
Vroeger zouden ze hem in een freakshow ten toon hebben gesteld. Als een ouderwetse attractie, naast de degenslikker, dwerg en vrouw met de baard. Een heuse reus. Een gigant. Monster. Ergens tussen de 2.15 en 2.25 meter, ruim tweehonderdvijftig kilo schoon aan de haak: André The Giant (85 min.). Het was onvermijdelijk dat hij vroeger of later in het karikaturale Amerikaanse showworstelen terecht zou komen (en later, veel later, zijn eigen biopic zou krijgen).
Ze kenden hem in Amerika ook wel als The Polish Giant, André Roussimoff of The Giant Frenchman. Achter al die vet aangezette aliassen ging – zo luidde het verhaal – ene Jean Ferré (ook dat was een artiestennaam) schuil, een houthakker (nee, nooit geweest) uit de Franse alpen (ook niet, gewoon uit een nietszeggend dorpje). Mythevorming in optima forma. Sterke verhalen, juist, waarmee André perfect paste te midden van all star wrestling-grootheden als Hulk Hogan, The Iron Sheik en Mr. T.
En zo belandde hij tevens in speelfilms. Want, zoals worstelhistoricus David Shoemaker het stelt in deze echte mannendocumentaire van Jason Hehir: ‘Vóór CGI was er alleen André The Giant.’ Als Hollywood in de jaren zeventig en tachtig dus een monster zocht, dan konden ze terecht bij het achtste wereldwonder uit Frankrijk. Het resulteerde in rollen in de serie The Six Million Dollar Man en de Rob Reiner-film The Princess Bride.
En dan was er nog de tamelijk prozaïsche werkelijkheid van alledag. ‘Flatulentie, dat was zijn handelsmerk’, zegt voormalig worstelspeaker Gene Okerland met een stalen gezicht. ‘Dan deed hij zijn been omhoog…’ Andrés voormalige assistent Tim White vult aan: ‘Dan zag ik hoe hij in de lanceerpositie ging staan en zei ik “Oh, mijn God, daar komt ie!” Zoiets had je nog nooit gehoord.’ ‘Het klonk als een soort diepe oergrom’, bevestigt promoter Vince McMahon Jr. Waarna diverse geïnterviewden het geluid hoogstpersoonlijk nabootsen. Aan Andrés bovenmenselijke scheten worden zeker drie minuten van deze documentaire gespendeerd.
En zuipen dat ie kon. Ongelofelijk! En daarmee wordt eindelijk de onderlaag van deze film aangeboord. The Giant worstelde met zijn status als freak en leed bovendien onder helse pijnen. Dat enorme lijf had hij niet zomaar, maar was het resultaat van een zeer zeldzame ziekte: acromegalie, een tumor in de hypofyse waardoor overmatige groei van lichaamsdelen kan ontstaan. Die aandoening zou ook de ondergang van André betekenen. Dat drama wordt in deze typisch Amerikaanse film zo vakkundig uitgeserveerd dat ook echte mannen overstag gaan. Maar: ‘there’s no cryin’ in wrestling’, bezweert zijn Personal Assistant Tim White 25 jaar na dato, terwijl hij zijn tranen wegslikt.