindsdien maakt Hamas daar de dienst uit en zijn andere Palestijnse partijen, zoals Fatah van president Mahmoud Abbas, steeds meer naar de zijlijn verdreven.

Deze groots opgezette miniserie van Tim Stirzaker en Norma Percy richt zich op de beslissers, diplomaten en onderhandelaars, die in de afgelopen twintig jaar – tevergeefs – hebben geprobeerd om het conflict te bezweren, in hun eigen voordeel te beslissen of te beëindigen. Zoals gebruikelijk bij het gezaghebbende Britse productiehuis Brook Lapping, dat eerder series maakte over grote onderwerpen zoals de uitdagingen voor de Europese Unie, de relatie tussen Poetin en het westen en het buitenlandbeleid van de Amerikaanse president Trump, is de opzet breed en komen alle partijen aan het woord.

Zowel regeringsfunctionarissen van de Israëlische premier Benjamin Netanyahu als woordvoerders van Hamas, waaronder ook Ismail Haniyeh (die een maand na zijn interview werd gedood) blikken dus terug. Zij worden aangevuld of weersproken door adviseurs van de Palestijnse president Abbas, de voormalige premier Salam Fayyad, speciaal gezant Tony Blair en oud-premier van Israël, Ehud Olmert. Een bijzondere positie is er voor de Amerikaanse diplomaten, niet alleen in deze miniserie overigens, die de ministers van Buitenlandse Zaken Rice, Hillary Clinton en Kerry afvaardigen.

Gezamenlijk schetsen al die pratende hoofden een levensgevaarlijk labyrint, opgetrokken rond begrippen zoals bouwstop, tunnels, guerrillacampagne, blokkades en tweestatenoplossing. Intussen leven gewone Israëli’s en Palestijnen, die allebei overigens niet worden bevraagd in deze hoogover-productie, voortdurend tussen hoop en – vooral – wanhoop. ‘Grote dromen vragen een grote prijs’, stelt Hamas-leider Khaled Meshaal eufemistisch. ‘Volgens de Bijbel is er een tijd voor vrede en een tijd voor oorlog’, zet Israëls premier Netanyahu daartegenover. ‘Nu is het tijd voor oorlog.’

En dat is precies waarin deze vervloekte regio sinds 7 oktober 2023 nu alwéér terecht is gekomen.

Trailer Israel And The Palestinians: The Road To 7th October

The Devil’s Drivers

Amstelfilm

Thuis, op de Westelijke Jordaanoever, is geen droog brood te verdienen. En om in Israël aan de slag te mogen, hebben Palestijnen een werkvergunning nodig. Tenminste, als ze getrouwd zijn. Bij alleenstaande mannen vindt Israël het risico op zelfmoordaanslagen sowieso te groot. Achthonderd kilometer muur moet Palestijnen ervan weerhouden om toch zonder vergunning de oversteek te maken. Bij het zuidelijke dorp Jenba is de muur echter nog niet klaar en kunnen smokkelaars alsnog illegaal arbeiders naar de Israëlische stad Be’er Sheva brengen.

Hamouda Al-Daes uit Yatta, een Palestijnse stad ten zuiden van Hebron, is één van The Devil’s Drivers (93 min.), die voortdurend op en neer pendelen naar Israël. Ze worden opgejaagd door het Israëlische leger, dat ook informanten (tegen wil en dank) inzet om de clandestiene taxichauffeurs en hun passagiers in te kunnen rekenen. Als Hamouda begin 2012 samen met zijn neef/buurman Ismail daadwerkelijk wordt gearresteerd, is zijn vrouw zes maanden zwanger. En hij zit nog altijd in de militaire gevangenis Ofer wanneer zijn zoontje wordt geboren.

Gedurende acht jaar volgen de Duitse filmmaker Daniel Carsenty en zijn collega Mohammed Abugeth de smokkelaars Hamouda en Ismail. Ze nemen bijvoorbeeld met de camera plaats in hun auto voor spannende ritten, waarbij medestanders zoals Ali, een oudere man uit Jenba, een uitkijkpost bemensen. Het komt desondanks menigmaal tot een enerverend kat- en muisspel met het Israëlische leger. Voor Ismail zal één van die smokkeltochten bijzonder slecht aflopen: hij raakt zijdelings betrokken bij de eerste terroristische aanslag van Islamitische Staat in Israël.

Tussendoor portretteren Carsenty en Abugeth de chauffeurs en hun handlangers thuis, bij hun vrouwen en kinderen, een leefomgeving die regelmatig wordt bezocht door agressief opererende Israëlische militairen en inmiddels ook wordt omgeven door Joodse nederzettingen. Zo ontstaat een indringend beeld van de schrijnende situatie van de Palestijnse gemeenschap, die nog eens van context wordt voorzien met prachtige animaties. Het is een tamelijk troosteloos verhaal. Al driekwart eeuw moeten Palestijnen zien te overleven binnen een staat die geen thuis voor hen kan of wil vormen.

All-In

BNNVARA

‘De gieren staan alweer te wachten’, zeggen twee medewerkers van het zwembad van een all-inclusive hotel aan de Turkse kust tegen elkaar bij de aanblik van een groep toeristen die staat te wachten bij de toegangspoort. ‘Je kent onze regels’, heeft personeelschef Alper Kantemur tegen hen gezegd. ‘Glimlach. Behandel onze klanten goed. Zeg iedereen netjes gedag. “Hallo.” “Prettige vakantie.” “Welkom.”’

In de observerende documentaire All-In (79 min.) volgt Volkan Üce twee van hen vanaf het eerste sollicitatiegesprek met Kantemur. ‘Heb je een vriendin?’ heeft hij de 25-jarige Hakan Hoscan, die volgens eigen zeggen kampt met een sociale angststoornis, nog toegevoegd. “Nee? Die vind je hier wel.’ De achttienjarige Ismail Dasdögen, van origine kapper, krijgt de tip om een foto van zichzelf te maken. ‘Hang die naast de spiegel. Kijk er opnieuw naar als je hier weer vertrekt. Dan zie je hoeveel je bent veranderd.’

Tegen zoveel ongebreideld optimisme zijn zelfs gezonde tegenzin (Hakan) en heimwee (Ismail) niet bestand. De twee jonge mannen beginnen enthousiast – of op z’n minst benieuwd – als respectievelijk badmeester en keukenhulp en worden verder gestald op slaapzalen, waar het gesprek zomaar op filosofen als Nietzsche en Schopenhauer of het concept religie kan komen. Zo houden de hotelmedewerkers zich op de been, tijdens dagen waarop ze voortdurend ten dienste staan van toeristen die op hun wenken moeten worden bediend.

De twee dromen allebei van een bestaan in het westen, van het leven dat hun clientèle daar lijkt te leiden. Üce legt nauwkeurig vast hoe dat ideaal gaandeweg dreigt te vervliegen. In de praktijk van alledag in het hotel, achter de façade van het all-inclusive bestaan en onder de ‘Can I help you?’-T-shirts die ze soms moeten dragen, is het vooral een kwestie van overleven. Als Hakan en Ismail aan het einde van hun tijdelijke dienstverband inderdaad naar de foto kijken die ze van zichzelf maakten, is het de vraag wie of wat ze dan zien.

En waar staat die persoon? Aan de vooravond van het verwerkelijken van zijn droom? Of gewoon voor aanvang van een volgend arbeidsseizoen?