
‘Hunting is all worth living for’, opent jachtruiter Yvonne de Slipjacht (19 min.) met een citaat van de Britse schrijver R.S. Surtees. ‘All time is lost what’s not spend in hunting.’ Wees echter gerust: in het Gelderland van de 21 eeuw wordt geen jacht gemaakt op een losgelaten dier, maar het spoor gevolgd dat een sliptrekker heeft getrokken.
Eerst nog even een drankje om op te warmen, want slipjacht is een aangelegenheid voor in de wintermaanden. En dan worden de honden, begeleid door hoorngeschal, losgelaten in het veld. Vroeger joegen ze samen met ruiters te paard op een vos. Tegenwoordig wordt er dus gejaagd op een slip die enkele dagen in het vocht van koeienpens heeft gelegen.
Met de zogenaamde whipper-in, zowel een riding als een non-riding member, twee jeugdige leden en een jachtruiter belichten Bo van der Meer en Malou Wagenmaker de mores van deze traditie, die met z’n nette kostuums en elitaire imago in een ander tijdsgewricht thuis lijkt te horen – en volgens sommige natuurbeschermers in elk geval niet meer in deze tijd past.
Het levert in elk geval bijzonder fraai beeldmateriaal op, veelal in slow motion uitgeserveerd, van ‘goede luyden’ die prettig met elkaar verpozen in het Nederlandse buitengebied. Van een meute gretige honden bijvoorbeeld, of een colonne trotse ruiters te paard die, zeker als ze versmelten met stuwende klassieke muziek, welhaast Britse allure krijgen.