NTR

Een half jaar na de grote overstromingen in Limburg, op 14 juli 2021, gaat documentairemaker Hans Heijnen voor het eerst met de camera op pad naar zijn geboortegrond, naar wat in die fatale zomer bijna Valkenburg In De Geul (138 min.) leek. In de navolgende jaren legt hij vast hoe de bewoners van het Geuldal hun psychische, lichamelijke én financiële wonden likken na het verwoestende water.

In de eerste aflevering van de driedelige serie steekt Heijnen bijvoorbeeld z’n licht op bij Hotel Walram, dat weer wordt geopend als de materiële schade van de watersnoodramp min of meer is gerepareerd. De mentale schade is intussen nog duidelijk aanwezig bij eigenaar Georges Laheij, die zijn levenswerk bedreigd zag en zich nu genoodzaakt ziet om een stapje terug te zetten. Intussen beijvert zijn vrouw Claudia Volders zich voor een monument en legt ze contact met Groningse aardbevingsslachtoffers en kampt hun studerende zoon Da-Yves met sombere gedachten.

Heijnen legt zijn oor te luister bij diverse bewoners die een kras op hun ziel hebben opgelopen door het wassende water. De één is getraumatiseerd door de watersnoodramp zelf, een ander is uiteindelijk meer getroffen door de ramp na de ramp, het bureaucratische gevecht met allerlei (uitkerende) instanties. Heijnen bevraagt hen in hun gezamenlijke taal, het Limburgs, en appelleert ook nadrukkelijk aan hun trots op de wereld, waarvan ook hijzelf een kind is. Deze miniserie wordt daarmee tevens een soort ode aan het Limburg van zijn jeugd, compleet met tamelijk dikke muziek.

Hans Heijnen sluit daarnaast aan bij Valkenburgs burgemeester Daan Prevoo. Die spreekt bij een stille tocht over het belang van saamhorigheid, naastenliefde en solidariteit en heeft ‘t dan ook over het voorbereiden op een nieuwe toekomst. ‘Want ja, het kan weer gebeuren!’ Hij is de eerste en enige die in deze serie het woord ‘klimaatverandering’ in de mond neemt. Misschien hadden er dodelijke slachtoffers moeten vallen, denkt de burgervader soms. Dan werd de noodzaak om er écht iets aan te doen, zowel in Den Haag als in de lokale gemeenschap, misschien wat meer gevoeld.

Gaandeweg drijft Valkenburg In De Geul zo nu en dan een beetje weg van de overstroming in juli 2021 en komen er enkele typische Heijnen-types boven – die eerder zijn ‘Limburgse’ films Bokken En GeitenBewakers Van Bemelen en Het Kruis Van Tegelen bevolkten. Helmuth Schetters bijvoorbeeld, een verstokte vrijgezel met bindingsangst. Of zijn vader, de voormalige smid Jan. Die heeft in het geheim een oventje gemaakt, zodat hij straks in zijn eigen tuin kan worden gecremeerd. Schetters heeft alleen nog een vergunning nodig om de as daarna weg te laten wegstromen in de Geul.

Het is een typerende scène voor deze serie en Heijnens complete oeuvre. Als filmmaker schurkt hij dicht tegen zijn personages aan – veelal gewone Limburgers met een uitgesproken mening of aandoenlijk weerhaakje. Hij geeft hen vervolgens de gelegenheid om hun, doorgaans tamelijk traditionele, kijk op het leven te delen. In dialect. Met veel gemeenschapszin. En niet zonder chauvinisme. Enkele gesprekspartners verontschuldigen zich er zelfs voor dat ze hem niet in de plaatselijke taal te woord kunnen staan. Omdat ze nu eenmaal met Nederlands zijn opgevoed.

Ook zij kunnen echter getuigen van het trauma dat 14 juli 2021 heeft veroorzaakt in de gemeenschap van Valkenburg. De directe nood daarvan krijgt, naarmate dit groepsportret vordert, langzaam een plek in het collectieve geheugen, zodat er weer ruimte komt voor de toekomst. Met hoogwater, zo realiseert menigeen zich en blijkt in 2023 nog eens ten overvloede, dat wel.

Trailer Valkenburg In De Geul

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.